• No results found

ETE-AK-HAVO-2016-1-o

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "ETE-AK-HAVO-2016-1-o"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

200401161-o

Examen HAVO

2016

tijdvak 1 donderdag 26 mei 07.30 - 10.30 uur

aardrijkskunde

Bij dit examen hoort een bijlage.

Gebruik De Grote Bosatlas, 53e of de 54e druk.

Dit examen bestaat uit 37 vragen.

Voor dit examen zijn maximaal 58 punten te behalen.

Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met een goed antwoord behaald kunnen worden.

Als bij een vraag een verklaring, uitleg of berekening gevraagd wordt, worden aan het antwoord meestal geen punten toegekend als deze verklaring, uitleg of

berekening ontbreekt.

Geef niet meer antwoorden (redenen, voorbeelden e.d.) dan er worden gevraagd. Als bijvoorbeeld twee redenen worden gevraagd en je geeft meer dan twee

(2)

200401161-o 2 lees verder ►►►

Aanwijzingen voor de kandidaat

Opgave 1 Tijd voor koffie

Bestudeer uit het bronnenboekje bron 1 en 2, die bij deze opgave horen. Gebruik de atlas.

Koffie kan in verschillende klimaten worden geproduceerd.

2p 1 In welke klimaten wordt in Afrika koffie geproduceerd?

Noem van de klimaten zowel de naam als de afkorting, volgens de indeling van Köppen.

De kwaliteit van koffie wordt bepaald door geofactoren, zoals het klimaat.

1p 2 Noem, naast het klimaat, twee andere geofactoren die invloed hebben op de kwaliteit van koffie.

De groei van de handel in koffie in de 17e en 18e eeuw was mogelijk door

het kolonialisme.

1p 3 In welk soort koloniën werd koffie voornamelijk geproduceerd?

Door een sterke toename van het aanbod werd tijdens de 17e en 18e eeuw koffie beschikbaar voor de massa van de Europese bevolki ng. Schaalvergroting in twee sectoren zijn de oorzaak van deze toename.

4p 4 In welke twee sectoren heeft schaalvergroting geleid tot een toename van

het aanbod van koffie?

Leg per sector je antwoord uit. Gebruik bron 2.

De informatie van bron 2 geeft aanwijzingen voor een internationale taakverdeling in de handel van koffie.

2p 5 Leg met behulp van bron 2 uit wat de internationale taakverdeling inhoudt. Maak in je antwoord onderscheid tussen centrum en periferie.

Je kunt dit examen maken met de 54e of met de 53e druk van De Grote

Bosatlas.

De kaartnummers in de vragen verwijzen naar de 54e druk van de atlas.

Tussen haakjes staat de verwijzing naar de 53e druk.

Elke opgave bestaat uit enkele vragen. Bij elke vraag kun je, indien gewenst, de atlas gebruiken.

Schrijf op de eerste regel van je antwoordblad welke druk je gebruikt, de 54e of de 53e.

(3)

200401161-o 3 lees verder ►►►

Bedrijven zoals Douwe Egberts, Kraftfoods en Nestlé hebben vestigingen in meer dan 100 landen in de wereld.

1p 6 Hoe worden dit soort bedrijven genoemd?

Bedrijven zoals Douwe Egberts, Kraftfoods en Nestlé kunnen de wereldmarktprijs van koffie beïnvloeden.

1p 7 Leg uit hoe deze bedrijven de wereldmarkt kunnen beïnvloeden. De traditionele plantages, met een overkapping van schaduwbomen, verdwijnen door modernisering van koffieproductie.

De plantages worden getransformeerd tot moderne ‘sun grown’ plantages, met weinig tot geen schaduw.

2p 8 Noem twee soorten landdegradatie (bodemaantasting) die het gevolg kunnen zijn van de modernisering van koffieproductie.

Leg per soort landdegradatie je antwoord uit.

Consumenten stellen steeds hogere eisen aan producten, zoals koffie. Veel consumenten zijn ook steeds meer bereid hiervoor te betalen.

1p 9 Leg uit hoe kleine koffieboeren deze ontwikkelingen kunnen benutten om hun inkomsten te vergroten.

In bron 1 wordt een voorbeeld gegeven van innovatie op basis van een demografische ontwikkeling.

(4)

200401161-o 4 lees verder ►►►

Opgave 2 Het armoedeprobleem oplossen

Bestudeer uit het bronnenboekje bron 1 en 2, die bij deze opgave horen. De Wereldbank heeft in 2008 de extreme armoedegrens verhoogd van 1.00 dollar naar 1.25 dollar.

1p 11 Welke invloed heeft het verhogen van de extreme armoedegrens op het totaal aantal mensen dat in extreme armoede leeft?

Een belangrijke reden voor het verhogen van de armoedegrens was een globale daling in koopkracht.

1p 12 Geef een oorzaak voor de globale daling in koopkracht.

Voor een economische vergelijking tussen landen wordt vaak gekeken naar het Bruto Nationaal Product per hoofd van de bevolking (BNP/hoofd).

