• No results found

3: Casus 2: Simone van Saarloos

3.2 Roman: De vrouw die

3.2.3 Zelfstandige vrouw in een mannenwereld

Een andere manier waarop feministische aspecten terugkomen in het personage Janine is in de manier van omgaan met haar werk en haar relaties.

Janine is zoals eerder gezegd iemand die haar beroep vol passie en overgave uitoefent. Ze verblijft soms dagen achtereen in het lab. Dit zorgt ervoor dat haar collega’s zich zorgen maken en haar coördinator Bertus haar op sabbatical stuurt. Bovendien zorgt haar

publiek. De academische wereld en met name de bèta kant, de ‘harde’ wetenschap, wordt vaak geassocieerd met (witte) mannen. Janine begeeft zich in haar vakgebied zogezegd in een

men’s world.

Het is in de roman geenszins het geval dat er wordt benadrukt dat Janine een

uitzonderingspositie zou hebben omdat zij een vrouw is in deze mannenwereld. De boodschap is niet dat het bijzonder is: het zou immers anno 2017 als de normaalste zaak van de wereld moeten gelden en dit idee komt overeen met het feminisme van Van Saarloos. Wel komt naar voren in de roman dat respect als vrouw zijnde in een academische context niet altijd

vanzelfsprekend is. Dit komt bijvoorbeeld naar voren bij een eerste bezoek bij een professor van haar vakgebied in New York: “Ze voelde het rood kleuren tussen haar sproeten.

Onhandigheid was geen gewenste pose; het bood hoogstens uitstel maar creëerde geen respect.” (113) Ook ervaart ze moeite bij het inmengen in een discussie: “Er werd

gediscussieerd over de stijgende warmte bij het scheiden van plasma. Janine wilde inspringen […] Maar ineens lieten ze het onderwerp los en ging het over hun kinderen.” (31) Deze citaten laten zien dat ondanks het als gangbaar wordt gezien dat Janine moleculair bioloog is, zij nog wel aanloopt tegen een bepaalde geldingsdrang. Janine is een moderne vrouw met een hoog arbeidsethos. Dat zij zich beweegt als vrouw in een mannenwereld wordt niet

aangekaart als problematisch. Wel loopt zij aan tegen een bepaalde verlegenheid die eerder wordt verwacht bij vrouwen dan bij mannen.

Ook als het gaat om seks en relaties lijkt Janine niet te passen binnen de standaard norm. Nergens in de roman wordt uitgesproken dat Janine een bepaalde seksuele voorkeur heeft. Verschillende keren heeft zij seks met mannen of beschrijft zij seksscenes uit het verleden, waaronder ook een met een vrouw. Bovendien lijkt Janine zich te ergeren aan het idee van de noodzaak van een relatie:

Sociaal-psychologen experimenteerden met apen en stelden vast dat ieder schepsel genegenheid nodig heeft om te kunnen leven. Een babyaap die wel voedsel krijgt maar geen liefkozingen, gaat dood. De onderzoekers jubelden hun populaire bevindingen de wereld in: liefde is een primaire behoefte! Gebrek aan empathie is dodelijk! Maar ze hadden hun resultaten ook anders kunnen uitleggen. De babyaap die in het experiment geen aandacht kreeg, ging wellicht ten onder omdat hij geen voorbeelden had. (99- 100)

Dit citaat doet denken aan het uitgangspunt van Het monogame drama. Janine krijgt door dit soort uitspraken en gedachtes ook al gauw het stempel van stoere en onafhankelijke vrouw.

Toch is het opvallend hoe mannen een invloedrijke en bepalende rol in haar leven hebben. Dit komt vooral tot uiting in haar relatie met kunstenaar Mark. Het is namelijk Mark die bepaalt en leidt in de relatie. Ook is er vermoedelijk overspel. In plaats van in te grijpen kijkt en wacht Janine in dit soort situaties passief toe. Ze achtervolgt Mark zelfs om hierachter te komen, maar grijpt niet in:

Janine draaide zich abrupt om. In plaats van een beetje rond te hangen, te snuffelen aan waar het gebeurde, moest ze zelf iets in beweging zetten, iets tot gebeuren brengen. Als onzichtbaarheid haar nieuwe identiteit was, zou ze dit lot uitbundig dragen. (193)

Ook dit laat weer een drang naar controle zien: door niet in de slachtofferrol te gaan zitten maar weer zelf iets in beweging te zetten, probeert Janine controle te krijgen over de situatie. Daarnaast lijkt Janine in de roman constant te wachten op antwoord van mannen. Ze is steeds in afwachting op antwoord of een bericht van haar coördinator Bertus in Nederland en de Amerikaanse wetenschapper Hill: “Sinds ze was vertrokken, waren haar oproepen aan Bertus onbeantwoord gebleven. […] Het was hopen op een gebeurtenis die contact onvermijdelijk maakte – een copernicaanse wending of het afbranden van hun lab.” (86) Ook wacht ze vaak op mails van Hill en lijkt hij op een bijzondere manier met haar om te gaan: “Hill kwam uit het herentoilet. […] Ze stapte uit de rij om hem te begroeten, maar hij liep gehaast langs haar en stak slechts een vluchtige duim om. Een die zo ongericht door de lucht zwaaide dat ze niet eens zeker wist of hij voor haar bedoeld was.” (249)

Door de verkrachting, het ontslag en andere voorvallen met mannen wordt de indruk gewekt dat het de mannen zijn die Janine’s leven op een negatieve manier beïnvloeden. Zoals Van Saarloos aangaf in het interview voor SSBA-Salon is het dan ook het mannelijke geslacht dat superieur wordt gevonden door de dodende en vernietigende kracht. Ondanks dat Van Saarloos een “vrouwelijk” en daarmee creërend verhaal wilde neerzetten, gaat het personage uiteindelijk ten onder aan vernietiging:

Zodra de woede haar vulde, hoefde ze alleen nog maar het praktisch aspect van zelfkastijding te beschouwen. […] Ze had nog nooit een pijn gehad die zo

gecontroleerd en overdonderend tegelijk was – een pijn waarin macht en overgave samenkwamen. (293-294)