• No results found

VII Samenvatting en Conclusie

In document Transfer Pricing en de Kredietcrisis: (pagina 50-57)

Steeds meer belastingautoriteiten zijn zich ervan bewust dat ondernemingen via transfer pricing hun winsten binnen het concern zodanig kunnen alloceren dat dit fiscaal zo gunstig mogelijk uitpakt voor belastingplichtigen.

Om dit te voorkomen en te zorgen dat iedere vennootschap binnen de groep een ‘fair share’ van de winst krijgt, heeft de OECD richtlijnen gepubliceerd met hierin een evenwichtige verdeling. Deze Transfer Pricing Guidelines zijn van grote waarde gebleken door de jaren heen en biedt een

uitwerking van het genoemde arm’s length beginsel. Steeds meer landen, waaronder Nederland en Duitsland, hebben specifieke regelgeving op het gebied van transfer pricing in hun nationale wetgeving opgenomen.

Via verschillende methodes leiden tot een arm’s length prijs, ofwel een verrekenprijs. De TNMM lijkt hierin veruit de meest toegepaste methode te zijn onder belastingplichtigen. Bij andere methodes (als CUP-methode of cost plusmethode) is het namelijk lastig om over vergelijkbare data te

beschikken, doordat hiervoor informatie nodig is van specifieke onderdelen van het productieproces wat veelal niet publiekelijk beschikbaar is. Slechts informatie van derden omtrent het gehele product of gehele onderneming is beschikbaar voor concurrenten. Via commerciële databases (publiekelijk beschikbaar voor belastingplichten)zijn wel data van vergelijkbare ondernemingen beschikbaar, hetgeen noodzakelijk is voor het gebruik van de TNMM.

De TNMM wordt in de huidige Transfer Pricing Guidelines nog beschreven als ´method of last resort´. De OECD wil de transfer pricing regelgeving echter zo geschikt mogelijk maken voor belanghebbenden. Geluiden uit de praktijk worden hierdoor in aanmerking genomen en heeft er onder andere toe geleid dat de OECD een voorstel doet in een door haar gepubliceerd rapport (‘Proposed revision of chapters I-III of the transfer pricing guidelines’) om de hiërarchie binnen de transfer pricing methodes te vervangen door toepassing van de ‘meest geschikte methode’.

Uitgangspunt binnen transfer pricing is dat transacties binnen een concern voor de toerekening van de fiscale winst dienen te worden beloond alsof met een onafhankelijke derde wordt gehandeld. Voorgaande wordt onderzocht middels een vergelijkingsonderzoek. Een vastgestelde verrekenprijs dient niet af te wijken van een vastgestelde prijs bij een vergelijkbare transactie onder vergelijkende omstandigheden tussen derde partijen.

De karakteristieken van het goed of de dienst, de contractuele verplichtingen, de economische omstandigheden, de bedrijfsstrategieën en de functionele analyse zijn allen onderdelen van de het vergelijkingsonderzoek om de vergelijkbaarheid tussen de te testen onderneming en onafhankelijke partijen te bepalen. De onafhankelijke partijen worden (meestal) middels een zoekstrategie in een commerciële databases gevonden. Hierbij worden onder meer vergelijkingscriteria ingevoerd om goed vergelijkbare ondernemingen, comparables, als resultaat te krijgen.

Transfer pricing is bij uitstek een internationale aangelegenheid, waarbij conflicten en

meningsverschillen tussen belanghebbenden snel kunnen ontstaan door de grote belangen die in het spel zijn. Indien een autoriteit het niet eens is met de voorgestelde verrekenprijs door de

belastingplichtige en deze dientengevolge aanpast, zal dubbele belasting ontstaan voor het concern. De belastingautoriteit van het andere land is niet verplicht een zogenoemde corresponderende aanpassing te maken. Dit belemmert de interne werking van de markt en zowel de EU als de OECD trachten tot oplossingen en verbeteringen te komen.

Binnen de EU en binnen de OECD wordt dan ook hard gewerkt aan meer harmonisatie op het gebied van transfer pricing en het oplossen van problemen. Middels het EU Arbitrageverdrag (onderling overlegprocedure wanneer verschillen ontstaan tussen belastingautoriteit en

- 51 - | P a g i n a belastingplichtige omtrent transfer pricing aangelegenheden) en een APA-richtlijn is een stap in goede richting gezet.

De recente kredietcrisis laat verstoringen zien bij toepassing van transfer pricing regelgeving door belastingplichtigen. Onvoorziene veranderingen (onder meer in de relatie tussen onafhankelijke partijen), onvoorspelbaarheid, instabiliteit en onwaarschijnlijke en wisselvallige resultaten zijn gevolgen van de huidige recessie voor belastingplichtigen. Dit zet het transfer pricing systeem onder druk doordat deze juist stabiliteit en voorspelbaarheid als uitgangspunten hanteert. Hierdoor dienen transfer pricing systemen te worden heroverwogen en mogelijkerwijs aangepast aan de huidige omstandigheden.

Wat voornamelijk niet langer strookt met de werkelijkheid en voor problemen zorgt bij

belastingplichtigen is het vergelijkingsonderzoek, in het bijzonder de geselecteerde comparables. Deze comparables behoeven niet meer vergelijkbaar te zijn doordat de ondernemingen niet in eenzelfde mate getroffen zijn door de kredietcrisis. Niet alleen de vergelijkbaarheid, maar ook de data van deze comparables zijn niet langer toepasbaar in de situatie van de kredietcrisis. Doordat de data van de comparables 1,5 á 2 jaar verouderd zijn, bevatten deze data de groei-jaren van de onderneming, terwijl de belastingplichtige daarentegen de impact van de economische neergang in het recente financiële jaar vaststelt.

