Beleidsnotitie Sociaal Domein 2018-2022 gemeente Beuningen

(1)

1

Beleidsnotitie Sociaal Domein 2018-2022 gemeente Beuningen

Samen mee doen in Beuningen

(2)

2

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1 Beleidsnotitie Sociaal Domein 2018- gemeente Beuningen Samen mee doen in

Beuningen ... 3

Aanleiding ... 3

1.1 Regionale samenwerking en uitgangspunten ... 3

1.2 Waar staan we nu ? ... 4

1.3 Contractering voor een langere periode ... 4

1.4 Verantwoording thema s via piramide benadering ... 5

1.5 Driedeling toegang, kwaliteit en betaalbaarheid ... 5

1.5.a Toegankelijkheid : ... 6

1.5.b Kwaliteit : ... 6

1.5.c Betaalbaarheid : ... 6

1. Actiepunt 1 - Versterking en doorontwikkeling Sociaal Team ... 7

2. Actiepunt 2 - Monitoring Sociaal Domein en inzet perceelplan ... 8

Piramide I: WELZIJN EN LEEFBAARHEID ... 9

1. Actiepunt 3 - Programma preventie-activiteiten en algemene voorzieningen ... 9

2. Actiepunt 4 - Programma Gezondheid , bewegen en ontspanning ... 10

3. Actiepunt 5 - Ontwikkelprogramma accommodaties ... 11

4. Actiepunt 6 -Bewonersbetrokkenheid (Meedoen van burgers) ... 11

Piramide II : OPGROEIEN EN JEUGDHULP : ... 13

1. Actiepunt 7 - Algemeen (Preventief) jeugdbeleid : ... 14

2. Actiepunt 8 - Jeugdwet : Afname dure jeugdhulp ... 14

Piramide III : ONDERWIJS WERK EN INKOMEN : ... 16

1. Actiepunt 9 - Onderwijs (inclusief IKC) ... 16

2. Actiepunt 10 - Aansluiting onderwijs –en arbeidsmarktketen ... 17

3. Actiepunt 11 - Tegengaan armoede en schulden (o.a. kindpakket) en activering tot vrijwilligerswerk en arbeidsmarkt ... 18

Piramide IV : WMO en MEEDOEN in de Wijken ... 19

1. Actiepunt 12 - Wmo algemeen ... 19

2. Actiepunt 13 - Van passende woonvoorzieningen naar beschermde woonvormen in de wijken ... 20

3. Actiepunt 14 - Ontwikkelen nieuwe Woonvormen : ... 21

(3)

3

Hoofdstuk 1 Beleidsnotitie Sociaal Domein 2018-2022 gemeente Beuningen Samen mee doen in Beuningen

Aanleiding

Deze beleidsnotitie is afgestemd op het coalitie-akkoord en college-programma 2018- energiek door samen doen . Hiermee zetten we grotendeels het eerder geformuleerde beleid voort zoals destijds

vermeld in de regionale nota Kracht door verbinding en de lokale beleidsnotitie -2016 Meedoen in Beuningen 2015- . Veel van de uitgangspunten zijn nog steeds van kracht. Bij het Sociaal Domein betrekken wij de volgende domeinen : de Jeugdwet en (Passend) onderwijs, de Wet maatschappelijke ondersteuning en Beschermd Wonen – Maatschappelijke Opvang, de Participatiewet en het

Gezondheidsbeleid volgens de Wet Publieke gezondheid.

Bij de voorgaande beleidsplannen werkten we met een uitgebreid beleidsplan en een zeer uitgebreid jaarlijks uitvoeringsprogramma. Wij kiezen er voor om te werken met beknopte plannen , beleid op hoofdlijnen en een set van overzichtelijke actiepunten die we regelmatig gaan verantwoorden aan raadscommisie en gemeenteraad. In 2019 verantwoorden we deze activiteiten halfjaarlijks. In 2020 verantwoorden we de voortgang van de activiteiten en de monitoring per kwartaal. Hiermee houden we overzicht op de hoofdlijnen van beleid en gestelde prioriteiten. Hiermee maken we ook de verbinding met de financiële cyclus.

Ontwikkelingen binnen het sociaal domein gaan zodanig snel dat we het niet meer van deze tijd vinden om te werken met uitgebreide notities. De verwerking en bijstelling vergt te veel tijd en capaciteit. Dit betekent dat we bij de indeling van de thema s met een drietal hoofd actiepunten per thema gaan werken die realistisch en werkbaar zijn. We maken dus ook geen uitgebreid uitvoeringsprogramma meer. We volgen de actiepunten en passen deze aan wanneer dat gewenst is.

1.1 Regionale samenwerking en uitgangspunten

We werken in de regio Nijmegen samen met de gemeenten Berg en Dal, Beuningen, Druten, Heumen, Mook en Middelaar, Nijmegen en Wijchen. De gemeente Wijchen werkt op onderdelen regionaal samen , maar bekijkt ook hoe ze meer lokaal hun zorgaanbod vorm geven samen met de gemeente Druten. Wat een verdergaande samenwerking van de gemeenten Wijchen en Druten betekent voor de regionale samenwerking en inzet op termijn voor het Sociaal Domein in de Regio Nijmegen, moeten we afwachten.

Wij zetten ons in om tot een goede samenwerking te komen in het Rijk van Nijmegen inclusief Wijchen en Druten.

Regionale Uitgangspunten

We werken in de Regio Nijmegen verder samen aan regionale en lokale actiepunten in het Sociaal Domein.

De volgende uitgangspunten uit de regionale beleidsnota Kracht door Verbinding blijven leidend voor het vormgeven van de transformatie van de Wmo en jeugdhulp :

1. De Kanteling is de kern van de werkwijze van de professional;

2. De mens in de eigen leefomgeving staat centraal;

3. Zorg en ondersteuning bieden aan die personen die het nodig hebben;

4. Eén huishouden, één plan & een optimale samenhang tussen zorg en welzijn door professionele en informele zorg en ondersteuning;

5. Iedereen benut de eigen mogelijkheden en neemt eigen verantwoordelijkheid waarbij we streven naar optimale zelfregie en samenredzaamheid;

6. Optimale participatie in een inclusieve samenleving¹;

7. Een verschuiving in de keten van zwaar naar licht: preventie voor curatie (voorkomen is beter dan genezen) ;

8. Betaalbare zorg en ondersteuning.

1Een inclusieve samenleving is een samenleving waar iedereen tot zijn recht kan komen. Het maakt niet uit welke culturele achtergrond, gender, leeftijd, talenten of beperkingen iemand heeft. Iedereen neemt op een gelijkwaardige manier deel aan de maatschappij.

(4)

4 Hierbij zien wij duidelijk de tendens dat we steeds meer lokaal verantwoordelijk zijn voor de toegang samen met andere verwijzers en het brede aanbod van algemene en preventieve voorzieningen. Regionaal is het nodig om vooral samen te werken op het gebied van (boven)regionale voorzieningen voor verblijf en voor het gedwongen kader (jeugdbescherming en jeugdreclassering). De verzwaring van taken wordt door de decentralisatie Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang nogmaals bevestigd.

Tegelijkertijd moeten we zorgen voor laagdrempelige voorzieningen en draagvlak in de wijken.