2p 13 Noem, naast eventuele koopkrachtverschillen tussen landen, twee andere argumenten waaruit blijkt dat het BNP/hoofd geen realistisch beeld geeft van de werkelijke economische situatie van landen.

Het vergelijken van levensomstandigheden (het welzijn) tussen landen wordt vaak gedaan op basis van de ‘Human Development Index’ (HDI).

2p 14 Geef twee verschillen tussen de HDI en het BNP/hoofd.

Op microniveau wordt de leefsituatie van mensen sterk beïnvloed door ontwikkelingen op macroniveau.

Zo lijkt de situatie van de jongen in bron 1 hopeloos om te kunnen ontsnappen aan de extreme armoede waarin hij leeft.

3p 15 Geef hiervoor drie argumenten op macroniveau: een demografisch

argument, een economisch argument en een sociaal-cultureel argument. De Wereldbank ziet het aantrekken van (buitenlandse) investeringen als mogelijke oplossing voor het armoedeprobleem in ontwikkelingslanden.

3p 16 Noem drie verschillende maatregelen die een ontwikkelingsland kan

nemen om het aantrekken van (buitenlandse) investeringen te stimuleren.

1p 17 Leg uit dat samenwerking van een ontwikkelingsland met de Wereldbank kan leiden tot fragmentarische modernisering binnen dat land.

De werkwijze van de Wereldbank heeft al vaak ter discussie gestaan. Een voorbeeld hiervan is de verdeling van zeggenschap (macht) onder de deelnemende landen van de Wereldbank: hoe meer een land bijdraagt, hoe meer zeggenschap het heeft.

Deze verdeling staat bekend als het systeem van ‘one dollar, one vote’.

2p 18 Beredeneer van zowel globalisten als van anders-globalisten wat het standpunt is ten aanzien van het systeem van ‘one dollar, one vote’.

(5)

200401161-o 5 lees verder ►►►

Opgave 3 Verloren wereld wordt verkend

Bestudeer uit het bronnenboekje bron 1, die bij deze opgave hoort. Gebruik de atlas.

De Caribische plaat wordt begrensd door verschillende subductiezones.

1p 19 Hoe heet het diepste punt van het Caribische gebied? Vermeld tevens op hoeveel meter diepte het ligt.

De Caribische plaat en de Noord-Amerikaanse plaat bewegen beide in westelijke richting.

2p 20 Wat is, ondanks dezelfde bewegingsrichting, de belangrijkste verklaring voor het ontstaan van een subductiezone tussen deze platen?

Je verklaring moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten.

Subductiezones staan bekend om een gevaarlijk verschijnsel: tsunami’s. Hieronder staat een aantal zinnen over het verloop van een tsunami. De zinnen staan in willekeurige volgorde.

a De kolom van zeewater boven het epicentrum wordt in beweging gebracht.

b De hoogte van de golf kan in ondiepere kustzones sterk toenemen. c De schade in aantal slachtoffers en economisch kan desastreus

zijn.

d De verticaal bewegende energie van de zeebeving wordt omgezet in een horizontale beweging.

e De megagolf rolt als een muur van water over het land heen. f Door platentektoniek ontstaan seismische trillingen: er vindt een

zware zeebeving plaats.

1p 21 Zet bovenstaande zinnen in de juiste volgorde. Noteer alleen de letters. Gebruik de atlas.

‘De Caymantrog vormde tot ongeveer drie miljoen jaar geleden de verbindingsweg tussen de Atlantische en de Stille Oceaan, voordat Noord- en Zuid-Amerika bij elkaar kwamen’.

Dit was niet de eerste keer dat de continenten Noord- en Zuid-Amerika verbonden waren met elkaar. Dat was eerder ook al zo geweest.

1p 22 Hoeveel jaar geleden waren de continenten Noord- en Zuid-Amerika al eerder verbonden met elkaar?

Noteer tevens de naam van de geologische periode.

De levensvormen in diepzeetroggen hebben zich aangepast aan zeer extreme omstandigheden.

2p 23 Beschrijf twee extreme omstandigheden in diepzeetroggen waaraan levensvormen zich hebben aangepast.

(6)

200401161-o 6 lees verder ►►►

Gebruik de atlas.

Het Britse team heeft onderzoek gedaan in het territorium van de Caymaneilanden, wat wordt gerekend tot Brits overzees gebied.

1p 24 Noem in het Caribisch gebied twee andere eilanden(groepen) die ook worden gerekend tot Brits overzees gebied.

Groot- Brittannië en de voormalige Britse koloniën die nu zelfstandige landen zijn, zoals Canada, Jamaica en India, werken samen in een organisatie die de onderlinge betrokkenheid wil stimuleren.

1p 25 Wat is de naam van deze organisatie?

Groot- Brittannië is tevens bekend als het ‘Verenigd Koninkrijk’ (The United Kingdom), omdat het bestaat uit verschillende landen.

Het Koninkrijk der Nederlanden bestaat ook uit verschillende landen.

