• No results found

Verzamelen als middel: grafisch ontwerpers zijn gidsen die de weg wijzen in de complexe moderne wereld en gebruiken een verzameling als middel

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Verzamelen als middel: grafisch ontwerpers zijn gidsen die de weg wijzen in de complexe moderne wereld en gebruiken een verzameling als middel"

Copied!
80
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

verzamelen als middel 1 voorwoord

Ik noem mezelf niet een verzamelaar, maar ik ben er wel in geïnteresseerd. Als grafisch ontwerper verzamel ik tijdens mijn ontwerpproces. Ik zie verzamelen als een zoektocht, onderzoek naar vragen in mijn leven. Tijdens het schrijven van deze scriptie heb ik met verschillende ontwerpers over verzamelen gesproken en gediscussieerd. Ik merkte dat iedereen wel

affiniteit heeft met verzamelen. Iedereen kent wel een neef, vriend, opa of tante die iets bijzonders verzamelt. Het verbreedde mijn kijk en zoek richting en maakte het voor mij steeds interessanter om er mee door te gaan. Ik werd ook gewezen op kranten, boeken en musea. Al snel verbreedde mijn onderzoek en ben ik me gaan richten op alleen creatieve en later alleen ontwerpers, omdat dat het dichtst bij mij en mijn vakgebied ligt.

Nu na mijn scriptie ga ik veel bewuster om met verzamelen. Ik ontdek spullen in mijn kamer die ik in meervoud heb of meer van zou willen hebben. Voor-werpen met dezelfde eigenschap zet ik bij elkaar en ik noem het een verzameling. Mijn ogen zijn werkelijk geopend en ik ontdek steeds weer nieuwe werelden en koppel er mijn fantasie aan. Ik hoop na het lezen van deze verzameling van verhalen, teksten, visies en beelden dat ik dat gevoel kan overbrengen en iederen stimuleer om te gaan verzamelen.

(2)
(3)

1 achtergrond

(4)

1.1 Inleiding

Ik verzamel en bewaar van alles. Met alles wat ik zie, denk ik wel wat te kunnen. Ik heb een angst voor weggooien en de drang om alles te willen hebben en bewaren. Net als elk ander kind hield ik me al bezig met verzamelen. Ooit begon ik met een klavertjes vier verzameling. Ik vond in de achtertuin bij mijn ouders een klavertje vier. Ik was zo trots en blij, want nu zou ik voor eeuwig geluk hebben. Vanaf toen begon mijn verdere zoektocht naar de klavertjes vier. Op elke plek waar gras en klavers volop groeide zat ik uren te turen. Het merendeel van de zoektocht was zonder resultaat, maar uiteindelijk heb ik toch nog een verzameling van zes exemplaren verzameld. Ik heb de zes klavertjes vieren nauwkeurig in een boekje geplakt en genoteerd waar ik ze had gevonden en waneer. Opeens hield de gedrevenheid naar zoeken weer op en net als elk ander kind begon ik weer met een nieuwe verzameling en het boekje verdween in een kast. Voor elke verzameling die ik startte had ik een andere reden. Bijvoorbeeld omdat ik er herinneringen aan koppelde. Zo nam ik bijna op elke plek waar ik kwam een steen of schelp mee die ik mooi vond. Of omdat ik graag meer wilde weten van een onderwerp en daarom verzamelde ik materiaal over Anne Frank en de Tweede Wereldoorlog.

(5)

verzamelen als middel 5 achtergrond

Ik ben altijd gefascineerd geweest door schrijver en programmamaker Boudewijn Büch. Hij verzamelde veel mooie en bijzondere spullen en ik verplaatste me graag even in zijn wonderlijke wereld. Regelmatig was hij in de media te zien met zijn verzameling. Zijn grote grachten-pand in Amsterdam was volgestouwd met curiosa, prullaria en andere kostbare vondsten. Van de ene verzameling kwam de andere. Van de pinguïn kwam de dodo. Van Goethe kwam Friedrich. Büch: ‘Ik heb slechts verzameld omdat ik tijdens mijn leven door mooie dingen omringd wilde zijn.’[1] Tussen alle prullaria moest je dan ook echt zoeken naar kostbare schatten: een brief van Napoleon, een overlijdensbericht van Goethe en naar de Stones-elpee met een handtekening van Mick Jagger. De objecten leken in eerste instantie waardeloos, maar door de ver-halen en herinneringen die Boudewijn Büch er aan koppel-de kregen ze een nieuwe betekenis. Boukoppel-dewijn Büch was een doorgeslagen verzamelaar en deed verder nauwelijks wat met zijn verzameling.

Op latere leeftijd werd mijn verzamelwoede weer opnieuw verder ontwikkeld. Ik raakte geïnteresseerd in Grafisch Ontwerpen en wilde daar zo veel mogelijk over weten. Daarmee begon tegelijkertijd en deels onbewust het verzamelen van stempels, boeken en tijdschriften.

De verzameling gebruik ik als inspiratie en kennisbron. Ik verzamel niet selectief een bepaald voorwerp, maar wat ik op dat moment interessant vind. Om me heen constateer ik dat veel grafisch ontwerpers verzamelaars zijn, maar dat het in de meeste gevallen niet alleen bij verzamelen blijft. Verzamelen wordt meestal in de eerste plaats gezien als een hobby, maar ontwerpers gaan er anders mee om. Ze gebruiken hun verzameling als drager voor hun werk. Laatst viel mijn oog op een eindexamenproject van Rob van Hoesel. Hij heeft alle 35 Belgische autosnelwegen ge-fotografeerd aan de passagierskant van zijn oude Opel. De verzameling foto’s heeft hij zorgvuldig gesorteerd en in een boek verwerkt. De complexiteit en de overeenkomsten tus-sen de beelden maakt het boek zeer intrigerend en brengt nieuwe waarheden aan het licht.

Dat ontwerpers hun verzameling gebruiken als middel is niet nieuw, maar waarom verzamelen grafisch ontwerpers? Is daar een eenduidig antwoord voor? Ik kan voor mezelf niet verklaren waarom ik wel wordt aangetrokken door een boek over Parijse vrouwen en niet door een boek over bloemen.

[1] Bart Jungmann, De volkskrant 26/11/2002, Veel prullaria en een brief van Napoleon

(6)

Verzamelen kan dus op

twee manieren worden

geïnterpreteerd:

1. het verzamelen als doel

(7)

Verzamelen kan dus op

twee manieren worden

geïnterpreteerd:

1. het verzamelen als doel

2. het verzamelen als middel

verzamelen als middel 7 achtergrond

Mijn boekenverzameling begint behoorlijk uit de hand te lopen. Mijn kast is te klein en ze liggen er ongeordend bij. Voor mij is de chaos van boeken niet de reden om te stoppen met mijn verzameling. Er zal een moment moeten komen dat ik mijn chaos moet ordenen en structureren. Ordenen en structureren is een belangrijk onderdeel van het vak grafisch ontwerpen. De wereld om ons heen wordt steeds complexer en ingewikkelder. We worden gebombar-deerd met beelden en informatie. Nieuwe media en tech-nologieën bevorderen de complexiteit van deze wereld. Het is steeds moeilijker om keuzes te maken. Hoe gaan we daar als ontwerper mee om?

Tijdens mijn stage bij Daarzijn ben ik in aanraking geko-men met het structureren en ordenen van gegevens en materiaal. Dat heeft mijn verzamelwoede tijdens het ont-werpen aangewakkerd. Ik zie dat meer ontwerpers gegre-pen zijn door verzamelen.

(8)

1.2 Onderzoeksvraag

Ben ik de enige ontwerper die graag bewaart en ver-zamelt? Ik denk van niet. Maar waarom hebben creatieve mensen deze passie/ziekte hebben? Mijn onderzoeksvraag voor deze scriptie is als volgt geformuleerd:

Waarom verzamelen grafisch ontwerpers?

1.3 aanpak

Ik heb tijdens mijn onderzoek meerdere ontwerpers geïnterviewd en onderzocht door middel van gevonden materiaal. Bijna iedere ontwerper had een eigen reden om te verzamelen. Het was opvallend dat elke ontwerper verder nadacht over zijn verzameling om het ergens voor in te zetten. Creatieven gaan anders om met hun verza-meling. Ik geef met verschillende voorbeelden van werk aan hoe ze hun verzameling gebruiken als middel. Ik kijk naar de psychologische kant van verzamelen, waarom bijvoorbeeld ooit de verzameling gestart is, maar ook naar het proces en of verzamelen een essentieel onderdeel is. Elke ontwerper geeft daarmee een ander inzicht in het vak grafisch ontwerpen.

(9)

2 Verzamelen

als doel

(10)

2.1 Inleiding

De mens heeft een bijzondere relatie met zijn omgeving. We willen veel bezitten ook al hebben de objecten geen specifieke gebruikswaarde. Meestal hebben we niet eens het geringste vermoeden dat we aan het verzamelen zijn. Bijna iedereen bewaart en ver-zamelt wel iets; iedereen ordent en rangschikt objecten om zich heen. Velen doen dat enkel voor de plezier. De verzameling is dan een doel op zich. Het streven naar een zo groot mogelijke en diverse verzameling.