1.2 Waar staan we nu ?

Het decentralisatiejaar 2015 hebben we goed doorstaan. Achteraf blijkt ook landelijk dat dit geen representatief jaar is. In 2016 en 2017 zagen we de zorg echter weer toenemen met een stijgende lijn richting het niveau van 2014. Ondanks de zorgtoename is er qua inrichting van het systeem een basis gelegd om hiermee door te gaan. We bouwen voort op ons netwerk in Beuningen. Zowel in het voorveld en de algemene voorzieningen, met het sociaal team en de andere verwijzers zoals de huisartsen. Maar ook met de voor 2018 gecontracteerde zorgaanbieders die in en buiten Beuningen aanwezig zijn en de advisering van onze lokale cliëntenraad en onze interne bedrijfsvoering volgens onze ketenaanpak.

De voorgenomen transformatie en de Kanteling vergt nog veel aandacht en inzet. Zelfregie door onze inwoners en de informele netwerken die alles zelf oplossen zijn echt nog niet vanzelfsprekend. We zetten zoveel mogelijk in om casuïstiek in overleg met de jongere, de ouders en de betrokkenen te doen waar het om gaat, dan wel ondersteund door cliëntondersteuning. Wij zijn ons er van bewust dat deze kanteling ook na 3,5 jaar decentralisatie nog niet is gerealiseerd en dit continue aandacht verdient.

Evaluatie jeugdwet en Kracht door Verbinding

Drie jaar na invoering is de jeugdwet landelijk geëvalueerd en hebben we als regio hieraan onze bijdrage geleverd. Wat algemeen bleek; er was hard gewerkt aan de transitie, maar de transformatie had nog onvoldoende gestalte gekregen. Regio Rijk van Nijmegen herkent en erkent dit. De afgelopen jaren hebben we samen met aanbieders, ouders en jeugdigen er alles aan gedaan om de noodzakelijke jeugdhulp in te zetten, zorgprofessionals te ondersteunen in hun nieuwe rol, systemen op elkaar te laten aansluiten e.d.

We zien dat we hier nog steeds heel druk mee zijn, maar dat het bouwwerk staat.

Op basis van deze tussenevaluatie is landelijk een gezamenlijk hoofddoel geformuleerd namelijk de jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering steeds beter te maken voor kinderen, jongeren en gezinnen, zodat ze op tijd passende hulp ontvangen. Daarom gaan we kinderen, jongeren en gezinnen beter ondersteunen tijdens de levensloop van het kind (thuis, uitwonend, op school en bij 18 jaar) én gaan we investeren in het vakmanschap van jeugdprofessionals .

Vanuit de regio was de actie uitgezet om Kracht door Verbinding (cijfermatig en op inhoud) te evalueren o.a. via regionale en lokale monitoring. Het aanleveren van gegevens bij de gemeente liep teveel uit elkaar liep door systeemverschillen, verschil in capaciteit , inzet en middelen. Deze actie is daarom weer terug gelegd bij de afzonderlijke gemeenten in de regio. Ook in Beuningen zetten wij in op monitoring om te bepalen welke indicatoren nu doorslaggevend, bruikbaar en overtuigend zijn om meer grip te kunnen krijgen op ontwikkelingen binnen het Sociaal Domein. We zijn bezig om trends, cijfers en de afname van zorgproducten te doorgronden om hierover de gesprekken te voeren met de zorgaanbieders. Regionaal wordt jaarlijks een regionaal werkprogramma gemaakt waar we ons de komende jaren als regio en afzonderlijke gemeente op richten.

1.3 Contractering voor een langere periode

Contractering, aanbestedingen en continue wijzigingen vergen veel tijd en energie van de totale lokale keten waaronder zorgaanbieders en hulpverleners. Met een contractering voor 3 jaar en opties voor verlenging voor o.a. kleine aanbieders dagbehandeling en begeleiding hopen we ook meer rust te creëren in de markt om samen stapsgewijs aan een betere hulpverlening te kunnen werken en om zo met elkaar tot meer duurzame afspraken te komen. Tot 2018 moesten wij ons houden aan de eerdere afspraken met de zorgpartners die ook voor 2015 actief waren zoals vermeld destijds door een opgelegd landelijk transitie-arrangement. Voor de periode 2018-2020 hebben we als regio Nijmegen een keuze gemaakt voor minder aanbieders en een selectie op meer kwaliteit. Met zorgvragers bekijken wij de mogelijkheden of maatwerk mogelijk is. Hierbij is gekozen voor een systematiek waarbij we prijs maal hoeveelheid (pXq) toepassen. Hierdoor is het volume en gebruik van producten veel beter herleidbaar en kunnen we het zorggebruik beter volgen en hierover gesprekken voeren met de afzonderlijke zorgpartners.

(5)

5 1.4 Verantwoording thema s via piramide benadering

In deze beleidsnotitie volgen we het collegeprogramma en kiezen daarom ook voor een andere indeling dan de indeling die we in eerdere plannen hebben gehanteerd. De eerdere zes doelen (1. Veiligheid en leefbaarheid; 2. Jeugd; 3. mantelzorg en vrijwilligerswerk; 4. participatie personen met beperkingen ; 5.

Opvang en huiselijk geweld; en 6. Gezondheidsbeleid) worden nu vervangen door een indeling per thema die meer aansluit bij collegeprogramma en de gemeentelijk indeling.

1. Welzijn en Leefbaarheid 2. Opgroeien en Jeugdhulp 3. Onderwijs, Werk en Inkomen 4. Wmo en Meedoen in de wijken

Hierbij gaan we uit van de piramide benadering waarbij we bij de grote onderkant van de piramide zoveel mogelijk preventief proberen te werken door preventieprogramma s en informele activiteiten. In het tweede (midden)deel van de piramide maatwerk bieden we wat nodig is . In het bovenste gedeelte zit de zware (en vaak dure) zorg voor diegenen die vaak ook langdurig afhankelijk zijn van zorg en

ondersteuning.

Waarom werken we met een piramide ?

In het verleden hebben we heel veel activiteiten opgezet met de gedachte dat wat we doen vaak preventief werkt. Wij willen ons meer bewust worden van de keuzes die we maken en of datgene wat we doen ook echt effect heeft. Vandaar dat we ook meer tijd en aandacht gaan besteden aan monitoring, analyse van cliëntstromen, zorgproductie en zorgtrends. Bij het inzichtelijk maken van de piramide gebruiken we de driedeling toegang, kwaliteit en betaalbaarheid om zo een afweging te kunnen maken tussen deze 3 elementen en wat de gevolgen zijn. Betekent dit onder andere dat we bij preventieve programma s , vroegsignalering en eerder ingrijpen ook duurdere zorg en langere zorgtrajecten kunnen voorkomen ?

1.5 Driedeling toegang, kwaliteit en betaalbaarheid

De driedeling toegang, kwaliteit en betaalbaarheid hanteren we voor de inrichting van het Sociaal Domein , waarbij we er vanuit gaan dat iedereen kan meedoen aan de maatschappij en zich versterkt voelt in de eigen kracht.

Zorgaa - bieder

Toeleider Clie t e

O gevi g

Betaalbaarheid Kwaliteit

Toegankelijkheid

(6)

6 1.5.a Toegankelijkheid :

1. De kanteling is de kern van de werkwijze van de professional : Hierbij is de klantbenadering

vraaggericht en de professional heeft de mogelijkheden om maatwerk te leveren. De professional beschikt over de juiste competenties en er is een plan op maat , waardoor open afschalen flexibel wordt ingezet.

2. De mens in de eigen leefomgeving staat centraal : Hierbij is het eigen netwerk versterkt door o.a. inzet van bewezen methodieken en de hulp is zo licht en dichtbij mogelijk. De burger kent daarbij de

professional. Er wordt gebruik gemaakt van een (wijk)monitor.

