• No results found

Forfaitaire mestproductienormen voor mestafzetovereenkomsten: 3. normen in wetsontwerp Wijziging Meststoffenwet

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Forfaitaire mestproductienormen voor mestafzetovereenkomsten: 3. normen in wetsontwerp Wijziging Meststoffenwet"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Forfaitaire mestproductienormen voor mestafzet-

overeenkomsten: 3.

normen in wetsontwerp

Wijziging Meststoffenwet

h t s

Mandenloot

en Nico Verdoes, PV

Onlangs is het wetsontwerp Wijziging Meststoffenwet naar de Tweede Kamer gestuurd. In dit wetsontwerp wordt geregeld dat veehouders voor de afzet van het mestoverschot vooraf mestafzetovereenkomsten moeten afsluiten. Voor het berekenen van de benodig- de mestafzetruimte wordt uitgegaan van een forfaitaire mestproductie per diercategorie. Deze forfaitaire producties zijn in een bijlage bij het wetsontwerp opgenomen.

Veehouders mogen volgens de nieuwe Meststoffen- wet alleen dieren houden als aangetoond kan wor- den dat de mest verantwoord Ikan worden afgezet op eigen grond of via mestafietovereenl<omrten. Bij gebruik van dierlijke mest op gras- of bouwland geldt daarbij een wettelijk vastgestelde maximale hoeveelheid stikstof die met dierlijlke mest mag wor- den toegediend (de zogeheten mestplaatsingsruim- te). In de ontwerpwet wordt voor 2002 uitgegaan van een maximale mestplaatsingsruimte van 300 kg N uit dierlijke mest per hectare grasland, 210 Ikg N per hectare maisland en l70 kg N per hectare bouw- land. In 2003 wordt dit verlaagd naar 250 kg N op grasland en 170 kg N op mais- en bouwland. Daar-

naast Ikunnen mestafzetovereenkomsten afgesloten worden met erkende mestvenverkers.

Forfaitaire mestproductienormen

Naast de mestplaatsingsruimte bepalen OOI< de for- faitaire mestproductienormen, uitgedrukt in lkg N per gemiddeld aanwezig dier per jaar, hoeveel mest- afzetovereenkomsten nodig zijn voor de afzet van het mestoverschot. In de twee eerdere artilkelen is aangegeven dat op basis van de stil&ofuitscheiding 'onder de staart' en de daarna optredende gasvor- mige stikstofverliezen deze forfaitaire normen bere- kend kunnen worden. Ter toelichting volgt hier een

b

Tabel I : Forfaitaire mestproductienormen voor varkens in kg N per gemiddeld aanwezig dier per jaar in 2002 en 2003

Categorie Omschrijving Forfaitaire norm

2002

2003

400 Folaeugen met biggen t o t een leeftijd van circa 6 weken I4,6 I5,4

40

I Fokzeugen met biggen t o t circa 25 kg I8,6 I9,7

402 Opfokzeugen van circa 25 kg t o t circa 7 maanden 7 2 7 6 403 Opfokzeugen van circa 7 maanden t o t eerste dekking I I , I 404 Opfokzeugen van circa 25 Ikg t o t eerste dekking 7,5 405 Opfokberen van circa 25 kg t o t circa 7 maanden 6 8 406 Dekberen van circa 7 maanden en ouder I4,3

407 Biggen van circa 6 weken t o t circa

26

kg 2,4

410 Slachtzeugen I5,4

(2)

voorbeeld, uitgaande van vleesvaricens. In het eerste artikel ( l . stikstofuitscheiding door varkens) is aangege- ven dat de stilctofuitscheiding van vleesvarkens I I

,7

lcg N per gemiddeld aanwezig dier per jaar is. Echter niet alle mest die onder de staart wordt uitgeschei- den zit bij het toedienen op het land nog in de mest. De commissie Oenema geeft aan dat bij vleesvar- kens in de gangbare stalsystemen 29% van de uitge- scheiden stikstof uit de mest verdwijnt in de stal en opslag (gasvormige verliezen). Voor het vleesvarken komt dit neer op een gasvormig verlies van 3,4 Icg per gemiddeld aanwezig dier per jaar. In de aan te wenden mest van één gemiddeld aanwezig vleesvar- Icen zit dan nog I 1,7 - 3,4 = 8,3 kg N.

