Kaders begroting 2018
Inleiding
Het Algemeen Bestuur van Peelgemeenten biedt deze kadernota aan gemeenten aan als opmaat naar de begroting 2018. De ontwerpbegroting 2018 van Peelgemeenten krijgen gemeenten in april 2017 aangeboden.
In de kaders begroting 2018 worden de beleidsmatige en financiële kaders voor de begroting 2018 vastgelegd. De indieningstermijn van de beleidsmatige en financiële kaders is geregeld in art. 34b van de Wet Gemeenschappelijke regelingen. De kaders moeten uiterlijk voor 15 april naar de
gemeenteraden worden gezonden. In artikel 2:2 van de financiële verordening is opgenomen dat het Algemeen Bestuur deze kaders uiterlijk in december vaststelt.
Beleidsmatige kaders
Het bedrijfsplan is de basis voor de beleidsmatige kaders van de begroting 2018. De beleidsmatige kaders worden nu niet uitgebreid uitgewerkt, omdat op dit moment de capaciteit van de Peelgemeenten zoveel als mogelijk wordt ingezet op het uitvoeren van de taken per 1-1-2017.
De in het bedrijfsplan beschreven visie wordt hierin nogmaals aangehaald:
De Gemeenschappelijke Regeling Peelgemeenten heeft tot doel om de 5 peelgemeenten te faciliteren in het optimalisering van de lokale dienstverlening voor het sociaal domein.
Hierbij wordt de inwoner centraal gesteld, de toegang en dienstverlening lokaal, integraal en dichtbij de inwoner georganiseerd.
Volgens het principe ‘aanraken is afmaken’ zijn er zo weinig mogelijk overdrachtsmomenten.
De Peelsamenwerking maakt het daarbij mogelijk de volgende kansen te benutten (principe van de I en 4 K’s):
Inwoner centraal
We zetten de inwoner centraal in onze dienstverlening en bedrijfsvoering want daar doen we het voor.
Minder kosten
Door samenwerking kunnen schaalvoordelen behaald worden en knelpunten samen worden opgelost.
Samenwerking biedt besparingspotentieel.
Meer kwaliteit
Door samenwerking kan expertise en ervaring beter worden gedeeld. Samenwerking maakt slimmer en biedt betere kansen voor innovatie.
Minder kwetsbaarheid
Samenwerking is van belang om (in tijden van bezuiniging) de veerkracht, vervanging en voldoende omvang van de ambtelijke ondersteuning te kunnen blijven waarborgen.
Krachtige positie
Door samenwerking staan we sterker. Het draagt bij aan een betere informatiepositie en een sterkere lobby naar neven- of bovengeschikte (semi)overheden. En daarmee aan een vergrote
invloedsuitoefening.
Financiële kaders
De financiële kaders betreffen de uitgangspunten begroting 2018. Uitgangspunt voor de samenstelling van de ontwerpbegroting 2018 Peelgemeenten is een structureel sluitende begroting.
Indexering externe kosten
Voor de indexering van de externe kosten wordt aangesloten op de methodiek die wordt gehanteerd voor de vier gemeenschappelijke regelingen die voor de 21 gemeenten van Zuidoost Brabant werken.
Hierbij is de hoogte van de indexeringen gebaseerd op de ramingen uit de nieuwste Macro Economische Verkenning (MEV) van het Centraal Planbureau. Hierbij wordt steeds de MEV gehanteerd, die betrekking heeft op het jaar voorafgaande op het begrotingsjaar. Voor de begroting 2018 baseert Peelgemeenten zich op de MEV die betrekking heeft op 2017. Hiervoor is gekozen omdat de MEV steeds in september uitkomt en dan betrekking heeft op het aanstaande kalenderjaar.
Het voorstel voor de indexering is gebaseerd op twee indicatoren, loonvoet sector overheid en prijs netto materiële overheidsconsumptie (Imoc).
MEV 2017 (September 2016)
- Loonvoet sector overheid 1,4 %
- Prijs netto materiële overheidsconsumptie (Imoc) 0,8 %
Indexering loongevoelige externe kosten
Voor de loongevoelige externe kosten wordt uitgegaan van de indicator loonvoet sector overheid.
Indexering overige externe kosten
Voor de overige externe kosten wordt uitgegaan van de indicator prijsindex netto materiële overheidsconsumptie (Imoc).
Indexering loonkosten
De ontwikkeling van de loonkosten voor 2018 is nog onzeker. Peelgemeenten gaat daarom voor de begroting 2018 uit van een gelijke verhoging van de loonkosten als er via indexering beschikbaar komt:
1,4% ten opzichte van de begroting 2017.
Recent waarschuwde pensioenfonds ABP dat de pensioenpremies in 2017 mogelijk verhoogd worden.
Hierbij werd aangeven dat de loonkosten inclusief werkgeverslasten mogelijk met ruim 2% kunnen stijgen in 2017. Indien deze stijging zich daadwerkelijk voordoet, zal Peelgemeenten de gemeenten hierover informeren en mogelijk een begrotingswijziging indienen.