2.2 Waarom verzamelen we?

Volgens de psychoanalyse van Freud zijn de eerste jaren van ons leven zeer essentieel en bepalen in sterke mate het gedrag dat de mens later vertoont. Bepaalde mensen zouden al in hun vroege jeugd gevormd zijn tot bezitterige en ordelijke types.[2] Drift is een drang met lustbevrediging als gevolg, een aangeboren onbewuste drang. Het is niet te voorspellen welke kleuter verslingerd raakt aan lantaarnplaatjes en welke aan zwijnskoppen, bovendien: lang niet alle hebzuchtige, bezitterige en orde-lijke mensen zullen zich als verzamelaar ontpoppen. Een bepaalde karaktertrek kan zich op allerlei manieren uiten. Verzamelen ontstaat in het onderbewustzijn van de mens en valt moeilijk logisch te verklaren. Ons onbewuste is een element uit de psychische belevingswereld die niet bewust ervaren wordt, maar niettemin het leven sterk beïnvloedt. Op latere leeftijd ontwikkel je je identiteit, maar ook je inter-esses worden specifieker waardoor het verzamelinstinct weer naar boven komt.

Verzamelen begint in de meeste gevallen niet als bewust verzamelen. Je vindt of krijgt een object waar je al zo’n soortgelijk exemplaar van hebt. En je vindt in een winkel nog zo’n soortlglijk object. En voor je het weet heb je een verzameling.

[2] H.R. Tupan, De ene verzamelaar is de andere niet

(11)

verzamelen als middel 11 verzamelen als doel

Het toegenomen welvaartspeil en vrije tijd hebben het verzamelen de laatste jaren sterk gestimuleerd. Consump-tie is enorm toegenomen door de bevolkingsgroei in de 19e en 20e eeuw en door de industrialisering waardoor het makkelijker wordt om snel en goedkoop massa producten op de markt te brengen. Vanwege het huidige escapisme en individualisme is de behoefte aan verscheidenheid en ons persoonlijk te ontwikkelen steeds groter. Een verza-meling geeft een persoon karakter en soms bekendheid. Het zegt iets over je interesses en levensstijl.

Imelda Marcos, de vrouw van de oud-president van de Filippijnen, is bekend vanwege haar enorme schoenen-verzameling. Het is een omstreden verzameling, want ten tijde dat ze first Lady was, reisde ze de hele wereld rond voor nieuwe paren terwijl een groot deel van de

Filipijnse bevolking in grote armoede leefden. De duizen-den schoenen, het precieze aantal is niet bekend, staan symbool voor de zelfverrijking van het echtpaar Marcos. Het geeft Imelda Marcos status en bekendheid. Het mu-seum met honderden van haar exemplaren tonen haar esthetische liefde voor de schoen.

De voorkeur van objecten verschilt per levensperiode en is sterk afhankelijk van de omgeving. Maatschappelijke en culturele veranderingen hebben direct invloed op de verza-melingen en de participatie van mode en trends.

Imelda Marcus met één van haar duizenden schoenen.

(12)
(13)

verzamelen als middel 13 verzamelen als doel

Iedere verzamelaar verzamelt om een andere reden, waardoor er geen perfecte psychologie voor verzamelen bestaat. Er zijn verschillende redenen te noemen voor verzamelen: uit nieuwsgierigheid, uit esthetisch genoegen, de zoektocht, uit genot, voor de handel, een verslaving, hebzucht, macht of status. Verzamelaars zijn daarom moeilijk onder te verdelen in types.

Fanny en Alma verzamelen voor het Parool verzame-laars en schrijven daar elke week een artikel over, Ze hebben verzamelt; een kerstmannen verzamelaar,

sigarettenblikjes verzamelaar, een kledinghanger verzame-laar en een brandweerauto verzameverzame-laar. Ze zijn allemaal de verzameling gestart om een andere persoonlijke reden. Bijvoorbeeld de brandweerauto verzamelaar, omdat hij brandweerman is. De sigarettenblikjes verzamelaar omdat hij ze mooi vindt; “Mijn verzameling heeft niks met roken te maken, het gaat om de verschillende verpakkingen. Bij deze pakjes zie je goed hoe de technieken door de tijd veranderen. Eerst werden de vloeitjes zonder vouw verkocht, daarna gevouwen.’ De verzamelaars nemen verder geen grote initiatieven om iets te ‘doen’ met hun verzameling. Door iets te verzamelen kun je bijzonder zijn. Het karakter van de verzamelaar schemert altijd door in zijn verzameling. Maar vooral omdat het leuk is en ze er plezier aan beleven.

(14)

Misschien niet eens zozeer esthetisch of nuttig, maar ze zijn volop geladen met betekenissen. Door herinnerin-gen en gevoel bij een voorwerp zijn ze in de brein van het persoon geordend. De verzamelaar weet nog precies welk voorwerp hij als eerste kreeg en welke als laatste. Het per-soonlijke leven word opgebouwd door de verzameling en verteld een verhaal. De reden waarom ontwerpers zouden verzamelen wijkt niet af van andere verzamelaars.

Ontwerpers zijn ijdele types en houden van mooie spullen. De liefde voor verzamelen is meestal al op jonge leeftijd, ver voordat hij ontwerper werd, begonnen. Creatieve mensen zijn getraind in het zien van dingen die anderen nauwelijks opvallen. Net als iedereen is een ontwerper gehecht aan zijn omgeving. De verzameling beïnvloedt zijn leven en geeft hem inspiratie en ideeën.

Elk object heeft een betekenis.

Had je vroeger de postzegels, nu zijn het de designer-toys. Rondom “trend-verzamelingen” ontstaat meestal een compleet universum van community’s, clubs en digitale ontmoetingsplekken. Echte verzamel-maniakken streven naar volledigheid, wat soms de aanschaf van enorme hoeveelheden inhoudt.

(15)

verzamelen als middel 15 verzamelen als doel

Elk object heeft een betekenis.

2.3 Orde in de chaos

Er komt een moment, dat je verzameling uit de hand be-gint te lopen. Dozen vol met van alles en nog wat. Op elke tafel ligt wel wat, lades puilen uit. Je weet ook eigenlijk niet meer wat je ermee moet en waar je het moet laten. Op zo’n moment is het tijd om je verzameling te ordenen. Waar laat ik het en hoe houd ik overzicht? Dus ga je ordenen en schiften wat kan weg en wat hoort bij wat. Alleen hoe? Het ordenen kan op naam, kleur, tijd, soort, enz. Door de verzameling te ordenen krijgt de verzamelaar meer over-zicht in zijn verzameling en kan er nog gerichter gezocht worden naar ontbrekende stukken. De verzamelaar brengt orde in de chaos. Zodra alle stukken van de verzameling geordend zijn, ontstaan er patronen en kleine details vallen op. Iets wat eerst onbelangrijk leek krijgt nu een speciale betekenis.

2.4 Wanneer wordt een verzameling

interessant?

De verzameling wordt pas interessant als er lang wordt doorgegaan met de activiteit, zoals trendwatcher Georgette Koning die al vanaf eind jaren tachtig flyers verzamelt. Haar eerste exemplaar pakte ze uit de etalage van een hip Parijs’ boetiekje. Dat was het begin van een zeer uitge-breide diverse collectie. Nadat ze eenmaal begonnen was met de verzameling kon er nog moeilijk gestopt worden om de collectie volledig en compleet te houden. Eind jaren tachtig was het aantal flyers dat gemaakt werd nog mini-maal, maar tegenwoordig worden we gebombardeerd met allerlei soorten flyers. Door de uitgebreide verzameling is er een bijna volledig overzicht ontstaan in de geschiedenis van de flyer, maar ook van grafisch ontwerpen. Flyertrends lopen synchroon met de opkomst van muziekstijlen en mo-detrends. Elk tijdsbeeld is visueel herkenbaar, wat de ver-zameling flyers van Georgette Koning inzichtelijk maken.

(16)

2.5 conclusie

Door de groeiende economie en de opkomst van mas-saconsumptie is steeds meer behoefte om onszelf te ontplooien en ontwikkelen. Verzamelen draagt bij aan de zelfontplooiing van de mens. Er wordt bijvoorbeeld kennis opgedaan door het verzamelde object. Door de opkomst van massaconsumptie willen we als individu gezien worden en ons afzonderen. Een verzameling maakt een persoon uniek. Het is moeilijk te verklaren waarom wordt gekozen voor een bepaald object, van oorsprong een onbewuste drang. Sommige mensen ontwikkelen een bijzondere verzameldrang. Daaruit spreekt vaak een bijzondere liefde voor de dingen; dan is er een esthetische relatie. Wat de één mooi vindt, vindt de ander lelijk. Iedereen verzamelt wel iets, wat geordend en gesorteerd dient te worden. De verzameling is dan het doel op zich. Er worden in de meeste gevallen geen verdere creatieve acties onder-nomen met de verzameling.

(17)

3 Verzamelen

als middel

(18)

3.1 inleiding

Verzamelen kan op twee manieren vertaald worden, namelijk het collectioneren of sparen, met de verzamel-ing als doel en het bij elkaar brengen van bronnen uit verschillende richtingen en het situatief verzamelen, waarbij de verzameling als middel dient. Ontwerpers verzamelen meestal niet omdat ze behoefte hebben aan een complete serie of collectie, maar vanwege de kennis en ideeën die door de spullen verkregen worden. Verzamelingen worden gebruikt als inspiratiebron of drager van het werk dat ze maken. Het gaat erom wat een ontwerper met zijn verzameling doet en wat voor invloed het heeft op zijn werk.

3.2 Waarom verzamelen

grafisch ontwerpers?

Ontwerpers zijn een hebberig volkje. Zodra iets visueel of inhoudelijk interessant is dan kan het de ontwerper moeilijk ontgaan. Vormgevers zijn verzamelaars. Ze verzamelen wat hen fascineert. Corps laat dat zien in een boekje uit de serie ‘Inspiratie’. Elke vormgever van Corps heeft zijn eigen verzameling laten fotograferen: van postzegels, etiketten en objecten tot foto’s, posters en tijdschriftomslagen. De verza-meling wijst op de inspiratie die de vormgever heeft gehad en in zijn werk/leven gebruikt. De ontwerpers putten uit hun zeer persoonlijke verzamelingen en gedachtegoed om te laten zien waar de inspiratie voor hun werk vandaan komt.