3. Er wordt zorg en ondersteuning geboden aan die personen die het nodig hebben. Hiervoor is de lokale basisstructuur op orde zodat er weinig klachten zijn over het systeem. Daarbij is de toegang goed geregeld en zijn er geen wachtlijsten.

1.5.b Kwaliteit :

1. Er wordt gewerkt met 1 huishouden, 1 plan en optimale samenhang tussen zorg en welzijn door professionals en informele zorg en ondersteuning : Er is 1 regisseur per huishouden; er is een op elkaar afgestemd plan voor alle deelnemers in het huishouden. En binnen het plan is er een op elkaar afgestemd aanbod.

2. Iedereen benut de eigen mogelijkheden en neemt eigen verantwoordelijkheid waarbij we streven naar maximale zelfregie en samenredzaamheid. Hierbij zijn de rechten en plichten in verhouding en wordt de ZRM (zelfredzaamheidsmatrix) toegepast (voor, tijdens en na de ondersteuning).

3. Er is optimale participatie in een inclusieve samenleving : Er is sprake van een betekenisvolle dagbesteding en welbevinden. Er is aandacht voor cliëntparticipatie en diversiteit in brede zin. Bij de uitwerking van dit onderwerp worden de diverse onderdelen van de benchmarks toegepast.

1.5.c Betaalbaarheid :

1. Een verschuiving in de keten van zwaar naar licht - preventie voor curatie : Er wordt minder zware zorg ingezet of minder verwijzingen naar de zware zorg. Er wordt sneller afgeschaald van zwaar naar licht. Er is aandacht voor het doorlooppatroon in de keten. Er wordt meer ingezet op preventie , zodat er een verschuiving komt van de kosten naar lichte ondersteuningen en zorg. Voor die mensen die zware zorg nodig hebben, is zware zorg beschikbaar.

2. Betaalbare zorg en ondersteuning : Er is een optimale inzet van de professional . Er wordt gebruik gemaakt van een maatschappelijke kosten baten analyse, bussinesscases en indicatoren. Er is sprake van een optimale inzet van middelen en de kosten worden gemonitord.

Oplevering en verantwoording resultaten :

Er vindt een periodieke verantwoording (voortgangsrapportage) plaats van verantwoordelijk

portefeuillehouder aan raadscommissie Samenleving / gemeenteraad schriftelijk via Risem (ingekomen stuken en mededelingen voor de Raad) of via presentatie.

In de organisatie wordt elk onderwerp belegd bij een ambtelijk verantwoordelijke, zodat de taak ook nadrukkelijk is belegd. De frequentie van de periodieke verantwoording wordt afgesproken door de verantwoordelijk wethouder met de raadscommissie en/of gemeenteraad. In beginsel gaan wij uit van 2 maal per jaar in 2019 en als de monitoring verder is uitgewerkt eenmaal per kwartaal vanaf 2020.

(7)

7

Hoofdstuk 2 de indeling per thema (piramide)

Hierbij gaan we uit van de piramide benadering waarbij we :

 bij de grote onderkant (80%) van de piramide zoveel mogelijk preventief proberen te werken door preventieprogramma s en informele activiteiten,

 in het tweede (midden)deel van de piramide (15-20%) maatwerk bieden wat nodig is,

 en waarbij het bovenste gedeelte de zware (en vaak dure) zorg is voor diegenen (3-5%) die vaak langdurig afhankelijk zijn van zorg en ondersteuning.

De percentages zijn hierbij geen wetmatigheid, maar meer een denkrichting om er een gevoel bij te krijgen. Het gaat erom dat we een relatie proberen te duiden in de keten van preventie tot maatwerk tot vangnet . Oftewel, kunnen we door preventieve inzet de zware (en vaak dure) zorg voorkomen ?

Wat gaan we realiseren in de komende jaren ?

1. Actiepunt 1 - Versterking en doorontwikkeling Sociaal Team

 Wij hebben vanaf 2015 de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) ingevoerd, waarmee we de opdracht hebben inwoners te ondersteunen in zelfredzaamheid en participatie, waardoor zij zo lang mogelijk zelfstandig functioneren en thuis kunnen blijven wonen. Bij de invoering zijn keuzes gemaakt die een positieve uitwerking hebben gehad. Zo scoort het Beuningse Sociaal Team goed in klanttevredenheidsonderzoeken en staat het regionaal uitstekend aangeschreven. Toch is het regelen van een goede maatschappelijke ondersteuning voortdurend in ontwikkeling. Nog niet alle doelen zijn gehaald.

 De Kanteling van onze inwoners en de vanzelfsprekende zelfredzaamheid zijn niet binnen enkele jaren gerealiseerd. Er komen nieuwe taken bij en er zijn bijstellingen nodig, omdat omstandigheden veranderen en zaken beter kunnen. In de komende periode vinden wij de juiste balans tussen algemene voorzieningen en maatwerk in de zorg. Wij maken daarbij de afweging tussen kwaliteit, betaalbaarheid en toegankelijkheid. Uitgangspunt is dat Beuningen een toegankelijke gemeente is en blijft voor mensen met een beperking. Mensen die zelf niet in staat zijn zelfstandig hulp te vragen bij de :

(8)

8 gemeente moeten nog beter en sneller in beeld komen bij het Sociaal Team. Aandacht voor de cliënt is leidend in de contacten met de zorgaanbieders. Wij leveren de zorg die nodig is.

 Gemeente Beuningen werkt verder aan de integrale aanpak door het Sociaal Team, waarbij sterker dan tot nu toe het één gezin, één plan, één regisseur -principe leidend is. Het Sociaal Team kijkt naar alle leefgebieden van een cliënt en zijn omgeving, maar heeft speciale aandacht voor de financiële problemen die een rol spelen bij de hulpvraag. Het sociaal team heeft zich als doel gesteld om verder door te ontwikkelen. Het gaat hierbij om samenwerking zowel binnen het sociaal team, binnen de gemeente en met de tweede schil zoals omgang met algemene voorzieningen en bijvoorbeeld Perspectief. Daarnaast wordt de samenwerking met de gecontracteerde zorgaanbieders geïntensiveerd. Het visiedocument doorontwikkeling sociaal team is eind 2018 gereed met bijbehorend plan van aanpak voor de periode 2018-2023 omvat. Hierin beschrijven we een gefaseerde doorontwikkeling op uitvoeringsniveau.

 Verder gaat het om ontwikkeling van het preventief werken, deskundigheidsbevordering en de ondersteuningsstructuur van de werkers. Het doel is om goed zicht te krijgen op casuïstiek (qua zwaarte) en caseload (monitoring). Duidelijk zal zijn dat het sociaal team systeemgericht werkt en dus ook te maken heeft met andere doelen (o.a. preventie , monitoring) die we als gemeente hebben gesteld. Uiteindelijk moet er dit toe leiden dat de leden van het sociaal team meer tijd krijgen om als sociaal teamlid zelf met cases aan de slag te gaan. Hierbij wordt gekeken naar

hulpvraagverduidelijking, kortdurende ondersteuning, groepswerk, algemeen maatschappelijk werk.

De verwachting is dat dit tot nog betere dienstverlening leidt voor onze inwoners.

Oplevering : De frequentie van de periodieke verantwoording wordt afgesproken door de

verantwoordelijk wethouder met de raadscommissie en/of gemeenteraadschriftelijk via Risem of via presentatie. In 2019 verantwoorden we deze activiteiten halfjaarlijks. In 2020 verantwoorden we de voortgang van de activiteiten en de monitoring per kwartaal.