Indexering meerjarenraming
In de meerjarenraming worden de budgetten niet op detailniveau geïndexeerd, maar is een apart budget gereserveerd in de begroting waarmee waar nodig indexeringen kunnen worden toegepast.
Deze reservering vindt per programmaproduct plaats, waardoor de daadwerkelijke verhoging van individuele budgetten als administratieve wijziging kan worden uitgevoerd. Daarmee is bestuurlijke goedkeuring niet meer nodig.
De toekenning van de indexering wordt bestuurlijk afgetikt in het AB via de reguliere begrotingscyclus.
Indien de indexering niet van toepassing is, valt dit geld weg en wordt de indexering niet automatisch meegenomen in de begroting van volgend jaar.
Onvoorzien
In het bedrijfsplan is over onvoorzien de volgende passage opgenomen:
Gezien de dynamische omgeving waar de nieuwe Peelorganisatie zich in de opstartfase in bevindt is het onmogelijk alle kosten vooraf te voorzien. Naast incidentele opstartkosten, zie tabel 5 op de
volgende pagina, kunnen er onvoorziene structurele kosten ontstaan. Hiervoor nemen we in de begroting van het bedrijfsplan een bedrag van 10% van de begroting op (€ 490.000). Afhankelijk van de keuze voor herschikking van de formatie van beleid (bovenlokaal, lokaal, zie paragraaf 7.2 formatie beleid op pagina 35) kan daarvan een groot deel (inschatting 3 fte, 236.000 euro) nodig zijn voor aanvulling van de beleidscapaciteit (dit levert dan naar verwachting wel een besparing op bij de lokale gemeenten, verschuiving van formatie van lokaal naar bovenlokaal). Daarnaast is een bedrag nodig voor het afdekken van risico’s. Bij de nadere uitwerking van de risico’s zullen we een link leggen met de hoogte van de post onvoorzien. Indien het nodig is deze post aan te wenden wordt dit duidelijk verantwoord. De post onvoorzien wordt structureel opgenomen in de begroting in verband met afdekking van risico’s en onzekerheid over de vastgestelde formatie. Op deze manier is er structureel dekking. Op basis van ervaringscijfers van 2 jaren, zal in 2019 worden bezien of de post onvoorzien afgeraamd kan worden.
GR Peelgemeenten bevindt zich nog steeds in bouw en opstartfase, daarom wordt voorgesteld om het bedrag voor onvoorzien dat in het bedrijfsplan is opgenomen, te handhaven in de begroting 2018. Dit bedrag wordt wel gecorrigeerd wordt voor de invulling van beleid, waarvoor extra vacatures zijn opengesteld. In de begroting 2018 zal dit verder toegelicht worden.
Rente
GR Peelgemeenten is een uitvoeringsorganisatie, waarbij de uitvoeringskosten voornamelijk betrekking hebben op personeelslasten en bijkomende overhead. In het bedrijfsplan is slechts een beperkte investering voor hardware van € 170.000 opgenomen.
Hiertegenover moet, overeenkomstig de afschrijvingstermijn, een lening worden afgesloten. In de financiële verordening staan de afschrijvingstermijnen opgenomen voor de investeringen.
Voor de investering in hardware geldt een afschrijvingstermijn van 3 jaar. De hiermee samenhangende rentekosten bedragen ongeveer 0,45%. Voorstel is om dit rente percentage aan te houden als
rentekosten in de begroting. In het Treasurystatuut wordt vastgelegd, hoe de GR Peelgemeenten omgaat met geldleningen en/of kredietfaciliteiten. Het Treasurystatuut wordt uitgewerkt en vastgesteld in de eerste helft van 2017.
Verdeelsleutel
In de gemeenschappelijke regeling zijn de volgende verdeelsleutels afgesproken:
Verdeelsleutels Gelijk per
gemeente
Aantal inwoners
Voorbereidingskosten x
Opstartkosten x
Uitvoeringskosten x
Op basis van ervaringscijfers van 2 jaren wordt de verdeelsleutel in 2019 opnieuw bezien.
Aantal inwoners
Peildatum voor het aantal inwoners is in de gemeenschappelijke regeling vastgesteld op 1-1 van jaar voorafgaande aan het betreffende begrotingsjaar (t-1). Voor de begroting 2018 gelden de inwoner aantallen per 1-1-2017.
Omdat nu nog niet duidelijk is, wat het aantal inwoners per 1-1-2017 is, wordt in de kaders begroting 2018 het aantal inwoners per 1-1-2016 aangehouden, verhoogd met 0,4%. De voorlopige aantallen inwoners per 1-1-2017 zijn:
Aantal inwoners 01-01-16 01-01-17
Asten 16.592 16.658
Deurne 31.884 32.012
Gemert-Bakel 29.657 29.776 Laarbeek 21.958 22.046 Someren 18.918 18.994 Totaal 119.009 119.485
Begin 2017 zullen de aantallen inwoners per 1-1-2017 worden opgevraagd, en zullen de definitieve aantallen worden opgenomen in de begroting 2018.