(19)

verzamelen als middel 19 verzamelen als middel

[3] Max Kisman, de goudmijn van Max Kisman, Items 1, 2008

Creatieven verzamelen met het idee ‘er iets mee te kunnen doen’. Grafisch ontwerper, illustrator, typograaf en animatie-ontwerper Max Kisman verzameld al jaren boeken. Zijn boekenverzameling groeit en slinkt. Som-mige boeken gaan zelfs levenslang mee. De boeken die hij koopt en bewaart moeten iets te bieden hebben. ‘Ik moet er wat mee kunnen’ Doordat Max Kisman geen echte lezer is, heeft hij altijd behoefte om zijn informatie visueel te bevredigen. Zijn inspiratie haalt hij uit de boeken. Van Bruna’s Havank-pockets bewaart hij alleen de omslagen; het binnenwerk gooit hij weg. Daardoor blijft de verzamel-ing handzaam. Dick Bruna verbindt symbolen en betekenis aan elkaar. De beeldtaal van Dick Bruna getuigt van pure en toegankelijke en poëtische eenvoud. Een manier die Max Kisman inspireert hoe ideeën, gevoelens en betek-enissen over te dragen.[3]

(20)

Sommige verzamelingen

worden gebruikt als

middel, om iets te

bereiken.

(21)

3.3 Waarom wordt een

verzameling ingezet?

Sommige verzamelingen worden gebruikt als middel om iets te bereiken. Zoals het boek Transitoland van grafisch ontwerper Rob van Hoesel. Hij verzamelde vanuit eigen initiatief beelden van alle Belgische autosnelwegen en heeft dat verwerkt in een boek. Het materiaal dat Rob van Hoesel heeft verzameld dient als middel.

Verzamelen start meestal vanuit een persoonlijke

voorkeur of interesse. Daarom worden de verzamelingen in de meeste gevallen gebruikt voor opdrachten vanuit eigen initiatief. Er wordt kritiek gegeven op de maatschappij en daarmee krijgt verzamelen een maatschappelijke betek-enis. Ontwerpers geven betekenis aan de wereld om ons heen. De wereld wordt steeds complexer en chaotischer door nieuwe media en snel ontwikkelende technologie. In het vierde gesprek uit de serie Voorbij het Object, in november 1995 gehouden in Zaal De Unie in Rotterdam, spraken productontwerper Bert Barends, creative director bij Campaign Company, beeldend kunstenaar Joep van Lieshout, grafisch ontwerper Rob Schröder en letterontwer-per Gerard Unger, over de grensvervaging tussen kunst, design, reclame en media. Over de betekenis voor het ontwerpen van een technologische beeldcultuur.Gerard Unger zei hierover:‘Beelden zijn niet meer eenduidig, ze betekenen niet meer in elke context hetzelfde. De ‘post-moderne’ beeldcultuur functioneert als een open netwerk, waarbinnen elke informatie elke vorm kan aannemen, en van elke ‘plaats’ naar elke andere kan worden getransport-eerd, al naar gelang de doelstellingen van de ‘vormgever’ èn de intenties van de ‘ontvanger’.[4]

De ontwerper van tegenwoordig loert vanuit zijn computer de hele dag naar alles wat er gebeurt. Via het bloggen, het Googelen en Gamen creëert hij een overzicht. De anarchie van beelden en teksten geplaatst op You Tube, MySpace, Second Life en andere communities en platforms voor ex-pressie is van groot belang. Realiteit en virtualiteit worden gelijkwaardig. Deze nieuwe wereldorde heeft ook z’n weer-slag op de designwereld. Dit beeld sluit aan bij de taak van de ontwerper: niet zozeer nieuwe beelden maken, maar nieuwe betekenis geven aan het beeldbombardement om ons heen.

Danielle Aubert is een jonge grafisch ontwerper uit Amerika. Net als iedereen verzamelt ze wel wat. Niet een specifiek object, maar vooral het gegeven verzamelen is

verzamelen als middel 21 verzamelen als middel

[4] Max Bruinsma, The medium = the message, 1996

(22)

Danielle Aubert is een jonge grafisch ontwerper uit Amerika. Net als iedereen verzamelt ze wel wat. Niet een specifiek object, maar vooral het gegeven verzamelen is wat haar interesseert. De werelden die worden gecreëerd met verzamelingen beschouwt ze als de echte wereld. Elk ding is anders ook al lijkt dat op het eerste gezicht niet zo te zijn. Sommige objecten lijken te behoren bij een bepaal-de categorie, maar is dat dan ook werkelijk zo? Danielle Aubert zoekt extreme tegenstellingen in onze wereld, die slechts schijnbaar van elkaar gescheiden zijn. Ze stelt de contrasten centraal van het alledaagse leven. De mensen prikkelen opdat zij zich zouden verbazen over de van-zelfsprekendheden van hun tijd.[5] Danielle Aubert is een verzamelaar van onder andere beelden en informatie. Ze werkt veel met Microsoft Excel, wat officieel gemaakt is om informatie te ordenen en structureren. Ze brengt verschil-lende informatie met elkaar in contrast en toont daarmee nieuwe werelden.

3.4 Doel van een verzameling?

Hoe maken we de wereld om ons heen begrijpbaar en beheersbaar? In de wetenschap is dit al eeuwenlang de normale gang van zaken. De wetenschap is erop gericht kennis van de werkelijkheid te verzamelen en te ordenen. Het doel is objectiviteit aan het licht te brengen, het voort-durend toetsen van meningen. Er moet een fundament zijn waar we verder op kunnen bouwen, wetenschappelijke waar. Als ontwerper stellen we een vragen, waarin onder-zoek centraal staat. Daarmee stellen we een probleemstel-ling op. Een antwoord op deze vraag ligt in een redactio-nele ontwerphouding. Er is geen vorm of verschijningsvorm vooraf ontwikkeld. De vraag is de basis van het onderzoek en onderzoekspositie. Door het verzamelen van materiaal ontstaat er bredere kennis over het desbetreffende onder-werp. Onderzoek is een nieuwe manier van werken en beperkt zich tot een kleine groep ontwerpers, die door-gaans individueel of met een kleine groep van maximaal vijf mensen opereren.

[5] Danielle Aubert,

(23)

verzamelen als middel 23 verzamelen als middel

Verzamelde gegevens van

Danielle Aubert die inzicht geven in haar mediavoorkeuren, lettertypes en producties tussen 2002 en 2005.

(24)

3.5 conclusie

Ontwerpers verzamelen doorgaans niet omdat ze geïn-teresseerd zijn in complete series en collecties, maar om de kennis en inspiratie die wordt verkregen. De verzamel-ing wordt als middel verzamel-ingezet om betekenis te geven. Iets wat nooit eerder is opgevallen wordt uitgelicht en zet de kijker aan tot denken.

De rol van ontwerper schuift steeds meer richting maatschappelijke wetenschapper. Onderzoeken en her-structureren van grote hoeveelheden informatie zijn nieuwe aspecten van het ontwerpen. Door verbanden te leggen tussen de beelden en informatie krijgen ze een nieuwe betekenis. Ontwerpers geven betekenis aan de wereld om ons heen. De wereld wordt steeds complexer en chaotisch-er door nieuwe media en snel ontwikkelende technologie. Ontwerpers reiken concepten aan die de omgeving begrijp-baar en beheersbegrijp-baar maken.

(25)

4 de ontwerper,

een verzamelaar

verzamelen als middel 25 de ontwerper, een verzamelaar

Het verhaal achter de ontwerper en zijn verzameling(en)

Omdat verzamelaars niet in te delen zijn in een bepaalde categorie behandel ik tien zo divers mogelijke ontwerpers die elk een andere visie hebben over verzamelen.

BOB VAN DIJK ANTHON BEEKE PAUL MIJKSENAAR ESTHER KOKMEIJER ROB VAN HOESEL MARTIJN ENGELBREGT PIET SCHREUDERS JAAP VAN TRIEST LUNA MAURER

(26)

Bob van Dijk is de medeoprichter van NLXL studio voor visuele communicatie en interactief ontwerpen. Daarvoor werkte hij als ontwerper bij studio Dumbar. Bob van Dijk’s werk is herkenbaar door fantasie-rijke tekeningen, krabbeltjes, typografie, ornamenten, kleurige illustraties en elementen ontleend aan huis-kamerkitsch, die samen een hartstochtelijk geheel vor-men. Zijn ontwerpen zijn kleine werelden met een fas-cinerende detaillering. Bob van Dijk’s ontwerpen zijn herkenbaar als speels pragmatisme en een extreme kijk naar vorm en functie. Prikkelende elementen bin-nen een beschaafde functionele vormgeving. Stijlmid-delen die het ontwerp eigentijds en persoonlijk maken. Bob van Dijk is als persoon zeer fascinerend. Tijdens de conferentie van AGI, ALLIANCE GRAPHIQUE IN-TERNATIONALE 2007 in Amsterdam gaf hij een digitale presentatie en sprak onder andere over zijn verzamelin-gen. Het thema was ‘Unknown Land’, een zoektocht naar het onbekende. Hoe ver reikt de invloed van ontwerp op ons dagelijks leven en de leefomgeving? Bob van Dijk vertelde dat hij in alles geïnteresseerd is; lezen, kunst, wetenschap, muziek. Hij speelt verschillende instrumenten, is dj en ontwerper natuurlijk. ‘Ik ben geïnteresseerd in heel veel dingen. Ik heb heel veel medische boeken. Zodra ik ze opensla zie ik nieuwe werelden, steden. Ik hou van werelden creëren in werelden. Ik ben een verzamelaar, ik verzamel beenprotheses. Ik ben een verzamelaar van col-lecties, ik verzamel eigenlijk alles en dat is soms ook een beetje mijn probleem. Ik heb een groter huis nodig.’

