Spectrofotometrie
Interactie tussen
stof en licht
Inleiding
E = h
= hc/
waarin:
E = energie
= frequentie
= golflengte c = lichtsnelheid
Gebieden van het -spectrum
Inleiding
Vacuum UV Nabije UV Zichtbaar (Vis) Nabije IR 100 200 400 500 600 700 800 1000 vi ol et b la u w gr oe n ge el or an je ro od 42 0 47 0 53 0 58 0 62 0 (nm) EInleiding
• Ultra Violet (UV) 200 - 400 nm
• Zichtbaar (Visible - Vis) 400 - 800 nm
• Nabij Infra Rood (NIR) 800 - 2500 nm
• Infra Rood (IR)
2500 - 12500 nm
signaal
I0 I
cuvet
Spectrofotometer
lichtbron monochromator detector
m
on
st
er
Spectrofotometer
UV vs. zichtbaar
Onderdeel
UV
Zichtbaar
Lichtbron
Deuterium-lamp Wolfraam-lamp
Monochromator
Rooster / tralie
Filter
Kwantitatieve analyse
Wet van Lambert-Beer
I0 I b
c
b
ε
T
log
A
:
Absorptie
I
I
T
:
e
Transmissi
0
Kwantitatieve analyse
Waarin:
I0 = intensiteit van de opvallende straling
I = intensiteit van de doorgelaten straling
= molaire absorptiecoëfficiënt (L·mol-1·cm-1)
b = weglengte (cm)
c = concentratie van de absorpberende verbinding (mol/L)
Wet van Lambert-Beer
c
b
ε
I
I
log
T
log
A
0
Kwantitatieve analyse
methoden
• Calibratiemethode
Van de te bepalen verbinding wordt een serie (nauwkeurig bekende!) verdunningen gemaakt, waarvan de absorpties worden gemeten.
Door gebruik te maken van interpolatie kan de
concentratie van een onbekend monster na meting van de absorptie worden berekend.
Kwantitatieve analyse
calibratiemethode
Calibratiecurve y = 0.0147x + 0.0011 0 0.1 0.2 0.3 0.4 0.5 0.6 0.7 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 Concentratie in mg/L E xt in ct ie onbekendeVia interpolatie m.b.v. vergelijking:
• extinctie “onbekend monster” is bekend
Doel
Doel = = ConcentratiemetingenConcentratiemetingen
A4 A3 A2 A1 Ax C1 C2 C3 C4 Cx y = ax + b Calibratiemethode: ijklijn
Van de te bepalen verbinding wordt een serie (nauwkeurig bekende!) verdunningen gemaakt, waarvan de absorpties worden gemeten.
Door gebruik te maken van interpolatie kan de concentratie van een onbekend monster na meting van de absorptie worden berekend