2. Actiepunt 2 - Monitoring Sociaal Domein en inzet perceelplan

 We gaan de ontwikkelingen op het gebied van het sociaal domein zorgvuldig monitoren, dit om meer grip te krijgen op de volume- en de kostenstijgingen. Een goede monitoring biedt ook handvatten om analyses te kunnen maken van ontwikkelingen die op ons af komen en om tijdig te kunnen bijsturen.

De rechtmatige toekenning en besteding van PGB-gelden nemen we hierin mee. In 2019 gaan we met de ontwikkeling hiervan starten om het systeem in 2020 operationeel te hebben.

 Vanuit de gemeenteraadsleden zijn al eerder vragen gekomen om meer te werken met doelen en activiteiten waarbij effecten worden aangegeven en hoe we beter met elkaar cijfers kunnen duiden met een eenduidige betekenis. Wat betekent nu bijvoorbeeld een X-aantal cliënten bij een bepaald zorgproduct ? Dit geldt ook voor de betekenis van de diverse in gang gezette innovatieprojecten en mogelijke inverdieneffecten. Door betere monitoring zullen we de zorgproductie en de zogeheten

plafonds nadrukkelijker kunnen verklaren. Voorop blijft staan dat wij blijven toe wijzen wat nodig is .

 Op dit moment is aangegeven dat er binnen de gemeente Beuningen nadrukkelijk een functionaris wordt aangewezen met de taak om monitoring, de regionale managementrapportages (maraps), en indicatoren te ontwikkelen tot een continu systeem en terugkerende rapportages. Hierbij worden de cliëntervaringsonderzoeken van begin tot eind klantreizen en/of benchmarks betrokken.

 In onze regio houdt elke gemeente zelf gesprekken met zorgaanbieders volgens een eigen perceelplan.

Met een lokaal perceelplan bedoelen we voor de gemeente Beuningen een plan waarin we afspraken maken hoe we omgaan met toeleiding van onze Beuningse inwoners door verwijzers, de doorstroom bij de zorgaanbieders en de ontwikkeling van productiecijfers.

Oplevering : periodieke verantwoording (voortgangsrapportage) van verantwoordelijk portefeuillehouder aan raadscommissie Samenleving / gemeenteraad schriftelijk via Risem of via presentatie. In 2019

verantwoorden we deze activiteiten halfjaarlijks. In 2020 verantwoorden we de voortgang van de activiteiten en de monitoring per kwartaal.

(9)

9

Piramide I: WELZIJN EN LEEFBAARHEID

1. Actiepunt 3 - Programma preventie-activiteiten en algemene voorzieningen

In 2018 zetten we gericht en programmatisch in op preventieve en innovatieve voorzieningen om deze blijvende aandachtspunten te verbeteren zoals bij Passende Kinderopvang , lokale afstemming van jeugdvoorzieningen en onderwijsvoorzieningen en de verdere vormgeving van de integrale kindcentra.

Het sociaal netwerk wordt via het Sociaal Team Beuningen en hulp uit de omgeving georganiseerd en er wordt gebruik gemaakt van algemene voorzieningen (o.a. inloop voor alle doelgroepen met of zonder beperkingen , jeugd- en ouderenvoorzieningen, sociaal cultureel werk Perspectief, vluchtelingenwerk etc.). We zetten preventieve voorzieningen in via inclusief beleid, waarbij alle inwoners zoveel mogelijk zelfredzaam zijn en met eigen kracht tot eigen oplossingen komen. Hierbij gaan we uit van bewustwording van burgers om gebruik te maken van eigen mogelijkheden i.p.v. de onmogelijkheden. Dit betekent een

(10)

10 brede inzet in de wijken en dorpen met een breed aanbod aan preventieve voorliggende voorzieningen voor jeugdigen, senioren , maar ook groepen die zich sociaal buiten gesloten voelen. Voor ondersteuning kunnen onze inwoners terecht bij de gemeente voor o.a. maatwerkvoorzieningen.

Hierbij is het kenmerkend dat de Stichting Perspectief aangeeft dat na 2015 bij het merendeel van hun algemene activiteiten en va het wijkgericht werken er veel meer gebruik wordt gemaakt van de voorzieningen door deelnemers en zich meer vrijwilligers melden.

We willen dat Beuningen een leefbare en veilige gemeente is voor haar inwoners. Daarom investeren we (nog) meer in de verbinding tussen het zorg – en veiligheidsdomein om met elkaar de juiste hulp te kunnen bieden (zowel preventief als repressief indien noodzakelijk). Bijvoorbeeld bij overlast en verwarde personen.

Oplevering : periodieke verantwoording (voortgangsrapportage) van verantwoordelijk portefeuillehouder aan raadscommissie Samenleving / gemeenteraad schriftelijk via Risem of via presentatie. In 2019 verantwoorden we deze activiteiten halfjaarlijks. In 2020 verantwoorden we de voortgang van de

activiteiten en de monitoring per kwartaal.

2. Actiepunt 4 - Programma Gezondheid , bewegen en ontspanning

Gemeenten zijn vanuit de Wet publieke gezondheid verantwoordelijk voor het lokale gezondheidsbeleid, de jeugdgezondheidszorg, ouderengezondheidszorg, infectieziektebestrijding en gezondheidsbevordering.

De GGD als verlengstuk van de gemeente vervult op veel onderdelen een belangrijke rol. Gezondheid en deel kunnen nemen aan de maatschappij zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden, dus zo ook in de gemeente Beuningen. Het inzetten op gezondheidsbeleid bevordert deelname aan de Beuningse samenleving en daarmee de kwaliteit van leven van mensen. Inzetten op preventie is wenselijk om dure zorg achteraf te voorkomen. Ook voor preventie op het gebied van gezondheidszorg geldt dat er eerst gekeken moet worden naar eigen kracht van mensen en instellingen.

 Gezond leven met een ziekte In de gemeente Beuningen hanteren we de gezondheidsdefinitie van Machteld Huber als leidende definitie: Gezondheid is het vermogen zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven . Mensen kunnen met een ziekte om leren gaan en daarnaast toch nog behoorlijk gezond in het leven staan. Met deze definitie kunnen mensen dus gezond zijn, naast het hebben van een ziekte. Deze definitie sluit ook aan op het (blijven) voeren van meer zelfregie. Hierbij hebben we aandacht voor het tegengaan van eenzaamheid en het tegengaan van dementie. Naast een goede fysieke gezondheid streven we ook naar een goede mentale gezondheid.

 Wij dichten de huisartsen als partners in het veld , maar ook als doorverwijzers een belangrijke rol toe binnen het sociaal domein. In een constructief overleg (twee maal per jaar) stemmen we onze taken af met vertegenwoordigers van de huisartsengroep Beuningen en ondersteunen we elkaar daar waar mogelijk. Vanuit het sociaal team is aan elke praktijk een contactpersoon gekoppeld, waardoor er regulier contact is tussen huisartsen en sociaal team.

 Verbinden en afstemmen De gemeente vormt een verbindende schakel voor opzet, uitvoering en afstemming van preventieprogramma s voor gezondheidsbevordering. Ook uit eigen initiatief kunnen wij daar waar hiaten zijn, interventies met verschillende partners opzetten. Inhoudelijke speerpunten zijn vooral leefstijlinterventies zoals gezonde voeding en tegengaan overgewicht, alcoholgebruik, roken, depressie en eenzaamheid. We zetten ons in voor afstemming op het gebied van milieubeleid en (eerstelijns collectieve) gezondheidszorg.

