• No results found

Vraag nr.268van 18 april 2000van de heer CARL DECALUWE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr.268van 18 april 2000van de heer CARL DECALUWE"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 268 van 18 april 2000

van de heer CARL DECALUWE

Basismobiliteit – Kortrijk-Roeselare-Tielt

Het decreet "basismobiliteit" is nog steeds niet be-handeld in het Vlaams Parlement. Niettemin wordt door de minister met regelmaat gesteld dat het be-grip "basismobiliteit" reeds wordt geïmplemen-teerd.

1. Kan de minister mij een overzicht geven van de investeringen die De Lijn plant in de regio Ko r t r i j k-R o e s e l a r e-Tielt in het kader van de ba-sismobiliteit ?

2. Welke middelen trekt de minister uit om de ba-sismobiliteit volledig te implementeren in die regio ?

3. Welke middelen trekken de gemeenten van deze regio uit in het kader van de afgesloten mobiliteitsconvenants om de basismobiliteit te helpen realiseren ?

4. Welke Vlaamse gemeenten dienen nog de noodzakelijke convenant en de bijbehorende bijakten te ondertekenen, teneinde de basismo-biliteit zo maximaal mogelijk toe te passen ?

Antwoord

1. Volgens de prioriteitstelling voor 2000 wijkt het aanbod in deze regio voor de gemeenten Roese-lare (1e plaats) en Waregem (2e plaats) het meest af van de norm "basismobiliteit". In 2000 plant De Lijn in deze regio twee projecten in het kader van basismobiliteit, namelijk het pro-ject Roeselare fase 1 (stadsdiensten) en de bel-bussen Waregem-Wielsbeke-Oostrozebeke. 2. Voor de realisatie van de twee projecten

Roeslare fase 1 (stadsdiensten) en de belbus Wa r e-g e m - Wielsbeke-Oostrozebeke zijn de exploita-tiekosten op 51.824.204 frank geraamd.

3. De procedure van de basismobiliteit staat los van de convenantenprocedure. Voor de realisa-tie van de norm "basismobiliteit" wordt de con-venantenprocedure niet gevolgd.

Uiteraard zijn de ondersteuning en de mede-werking van de lokale overheden wenselijk. D i t kan bijvoorbeeld in de vorm van informatiever-strekking en ondersteunende maatregelen.

4. Het is niet noodzakelijk dat de gemeenten een convenant ondertekenen in het kader van de projecten "basismobiliteit". Om een toename van het aanbod te realiseren boven de basismo-biliteitsnorm is de ondertekening van een con-venant echter wel nodig.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In welke mate heeft de reclame op de bussen van De Lijn in 1999 bijgedragen aan het imago van het openbaar vervoer.. Wat zijn de opbrengsten van de reclame op de Lijnbussen

Deze zouden nu reeds uitgevoerd zijn, net als op de overige acht locaties.. Werden deze meetresultaten reeds

Gezien het voorwerp van de studie, kan een uit- spraak worden verwacht over de behoefte in Vlaanderen aan terreinen voor logistieke activi- teiten en de verdeling van die

Enerzijds omdat enkel Gooik een gemeente is die geen econo- misch knooppunt is, en omdat er geen enkel deelplan groter dan 5 hectare is, a n d e r z i j d s omdat het

In Wallonië ziet men vaak dat bijvoorbeeld de T E C ( Transport en Commun) sportmanifestaties finan- cieel ondersteunt en zelfs ook Waalse basketbal- ploegen structureel sponsort..

In 1999 kwamen bij de VLM elf personeelsle- den in aanmerking voor de managementstoela- ge en één personeelslid voor de staftoelage Aan drie personeelsleden werd een

Voor de uitbetaling van deze vergoeding heeft de OVAM zich onder meer gebaseerd op de omzendbrief met referentie 95/24 van 20 juni 1995 van de minister- p r e s i d e n t

Kan worden aangegeven aan hoeveel perso- neelsleden deze toelage werd uitbetaald, c o n- tractuelen en vastbenoemden?. Werd in 1999 bij VMM aan personeelsleden die met