In de ontwerpwet is vervolgens aangegeven dat in 2002 voor minimaal 90% van het mestoverschot vooraf een mestafzetovereenl<omst nodig is en in 2003 voor 95%. In het wetsontwerp is dit verwerld in de mestproductienormen. Voor 2002 is daarom de forfaitaire norm voor vleesvarkens 90% van 8,3 = 7,5 Icg en voor 2003 95% van 8,3 = 7,9 kg. In tabel I is voor de verschillende diercategorieën de forfaitaire mestproductienorm voor 2002 en 2003 vermeld.

Benodigde hectares

De vraag is nu hoe in de praldijlc deze cijfers ge- bruikt moeten worden. O p hoofdlijnen zal dat als volgt gebeuren. Varicensmest zal vooral in de alclcer-

bouw afgezet moeten worden. De mestplaatsings- ruimte is dan I70 Icg N per hectare. O p basis van een mestafzetovereenlcomst voor één hectare mogen dan in 2002 gemiddeld I70

/

7,5

= 22,7 vleesvarkens op het bedrijf aanwezig zijn. Afhankelijk van de be- drijfsgrootte kan nu berelcend worden hoeveel hec- tares (eigen grond of gecontracteerd) nodig zijn om het geplande aantal dieren te mogen houden. Door deze berekeningen ook voor andere diercategorieën te maken kan het totaal aan benodigde hectares berelcend worden. Daarbij dient overigens t e worden opgemerkt dat het wetsontwerp

ook

de mogelijk- heid biedt

mestafzetovereenlcomsten

aan t e gaan met door de Minister van LNV erkende mestver- werkers.

Mestloket

De feitelijke aanwending van mineralen

op

het be- drijf wordt gereguleerd door MINAS. In het wets- ontwerp worden aanvullende voorstellen gedaan voor een verdere aanscherping van de MINAS-nor- men en voor een verhoging van de regulerende hefingen. Gezien het belang van deze nieuwe voor- stellen voor de varlcenshouders is het belangrijlc op de hoogte te zijn van de nieuwe voorstellen. Meer informatie is t e verkrijgen bij het Mestlolcet van het Ministerie van LNV, telefoon 0800-2233322

of

via w.mestIolcet.nl.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

havengerelateerd' zijn tevens bedrijven toegestaan uit categorie 3 van de in Bijlage 1 opgenomen Staat van Bedrijfsactiviteiten, mits het gaat om bedrijven met

Kan reeds een prognose worden gemaakt van het aantal mensen dat door de verbetering van de inning automatisch een vermindering zal krijgen op de onroerende

doorsnee secundaire vestiging groter is dan gemid- deld in Vlaanderen, is te wijten aan de invloed van een aantal industrietakken waar het vooral om gro- te bedrijven gaat,

Dit verklaart waarom de metallurgie ondanks haar beperkte aantal vestigingen toch 19 525 jobs (0,9% van het totaal aantal jobs in loondienst) telt en waarom de doorsnee vestiging

grootschalige historische en grootschalige Aan de zuidzijde wordt het terrein ontsloten door bedrijfsruimte beschikbaar voor verhuur.. Met name

ter plaatse van op de verbeelding aangegeven aanduiding 'kantoor' (Nijmegenstraat 27) zijn de gronden tevens bestemd voor een kantoor;. ter plaatse van op de verbeelding aangegeven

Indien BTW niet in rekening kan worden bedrijventerrein Cornelisland is gelegen tegenover gebracht, geldt een nader te bepalen opslag op meubelboulevard Reijerwaard, direct aan

Ruime kantoorruimte voorzien van lift en pantry, Jaarlijks, voor het eerst één jaar na datum gelegen op de eerste verdieping van een huuringang, op basis van de wijziging van het