 Zowel uit landelijke cijfers over ouderen als uit de GGD monitor volwassenen blijkt dat eenzaamheid veel voorkomt. Zowel onder ouderen als onder (jong)volwassenen. Met de aanpak van eenzaamheid in Beuningen willen we deze trend van eenzaamheid doorbreken. We streven ernaar om eenzaamheid eerder te signaleren. Op basis van behoefte ontwikkelen we onder meer kleinschalige initiatieven en als het haalbaar is mensen aan te laten sluiten bij bestaande initiatieven. Eenzame en kwetsbare inwoners worden in staat gesteld in contact te treden met anderen, elkaar te ontmoeten en in gesprek te gaan. Het streven hierbij is dat zij zelf actiever worden en blijven deelnemen aan de samenleving.

 Combinatie sport en Wmo

In december is de sportnota Samen in beweging vastgesteld. De ontwikkeling van open, vitale sportorganisaties staat in deze nota centraal. Zo kan worden ingespeeld op diverse ontwikkelingen in de maatschappij. Sport draagt bij aan de maatschappelijke verbondenheid en betrokkenheid van

(11)

11 inwoners en levert hierdoor een belangrijke bijdrage aan de doelen van ons Wmo beleid.

Sportorganisaties en de buurtsportcoaches spelen hierin een belangrijke rol. We ondersteunen sportorganisaties met activiteiten die passen binnen de Wmo beleidsdoelstellingen van de gemeente Beuningen. Ook hier is het vertrekpunt dat alle inwoners meedoen in de samenleving.

 Kunst-en cultuur

Kunst en cultuur maakt de gemeente aantrekkelijk voor haar inwoners en bezoekers van buiten.

Kunst en cultuur is belangrijk voor de verbondenheid aan de gemeenschap, de geschiedenis en maatschappelijke waarden.

 In de nieuwe kunst- en cultuurnota die in 2019 verschijnt wordt een integraal beeld geschetst van de diverse verschijningsvormen. Hierbij wordt ook cultuurhistorisch erfgoed betrokken en zichtbaar maken van wat Beuningen heeft en haar inwoners en bezoekers te bieden heeft.

 Kunst en cultuur moet meer onderdeel worden van de samenleving. Met de nota die in 2019 verschijnt, wordt hier een eerste aanzet aan gegeven. We onderzoeken of de 1%-regeling ( 1% van investering nieuwbouw) kan worden ingevoerd. De opbrengst zal worden bestemd voor kunst en cultuur.

3. Actiepunt 5 - Ontwikkelprogramma accommodaties

De vitaliteit van woonkernen hangt in grote mate af van de aanwezigheid van een school, een dorpshuis, andere voorzieningen en een actief verenigingsleven. Er zijn plekken waar inwoners terechtkunnen voor onderwijs, voor activiteiten op het gebied van sport en cultuur en eventueel voor hulpvragen. Ontmoeting en verbinding zijn drijfveren die het bestaan van accommodaties en sociale verbanden bestaansrecht geven. Een school is wezenlijk voor de vitaliteit van een dorp. Het behoud van basisonderwijs in de vier kernen is een belangrijk uitgangspunt, ook bij teruglopende leerlingenaantallen. Het behoud van dorpshuizen en het Molenhuis met theater De Molen is voor de komende jaren verzekerd.

Welzijnsaccommodaties

Voor het zwembad willen we een mogelijke verlenging van de exploitatieovereenkomst de Plons : In 2019 komen wij met een voorstel om de huidige exploitatieovereenkomst voor het zwembad de Plons die in 2020 afloopt te continueren. De duur van de verlenging is o.m. afhankelijk van de onderhoudsstaat en levensduur van het zwembad en gebouw.

Vervolgens willen we een integrale afweging maken over de mogelijkheid van een toekomstig zwembad : In 2020 gaan wij een onderzoek doen naar alle ins- en outs voor het al dan niet realiseren van een zwembad voor onze gemeente in de toekomst.

4. Actiepunt 6 -Bewonersbetrokkenheid (Meedoen van burgers)

(12)

12 Bewonersbetrokkenheid

Inwoners worden tijdig betrokken bij beleidsontwikkelingen en inwoners, verenigingen en onderne-mers dagen wij actief uit voor ideeën. Wij faciliteren initiatieven van inwoners en bedrijven om gezamenlijk en op eigen kracht vraagstukken aan te pakken. Er is een actieve link gelegd naar de motiemarkt en

kindergemeenteraad.

Wij blijven voortdurend onze inwoners en andere partijen wijzen op de ruimte die ze hebben om zelf met ideeën te komen. Dit kan zijn op initiatief van ons zelf (bijvoorbeeld binnen het speelbeleid) of vanuit de bewoners zelf.(o.m. Ruyterpark, helper-app).

 In onze organisatie hebben wij een denktank ingesteld die medewerkers op weg helpt met bewonersinitiatieven. Deze werkwijze wordt met kracht voortgezet.

 Wij wijzen hierbij op het Right to Challenge : het Recht om Uit te dagen . De kern van de aanpak is dat een groep (georganiseerde) bewoners taken van gemeenten kunnen overnemen als zij denken dat het anders, beter, slimmer en/of goedkoper kan. De relatie tussen overheid en bewoners verandert met het Right to Challence in de relatie opdrachtgever-opdrachtnemer.

 Er is een intakeformulier voor bewoners en organisaties en een checklist met adviezen voor medewerkers. Bij de communicatieparagraaf van de collegevoorstellen wordt het kopje

burgerbetrokkenheid onderdeel van de besluitvorming.

 Innovatiefonds oprichten : Wij gaan in 2020 een innovatiefonds oprichten met als doel vernieuwingen op het gebied van sociaal, maatschappelijk en economisch gebied te bevorderen. De wereld staat niet stil. Ook wij willen samen met onze partners op innovatief gebied ons steentje bijdragen. Een fonds kan mogelijk in de aanloop en/of onderzoeksfase hieraan bijdragen. Te denken valt bijvoorbeeld aan onder andere domotica toepassingen.

 Jeugdlintje : In 2019 willen wij een nieuw ereteken in onze gemeente invoeren, te weten het Jeugd- lintje . Dit ereteken is bedoeld voor Beuningse kinderen of jongeren die zich op

bewonderenswaardige wijze hebben ingezet of moed hebben getoond bij initiatieven of gebeurtenissen met een grote relevantie voor onze gemeente.

Oplevering : periodieke verantwoording (voortgangsrapportage) van verantwoordelijk portefeuillehouder aan raadscommissie Samenleving / gemeenteraad schriftelijk via Risem of via presentatie. In 2019 verantwoorden we deze activiteiten halfjaarlijks. In 2020 verantwoorden we de voortgang van de

activiteiten en de monitoring per kwartaal.

(13)

13

Piramide II : OPGROEIEN EN JEUGDHULP :

(14)

14 1. Actiepunt 7 - Algemeen (Preventief) jeugdbeleid :

 In de gemeente Beuningen kan de jeugd veilig opgroeien en is het fijn wonen. De rechten zoals zijn vastgelegd in het Verdrag voor de Rechten van het Kind, zijn leidend.

 Wij zetten stevig in op preventie. In samenwerking met onder andere scholen en het Sociaal Team signaleren we problemen vroegtijdig, zodat we snel kunnen handelen als dit nodig is. Preventie is een belangrijk middel om de toestroom van jongeren naar de jeugdhulp te verminderen. We gaan uit van het tot nu toe ingezette jeugdbeleid. Als het nodig is, wordt een gerichte aanpak voor problemen met jongeren in onze gemeente ingevoerd.