Zijn huis staat propvol met zijn verzamelingen ongeordend en willekeurig opgestapeld. Hij verzamelt onder andere medische boeken, insecten boeken, tinnen speelgoed,

4.1

Bob

(27)

verzamelen als middel 27 de ontwerper, een verzamelaar

(28)

beenprotheses, robotjes, Pinokkio boeken, super ninten-do’s, opgezette vogels, dus eigenlijk alles. ‘ik spaar tinnen speelgoed, sleutels, ronde dingen, alles wat rond is, ik vergelijk ze. Ik zie verschillende werelden in mijn verza-meld materiaal, kleine werelden, grote perspectieven zoals de fantasie wereld. Ik zie mezelf als ik naar mijn huis kijk, alles is overal, positieve rommel’ Door de objecten van dichtbij te bekijken begeeft hij zich op onbekend terrein oftewel nieuw land en nieuwe dingen worden ontdekt. Elk object is anders, ook al lijkt alles in eerste instantie hetzelfde. Maar door objecten van dichtbij te analyseren, bekijken en vergelijken vallen er nieuwe details op. Daar-om heeft Bob van Dijk de behoefte Daar-om alles in meervoud te hebben. Bob van Dijk wil de tastbaarheid, een materiele aanwezigheid, van een verzameling om zich heen voelen. Maar zodra het er is, wordt de jacht geopend op het vol-gende dat hij wil toe-eigenen. Altijd moet hij door, verder, op weg naar beter, meer.

(29)

In zijn werk laat hij zijn werelden zien aan het publiek en vertelt er een verhaal mee. Hij gebruikt zijn verzamel-ing niet direct in zijn werk, maar het is wel een bron voor inspiratie. Een voorbeeld voor Bob van Dijk zijn werk is de love poster voor Marc en Dionne. De poster bestaat uit een verzameling van kleine fantasierijke tekeningetjes die los van elkaar verhalen vertellen, zoals de twee handen die naar elkaar reiken, gezamenlijk dragen de verhaaltjes één boodschap uit. Marc had een weekendje voor zijn vriendin en hemzelf geregeld in Amsterdam. Zijn vriendin zou een dag later arriveren. Rondom het hotel waar ze overnachten werd de poster opgehangen met een geheime boodschap: Dionne, wil je met me trouwen, Mark’. Ze zei natuurlijk ja! Voor de trouwkaart werd er een laag overheen gedrukt. Bob van Dijk heeft een bijzondere esthetische relatie met zijn verzamelingen en zonder zijn fascinaties zou zijn leven een stuk kleurlozer zijn. Van Dijk is een hebzuchtige verzamelaar, alles wat hij krijgen kan, pakt hij. Hij is altijd en overal op zoek naar nieuwe objecten die zijn collec-ties verrijken. Deze verzamelzucht is misschien wel een uitvlucht van zijn dagelijkse leven en creëert er zijn eigen wereld mee. Het werk van Bob van Dijk is herkenbaar als een wereld in een wereld. Hij gebruikt zijn verzameling niet als middel voor zijn ontwerp, maar het verzamelen wordt als doel gezien. Het verzamelen hoort bij Bob van Dijk en zijn persoonlijkheid, een gek en verstrooid persoon. Dankzij de verzamelingen heeft hij een goed getraind oog ontwikkeld voor dagelijkse spullen om hem heen. Creatieve mensen zijn getraind in het zien van dingen die andere nauwelijks opvallen. Zijn getraind oog voor detail en fasci-naties voor objecten zijn kenmerkend voor zijn werk.

verzamelen als middel 29 de ontwerper, een verzamelaar

Een detail uit de poster voor Dionne van Marc.

(30)

Anthon Beeke is grafisch ontwerper en werkt vooral voor de culturele en commerciële sector. In 1989 startte hij zijn ontwerpbureau op. Momenteel is hij art director en uitgever, samen met Lidewij Edelkoort, maakte ze samen het magazine ‘Bloom’ en eerder deden ze samen de ‘View on colour’.

In PS van de week, het zaterdagmagazine van het Parool, schrijven Fanny en Alma elke week over verza-melaars. Anthon Beeke verzamelt kleerhangers en heeft maar liefst 2000 exemplaren. Deze verzameling is niet zomaar begonnen. “Ik werkte in 1975 voor Total Design. Dat bestond 25 jaar en ik mocht om die reden een boek over de zin en onzin van design maken. Ik dacht direct aan de kleerhanger. Iedereen heeft ze, en toch kijkt niemand ernaar. Je mist ze niet. Je hoort nooit iemand roepen: ‘Hé! Mijn kleerhanger!’ Toch is dat boek er niet gekomen, want ik had te weinig kleerhangers bij elkaar gesprokkeld om er een heel boek van te maken. Maar ik ben me er wel in vast gaan bijten. Toen ik nog meer hangers bij elkaar had, ben ik uitgevers gaan bellen. Bijna was het rond, tot ik een Frans boek in handen kreeg. Het was een boek over kleerhangers! Door een journalist van de Marie Claire.” Zijn idee voor een boek werd van tafel geschoven, maar zijn

4.2

Anthon

Beeke:

(31)

verzameldrang zette zich voort. Hij heeft van alles in zijn collectie zitten, van Dior-hangers tot roze clownspatroon-hangers. Het is lastig om aan kleerhangers te komen. “De dingen worden voor vijf cent per stuk ingekocht door kledingwinkels, maar ze zijn niet te koop. Als je vraagt of je er eentje mag hebben of kopen, is het antwoord altijd nee, nee, nee. Of de manager moet erbij gehaald worden, en die zegt vervolgens alsnog nee, dus ik moet wel stelen.” “Mijn vrouw zegt dat ik hiermee mijn aangeboren klepto-manie zoet houd. Soms stop ik ze onder mijn jas, maar ik loop er ook vaak gewoon de winkel mee uit. Niemand verwacht dat je een kleerhanger steelt. Ik neem ook wel eens een bosje kleerhangers mee naar de winkel, zodat ik ze kan omwisselen. Als dief moet je geraffineerd te werk gaan.” Aan de hangers hangt een rood draadje met een kaartje, waar nauwkeurig de datum en vindplek op vermeld staat. Hij heeft ook bijzondere exemplaren in zijn collectie die hij onder andere koopt op een marktje in Parijs, daar weten ze wel wat ze waard zijn. Beeke vindt verzamelen belangrijk “ Het geeft mensen een kijkrichting. Iemand verzamelt bijvoorbeeld kandelaars. Hij heeft er vijf. Dan ineens twaalf, hij wordt kritischer. Hij begint er steeds meer vanaf te weten. Hij wordt wat. Zijn vrienden zien hem als de expert op kandelaargebied. En hijzelf zo langzamer-hand ook. Hij is iets naast accountant. Door fixatie betekent hij wat. Dat is punt één. Het tweede punt is dat hij begint te kijken als fotograaf. Overal waar hij komt zoekt hij naar de glinstering van een kandelaar. Als hij hem vindt, moet hij hem hebben. Hij koopt of steelt hem. Dat is toch prachtig?” Anthon Beeke is de verzameling kleerhangers begonnen omdat hij een doel voor ogen had met de kleerhangers. Bijzonder is dat toen het doel niet behaald kon worden hij toch door is gegaan met de verzameling, waarschijnlijk omdat hij niet meer kon stoppen omdat hij er intussen al zoveel mooi en bijzondere exemplaren verzameld had.

(32)

Anthon Beeke met zijn verzameling kledinghangers.

(33)

verzamelen als middel 33 de ontwerper, een verzamelaar

Anthon Beeke is gefascineerd door verzamelen en ver-zamelingen. Samen met Flevodruk Flevodruk in Harderwijk een kalender uit rond het thema verzamelen. De kalender is bestemd voor relaties van drukkerij Flevodruk. Elke uit-gave neemt een andere bijzondere verzameling op de kop. Bijvoorbeeld de kalender met het thema enveloppen. ‘Een kleine visuele kieteling’ laat een keuze zien uit de envel-oppen en briefkaarten van kunstenaars die Ad Petersen (1931) verzamelde in de jaren dat hij conservator was van het Stedelijk Museum in Amsterdam (1960-1990). De enveloppen zouden normaal gesproken in de prullenbak belanden, maar Petersen bewaarde ze in de wetenschap dat ook die beschreven enveloppen documenten zijn die ons veel kunnen vertellen over het karakter van de – onbespiede – kunstenaar. Vormgever Anthon Beeke bracht de mooiste enveloppen van bijvoorbeeld Francis Bacon, Ed van der Elsken, Anton Heyboer en Co Westerik onder in dit boekje. Met bij elke envelop een stukje tekst over de kunstenaar. Anthon Beeke is geïnteresseerd in verzamelen, maar er is geen verdere connectie met zijn werk.

(34)

Paul Mijksenaar is als ontwerper gespecialiseerd in bewegwijzeringen, cartografie, merken, pictogrammen en gebruiksaanwijzingen. In 1986 startte hij bureau Mijksenaar op en daarnaast is hij hoogleraar Visueel Informatie Ontwerpen aan de Technische Universiteit in Delft. Paul Mijksenaar creëert orde in deze complexe wereld en maakt het begrijpelijk voor de mens. ‘Ik ben geslaagd als niemand mijn bewegwijzering opmerkt en gewoon zijn weg vindt’, zei Paul Mijksenaar in een interview in de New York Times (07/06/2001).

