Neejandertaal Handleiding
DE KODDIGE KATER
STAP 1Kwelspreuken
1. Zeg zo vaak mogelijk en zonder fouten of haperen de volgende zinnen. Je hebt één minuut.
• Dikke Dirk deed de dunne duvel dansen door dik en dun; door distels en dorens deed dikke Dirk de dunne duvel dansen.
• De paap eet pap uit de platte pot; plattepotpap eet de paap! • Wie weet witte Willem wonen? Witte Willem woont wonderwel. • Charlotje doet douchegel op een sponsje in de douchecel.
• Ik mix de whisky met de whiskymixer.
• Zeven zwarte zwanen zwommen in de Zuiderzee. Zo ons Jantje zou gaan zwemmen, zwom hij met de zwanen mee.
• De knappe kapper knipt kleine knaapjes kaal. • De kapper knipt kleine knaapjes knap kaal.
• Knipt de knappe kapper kleine knappe knaapjes kaal? • Kleine knaapjes knipt de knappe kapper knap kaal.
2. Lukt het? Wie struikelt over de woorden? Hoe komt dat?
……… ………
3. Vind je dit spelen met letters ook terug in de volgende gedichtjes? Kleine Katelijne zat in het groene gras
en lepelde uit een schoteltje waar zoete pap in was.
Toen kwam er een dikke spin, die viel er midden in.
Kleine Katelijne huilde van verdriet En zei: die spinnenpap
die eet Katelijne niet.
Griezel grabbel
Griezel grabbel grabbel groe Griezel grabbel grabbel groe Griezel grabbel grabbel groe
Neejandertaal Handleiding
Griezel huis griezel mat, griezel muis griezel kat.
Griezel grabbel grabbel groe Griezel ik,
griezel jij? griezel wij? griezel jullie??? griezel zij!
Griezel grabbel grabbel groe Griezel grabbel grabbel groe BOE!!
Silke Berghman, °85, Merchtem 1ste prijs volwassenenjury en 3de prijs kinderjury 4. Wat is een groe? Wat valt je nog op aan dit gedicht?
……… ………
5. Op een tuinfeestje in het Grotedierenbos verschijnen heel wat beestige gasten. Probeer aan te vullen.
Zwoele zomeravond, wat een pret!
Daar komt de bonte bende aangezet! Dikke dassen dansen,
kakelende kippen koketteren. Blote buiken van
mollige marmotten schudden en schokken. ……… ……… ……… ……… ………
Neejandertaal Handleiding
STAP 2
1. Kennen jullie de strips van Suske en Wiske ? Vast wel. Maar wie kent ook een titel van één van de albums?
2. Lukt het niet? Hieronder vind je er een paar. Vul aan. • De ………. tsjif-tsjaf, • De ……… Nerviërs, • De koddige ………., • De ……….. berg, • Het wondere ………., • De briesende ………, • De ………….. weldoener, • Twee ………….. totems.
3. Wat valt op aan veel titels van Suske en Wiske albums?
……… ………
4. Schrijf hieronder zelf vijf originele titels voor een album van Suske en Wiske. De titels moeten wel passen in het rijtje hierboven.
……… ……… ……… ……… ……… STAP 3
1. Misschien kennen jullie deze ook wel:
Lieve Leentje leerde luie Lotje lopen langs de lange Lindelaan.
2. Een wedstrijd. Wie maakt de langste zin met enkel woorden die beginnen met: • een B ?
• een K ?
Neejandertaal Handleiding
• een Z ?
Er mogen in je zin maximum twee woorden staan die met een andere letter beginnen.
Samengevat ………. ………. ………. ………. ………. ………. ………. ………. ………. ………. Oefening 1. Ook in gedichten vind je vaak alliteratie. Onderstreep de alliteratie in de volgende
nonsensversjes.
Citroentje, kapoentje geef me een zoentje. Zoentje zuur, zoentje zoet, cirtroentje heeft een hoge hoed. Dirkje Duikelaar
wil Polly pakken. Dirkje Duikelaar kan er niet bij. Dirkje Duikelaar dommer dan dom. Dirkje Duikelaar valt om en om.
Waarop en Waaronder wonen op een vlonder. Waarop en Waaronder zitten zelden zonder. Zakken zand of vaten zout wie is lief en wie is stout?