• No results found

Vraag nr. 104 van 29 januari 1997 van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 104 van 29 januari 1997 van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 104 van 29 januari 1997

van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH Vlaams sociaal overleg – Uitbouw – Taal werk-aanbiedingen

De minister- p r e s i d e n t , voorzitter van het Ve s o c (Vlaams Economisch-Sociaal Overlegcomité, maakte onlangs kenbaar de verdere ontwikkeling van een volwaardig sociaal overleg in V l a a n d e r e n voor te staan als alternatief voor het vierkant draaien van soortgelijk overleg op federaal vlak. Thans kan de Vlaamse regering, in samenspraak met het Vlaams Parlement, reeds stappen zetten om in overleg te treden met werkgevers en werk-n e m e r s. Zo heeft de Vlaamse Gemeewerk-nschap decre-tale bevoegdheid onder meer inzake taalgebruik voor sociale betrekkingen.

We l n u , op 9 november 1995 vernietigde het A r b i-tragehof volgende bepaling uit het zogenaamde Septemberdecreet : "Sociale betrekkingen tussen werkgevers en werknemers omvatten ook onder meer : (...) alle werkaanbiedingen, in welke vorm dan ook, uitgaande van de werkgever teneinde de werkgever aan te nemen."

In weerwoord op deze uitspraak stelde de SERV (Sociaal-Economische Raad van V l a a n d e r e n ) daags nadien dat de ontstentenis aan regelgevende bevoegdheid (taalvrijheid) tot "andere instrumen-ten" noopt. Met name werd gedacht aan een enga-gement van de sociale partners, met vrijwillige medewerking vanuit de bedrijfswereld en daadwer-kelijke ondersteuning van de Vlaamse overheid. 1. Wat is de stand van zaken inzake de uitbreiding

van het sociaal overleg in Vlaanderen en welke taak wordt daarin voorbehouden voor het Vlaams Parlement ?

2. Welke stappen zijn er gezet om, o n v e r m i n d e r d de grondwettelijke taalvrijheid, de bedrijfswe-reld te overtuigen van het nut en de noodzaak Nederlands te gebruiken bij personeelsadver-tenties ?

3. Is de mogelijkheid reeds onderzocht om (al dan niet op voorstel van de Vlaamse regering) een taalbepaling houdende vaststelling van het Ne-derlands taalgebruik in alle werkaanbiedingen in te voegen in een vrij gesloten sociaal akkoord ?

N.B. : Deze vraag werd eveneens gesteld aan de heer Luc Van den Brande, m i n i s t e r- p r e s i-dent van de Vlaamse regering, V l a a m s minister van Buitenlands Beleid, E u r o p e s e A a n g e l e g e n h e d e n , Wetenschap en Te c h n o-logie.

Antwoord

1. De Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen heeft op 20 oktober 1993 een aanbeveling uitge-bracht over het gebruik van het Nederlands in het bedrijfsleven.

– De SERV stelde dat de bestaande regelge-ving toereikend was, maar dat er geen nor-menvervaging mocht optreden.

– De SERV pleitte voor een aanpak gesteund op de voluntaristische medewerking van het bedrijfsleven.

– De SERV formuleerde een aantal voorstel-len om de effectieve controle te waarborgen. – De SERV drukte in deze aanbeveling ook

zijn bezorgdheid uit over het toenemend aantal advertenties in vreemde talen, m a a r ging ervan uit dat die onder het taaldecreet vielen.

De Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen stelde in de loop van 1993 een sensibiliserende brochure op over het taalgebruik in het bedrijfs-leven. Deze brochure werd op ruime schaal ver-spreid.

Op 19 december 1995, na vernietiging door het Arbitragehof van de bepaling die het V l a a m s Parlement had uitgewerkt ter verduidelijking van het taaldecreet, in de zin dat de personeels-advertenties en de betrekkingen tussen werkge-vers en sollicitanten onder de term "sociale betrekkingen" vallen, bracht de SERV opnieuw een standpunt uit. De SERV verwees naar het engagement van de sociale partners om de be-drijfswereld te overtuigen van het nut en de noodzaak om de geldende regelgeving na te l e v e n . Daarnaast drukte de SERV het voorne-men uit om zich, zo mogelijk savoorne-men met de overheid, in te zetten voor het gebruik van het Nederlands in personeelsadvertenties.