Paul Mijksenaar zoekt naar de oplossing van veel voorkomende problemen, zoals een deurknop of ver-keersbord tot de nieuwe bewegwijzering van Schiphol. Hij ontwierp de bewegwijzering voor musea, postkan-toren, ziekenhuizen, dierenparken, parkeergarages, NS- en metrostations en andere gebieden waar men anders licht zou verdwalen. Hij verwierf met de bewe-gwijzering van Schiphol, de Nederlandse spoorwegen en de New Yorkse luchthavens veel internationale belangstelling. Paul Mijksenaar heeft opdrachten over de hele wereld. Voor de nieuwe bewegwijzering van Schiphol hebben alle belangrijke benamingen weer een hoofdletter, na jarenlang met een kleine letter te zijn geschreven. De voornaamste reden hiervoor was,

4.3

Paul

(35)

verzamelen als middel 35 de ontwerper, een verzamelaar

(36)

dat het verwarring opriep met de Engelse uitspraak, die geïnterpreteerd kan worden als E en D. De stijl van Paul Mijksenaar doet denken aan de strakheid van De Stijl, aan de Broadway Boogie Woogie van Mondriaan. De functionele toepassing van heldere kleuren en een-voudige en leesbare typografie.

Voor oplossingen is een onderzoek vooraf noodzakelijk. Paul Mijksenaar heeft voor zijn onderzoek een ruime ver-zameling aangelegd van allerlei bewegwijzeringen, carto-grafieen, merken, pictogrammen en gebruiksaanwijzingen. Hij gebruikt zijn verzameling direct als inspiratiebron, maar ook als drager van zijn onderzoek.

Paul Mijksenaar verzamelt al jaren formulieren. Vooral overheidsformulieren hebben een aparte plek in zijn ver-zameling. ‘meer bureaucratie, des te meer codering en ge-heimzinnigheden er verschijnen. Een door de bureaucratie ontworpen formulier is niet speciaal leuk bedoeld voor degene die het onder ogen krijgt. Het is er voor de ambte-naren. Het straalt iets uit van Dit Is Een Formulier En Daar Heeft U Zich Maar Aan Te Houden. Maar toch houdt het door zijn onbedoelde beeldvorm een zekere charme. Een typografisch rijk beeld. Echt ontworpen formulieren heb-ben dat niet. Die zijn er om te behagen, om in de smaak

(37)

te vallen. Daar beleef ik weinig lol aan.’ Paul Mijksenaar bestudeert het materiaal aandachtig. Hij is nieuwsgierig en past zijn verkregen kennis toe.

Zijn verzameling laat zijn interesse en kennis zien van zijn vakgebied, wat anderen doet overtuigen van zijn specialisatie en professionaliteit. Hij schreef en illustreerde meerdere boeken waaronder: Visual Funcion: A Brief Introduction to Information Design, Princeton Arcitecural Presse 1997, en Open Here: The Art of Visual Instruction. Voor de boeken wordt het archief van Paul Mijksenaar mede gebruikt als drager van het boek. “Open Here: The Art of Visual Instruction” is een verzameling van dagelijkse gebruiksaanwijzingen: volkswagen bus gebruiksaanwijzing, thee instructies, stropdas instructies en uitpak procedures. De verzameling komt van uitgeknipte verpakkingen, musea, bedrijfarchieven en gestolen van vliegvelden. Hij toont de wereld van de gebruiksaanwijzing. Paul Mijksenaar laat met allerlei gebruiksaanwijzingen zien dat je op verschillende manieren iets kunt uitleggen. Door de gebruiksaanwijzing wordt het voorwerp begrijpbaar, een voorwerp spreekt niet uit zichzelf. Open Here: The Art of Visual Instruction helpt andere illustratoren en ontwerpers met slimme truuks en ideeën over hoe je een gebruiksaan-wijzing moet ontwerpen, Paul Mijksenaar deelt zijn kennis en vondsten met anderen.

Van zijn opgebouwde verzameling heeft hij een stichting opgericht, Stichting Archief Paul Mijksenaar(SAPM). De stichting heeft ten doel het in stand houden en uitbouwen van documentatie over visuele informatie. en alles wat daarmee rechtstreeks of zijdelings verband houdt, in de ruimste zin van het woord. De hoofdactiviteit is het verza-melen, archiveren en toegankelijk maken van informatie-materiaal op het gebied van grafische vormgeving, en in het bijzonder bewegwijzering, cartografie, merken, picto-grammen en gebruiksaanwijzingen.

(38)

Vormgeven draagt bij aan het scheppen van orde in de chaos. Volgens de filosoof Aristoteles is het een terugker-end thema in de filosofie. Ontwerpen is orde brengen in de chaos van onze omgeving, gedachtes en gevoelens. Data en informatiestromen zijn onderdeel van onze dagelijkse realiteit geworden. Met de systemen van Aristoteles werd de wereld gesystematiseerd. Paul Mijksenaar doen dat als ware ook. Hij is op zoek naar evenwicht tussen monotonie en verwarring. Hij heeft een behoefte tot ordenen omdat we chaos niet objectief kunnen waarnemen. De kijker moet geprikkeld worden met de vormgeving die een orde of grondpatroon bezit en tegelijk voldoende variatie heeft om de blik van de kijker vast te houden.

Paul Mijksenaar streeft naar orde in zijn omgeving. Hij maakt met zijn vormgeving de geschepte orde begrijpelijk en daarmee de wereld om hem heen begrijpelijk. Zijn verzameling is het fundament voor zijn ontwerp. Met de verkregen kennis is het mogelijk om oude ontwerpen te verbeteren en herzien.

(39)

4.4

Esther

Kokmeijer

Landen en culturen zijn de inspiratiebron voor de Grafisch ontwerper en reisfotograaf Esther Kokmeijer. Daarzijn noemt ze haar werkplek. Daarzijn kan overal zijn; Nederland, Thailand, Ghana, China, Australië of Egypte. Allemaal plekken waar Esther Kokmeijer onder andere geweest is tijdens haar lange wereldreis. Al-leen rondreizen was niet het doel, maar op zoek naar het zwaartepunt van elk continent. Ze heeft heel wat oerwouden, woestijnen, bergen en oceanen moeten doorkruisen om precies het berekende geografische middelpunt te bereiken. Tijdens de zoektocht kwam ze op plekken waar de gewone toerist niet snel naar toe zou gaan. Deze bijzondere en onverwachte plek-ken inspireerde haar om te fotograferen, te teplek-kenen, te schilderen, te schrijven en spullen te verzamelen. Met dit materiaal is een boek samengesteld. Tijdens mijn stage bij Daarzijn heb ik meegewerkt aan het sorteren en ordenen van het verzamelde materiaal.

(40)

Summary of the world

Het materiaal dat Esther Kokmeijer heeft verzameld tijdens haar wereldreis is de drager voor het boek. Het verteld haar persoonlijke verhaal, een verslag van haar ervaringen en ontmoetingen tijdens de reis. “Reizen is niet alleen het zien van veel moois, maar ook het leren kennen van veel mensen uit verschillende culturen en landen. ”Tijdens de reis heeft ze veel mee gemaakt. En deze ervaring deelt ze met de lezer.

In vijftien maanden legde Esther Kokmeijer 120.000 kilo-meter af en doorkruiste ze 46 landen. De coördinaten van de zwaartepunten werden speciaal voor haar berekend door Jean-Georges Affholder van het Institut Géographique National (IGN) in Parijs. Door deze coördinaten in te voeren in een GPS was het mogelijk de exacte vierkante meter van het zwaartepunt op elk continent te vinden. “Bij deze reis gaat het niet alleen om de zwaartepunten. Niet alleen het eindpunt, maar ook de reis zelf is het doel. Een reiziger moet meegroeien met de reis. De reis zelf geeft de belangrijkheid van het gekozen einddoel aan. Ieder middelpunt krijgt zo een eigen verhaal.”

Esther Kokmeijer verzamelde in die 15 maanden onder andere zelfgemaakt materiaal, foto’s, teksten en mindmap-pings, maar ook gevonden materiaal, toegangskaartjes, paspoortstempels, enveloppen en bonnetjes. Het gevon-den materiaal is voornamelijk klein drukwerk. Het fascin-eert Esther Kokmeijer, door de diversiteit en overeenkom-sten dat in het drukwerk te ontdekken is. Je kunt ze met elkaar vergelijken en naast elkaar leggen en er ontstaan nieuwe verhalen en laat een kleine samenvatting van de wereld zien. Elke bonnetje of stempeltje herinnerd aan een plek op de wereld waar Esther Kokmeijer is geweest.

(41)

verzamelen als middel 41 de ontwerper, een verzamelaar

(42)

“Het is een romantisch verlangen om ‘alles’ te zien en te beleven.” Haar gevoel en herinnering wil ze met andere delen. “Als reiziger, fotograaf en ontwerper ben ik op zoek naar ervaringen, die mij in vervoering brengen, verrassen en verwonderen. Het onbekende of niet alledaagse doet mij voortbewegen. Ik wil me onderdompelen in andere culturen. Ik wil verwonderd worden en anderen verwon-deren.” In Australië werd ze herinnerd aan een ouder mo-ment. In haar reisdagboek schrijft ze hier over. “Het hostel trakteert op ontbijt. De twee literpot vegiemate staat al voor me klaar. Ik was dit smerige goedje dat eruit ziet als choco-ladepasta maar vergelijkbaar is met mermaid vergeten. Het is tijd voor herinneringen. Vier en een half jaar geleden heb ik een half jaar door Australië gereisd. Nu beleef ik samen met nieuwe dingen ook die tijd met zijn goede herinnerin-gen opnieuw.”