 De jeugd heeft de toekomst. Wij faciliteren en werken samen met onze welzijnsorganisatie om onze jeugd ruimte te bieden om zich in een veilige omgeving verder te kunnen ontplooien. Ideeën en/of wensen van deze doelgroep krijgen de ruimte.We zetten ons in voor een veilig jeugdbeleid.

Op basis van de tussenevaluatie van de Jeugdwet is landelijk een gezamenlijk hoofddoel geformuleerd namelijk de jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering steeds beter te maken voor kinderen, jongeren en gezinnen, zodat ze op tijd passende hulp ontvangen. Daarom gaan we kinderen, jongeren en gezinnen beter ondersteunen tijdens de levensloop van het kind (thuis, uitwonend, op school en bij 18 jaar) én gaan we investeren in het vakmanschap van jeugdprofessionals (Uit: Actieprogramma Zorg voor Jeugd, april 2018).

Dit hoofddoel is vertaald in zes inhoudelijke actielijnen. Dit zijn:

1. betere toegang tot jeugdhulp voor kinderen en gezinnen;

2. meer kinderen zo thuis mogelijk laten opgroeien;

3. alle kinderen de kans bieden zich optimaal te ontwikkelen;

4. kwetsbare jongeren beter op weg helpen zelfstandig te worden;

5. Jeugdigen beter beschermen als hun ontwikkeling gevaar loopt;

6. Investeren in vakmanschap van jeugdprofessionals.

Deze zes inhoudelijke lijnen staan centraal in de landelijke aanvraag transformatiefonds.

De hele transformatie van de jeugdhulp bestaat uit meerdere bouwstenen, allen met elkaar verbonden. De gehele transformatie heeft als doel dat hulp dichtbij ouders en kinderen wordt georganiseerd. Zo licht als mogelijk, zo zwaar als nodig; afgestemde zorg en zoveel mogelijk thuis .

2. Actiepunt 8 - Jeugdwet : Afname dure jeugdhulp

 Een uitdaging waar we de komende periode voor staan, zijn de stijgende kosten voor jeugdzorg.

Maatregelen zijn nodig om de kosten in de hand te houden, waardoor de zorg voor de jeugd

gegarandeerd blijft. Hierbij valt te denken aan het regelmatig evalueren van indicatiestellingen om te controleren of de geboden hulp nog steeds aansluit bij de zorgvraag.

 De problematiek van jongeren die 18 jaar worden, houden wij in het bijzonder in het vizier. Hiervoor wordt een lokaal plan 18-/18+ gemaakt met afstemming in de regio.

De gemeenten in de regio Rijk van Nijmegen hebben hierbij de keuze gemaakt de aanvraag voor het transformatiefonds² in te vullen vanuit actielijn 2: meer kinderen zo thuis mogelijk laten opgroeien. We concentreren op het behalen van resultaten binnen zorg & veiligheid en jeugdhulp met verblijf. Het behalen van de in dit transformatieplan geformuleerde resultaten is afhankelijk van een brede basis (preventieve laagdrempelige voorzieningen) en een goede toeleiding. We realiseren ons als

regio(gemeenten) zeer goed dat als opgaven niet met succes en in samenhang worden vervuld, de gewenste resultaten niet worden gehaald.

2 Het Transformatiefonds is bedoeld om de vernieuwing van de jeugdhulp een impuls te geven. De aanvraag voor het budget moet door gemeenten vanuit een van de 42 jeugdhulpregio´s gedaan worden, of met een aantal jeugdregio´s samen. Het transformatiebudget zal naar rato, op basis van het aantal kinderen per jeugdzorgregio op 1 januari 2018, worden verdeeld.

(15)

15

 Jeugdhulp met verblijf is een zware vorm van zorg met een immense impact op het leven van de jeugdige en zijn omgeving omdat ze niet thuis opgroeien bij hun ouders. We streven naar het verminderen van inzet jeugdhulp met verblijf en wanneer daar wel sprake van is gaan we voor meer gezinsvormen en/of kort durend verblijf. Met andere woorden: Zoveel mogelijk thuis .

 We vragen als opdrachtgever de aanbieders om waar mogelijk alternatieven in te zetten zoals intensieve ambulante hulp in de eigen thuissituatie van de jongere, of als dat niet kan in een gezinsvorm zoals pleegzorg, gezinshuizen of een tijdelijke setting zoals een time-out huis of een logeervoorziening. We werken nauw samen met doorverwijzers en aanbieders zoals de huisartsen, psychologen en andere jeugdhulppartijen die in Beuningen actief zijn.

 Ook bij jeugdbescherming en jeugdreclassering gaan we uit van een systeemgerichte aanpak en proberen we zo veel als mogelijk een maatregel te voorkomen door inzet op preventieve jeugdbescherming.

(16)

16

Piramide III : ONDERWIJS WERK EN INKOMEN :

1. Actiepunt 9 - Onderwijs (inclusief IKC)

Versterken Integrale KindCentra (IKC) en uitwerken convenanten jeugdzorg – passend onderwijs

 De ontwikkeling van integrale kindcentra vergroot de levensvatbaarheid van onze basisscholen.

Multifunctioneel gebruik plaatst de schoolgebouwen midden in onze gemeenschappen en vergroot de levensvatbaarheid. Samen met de schoolbesturen en andere belanghebbenden in de kernen kijken we naar mogelijkheden voor een ruimer gebruik.

 Plan huisvesting scholen op IKC-gedachte. Wij stellen in 2019 in samenwerking met de

schoolbesturen een meerjarig integraal huisvestingsplan onderwijs op voor alle basisscholen in onze gemeente. De Dromedaris maakt hier uiteraard onderdeel van uit. Nut en noodzaak van nieuwbouw van basisschool De Dromedaris wordt onderzocht.

 De IKC-gedachte voor onze scholen nemen, is hierbij leidend. De IKC visie gebruiken we ook voor een lokaal convenant primair onderwijs naar voorbeeld van een convenant zoals dat in Nijmegen is gebruikt. Wij schrijven een Onderwijsvisie samen met het onderwijs en vervolgens een Integraal Huisvestingsplan.

(17)

17 Uitwerking convenant en samenwerking jeugdhulp en (passend) onderwijs en versterken zorgstructuren.

In de regio Rijk van Nijmegen hebben regiogemeenten, onderwijsbesturen Voortgezet Onderwijs en zorgaanbieders uit de regio een convenant afgesloten om de onderwijsondersteuning, jeugdhulp en zorg in en om het voortgezet onderwijs in de regio Nijmegen e.o. zo te organiseren dat:

 jongeren opgroeien tot zelfredzame, participerende burgers met een kansrijke toekomst;

 de ontwikkeling van de jongere centraal staat;

 er preventief wordt gewerkt;

 schoolse én niet-schoolse problematiek vroegtijdig wordt gesignaleerd;

 passende ondersteuning vanuit onderwijs, het welzijnswerk, de jeugdhulp en zorg in samenhang beschikbaar is;

Voorkomen uitval onderwijs (leerplicht)

 verzuim, thuiszitten en schooluitval zoveel mogelijk wordt teruggedrongen of voorkomen;

 schoolsucces en een ononderbroken schoolloopbaan voorop staat;

 scholen, leerplicht, jeugdhulp- en zorgorganisaties samenwerken om deze ambities te realiseren.

2. Actiepunt 10 - Aansluiting onderwijs –en arbeidsmarktketen

 Terugdringen/voorkomen van laaggeletterdheid vraagt blijvende inzet : 11 tot 13% van onze inwoners kampt met laaggeletterdheid. Dit kan een behoorlijke belemmering zijn om goed te kunnen participeren in onze samenleving. We zetten in op signalering en voldoende cursusaanbod.

