• No results found

4: Casus 3: Maan Leo

4.2 Roman: Huwelijkse voorwaarden

4.2.1 Niet-Westerse visie op man-vrouwverhoudingen: oriëntalisme

Nadat Maan en Ian trouwen, gaan zij op huwelijksreis naar India. In dit land, India staat bekend om één van meest vrouwonvriendelijkste landen ter wereld, voelt Maan zich geconfronteerd met scheve machtsverhoudingen tussen man en vrouw en het patriarch. Zij bekijkt het land en de vrouwonvriendelijke praktijken die er plaatsvinden vanuit een feministische, Westerse bril die afkeurt dat in een maatschappij mannen en vrouwen niet hetzelfde worden behandeld.

Dit komt bijvoorbeeld tot uiting wanneer zij tijdens hun huwelijksreis op weg zijn naar een tempel gewijd aan Gayatri (de minderwaardige vrouw), Maan begint een gesprek met Ian over een groepsverkrachting die enkele dagen geleden voor hun aankomst in India plaatsvond, waarbij het slachtoffer overleed. Ian reageert met de vraag of dat iets te maken heeft met mannelijke zonden, waarop Maan reageert:

‘Meer dan je denkt. Het zijn altijd de mannen die vreselijke dingen doen. Stel je voor, in die krant die ik vanochtend las werd fijntjes opgemerkt, door een mannelijke journalist natuurlijk, dat het meisje er wel om gevraagd zal hebben!’ (55)

Ian reageert vervolgens ontkennend en verwijt Maan van selectief lezen. Daarmee is de discussie af, dit ten spijt van Maan:

Maan wilde de discussie voortzetten, maar al bij de eerste stap die ze deed om Ian bij te houden wankelden haar gedachten. Woedend op zichzelf (die superstomme

hoogtevrees ook!) en op Ian (paternalistische strontaap!) dwong ze haar voeten tot actie. (55)

De laconieke reactie van haar echtgenoot bevestigt voor haar het patriarch. Deze irritatie bij het personage bestaat ook over de manier waarop zij in India door mannen wordt

geobjectiveerd:

Geërgerd stond ze op, die stomme Indiërs hadden alleen maar oog voor haar, wilden met alle macht die westerse jongedame vereeuwigen in plaats van hun roemrijke historie te eren. Twee jongens met glitterspencers bleven schaamteloos naar haar staren. Waarom keken al die gluiperds toch voortdurend naar haar? (52)

Maan voelt zich ongemakkelijk in deze situatie, ze noemt de jongens immers ‘stomme Indiërs’ en ‘gluiperds’, het lijkt er dus ten zeerste niet op dat zij zich prettig voelt bij deze objectivering. Dat Maan zich keert tegen de scheve man-vrouwverhoudingen in India komt

ook tot uiting in het volgende citaat, wanneer Maan en Ian in het vliegtuig zitten op weg naar Nederland, en zij wordt betast door de persoon naast haar:

Nee, het kon niet anders dan dat dit de handen van de man met de tulband waren. De inbrekersklauwen van de sikh, die dacht dat hij vrijelijk over haar mocht beschikken. […] Waarom waakte Ian niet over haar, hoe waagde hij het zich over te geven aan de slaap terwijl er iemand naast haar zat die tot een vrouwvijandig volk behoorde, een volk van pikgerichte griezels die groepsverkrachtingen de normaalste zaak van de wereld vonden? (65)

Omdat Maan zich bewust is van de objectiverende blik van de mannen in India, past zij haar uiterlijk hierop aan. Waar het personage in haar thuisland Nederland haar vrouwelijkheid uitdraagt door middel van kledingstijl en make-up, houdt zij in India rekening met de manier waarop er naar vrouwen wordt gekeken en kiest er daarom voor haar vrouwelijkheid te verbergen:

Ian bestudeerde het in stilte gesluierde gezicht van zijn echtgenote. Minimaal

opgemaakt om de bloeddoorlopen ogen van de Indiase mannen niet uit hun kassen te laten spatten. […] Zij die gewoon was als een paradijsvogel door de Middelburgse straten te paraderen. Opzichtig gedecolleteerd en gecoiffeerd. Haar rondingen werden nu omsloten en afgevlakt door een Turkse broek en een tot aan de hals reikend

donkergrijs T-shirt met lange mouwen. (47)

Ondanks dat Ian hier de focalisator is, maakt het citaat duidelijk dat Maan, in tegenstelling tot in Nederland, in India het gevoel heeft zich te moeten bedekken voor het mannelijk oog. Tegelijkertijd laat het ook zien, omdat Ian focaliseert, dat hij het ook betreurt dat zijn vrouw “omsloten” en “afgevlakt” wordt door haar kleding. Liever ziet hij haar dus “gedecolleteerd en “gecoiffeerd”, een duidelijk geval van objectivering.

Bovenstaande citaten tonen dat het personage Maan in India een feministische blik heeft op de man-vrouwverhoudingen die er de norm zijn. Zij is tegen deze objectivering en voelt zich minder vrij omdat ze zich moet bedekken. Bovendien is er sprake van oriëntalisme, de term van Edward Said die door literatuurwetenschapper Maaike Meijer als volgt wordt omschreven: “de onteigenende en toeëigenende wijzen waarop westerse auteurs het Oosten hebben uitgebeeld.” (138)Maan en Ian lijken een idee voor te staan waarin de niet-Westerse Indiër staat voor vrouwenonderdrukking en scheve machtsverhoudingen, maar ook voor een onderontwikkeld volk. Ze noemt de Indiase mannen “loerhoeren” (44), “die stomme Indiërs”

(52) en de man in het vliegtuig “de man met de tulband” (65) en “een volk van pikgerichte griezels.” (65) Heel India en zijn bevolking lijkt hier zodoende mee geassocieerd te worden, waarbij elke blanke vrij is van verdenking. Dit blijkt bijvoorbeeld ook uit het volgende citaat, waar Ian en Maan tijdens een treinrit in de coupé worden vergezeld door twee Zweden:

De twee jongens die even later de coupé binnenkwamen met hun rugzakken leken in ieder geval geen kwade intenties te koesteren, schatte Ian. Van die blozende blonde knapen viel niks te vrezen. Tot loeren verlaagden ze zich niet […] Ove en Karl bleken Zweedse medicijnstudenten te zijn, die al ettelijke maanden door Azië trokken op zoek naar kicks, kalverliefdes en keiharde seks. (47)

Het is in de ogen van de personages geen vorm van objectivering wanneer twee Zweedse mannen op zoek zijn naar “keiharde seks”, maar wel wanneer de Indiase man aan het “loeren” is. Gesteld zou kunnen worden dat er door de personages zodoende met twee maten gemeten wordt: “zij” in India onderdrukken de vrouw, “wij” in het Westen hebben een vrije seksuele moraal waarin op zoek gaan naar “keiharde” seks wordt gezien als (seksuele) vrijheid. Het idee dat het Westen staat voor seksuele vrijheid, zal in het volgende deel van de analyse uiteen worden gezet.

Bovenstaande citaten tonen een feministische kijk op de onderdrukking van vrouwen. Opvallend is dat dit vooral in India het geval lijkt te zijn. In Nederland lijkt Maan op een andere manier om te gaan met de onderdrukking of onderwerping van de vrouw en lijkt er op een bepaalde manier mee in te stemmen wanneer het gaat om haar dubbele BDSM-leven, zoals hier onder uiteengezet zal worden.