Goede herinneringen zijn belangrijk voor Esther Kokmeijer In ons hoofd kunnen we de grootste, meest massieve verzamelingen steeds met ons meedragen Verzamelen is in beginsel en uiteindelijk een mind-game, een mentaal spel dat de verzamelaar met zichzelf speelt. Het bezitten van een mooie herinnering kan een doel zijn, een fictieve verzameling. Het vermogen van fantaseren is daarbij noodzakelijk. Bijvoorbeeld een schrijver of dichter die woorden en dialogen verzamelt, of een muziekliefheb-ber die klanken verzamelt en de grafisch ontwerper die beelden verzamelt. De collectie valt binnen een imaginaire collectie. Deze verzamelaar is altijd op zoek naar perfec-tie. Het bezit van een grote hoeveelheid is niet het doel op zich, maar de steeds hogere kwaliteit. Totdat er uiteindelijk nog eentje overblijft, die representeert het al. De verzame-laar wordt daarmee een schepper.[6]

Het materiaal dat Esther Kokmeijer verzameld heeft heri-nnerd aan de plekken en momenten van haar wereldreis, maar ze heeft ook een fictieve verzameling van mooie momenten en herinneringen.

De tastbare verzameling maakt visueel inzichtelijk hoe de reis is verlopen. Aan het materiaal is een herinnering ervaring gekoppeld. Die ervaring wil ze met andere delen en laat dat door middel van het materiaal zien. De objecten vertellen samen een verhaal, een gevarieerd overzicht, samenvatting, van de wereld.

[6] Renée Steenbergen, le collectionneur imaginaire, 2006

(43)

Rob van Hoesel is een jonge grafisch ontwerper uit Breda die voornamelijk werkt voor opdrachtgevers uit de culturele sector. Ik heb van Hoesel bezocht in zijn studio in Kop, een kunstenaarsontmoetingsplek, naar aanleiding van zijn boek ‘Transitoland’, een verzameling Belgische autosnelwegen.

Net als veel andere ontwerpers verzamelt Rob van Hoesel objecten die hem interesseren en later misschien van pas zouden kunnen komen. In de hoek van zijn studio staan 3 enorme dozen auto-onderdelen ‘ik verzamel ze omdat ik ze mooi vind, maar ik weet nog niet wat ik er mee wil, maar wie weet voor later’. De verdere studio is opvallend goed geor-dend. Elke doos en map is voorzien van een naam. Materiaal van zijn academieperiode kan hij dan ook moeiteloos terug vinden. Zijn ontwerpen worden gekenmerkt als geordend en gestructureerd. Verzamelen is een manier van werken die hij nauwelijks toepast bij een gegeven opdracht. Vanuit eigen initiatief en interesse start hij een verzameling. ‘De grenzen tussen kunst en grafisch ontwerpen vervagen steeds meer.’ Bij gegeven opdrachten in dienst van en klant, is het haast een onmogelijke taak om te verzamelen en onderzoeken.

Een project als Transitoland is bij uitstek de gelegenheid om daar wel mee bezig te zijn.

4.5

Rob

van Hoesel

(44)

Het is daarom van belang om altijd doelgericht te verzamelen, weten waar je mee bezig bent en wat je met je verzameling wilt vertellen. Ontwer-pers raken geregeld verstrikt in een grote hoeveel-heid verzamelde informatie, maar de vraag blijft altijd wat er met de verzamelde beelden wordt verteld.

‘Verzamelen kan een

vlucht zijn om vooruit

te kunnen, maar de

kunst is om het om te

zetten’

De vooraf verzamelde gegevens van elke autosnelweg.

(45)

casus: transitoland

Voor het boek Transitoland heeft Rob van Hoesel alle 35 Belgische autosnelwegen gefoto-grafeerd aan de passagierskant van zijn oude Opel Corsa. België is voor Rob van Hoesel altijd een doorgangsroute geweest naar Frankrijk, Spanje, Italië en andere mooie vakantiebestemmingen. ‘Autorijden is net als tv kijken, de wereld komt aan je voorbij. Tijdens een van mijn reizen naar Frank-rijk viel me de diversiteit op wat een land als België allemaal in zicht heeft. De verschillende grenzen van talen en landen. Maar voornamelijk de diverse fysieke verschijningen langs een autobaan, die normaal aan je voorbijgaan.’

Zo ontstond het idee om alle Belgische autosnel-wegen te fotograferen. De verzamelde beelden heeft hij samengebracht in een boek, Transitoland genaamd. Van de 3000 foto’s die hij heeft verza-meld tijdens zijn reis heeft hij 1000 afbeeldingen geselecteerd. De afbeeldingen zijn gestructureerd op de nummers van de snelweg, afzonderlijke wegen en voorzien van extra informatie. Tijdens zijn verzameltocht heeft hij om te beginnen eerst verzameld wat hij al wist: de namen van de autowegen, waar de viaducten en benzinestations zich bevonden. Allerlei verschillende verzamelde

verzamelen als middel 45 de ontwerper, een verzamelaar

route plan

De vooraf verzamelde gegevens van elke autosnelweg.

(46)

informatie kon doelgericht verzameld worden. Alle verza-melde informatie die hij van voren al wist is gesorteerd en geordend in een logboek. Zo kon van voren een kleine voorspelling gedaan worden. Hoe gaat mijn route verlo-pen? Wat ga ik op de foto zetten? Wanneer moet ik mijn rolletje verwisselen en hoe ga ik dat zo geordend mogelijk archiveren? Allemaal vragen die van voren uit gedacht waren, voordat er aan deze onderneming begonnen kon worden. Rob van Hoesel heeft elke weg voorzien van zijn eigen kenmerk en specifiek en gericht onderzocht. Omdat Rob van Hoesel zo min mogelijk auto’s op de foto’s wilde,

De 3000 verzamelde foto’s van de alle Belgische autosnelwegen.

Tijdens vakanties fotografeert Rob van Hoesel caravans. Wat een fascinerende Index Print oplevert.

(47)

zijn alle routes op zondag gereden.

Transitoland brengt ons met alle beelden in een geheel andere wereld. Normaal gaat dit razendsnel en onbewust aan je voorbij. Ze lijken onbelangrijk en oninteressant. Maar door ze in deze context te plaatsen krijgen ze opeens betekenis. Vanuit een thematische redactie ontstaat een beeld van de autosnelweg en zijn directe omgeving, een nieuw beeld van België. Specifieke details heeft hij uitgelicht, bijvoorbeeld de lantaarnpalen langs de A10-E40, een heel normaal beeld, maar juist de verzameling van lantaarnpalen maakt het interes-sant. Opeens blijken alle lantaarnpalen helemaal niet hetzelfde te zijn, maar heeft ieder een andere vorm. De één lijkt op een magneet en de andere op een hooivork. Iedereen kan deze verzameling anders interpreteren en de verzameling een betek-enis geven. De subjectiviteit van België is onver-stoorbaar verwerkt.

Volgens Rob van Hoesel schuift het vak grafisch ontwerpen steeds meer richting kunst, de grens tussen beide vervaagt. Het boek Transitoland bevestigd deze veronderstelling: vanuit een eigen interesse is hij begonnen met de verzameling. Rob van Hoesel bepaalde welke beelden er in het boek kwamen en welke niet. Hij bedacht daarvoor een systeem. En laat daarmee een nieuwe wereld zien.

verzamelen als middel 47 de ontwerper, een verzamelaar

Het uiteindelijk boek: Transitoland.

(48)

4.6

Martijn

Engelbregt

Onderzoek is het fundament voor de ontwerpen van Martijn Engelbregt. Met relatief weinig middelen legt hij complexe bureaucratische structuren bloot. Met geraf-fineerde enquêtes ontlokt hij specifieke gegevens van mensen en verwerkt die vervolgens. Martijn Engelbregt is gek op gegevens en informatie. De gegevens, cijfers en in formatie is objectief, maar toch is de stem van Martijn Engelbregt in elk detail hoorbaar.

Grafisch ontwerpers zoals Martijn Engelbregt houden van lijstjes, het verzamelen van feiten, cijfers en statistiek-en statistiek-en gebruikstatistiek-en dat als uitgangspunt. Het zijn droge feitstatistiek-en, die een andere betekenis krijgen door de manier waarop ze verwerkt worden. Martijn Engelbregt zet mensen aan het denken met zijn projecten en door de gegevens die hij verzameld heeft in een andere context te plaatsen. Zijn manier van gegevens beheren heeft iets absurds en zo zegt hij iets over op hol geslagen hoeveelheid informatie. Hij is een absurde gegegevensbeheerder in de absurde in-formatiewereld. Een voorbeeld van de verweving van vrije en toegepaste kunst. De procedure en het verzamelen van gegevens is het werk van Engelbregt. een ironische kijk in het leven van de Nederlander.

(49)

de dienstcatalogus

Van 21 april 2004 t/m 21 april 2005 is Martijn Engelbregt begonnen met het verzamelen van materiaal voor de dienstcatalogus. Ten behoeve van het onderzoeksorgaan voor kunsttoepassingen voor het logement van de Tweede Kamer. Een uitgebreide onderzoek was gericht op de mogelijkheid om kunst en democratie te combineren. Hij bouwde een eigen onderkomen in het Logement met uitzicht op de zaal waar tijdens de Dienstperiode enkele parlementaire enquêtes plaatsvonden en maakte een prozaïsch (of deprimerend) beeldverslag van interieurs, meubilair en parafernalia van diensten en volksverteg-enwoordiging en bood het beeldmateriaal op de voor de Dienst opgerichte website ter inspiratie aan. Er volgden 552 voorstellen.

