Vraag nr. 18
van 30 augustus 1995 van de heer S. PLATTEAU Hogescholen – Werkingstoelagen
Ingevolge de bepalingen van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, start de enveloppefinanciering op 1 januari 1996.
Voor de maanden september tot en met december 1995 ontvangen de nieuwe hogescholen geen werkingstoela-gen. Dit impliceert dat de instellingen voor hoger onderwijs met volledig leerplan over geen werkingstoe-lagen beschikken gedurende zes maanden. Het saldo van de werkingstoelagen voor het academiejaar 1994-1995 wordt normaliter in de maand juni 1994-1995 uitge-keerd. Deze werkwijze noopt een groot aantal scholen tot het afsluiten van dure leningen.
Graag vernam ik waarom deze toelagen niet worden uitgekeerd voor de maanden september tot en met december 1995.
Antwoord
Volgens de vroegere toelageregeling werden de wer-kingstoelagen van de hogescholen berekend per acade-miejaar. De hogescholen ontvingen hun toelagen in twee schijven, een eerste in januari en een tweede in juni, dus volledig in het begrotingsjaar van de tweede helft van het academiejaar. In het begrotingsjaar 1995 hebben de hogescholen het volledige bedrag van de toelagen voor het academiejaar 1994-1995 ontvangen. De werkingstoelagen voor september tot december 1995 zouden volgens de oude regeling uitbetaald wor-den in januari, op de begroting 1996.
Vanaf 1 januari 1996 schakelen we echter over op de enveloppefinanciering. Deze financiering wordt bere-kend per begrotingsjaar. De eerste drie schijven van de werkingstoelagen zullen de hogescholen ontvangen in de maanden januari, april en juli.