Dit advies werd door de Vlaamse regering op het Vlaams Economisch-Sociaal Overlegcomité gunstig onthaald. Zoals blijkt uit het antwoord

(2)

op vraag 2 en 3 kunnen verdere acties worden o n d e r n o m e n . Deze acties zullen op de agenda van het sociaal overleg in Vesoc worden g e p l a a t s t . Het Vlaams Parlement zal dienen te oordelen welke stappen het in dit verband onderneemt.

2. Een doorlichting van het weekblad "Vacature" van 24 januari 1997 gaf volgend beeld. Op 156 werkaanbiedingen over 38 bladzijden waren 10 werkaanbiedingen in het Engels gesteld en 1 in het Fr a n s. Dit is 7 %. Nadere studie leert dat geen van de Engelstalige en Franstalige aanbie-dingen als doelpubliek Vlaamse werkzoekenden b e o o g d e. De kennis van het Nederlands was niet vereist. De berichten gingen uit van buiten-landse maatschappijen die geen vestiging in Vlaanderen hebben. Dit optreden is dus zeer ondoelmatig, wat de andere adverteerders blijk-baar hebben ingezien. Het verschijnsel is niet typisch voor Vlaanderen. De Nederlandse krant "Het Algemeen Dagblad" van zaterdag 1 febru-ari 1997, gaf een bijna gelijkaardig beeld te zien. Eén kwaal blijft aan de orde : het gebruik van Engelstalige functiebenamingen. Van een inbur-gering van de Nederlandstalige functiebena-ming is nog niet echt sprake. De Vlaamse media geven zelf voortdurend voedsel aan deze abnor-male toestand door in hun artikels en medede-lingen deze termen te gebruiken. Ik zal mijn col-lega's in de Vlaamse regering ter overweging de vraag voorleggen of een actieplan terzake opportuun wordt geacht, bijvoorbeeld door een communicatiecampagne op te starten.

3. Aangezien de overgrote meerderheid van de bedrijven inziet dat Nederlandstalige aankondi-gingen voor werkzoekenden de doelmatigste weg vormen, kom ik tot het besluit dat in een vrij gesloten akkoord de werkgevers weinig moeite zullen hebben met het feit dat de werk-aanbiedingen volledig in het Nederlands zouden worden opgesteld.

Op basis van een vrijwillige overeenkomst, d i e niet algemeen bindend wordt verklaard, kan de Vlaamse overheid dit gegeven in het sociaal overleg aankaarten.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Op 16 maart 1995 werd een protocol afgesloten tussen de federale minister van Tewerkstelling en Arbeid en de gewestministers bevoegd voor tewerkstelling, houdende het

In opdracht van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap heeft het HIVA (Hoger Instituut voor de Arbeid) een onderzoek ingesteld naar het migrantenbeleid van de

In verband met de toestand van de infrastructuur van de Koninklijke Vlaamse Schouwburg in Brussel kan ik meedelen dat het gebouw omwille van dringende her- stellingswerken

Inzake uitbetaling van de IBF-toelage aan de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, zijn alleen diensten van de minister bevoegd voor het werkgelegenheidsbeleid betrokken. Ik verwijs

Vermits de ontvangsten van de buitendiensten maandelijks retroactief worden opgenomen in de Bloso-boekhouding op kasbasis, dit wil zeg- gen alleen die ontvangsten en

Als schakel tussen de Vlaamse administratie en de Europese Commissie, en gehuisvest bij de Belgi- sche permanente vertegenwoordiging bij de Euro- pese Unie, zit de

Voor de aangelegenheden die van cruciaal belang zijn voor de ontwikkeling van de economie en werkgelegenheid in Vlaanderen en waarover fede- raal géén akkoorden tussen de

Naar wij vernemen, zou de federale minister van Sociale Zaken Magda De Galan het protocolak- koord willen wijzigen in die zin dat nog enkel de adolescenten en de risicogroepen