Het doel was om een kunstwerk te vervaardigen voor het logement, de nieuwe dependance van de Tweede Kamer. Elke Nederlander kon zich bemoeien met de dienst. Er kon gestemd worden op door de dienst bedachte kunstvoorstellen, een nieuw logo voor de Tweede Kamer, gigantisch geprojecteerd aquarium, een dreigbrievenbus of de schietschijf op het torentje. In totaal heeft de Dienst 552 voorstellen voor kunstwerken ontvangen, meer dan 18.986 reacties op deze voorstellen en 74.638 uitgebrachte stem-men. Martijn Engelbregt verzamelde het materiaal, het volk besloot. Hij stond als kunstenaar midden in de openbare discussie. Hij gaf niet alleen de gegevens weer, maar door de filtering van data en vormgeving liet hij zijn stem horen ondanks het ogenschijnlijk democratische gehalte van het project. Hij manipuleerde niet alleen wat de stemmers zeiden, maar ook hoe de gegevens van de enquêtes geïn-terpreteerd konden worden.

Al deze feiten, cijfers en statistieken en ander verzameld materiaal zijn verwerkt in een boek. Er zijn uiteindelijk negen kunstwerken uit voortgekomen. Het boek over de Dienst is een intrigerende, chaotische bundeling van statistieken, foto’s, dagboekaantekeningen, vergader-notulen, en artikelen. De enorme hoeveelheid aan gevon-den en gemeten informatie in de dienstcatalogus is geor-dend en gestructureerd zonder enige schijnbare vorm van chronologie. De informatie lijkt oninteressant, maar door de marginaliteit van de informatie en vervreemding, krijg je bijna een ironische kijk in het leven van de Nederlander.

(50)
(51)

Het verzamelen van gegevens, cijfers en statistieken kan bij Engelbregt haast gezien worden als dwangmatig verza-melen. Het verzamelen om het verzamelen van schijnbaar nutteloze cijfers en statistieken, ziet hij zelf als een zinvolle dagbesteding. Het verschil met mensen die dwangmatig verzamelen en de schijnbare verzamelziekte van Engel-bregt is dat hij de gegevens betekenis geeft door ze in een andere context te plaatsen. Hij doet werkelijk iets met zijn gegevens, daarmee zijn de gegevens het middel van zijn ontwerp.

De grens tussen kunst en grafisch ontwerpen vervaagt steeds meer. Het project van Martijn Engelbregt ten be-hoeve van het onderzoeksorgaan voor kunsttoepassingen voor het logement van de Tweede Kamer is daar een voor-beeld van. Ook al was hij in dienst van de Tweede Kamer toch werd dit project beschouwt als kunst. Het idee om democratisch te stemmen op kunstwerken was een idee van Martijn Engelbregt en hij liet daarmee zijn stem horen als kunstenaar en ontwerper.

(52)

4.7

Piet

Schreuders

Piet Schreuders is grafisch ontwerper, radiomaker, documentairemaker, art-director, publicist en onder-zoeker. Hij ontwerpt tijdschriften, boeken en cd’s. Piet Schreuders is als freelance ontwerper onder meer actief voor het Rijksmuseum, de VPRO en verschillen-de uitgeverijen. De duizendpoot gebruikt elk beschik-baar medium voor de bouw van zijn eigen universum. Maar hij is vooral bekend als geestelijke vader van de Poezenkrant. Hij omschrijft zichzelf al een medium, een doorgeefluik. En alles wat door het luik gaat wordt gekneed, vormgegeven en geboetseerd tot het past in de wereld van Piet Schreuders. Hij maakt tijdens het layouten gebruik van alles wat zich toevallig aandient. Volgens Schreuders in Lay in-lay out(1977) bestond het vak grafisch ontwerpen 100 jaar geleden nog niet en zal het er over 100 jaar ook niet meer zijn. ‘Een ontwerper is misdadig omdat zijn vak een van die specialismen is waar de wereld gemakkelijk zonder zou kunnen: hij is misdadig omdat hij smoesjes verkoopt over ‘ordening’ en ‘objectivit-eit’, terwijl hij in werkelijkheid het hem gegunde materiaal overgiet met een smakeloze saus waardoor van de inhoud niets meer te ontdekken is.’ [7]

[7] Piet schreuders, Lay in lay out, Morf 2

(53)

In 1974 startte Piet Schreuders de Poezenkrant. Het was toen nog enkel een simpel fotokopie geprinte krant, die hij verspreidde onder kattenvrienden, familie en collega’s. Maar ondanks de onregelmatige verschijning en het on-voorspelbare formaat en de vormgeving, groeide de krant continu.

Binnen een jaar was de oplage 3.000 stuks en werd hij offset gedrukt. De naam van de krant suggereert dat het een informatieve krant over poezen is, maar in

werkelijkheid is het geen krant en staat er ook geen informatie over de katten in. Niet over hoe je de kat moet verzorgen, gedrag, geschiedenis, wat de kat moet eten en hoe je verder met een kat om moet gaan. De krant bevat ingezonden brieven, vol met schrijffouten, en foto’s, mees-tal amateuristisch en slechte kwaliteit een soort openbare plek waar dialoog en discussie ontstaat.

‘Het is voor mij een oefening in kort, puntig journalistiek schrijven. Hoe kan ik boeiend uit de hoek komen met iets waar eigenlijk niets meer over te vertellen valt. Hoe vermijd je dat je in elke zin het woord poes moet gebruiken.’8 Zelfs nu nog met de nieuwe en zeer snel ontwikkelde techniek is er nog ruimte en behoefte voor. Piet Schreud-ers heeft hierbij de rol als verzamelaar van het materiaal en zet het in de juiste context. Door de beeld en redactie van Piet Schreuders ontstaat er een uniek soort ironie wat de krant een bijzondere attractie maakt. Zijn werk is eclectisch en postmodern. Gekenmerkt door het knippen en plakken van bestaand materiaal. Al knippend, plakkend en schuivend perfectioneert hij zijn gevoel voor spatiering en de manier waarop bepaalde fonts zich ten opzichte van elkaar gedragen. ‘Het meeste leerde ik door bijna op het neurotische af om me heen te kijken. Geen enkel stukje drukwerk passeert mijn handen zonder dat ik me afvraag hoe het gemaakt is, welke lettertypes, technieken, marges en letters er gebruikt zijn. Vervolgens ik me voor hoe het beter zou kunnen. Ik stel me vaak voor hoe een bepaalde belettering beter had gekund met een kleine ingreep.’ Zijn werkkamer van zijn woonhuis is een Schreuders-museumpje. Grote archiefkasten waarin zich ondermeer alle research bevindt die hij deed. Een hoge stapel banan-endozen gevuld met James Avati geïllustreerde paper-backs. Het verzamelde materiaal wordt gebruikt voor zijn onderzoek over de illustrator.[8] Hij bouwt daarmee zijn eigen wereld, schijnbaar triviale zaken plotseling bijzonder essentieel en spelen bepaalde een belangrijke rol.

verzamelen als middel 53 de ontwerper, een verzamelaar

[8] Gertjan Harberink, Het parallelle universum van Piet Schreuders

Een artikel uit de poezenkrant.

(54)
(55)
(56)

Ontwerpers nemen steeds meer initiatief voor eigen pro-ducties en gedragen zich als kunstenaars. Het is niet meer de taak om het de klant naar de zin te maken, de opdracht wordt gebruikt om persoonlijke beelden de wereld in te sturen. Dat ontwerpers optreden als redacteur, opdracht-gever en auteur is niet geheel nieuw. Ontwerpers maken zich steeds meer los van de dienende rol, het verzorgen van een opdracht van uiteenlopende soorten drukwerk of multimedia voor de opdrachtgever.

Job van Bennekom zette in 1997 tijdens zijn afstuderen ook zijn eigen tijdschrift op, het bekende RE-magazine. Be-halve dat hij zelf schreef en fotografeert, hanteerde hij voor de kleine redactie een non-hiërarchische formule: concept. Met zijn tijdschrift wilde hij een persoonlijke dimensie aan-brengen in de onpersoonlijke massamedia.

Hij beschouwde het tijdschrift als open podium voor allerlei creatieven, fotografen, stilisten, illustratoren en redacteurs. De verschillende creatieve disciplines die bij totstandkoming ervan berokken waren kwamen daardoor dichter bij elkaar. Maar toch slaagde Job van Bennekom er telkens opnieuw in om het tijdschrift zijn handschrift te geven.

Piet Schreuders is redacteur van zijn eigen verzameld materiaal. Hij verzamelt verhalen en materialen van anderen voor de poezenkrant. Door het beeld en tekst in de juiste context te plaatsen worden er verhalen verteld en komen er nieuwe waarheden aan het licht.

(57)

4.8

Jaap

van Triest

Jaap van Triest is grafisch ontwerper en typograaf. Zijn aandacht gaat uit naar de details, naar het beden-ken van het juiste formaat, de juiste bladspiegel, de keuze van een letter, een kleur, een papiersoort. Hij balanceert het weinige dat hij toelaat in zijn ontwer-pen, telkens opnieuw, telkens anders. Jaap van Triest verzamelt boeken en ik zocht hem op in zijn studio in Amsterdam, waar hij intussen een aardige bibliotheek bij elkaar heeft verzamelt.

