• No results found

2 Beschrijving van de experimenten

2.2.2 De werkwijze van de CVP

De cvp, die voor 24 uur per week in dienst is van het AKJ, houdt een spreekuur in het kantoortje van het JIP (Jongeren Informatie Punt).

Op 1 september 1999 begon zij haar werkzaamheden. Als gevolg van de hierboven vermelde problematiek met betrekking tot de bij-zondere situatie van pleeggezinnen, moest zij behoedzaam van start

gaan. Pas rond de eeuwwisseling kon begonnen worden met het benaderen van de maatschappelijk werkers van het Centrum voor Pleegzorg. Daarna volgden de pleegouders en tenslotte de kinderen.

Het feitelijke cvp-werk begint in maart 2000 (verderop gaan wij hier nader op in). Het onderzoek onder maatschappelijk werkers en pleegkinderen kon in april 2000 beginnen.

Het Rotterdamse cvp-werk in de pleegzorg vindt plaats in een coöpe-ratieve omgeving. Van het Centrum voor Pleegzorg krijgt de cvp alle medewerking. Maar tegelijkertijd is de context waarin de klanten bereikt moeten worden erg moeilijk: het gaat om honderden pleeg-kinderen die, geïsoleerd van elkaar, in honderden pleeggezinnen verblijven (en eigenlijk vooral benaderd willen worden als een ge-woon kind in een gege-woon gezin). Een persoonlijke benadering en het opbouwen van een vertrouwensrelatie is vrijwel onmogelijk. Een belangrijke strategie in het cvp-werk, werken via pioniers, de eerste klanten met wie men goede resultaten boekt, en dan verder bouwen op basis van mond-tot-mond reclame van jongeren onderling, werkt hier niet omdat de pleegkinderen onderling geen contact hebben.

Het cvp-werk in de pleegzorg staat of valt dus met de kwaliteit van voorlichting en andere methoden om pleegkinderen op indirecte wijze te bereiken. De Rotterdamse cvp heeft veel tijd en energie gestoken in folders over haar werk, die door het Centrum voor Pleegzorg (dat over het adressenbestand beschikt) verspreid wor-den. Regelmatig verschijnt er een nieuwe folder, om de herinnering aan de cvp levend te houden en ook omdat het bestand aan pleeg-kinderen voortdurend in beweging is. De folders verschijnen telkens in twee versies: één voor kinderen van 6-12 jaar en één voor kinde-ren van 12-18 jaar. In alle folders heeft een foto van de cvp een pro-minente plaats, zodat zij herkend kan worden bij een ontmoeting. Na de eerste introductiefolder zijn er themafolders uitgebracht (bijvoor-beeld: vakantie, klachtrecht, de rechten van het kind, vrijheid van meningsuiting). De cvp probeert telkens bij iedere zending iets leuks toe te voegen voor de kinderen, zoals bijvoorbeeld een Pokémon memoryspel. Het ontwikkelen en maken van dit materiaal kost veel tijd en energie. De Rotterdamse cvp werkt in dit opzicht samen met de cvp in Overijssel.

Naast de folders wordt voortdurend gezocht naar andere mogelijkhe-den om informatie over te dragen aan pleegkinderen en pleegouders, bijvoorbeeld via het huisorgaan van het Centrum voor Pleegzorg, via meldingen in kranten en huis-aan-huisbladen, via buurthuizen e.d. In het kantoor van het Centrum voor Pleegzorg en op diverse andere plaatsen hangt een grote flyer van de cvp, wederom met grote foto.

Telkens wordt ook gewezen op de mogelijkheid om via het internet (de AKJ-website) contact op te nemen met de cvp. De verwachtingen ten aanzien van deze methode van contactlegging waren aanvanke-lijk vrij hoog gespannen, omdat het internet zeer geschikt leek voor juist deze groep kinderen, die “gewoon” willen lijken en in hun bijzon-derheid anoniem willen blijven. Echter, er is tot op heden nog weinig gebruik gemaakt van deze mogelijkheid. Wellicht mede door techni-sche mankementen met de AKJ-website die voor kinderen ontmoe-digend kunnen werken.

Eenmaal was er een mogelijkheid tot persoonlijk contact met de doelgroep. Dat was toen het Centrum voor Pleegzorg een Pleegzorg-feest organiseerde in Duinrell, waar maar liefst 2500 bezoekers op af kwamen. De cvp was hier prominent aanwezig met een eigen stand.

Het bleek dat veel mensen en kinderen haar herkenden (waaruit blijkt dat het effectief is om te werken met foto’s van de cvp). Daar-naast was het een goede mogelijkheid om contacten te leggen met en zich te presenteren aan de doelgroep. De cvp heeft daar 400 kleurplaten verspreid (niet allemaal aan pleegkinderen), die de ren in het kader van een wedstrijd konden terugsturen, wat 54 kinde-ren gedaan hebben. De winnaars kregen prijzen en alle andere deel-nemers een attentie.

Het Centrum voor Pleegzorg hecht er veel belang aan zijn organisa-tie, procedures en materialen kindvriendelijker te maken. Het ver-wacht van de cvp een bijdrage hieraan. Men kan zich vanuit de doel-stelling van de experimenten afvragen of dit wel een taak van de cvp is. Toch is besloten dat de cvp gaat werken aan het doorlichten van de werkwijze van het Centrum voor Pleegzorg op aspecten van kind-vriendelijkheid. Daardoor wordt geïnvesteerd in de goede relatie met het Centrum voor Pleegzorg, terwijl eventuele resultaten van dit werk uiteraard in het belang van de pleegkinderen zijn. Uiteindelijk blijft het benaderen van pleegkinderen op een wijze die aan hun leeftijd en

niveau is aangepast, natuurlijk toch de verantwoordelijkheid van het Centrum zelf. Prioriteit heeft nu een goede uitleg voor kinderen van verschillende leeftijdscategorieën, van de gecompliceerde relaties en verantwoordelijkheidsverdeling tussen gezinsvoogdij, andere plaat-sers, pleegzorgwerk, pleegouders, biologische ouders (en eventueel ook nog kinderbescherming en kinderrechter). Wie is wie en wie doet wat?, zo uitgelegd dat kinderen het kunnen begrijpen.

De cvp heeft in Rotterdam een werkplek in het gebouw van het Jon-geren Informatie Punt. Daar is zij telefonisch bereikbaar en elders via haar mobiele telefoon. Er is aldaar ook een spreekuur dat door kin-deren bezocht kan worden, maar er is niemand die hiervan gebruik-maakt. De werkplek is een solopost (al wordt de werkplek nu en dan gedeeld met een klachtondersteuner van het AKJ); voor begeleiding en intercollegiaal contact is de Rotterdamse cvp afhankelijk van het AKJ in Amsterdam. Met betrekking tot het intercollegiaal contact, waar andere cvp’s altijd zoveel steun aan ontlenen, is een probleem dat de pleegzorg-cvp in deze wereld een buitenbeentje is. Het cvp-werk in de pleegzorg is zo anders dan het gewone cvp-cvp-werk, dat er niet altijd voldoende raakvlak is. In de intercollegiale sfeer levert het contact met de andere experimentele cvp in Overijssel het meest op.

Alleen al door het feit dat deze ook een buitenbeentje is, zij het in een heel ander werkveld. Bovendien werken deze twee cvp’s samen bij het ontwikkelen van materialen voor voorlichting en dergelijke.