2p 26 Uit hoeveel landen bestaat sinds 10-10-10 het Koninkrijk der Nederlanden?

(7)

200401161-o 7 lees verder ►►►

Opgave 4 De Guridam in Venezuela

Bestudeer uit het bronnenboekje bron 1 en 2, die bij deze opgave horen. Gebruik de atlas.

De aanleg van een stuwdam heeft verschillende voordelen, zoals het opwekken van grote hoeveelheden hydro-elektriciteit.

In de omgeving van de Guridam worden verschillende grondstoffen gewonnen waarbij een grote behoefte is aan elektriciteit.

1p 27 Noem twee voorbeelden van deze grondstoffen.

‘Meer dan de helft van de elektriciteitsproductie in Venezuela wordt geleverd door waterkrachtcentrales.’

1p 28 Welke kaart in de atlas onderbouwt bovenstaande uitspraak?

Het Cordiplan was gericht op het spreidingsbeleid van Venezuela. Een belangrijk uitgangspunt was de decentralisatie van centrumgebieden.

2p 29 Leg uit dat de aanleg van de Guridam overeenkomt met het spreidingsbeleid (decentralisatiebeleid) van Venezuela. Geef je uitleg in een oorzaak-gevolgrelatie.

De aanleg van de Guridam heeft verschillende ecologische gevolgen voor het stroomgebied van de rivier de Caroní.

Hierbij kan onderscheid gemaakt worden tussen de bovenloop en de benedenloop van de rivier.

2p 30 Beschrijf twee ecologische gevolgen voor de Caroní die ontstaan zijn door de aanleg van de Guridam.

Geef één gevolg voor de bovenloop en één gevolg voor de benedenloop . Veel grond in de omgeving van de Guridam is, sinds de aanleg ervan, in cultuur gebracht.

1p 31 Welke etnische bevolkingsgroep van Venezuela heeft het meeste nadeel ondervonden van de aanleg van de stuwdam?

Leg je antwoord uit.

In de bovenloop van de Caroní is veel ontbossing. Het stuwmeer dat is ontstaan door de aanleg van de Guridam ondervindt hiervan verschillende negatieve effecten.

2p 32 Beschrijf voor het stuwmeer twee negatieve effecten die ontstaan door ontbossing in de bovenloop.

Geef een negatief effect op korte termijn en negatief effect op lange termijn. In het kader van hazard management is tijdens de constructie van de

Guridam in ernstige mate rekening gehouden met endogene krachten.

1p 33 Welke endogene kracht speelt hierin een bijzondere rol? Leg je antwoord uit.

(8)

200401161-o 8 lees verder ►►►

Gebruik de atlas.

Vanwege de gigantische omvang van de Guridam is het een belangrijke toeristische bestemming.

Ook in een zijrivier van de rivier de Caroní is er een indrukwekkende, fysisch-geografische attractie te bezichtigen.

1p 34 Welke fysisch-geografische attractie wordt bedoeld?

De keuze voor een zo groot mogelijke bijdrage van hydro-elektriciteit aan de binnenlandse energievoorziening heeft positieve gevolgen voor de handelsbalans van Venezuela.

1p 35 Leg deze positieve gevolgen uit.

De regelmatig voorkomende stroomuitval in Venezuela heeft verschillende gevolgen.

2p 36 Beschrijf zowel een politiek gevolg als een economisch gevolg van de regelmatig voorkomende stroomuitval in Venezuela.

De grote afhankelijkheid van de Guridam is voor de Venezolaanse

overheid aanleiding om te investeren in een variatie van energiebronnen. Speciale aandacht gaat uit naar de opwekking van duurzame (groene) energie, omdat Venezuela hiervoor gunstige omstandigheden heeft.

2p 37 Noem twee vormen van duurzame energie waarvoor Venezuela gunstige omstandigheden heeft.

Leg je antwoord uit.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Enkele beweringen over de spijsvertering zijn: I Verteren is voedsel veranderen tot het..

Hier volgen twee beweringen over de mangrove: I Mangrove beschermt de kust tegen modder- aanslibbing en bevordert erosie.. II Mangrove beschermt de kust tegen erosie en

Door hormonen van welke andere hormoon- klier(en) wordt de schildklier sterk beïnvloed?. de schildklier

Men plaatst een blokje naast het ene maatglas en bij het andere maatglas wordt er een identiek blokje in het water geplaatst.. Ga de juistheid van de volgende

A Alfredo. C un hombre de África. D un hombre de la Cruz Roja. En la puerta, un portero les entregaba una flor a todas las mujeres que cumplían el requisito*. “¿Es usted madre?”,

INDIEN NIET ANDERS VERMELD, IS ELKE VARIABELE EEN ELEMENT VAN .. B alleen II

Agrarische producten die in natura zijn aangevoerd, worden verhandeld op de A markt en op de beurs.. B markt en op

De man (besteden) te veel tijd aan zijn hobby’s en (verwaarlozen) zijn werk.. B Gebakken vis met een lekker sausje, vind ik een