Vraag nr. 93
van 1 december 1999 van de heer JACKY MAES
Oosterstaketsel Oostende – Afbraak
Het Oosterstaketsel in Oostende is momenteel in slechte staat en zal worden afgebroken, maar de vraag is of het daarna opnieuw zal worden opge-bouwd.
Op dit ogenblik is de Oostendse vaargeul te smal om grote vrachtvaartuigen veilig binnen te laten v a r e n . Er moet dan ook iets gebeuren aan de in-gang van de havengeul. De eerste mogelijkheid is het Oosterstaketsel herop te bouwen richting Bre-d e n e, zoBre-dat Bre-de ingang ruimer worBre-dt. Een tweeBre-de mogelijkheid is werken met een lage dam, die maar deels boven de zee komt maar wel de stroming te-g e n h o u d t . De aanlete-g van een late-ge dam is uiteraard veel goedkoper dan een nieuw staketsel. Bij een eventuele aanvaring tegen het staketsel is het meestal ook zo dat de schade aan het staketsel gro-ter is dan de schade aan het schip, wat bij een lage dam niet het geval zal zijn.
Maar als het Oosterstaketsel niet meer opnieuw wordt opgebouwd, dan verliest Oostende één van zijn toeristische aantrekkingspolen. Men kan toch ook niet voorbijgaan aan het grote toeristisch be-lang van het Oosterstaketsel, want het is unieke plaats voor wandelaars en ook een waar visparadijs voor alle zeehengelaars.
De vaargeul enorm breed maken kan dan ook weer niet, want dan krijgt men weer te veel stro-ming in de havengeul.
1. Op welke manier wordt de ingang van de Oos-tendse havengeul aangepast ?
2. Heeft de minister bij die beslissing rekening ge-houden met het toeristisch belang van het Oos-terstaketsel ?
3. Vanaf wanneer kunnen de wandelaars en vissers niet meer op het Oosterstaketsel door de start van de afbraakwerken ?
Antwoord
1. Op 16 november 1999 werd de studie aanbe-steed die de lay-out voor de nieuwe havenin-gang voor Oostende zal bestuderen.
Zonder vooruit te willen lopen op de resultaten van de studie, wordt verwacht dat er oostelijk van het huidige staketsel een nieuwe constructie zal worden gebouwd. In de studie wordt reke-ning gehouden met alle functies die het huidige Oosterstaketsel heeft.
2. De studie houdt rekening met de stedelijke en toeristische belangen van de stad Oostende. Zo wordt er onder andere een belevingsmodel g e m a a k t , waarin met driedimensionale beelden een inschatting van de impact op de omgeving kan worden gesimuleerd.
3. De wandelaars en de vissers kunnen het be-staande Oosterstaketsel blijven gebruiken tot de nieuwe constructie klaar is. Pas dan wordt gestart met de afbraak van het Oosterstaketsel. Wat de wandelaars en de vissers betreft : m e t hun activiteiten wordt maximaal rekening ge-houden.