Doelstelling is om dit percentage in deze collegeperiode omlaag te brengen met 2-5 %. Hierbij bekijken we of we taal-en leesactiviteiten meer programmatisch af kunnen stemmen en of een Beunings taalprogramma van jong tot oud, mogelijk is om te organiseren.

 Strategisch arbeidsmarktbeleid : In 2019 wordt het nieuwe regionale strategische arbeidsmarktbeleid vastgesteld in samenwerking met de regiogemeenten. Speerpunt is onder meer betere

samenwerking/aansluiting tussen onderwijs en bedrijfsleven. Nadat het onderzoek over het strategische arbeidsmarktbeleid en resultaten bekend zijn in 2019 wordt de gemeenteraad hierin betrokken.

 Samen met ondernemers werken we aan het versterken van de economische structuur van de

gemeente. Digitalisering en duurzaamheid zijn hierin belangrijke thema s. Samenwerking is ook nodig voor het bevorderen van werkgelegenheid voor jongeren en ouderen. We willen de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt verbeteren. Daartoe investeren we in duurzame relaties tussen

bedrijfsleven en onderwijs. Er is een nadrukkelijke rol voor het Werkbedrijf regio Nijmegen.

(18)

18 3. Actiepunt 11 - Tegengaan armoede en schulden (o.a. kindpakket) en activering tot

vrijwilligerswerk en arbeidsmarkt

Werk en Inkomen :

 Wij staan open voor signalen van armoede en eenzaamheid uit de samenleving. In de loop van 2019 worden de resultaten van een onderzoek naar eenzaamheid onder volwassenen en ouderen door Stichting Perspectief bekend gemaakt. En er lopen contacten met de seniorenbonden om gericht naar deze problematiek te kijken.

 Het gebruik van het kind-pakket wordt bevorderd : Ons streven is er op gericht het aantal kinderen wat gebruik maakt van het kind-pakket (c.a. 80) in deze collegeperiode te verdubbelen. Dit doen wij onder meer door meer verenigingen en instellingen te laten meedoen bij het kind-pakket, waardoor zowel de bekendheid als de mogelijkheden om van het kind-pakket gebruik te maken toenemen.

 Het actief benaderen van voor de arbeidsmarkt moeilijk bemiddelbare inwoners en stimuleren tot vrijwilligerswerk : Meedoen aan de samenleving is belangrijk. Werk kan daarbij een belangrijk hulpmiddel zijn. Ondanks de aantrekkende economie is een baan om uiteenlopende redenen niet voor iedereen weg gelegd. Wij gaan actief met deze groep aan de slag en leveren maatwerk, bijvoorbeeld in de vorm van vrijwilligerswerk. In 2022 is 5 tot 10 % van deze doelgroep als vrijwilliger betrokken bij een activiteit in onze gemeente.

Participatiewet :

 In samenwerking met het Werkbedrijf zetten wij ons in om meer mensen aan een baan te helpen en op een zo regulier mogelijke werkplek. De vraag hoe we als gemeente grip houden op de besluiten die regionaal genomen worden op dit terrein komt daarbij meer centraal te staan. De budgetten die door het Rijk beschikbaar worden gesteld voor het uitvoeren van de Participatiewet, worden ook hieraan besteed. We onderzoeken nut en noodzaak van het sollicitatiebeleid en uitstroom bevorderende maatregelen binnen het sociaal domein. De gemeente oefent in regionaal verband zoveel mogelijk invloed uit in de MGR (modulair gemeenschappelijke regeling) Werkbedrijf. Ze bepaalt mede de agendas via de vertegenwoordiger in de agendacommissie MGR.

(19)

19

Piramide IV : WMO en MEEDOEN in de Wijken

1. Actiepunt 12 - Wmo algemeen

Zoals we bij jeugd kijken naar de rechten van het Kind kijken we bij de Wet maatschappelijke

ondersteuning naar de Mensenrechten van mensen met een beperking. Als je een beperking hebt heb je het recht zelfstandig aan de samenleving deel te nemen. Net als ieder ander. Denk aan de toegankelijkheid van bijvoorbeeld de openbare ruimte en websites, het recht op onderwijs, ergens kunnen werken

en zelfstandig wonen.

Zo blijkt landelijk dat 93% van de gemeentelijke websites ontoegankelijk te zijn, slechts 71% van de leerlingen met een beperking gaat naar een reguliere basisschool en 55% van de mensen met een beperking heeft geen betaald werk. Daarnaast woont één op de tien personen met een beperking in een instelling.

Daarom hebben we in de gemeente Beuningen oog voor specifieke doelgroepen zoals (jonge)

mantelzorgers, en aandacht voor diversiteit (o.a. statushouders en vluchtelingen). We streven naar een inclusieve samenleving waarbij iedereen mee kan doen.Een inclusieve samenleving is een samenleving waar iedereen tot zijn recht kan komen. Het maakt niet uit welke culturele achtergrond, gender, leeftijd, talenten of beperkingen iemand heeft. Iedereen neemt op een gelijkwaardige manier deel aan de maatschappij.

 Respijt- en mantelzorg: We brengen de mogelijkheden die er al zijn nog beter onder de aandacht en vergroten daarmee het gebruik. We hebben specifieke aandacht voor jonge- en werkende

mantelzorgers.

(20)

20

 Kwetsbare volwassenen. Wij krijgen de kwetsbare volwassenen in onze gemeente beter in beeld, we gaan op zoek naar hun talent en ondersteunen hen dit te ontwikkelen om zo beter mee te kunnen doen in de samenleving.

 We zetten in op het meer aanbieden van begeleiding in groepen vanuit de gedachte dat groepsleden gebruik kunnen maken van elkaars kracht en ervaringen. Waar mogelijk zetten we groepsbegeleiding in,tenzij dat niet passend is is voor de inwoner die begeleiding nodig heeft.

 We sturen op de kwaliteit van de geleverde zorg, zowel in natura als bij persoonsgebonden budgetten.

Daarom voeren we ook bij persoonsgebonden budgetten een goed onderzoek uit of de besteding van het persoonsgebonden budget de kwaliteit voldoende waarborgt. Er komt een monitoring op rechtmatige toekenning en besteding van de PGB-gelden.

Voorzieningen

 We streven naar een inrichting van de hulp bij het huishouden waarin deze ondersteuning ook in de toekomst beschikbaar blijft voor wie die nodig heeft, zonder dat dit in onaanvaardbare mate ten koste gaat van de financiële beheersbaarheid.

 We gaan actief op zoek naar manieren om het doelgroepenvervoer efficiënter te organiseren, waarbij het uitgangspunt blijft dat we een adequaat vervoerssysteem hebben voor inwoners die daarop aangewezen zijn. Daarbij kijken we nadrukkelijk naar nieuwe initiatieven en nieuwe vormen van vervoer en mobiliteit.

 We willen dat inwoners op een veilige manier zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Daarom steunen we – in nauwe samenwerking met betrokken partners – het zo inrichten van de Beuningse woningvoorraad dat ook inwoners met een beperking over een passende woning kunnen beschikken.

 Er komt meer voorlichting over de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

 We volgen de aanbevelingen van de rekenkamers in de regio over Veilig Thuis.