Jaap van Triest heeft een grote liefde voor boeken, nieuw, oud, goedkoop of duur alle soorten. De studio in Amsterdam is tot het plafond gevuld met boeken. Er lig-gen stapels met tijdschriften en boeken verspreid door de kleine ruimte. De chaos lijkt op het eerste gezicht ongeor-ganiseerd en onoverzichtelijk, toch weet Jaap van Triest elk boek feilloos te vinden. De boeken zijn gesorteerd op ontwerper, land en jaar van uitgave.

Van Triest noemt zichzelf geen verzamelaar.‘Ik ben geen verzamelaar, maar een boekenliefhebber.’ Wanneer ben je een verzamelaar en wanneer een liefhebber? Boudewijn Büch heeft daar in ‘Bibliotheken’ een antwoord op “Als de boeken achter glazen deurtjes komen dan is het stadium van de boekenkast verlaten en het tijdperk van de

(58)

theek aangebroken.” [9] Jaap van Triest is geen maniak die streeft naar volledigheid.

Ik verwachtte dat Jaap van Triest alleen boeken over grafisch ontwerpen zou verzamelen, maar de werkeli-jkheid bleek anders.‘Ik heb allerlei soorten boeken over de linotype machine, drukpersen, druktechnieken, zetletters en andere oude ambachten van de drukkerij, maar ook boeken over badkamerkranen, stuivers, volksliteratuur van Tsjechië of architectuur.’ Het zijn bijna allemaal visuele informatieve boeken. De boeken vindt hij in boekenwinkels om de hoek, maar ook op rommelmarkten en antiquariaten. Hij heeft een speciaal oog ontwikkeld voor het vinden van boeken. ‘Tijdens de aanschaf van een boek let ik vooral op de inhoud, maar ook de manier van inbinden, lay-out en de druktechniek. Sommige boeken heb ik dubbel of nogmaals in een andere taal, maar omdat ze zo bijzonder zijn kan ik ze niet laten liggen.’ Karel Martens is zijn grote voorbeeld. Hij herkent al van grote afstand als hij aan het speuren is naar boeken een Karel Martens boek tussen de andere boeken. Na de aanschaf van een boek verdwijnen ze meestal direct in de gigantische boekenkast tussen de andere boeken, maar zodra de tijd rijp is, komen ze uit de kast en worden ze ingezet.

Grafische vormgeving en de technologie is de afgelopen 50 jaar drastisch veranderd. De technologie die de graf-isch ontwerper tot zijn beschikking had was vrij primitief en zeer kostbaar. Lopende tekst werd gezet met loden letters, zowel handmatig of machinaal, en gedrukt met hoog- of boekdruk. Illustraties werden gemaakt van clichés in metaal of rubber. Tegenwoordig met de computer gaat dat veel sneller, wat de boeken van nu een heel ander karakter geeft. Nieuwe druktechnieken maken steeds meer mo-gelijk. Als je boeken uit allerlei verschillende periodes naast elkaar legt, heb je een samenvatting van de geschiedenis van de boekdrukkunst. Jaap van Triest heeft de afgelopen jaren met het verzamelen van zijn boeken veel kennis opgedaan over de boekdrukkunst, die kennis past hij toe voor nieuwe boeken. Door boeken naast elkaar te leggen, worden er nieuwe ontdekkingen gedaan, die anders onop-gemerkt waren gebleven.

Een andere inspiratiebron voor Jaap van Triest zijn de Rencontre boeken, kennisboekjes voor kinderen. Erik Nitsche is de samensteller van deze boeken. Hij werd ge-boren in een fotografie familie, waardoor hij al vanaf jonge

[9] Boudewijn Büch, Bibliotheken, p.178

(59)

verzamelen als middel 59 de ontwerper, een verzamelaar

(60)

leeftijd werd geprikkeld om beelden te verzamelen. Zijn verzameling aan beelden paste hij toe in de kennisboeken. Door de juiste combinatie van beeld en typografie zijn de boekjes makkelijk toegankelijk. Jaap van Triest heeft al ver-schillende boekjes weten te verzamelen. En past dezelfde ideologie toe voor zijn boeken.

Zijn verzameling boeken worden gebruikt om de kennis te verbreden en ter inspiratie, maar ook gebruikt Jaap van Triest verzameld materiaal als drager voor zijn ontwerp. Beelden en omslagen worden ingescand en ingezet voor nieuwe projecten. Jaap van Triest zijn werk is daarmee eclectisch en postmodern. Verschillend verzameld mate-riaal wordt gebruikt als middel om een nieuw verhaal te vertellen. In het boek ‘Galeislaven en Rekentuig, mono-grafieën over vormgeving, drukkers, grafische ontwerpers en de vooruitgang,’ is onder andere Jaap van Triest verant-woordelijk voor de beeldredactie en ontwerp. Het is een documentaire uitgave over de intensieve samenwerking tussen drukker en ontwerper. Het boek bevat een aantal korte beschouwingen over de belangrijkste technologische, culturele, economische en vakinhoudelijke (zowel drukken als ontwerpen) ontwikkelingen uit de periode na de Tweede Wereldoorlog. Het verhaal wordt verteld met een grote hoeveelheid en divers beeldmateriaal. Jaap van

Triest past niet alleen materiaal uit zijn boekenboeken toe, maar ook ander materiaal dat Jaap van Triest in de loop van de tijd heeft verzameld. Zoals een oude opmaakschets van het Parool uit 1972, de ingewanden(harde schijf) van een Apple Macintosh Powerbook Duo 270 en een Compu-graphic fontfilm uit 1980.

Als docent op AKV| st Joost en de master opleiding aan de HKU deelt hij graag zijn verkregen kennis met de stu-denten. Zijn materiaal wordt geregeld ingezet en gebruikt door de studenten. Boeken kunnen de inspiratiebron zijn voor nieuwe initiatieven.

Naast boeken verzamelt Jaap van Triest plastic auto’s, oude fotocamera’s, oude typemachines, kinderspelletjes, koninginnen dingen, loden en houten letters, clichés, teksten en advertenties. Al deze kleine verzamelingetjes zijn nauw betrokken met zijn vak als grafisch ontwerper en typograaf. ‘Objecten verwijzen altijd ergens naar. Zoals tijdschriften verwijzen naar de wereld om ons heen. Een verzamelobject kan symbool zijn voor iets.’

(61)

Ondanks dat Jaap van Triest zichzelf geen verzamelaar noemt heeft hij wel een speciale band met alle objecten om zich heen. Zijn verzameld materiaal wordt gebruikt als mid-del voor projecten. Een postmoderne manier van werken die je bij meerdere ontwerpers ziet. Het recyclen van oude beelden en opnieuw inzetten, waardoor er nieuwe verhalen verteld worden. Zonder zijn opgebouwd archief zou dit onmogelijk zijn.

verzamelen als middel 61 de ontwerper, een verzamelaar

Galeislaven en Rekentuig, monografieën over vormgeving, drukkers, grafische ontwerpers en de vooruitgang,

(62)

Luna Maurer is een bekende Nederlandse vormgever en webdesigner. Na het voltooien van de opleidingen aan de Rietveld Academie en Sandberg Instituut in Amsterdam is zij zelfstandig als ontwerper in Amster-dam gaan werken.

In ‘Algoritmes als airbrush’ schrijft Luna Maurer over haar visie van ontwerpen.‘Als we de wereld willen vorm-geven, kunnen we niet om de vragen over het leven heen. Een ontwerp moet iets zeggen over onze maatschappij. Eén van die vragen is ‘controle’. Mijn leven speelt zich voor een groot deel achter mijn laptop af. Met mijn mobiele telefoon bij de hand en een snelle wireless internetverbind-ing, voel ik me connected. Ik, en velen met mij, organiseer mijn leven, mijn bankzaken, de belasting en mijn vliegtick-ets met technologie. We laten minder aan het toeval over.’ Luna Maurer geeft de controle uit handen en laat haar ont-werpen bepalen door externe factoren. Ze beperkt zich als vormgever niet alleen tot het gebruik van digitale media, maar past alle media toe. Haar houding tegenover media vormt bij al haar werk hetzelfde uitgangspunt: In plaats van grafisch vormgever ziet zij zich meer als vormgever van systemen. Door met haar werk structuren te kristalliseren en systemen zichtbaar te maken (of te bedenken) wil ze

4.9

Luna

Maurer

(63)

verzamelen als middel 63 de ontwerper, een verzamelaar

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het middel dient niet gebruikt te worden als u meer dan 3 maanden zwanger bent, omdat het ernstig nadelige effecten voor de baby kan hebben als u het in deze periode gebruikt (zie

Inname van Azitromycine Mylan met geneesmiddelen voor stoornissen in de spijsvertering Als u geneesmiddelen moet gebruiken voor stoornissen in de spijsvertering, zoals

Het middel dient niet gebruikt te worden als u meer dan 3 maanden zwanger bent, omdat het ernstig nadelige effecten voor de baby kan hebben als u het in deze periode gebruikt (zie

Als uw urine getest wordt op geneesmiddelen, kunt u bij bepaalde testmethodes door het gebruik van quetiapine een positief resultaat krijgen voor methadon of bepaalde medicijnen

Gelijktijdig gebruik van spironolacton met andere middelen die de hoeveelheid kalium in het bloed kunnen verhogen, zoals triamtereen en amiloride (kaliumsparende

Uw arts moet weten voordat u dit middel gebruikt als u momenteel lijdt of heeft geleden aan één van de volgende aandoeningen:.. • u zwanger bent of denkt zwanger

Wanneer u te veel van Pred Forte heeft gebruikt of ingenomen, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts, apotheker of het Antigifcentrum (070/245.245)?. Bent u vergeten dit

Als één van de onderstaande bijwerkingen optreedt, stop dan met het gebruik van Naratriptan Mylan en neem direct contact op met uw arts of ga naar de