• No results found

Vandenbulck

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vandenbulck"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Energie en maatschappij: De juiste wagen E. Van den Bulck

Onze samenleving staat in de nabije toekomst voor enkele zeer belangrijke keuzes op gebied van energie en transport die onze dagdagelijkse leefwereld drastisch zouden kunnen

veranderen. Deze bijdrage is niet alleen een oproep tot rationeel denken, hoe raar dit in de eenentwintigste eeuw ook mag klinken, maar vooral ook een aansporing om zich

maatschappelijk te engageren in de discussies rond dit onderwerp. 1. Wagens en wij: wat is dat toch?

Het grote aantal wagens en het vele geld dat we ervoor willen betalen roepen vraagtekens op. Vanwaar toch onze hang naar wagens?

Antropologische studies over onze verhouding tot wagens proberen mee een antwoord te vinden op die vraag. Mimi Sheller1 legt het verband tussen onze gewaarwordingen bij het rijden met de wagen en onze diep innerlijke zintuigen. Ook de studie van de kinesiologie (menselijke bewegingen) toont aan dat het besturen van een wagen aansluit bij de natuurlijke menselijke kinesthesie. Het lijkt wel dat een wagen deel uitmaakt van ons zogenaamde ‘extended self’.

Deze gedurfde kijk op onszelf en onze relatie met onze wagen heeft een diepe impact op praktische en zeer actuele vragen rond hoe onze mobiliteit te organiseren.

2. Wagens en de uitstoot van schadelijke stoffen: een juiste aanpak!

Hoe de Europese Unie het probleem van de pollutie door wagens heeft aangepakt, is een prachtig voorbeeld van hoe technologische problemen door regelgeving efficiënt kunnen worden aangepakt. Reguleringen die de toelaatbare uitstoot van schadelijke polluenten zoals roet en NOx in gram/kilometer hebben beperkt, hebben zeer goed gewerkt. De snelheid van graduele verstrenging werd in samenspraak met de industrie bepaald, opdat de normering een socio-economische lijn zou volgen. De nieuwe voertuigen die vandaag worden verkocht oefenen een lage belasting uit op onszelf en op onze leefwereld. Van de belastende emissies beslaan ze minder dan 10% van de totale emissie door alle sectoren.

3. Wagens en het broeikasfenomeen: kunnen we dan niets leren uit het verleden? Het transport in Vlaanderen is verantwoordelijk voor 11,2% van het totale energiegebruik en stoot 15,5% van de globale CO2-emissie uit. Personenwagens nemen ongeveer de helft voor hun rekening en dat is dus opnieuw eerder marginaal (<10%). Ontwikkeling van nieuwe technologie kost veel geld en de groei van de economie bepaalt de snelheid waarmee technologie kan groeien. Het terugdringen van het brandstofverbruik van een verbrandingsmotor, en daarmee samenhangend de uitstoot van broeikasgassen, is een moeilijke en dure zaak. De overdadige fixatie van de EC op het terugdringen van de CO2-emissies heeft geleid tot het het ecopremiebeleid van de Belgische regering en dit

(2)

liep falikant af. Het heeft veel geld gekost en heeft geleid tot een massale verdieseling van ons land.

Met haar Climate Action Plan, heeft Europa de oorlog verklaard aan de inwendige verbrandingsmotor. Door middel van een slim boetesysteem wil men ons allemaal met een elektrisch wagentje laten rondrijden tegen 2020. Dit is echter alleen zinvol als elektriciteit wordt gemaakt door hernieuwbare energie. Het fiasco van de zonne-panelen dat we recent in Vlaanderen hebben meegemaakt, zegt voldoende. De kans dat het actieplan zal mislopen is dan ook zeer groot.

4. Wagens en de toekomst: hoe moet het nu verder?

De toekomst van personenwagens is heel onzeker. We mogen als maatschappij echter niet blijven stil staan. We moeten vooruit gaan, niet te traag maar ook niet te snel. Te veel enthousiasme en ongeduld zijn geen goede leidraad. Laat de meerkost voor de economie (de maatschappij) met niet meer dan 1,5% per jaar aangroeien. We moeten focussen op technologieën die nu al werken. We moeten strenger zijn bij de technische controle voor oude voertuigen en echte vervuilers. En de overheid moet binnen de bestaande budgetten ruimte zoeken voor vergroening. Ook als individuele consument kun je helpen: koop een licht voertuig en volg de principes van het ecorijden. En bovenal: engageer je. Stem op die politieke partijen die op voorhand zeggen wat ze gaan doen op het vlak van energie in het algemeen en op transport in het bijzonder.

5. Besluit

Niet alleen energiegebruik moet duurzaam zijn. Ook beleidsmaatregelen die technologie sturen, moeten dat zijn. Dit betekent soci-economisch groeien. Recente overheidsacties m.b.t. transport waren dat niet. Laat ons terug vertrouwen stellen in de wetenschap en de technologie om de juiste richting in te slaan. Zij, en niet de politiek, hebben ons tenslotte de welvaart en het leefcomfort gebracht die we vandaag bij ons kennen.

6. Examenvragen

1) Zou u als beleidspersoon (burgemeester, minister) het argument dat personenwagens voor uw burgers iets speciaal is, aanvaarden en daarrond werken, of vindt u dat dit argument als een zwakheid van de mensen moet worden afgedaan.

2) Zou u als beleidspersoon het argument dat personenwagens een eerder marginale belasting op het milieu uitoefenen, aanvaarden en op zoek gaan naar andere sectoren, zoals huishoudelijke houtkachels? Of moeten personenwagens juist worden geviseerd omdat ze bij de mensen het meest van al een bewustzijn zouden creëren? Is een maatschappelijk draagvlak in toekomststuring belangrijk?

3) Zou u als beleidspersoon het aanhouden van een socio-economische lijn voor (milieu)wetgeving aanvaarden als rationeel, of vindt u dat de politiek buiten deze grenzen mag gaan en extra kosten aan de maatschappij mag opleggen om een bestaande evolutie te versnellen? Kan u daarvan voorbeelden met een goede afloop geven?

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

dingen in het binnenland en bij voldoende valutareserves - de j weegschaal weer in evenwicht te brengen. Doch deze methode heeft als consequentis. dat d-e spanningen in

samenwerking met andere universiteiten in Nederland. Bovendien is er sprake van internationale samenwerking bij de ontwikkeling van hoogwaardig onderzoek. Deze wijze van

Maar het betekent ook dat, wanneer er geen concrete plannen door de overheid zijn gemaakt op een bepaalde factor of kenmerk van studiesucces, deze concrete plannen niet door

Leerlijn Toegankelijke Onafhankelijke cliëntondersteuning.. MAARTEN VAN DEN

Gezamenlijke scholings- en intervisie- bijeenkomsten voor alle Meedenkers, nog beter

• Wat kan ik de komende weken bijdragen binnen mijn organisatie om een prettige werkcultuur te creëren voor ervaringsdeskundigen. • Welke kennis ontbreekt wellicht nog binnen

• Niet altijd bewust dat cliëntondersteuning óók is voor vraagstukken rond schulden, werk &amp; inkomen. • SCP over participatiewet: geen sprake

Fase 1: ontwerp. In deze fase ligt de nadruk op het ontwerpen en verkrijgen van de opdracht. Fase 2: implementatie. In deze fase ligt de nadruk op de aanleg van het systeem. Fase