2. Actiepunt 13 - Van passende woonvoorzieningen naar beschermde woonvormen in de wijken

Vanaf 2020 wordt iedere gemeente zelf verantwoordelijk voor beschermd wonen (BW) en maatschappelijke opvang (MO). Kern van de verandering is ambulantisering. De zorg wordt in plaats van in de intramurale voorziening veel meer lokaal in dorpen en wijken en bij mensen thuis georganiseerd. Nu zijn de meeste voorzieningen voor beschermd wonen en maatschappelijke voorzieningen nog geconcentreerd in Nijmegen en Tiel. Met begeleiding en behandeling in de thuissituatie kunnen ook mensen met

psychische beperkingen zoveel mogelijk hun eigen leven leiden. Wij streven er naar dat er een achterwacht bereikbaar is met een voor de cliënt vertrouwde persoon.

In het vastgestelde plan van aanpak is aandacht voor zowel de situatie tot 2020 als de situatie vanaf 2020.

In het meerjaren beleidsplan 2018-2020 worden de contouren geschetst van de opgave om mensen met een psychiatrische achtergrond, waar mogelijk, zo zelfstandig mogelijk en veilig te laten wonen en leven.

Vooral omdat blijkt dat dit het herstel en welbevinden van mensen bevordert. Dit sluit aan bij de huidige Wmo visie.

De meerjarenagenda van gemeenten , ministeries en samenwerkingspartners (mei 2018) geeft een beeld van de inhoudelijke koers en prioriteiten voor de komende jaren die partijen graag gezamenlijk oppakken.

In deze meerjarenagenda wordt op de volgende thema s ingegaan:

(21)

21 1. Cliëntondersteuning, ervaringsdeskundigheid en betrokkenheid omgeving 2. Lokale, regionale en landelijke samenwerking 3. Wonen 4. Vroegsignalering en schulden 5. Participatie, werk en inkomen 6.

Toegang 7. Kwaliteit en vraaggerichtheid van ondersteuning 8. Continuïteit van zorg en ondersteuning.

 Deze 8 thema s zullen worden bekeken en besproken in de lokale projectgroep Beuningen.

 Invoering van het regionale beleidsplan beschermd wonen en maatschappelijke opvang vraagt om goede aansturing en inbedding in onze gemeente.

 Wij vinden het belangrijk dat we aandacht geven en blijven werken aan draagvlak binnen onze gemeente, zodanig dat iedereen mee kan blijven doen in onze gemeente en in de woonwijken.

 Er is aandacht voor jeugd bij de invoering van de maatregelen op het gebied van beschermd wonen en maatschappelijke opvang.

 In Beuningen start een projectgroep om tot een lokaal plan van aanpak te komen voor mensen met een psychische kwetsbaarheid. Bij het maken van dit plan van aanpak betrekken we

ervaringsdeskundigen. Voor mensen met een psychische kwetsbaarheid is een klimaat van sociale inclusie en een geschikt aanbod van gemeentelijke voorzieningen belangrijk.

 Hiervoor zullen nieuwe arrangementen van samenwerking moeten worden verkend en ontwikkeld.

De gemeente Beuningen zal hier het beleid in het brede domein van wonen, welzijn, zorg en veiligheid met elkaar verbinden.

3. Actiepunt 14 - Ontwikkelen nieuwe Woonvormen :

 Via samenwerking met stakeholders willen we participatie, vitaliteit en langer thuis wonen

stimuleren. Wij zetten nog meer in op de samenwerking met onder meer de seniorenverenigingen om deze doelstellingen te halen. Instrumenten die daarbij kunnen helpen zoals domotica,

ouderenadviseurs, van groot naar beter (passende seniorenhuisvesting) en de blijverslening blijven wij onverkort inzetten en stimuleren.

 Wonen. Mensen met een zorgbehoefte die betaalbare woningen nodig hebben mogen niet meer tussen wal en schip vallen. Er zal daarom ruimte zijn voor nieuwe woonvormen, die de gaten vullen tussen zelfstandig en beschermd wonen.

 Tijdelijke woonvoorziening voor kwetsbare mensen : De gemeente onderzoekt met partners en andere gemeenten of er in de regio een multifunctioneel zorghuis kan komen voor mensen die tijdelijk niet zelfstandig kunnen wonen. Het gaat om mensen die een tijdelijke, veilige, zorgzame omgeving nodig hebben. In 2019 gaan wij met zorgpartners en regiogemeenten aan de slag om de haalbaarheid van een tijdelijke woonvoorziening voor mensen die om uiteenlopende (zorg-) rede-nen niet zelfstandig kunnen wonen in kaart te brengen.

 Door het wegvallen van de verzorgingshuiszorg zoals wij die voor enkele jaren terug kenden, wordt het belang van nieuwe woonvormen voor ouderen steeds belangrijker. Met de sluiting van

verzorgingshuizen is ook de mogelijkheid om tijdelijk opgenomen te worden vervallen. Aandacht voor woonvormen waar mensen in een crisissituatie tijdelijk opgenomen kunnen worden zijn van groot belang.

 Woonvormen voor ouderen met zorg : We creëren mogelijkheden voor woonvormen waarbij mensen met een (beperkte) zorgbehoefte toch zelfstandig kunnen wonen. Vrijkomende schoolgebouwen kunnen hier mogelijk in voorzien. Wij faciliteren de komst van minimaal 2 woonvormen voor ouderen met zorg.(b.v. dementie) In 2019 willen wij de 1^e woonvorm gerealiseerd zien.

(22)

22 Overzicht / schema piramides en Actiepunten :

Pira- mide

0.Piramide Algemeen

Piramide 1. Welzijn en Leefbaarheid

Piramide 2.Opgroeien en Jeugd-hulp

Piramide 3. Onderwijs

Werk en Inkomen

Piramide 4. Wmo en Meedoen in

de wijken

3-5%

8.Jeugdwet : Afname dure jeugdhulp

Betaalbaar- heid

15-20

%

2.

Monitoring Sociaal Domein en

inzet perceelplan

1.Verster- king en doorontwikkeling

Sociaal Team

10.Aanslui- ting onderwijs- en arbeidsmarkt

-keten 11.

Tegengaan armoede en

schulden (o.a.kind- pakket) en activering tot

vrijwilligerswerk en arbeidsmarkt

14.Ontwik- kelen Nieuwe

Woonvormen Kwaliteit

80%

3. Programma preventie- activiteiten en

algemene voorzieningen

4.Programma Gezondheid, bewegen en ontspanning 5.Ontwikkelpro-

gramma accommodaties

6.Bewonersbe- trokkenheid (Meedoen van

burgers)

7. Algemeen (preventief) Jeugdbeleid

9.Onderwijs

12.Wmo algemeen

13.Van passende woonvoorzieningen

naar beschermde woonvormen

in de wijken

Toegang

(23)

23 Prioritering actiepunten :

Naar aanleiding van de raadscommissie Samenleving hebben de Clientenraad en de fracties hun voorkeur aan kunnen geven. De uitkomst hiervan is dat prioriteit wordt gelegd bij :

1. Actiepunt 13 : Van passende woonvoorzieningen naar beschermde woonvormen in de wijken 2. Actiepunt 11 : Tegengaan van armoede en schulden

3. Actiepunt 4 : Programma Gezondheid, Bewegen en Ontspanning en dan met name gericht op eenzaamheid met daarbij verschillende acties voor de verschillende doelgroepen

(volwassenen 18-45 jaar en ouderen)

4. Actiepunt 3 : Programma preventie-activiteiten en algemene voorzieningen - preventieprogrammas in brede zin van het woord.

Alle 14 actiepunten worden uitgewerkt. De Actiepunten 13, 11 en 4 zoals hierboven genoemd, worden extra belicht en toegelicht via themabehandelingen bij de raadscommissie Samenleving.

--- --- ---