Door het selecteren van comparables waarbij de nadruk op gelijke economische omstandigheden ligt, door vergelijkbare data te simuleren voor recessiejaren, door het selecteren van een relevant tijdsraam en/of door het aanpassen van de data kan de impact van de recessie worden weergegeven in de data van comparables om zodoende het vergelijkingsonderzoek toepasbaar te laten zijn in deze tijden van kredietcrisis.

Eveneens is het een mogelijkheid om verlieslijdende ondernemingen toe te laten tot het

vergelijkingsonderzoek. Deze worden in beginsel (nagenoeg altijd) uitgesloten, doordat dit volgens de belastingautoriteit kan duiden op een ander risicoprofiel dan belastingplichtige. Juist in een crisis als deze lijden veel ondernemingen (eveneens de te testen onderneming) verlies doordat zij onder meer kosten op korte termijn niet kunnen aanpassen aan de omstandigheden terwijl de opbrengsten wel aanzienlijk dalen. Het opnemen van dergelijke ondernemingen lijkt in een kredietcrisis dan ook aanvaardbaar.

Vanuit diverse OECD-lidstaten worden oplossingen aangedragen door praktijkbeoefenaren om de impact van de kredietcrisis weer te geven in de transfer pricing systemen van belastingplichtigen. In hoofdstuk 6 is een overzicht gegeven waaruit blijkt dat buitenlandse praktijkbeoefenaren erkennen dat de huidige transfer pricing regelgeving aangepast dient te worden aan de omstandigheden en dat buitenlandse belastingautoriteiten voornamelijk hun opbrengsten op peil willen houden en

dientengevolge terughoudend zijn met betrekking tot aanpassingen. Het zijn vooral de Nederlandse belanghebbenden die komen met een scala aan oplossingen om de crisis te boven te komen. Bij laatstgenoemde is de kans dan ook groter dat zowel belastingautoriteit als belastingplichtige het eens worden over aanpassingen in het transfer pricing beleid van belastingplichtigen.

Transfer pricing is een gecompliceerde materie, met name omdat het in zeer sterke mate casuïstisch is. Een geheel andere oplossing voor belastingplichtige voor de impact van de kredietcrisis op het transfer pricing beleid is een advance pricing agreement (APA).

Een APA geeft belastingplichtige en belastingautoriteit(-en) zekerheid vooraf over de hoogte van een verrekenprijs of een methode ter vaststelling hiervan. Hierbij gaat het om belastingheffing over toekomstige jaren. Het is naar mijn inzicht van groot belang om een goede APA-praktijk te hebben voor het ondernemings- en investeringsklimaat in Nederland. Doordat beide belanghebbenden betrokken zijn bij het tot stand komen van een APA, kan elk obstakel, twistpunt en onzekerheid worden besproken en vastgelegd. Ondanks de hoge mate van inspanning en hoge kosten, wordt al jarenlang een stijging waargenomen in het aantal gesloten APA’s. Tijd en geld kunnen overigens worden bespaard door een ‘pre filing meeting’, waarbij vooroverleg plaatsvindt om te bespreken

- 52 - | P a g i n a welke informatie gewenst is en de belastingautoriteit op de hoogte te brengen van de voorgenomen activiteiten en zaken waaromtrent zekerheid wordt verzocht.

Nu sprake is van een hevige kredietcrisis is het mogelijk om de APA te heroverwegen in samenwerking met de competente belastingautoriteit(-en). Dit is mijns inziens een uitstekende mogelijkheid om de impact van de recessie weer te geven in het transfer pricing beleid van belastingplichtige, waarbij de belastingautoriteit eveneens op de hoogte is. De APA is dan ook een op-maat-gemaakt product voor belastingplichtige.

De transfer pricing regelgeving kan mijns inziens in stand blijven, ofwel behoeven niet flexibeler te worden opgesteld. Flexibiliteit zorgt voor onzekerheid bij zowel belastingplichtige als

belastingautoriteit. Natuurlijk erken ik het probleem dat vandaag de dag geen recente cijfers

beschikbaar zijn van comparables om zodoende een realistische verrekenprijs vast te stellen. Echter, in tijden van voorspoed (welke langere periodes achtereen voorkomen) is de regelgeving in huidige vorm wel bruikbaar.

Het lijkt mij namelijk dat belastingplichtigen alsdan een vrijbrief krijgen om jaarlijks ad hoc

beslissingen omtrent het transfer pricing beleid te nemen, waardoor belastingplichtigen elk jaar hun transfer pricing beleid kunnen aanpassen zoals het belastingplichtige uitkomt op dat moment. Dit kost zowel de belastingplichtige en belastingautoriteit(en) veel tijd en geld. Tijd en geld die

belastingplichtige niet heeft. Bij de belastingautoriteit(en) zal de vaststelling van de hoogte van een verrekenprijs derhalve langer op zich laten wachten, doordat jaarlijks complete transfer pricing studies van vele belastingplichtigen dienen te worden onderzocht. Hierdoor verkeren

ondernemingen langer in onzekerheid omtrent de verrekenprijs. Dit alles zal het vestigingsklimaat niet ten goede komen.

Bovendien komt deze onzekerheid de onderlinge relatie tussen belastingplichtige en

belastingautoriteit ook niet ten goede. Juist een goede onderlinge relatie kan belangrijk zijn, doordat belastingautoriteit meer open zal staan voor discussie en eerder overleg wil plegen met

belastingplichtige.

Het probleem dat de hoogte van de huidige verrekenprijzen niet stroken met de werkelijkheid kan mijns inziens juist worden opgelost door een APA. Een APA is van toepassing op de specifieke feiten en omstandigheden die belastingplichtige zelf aandraagt. Ten tijde van het sluiten van de APA kan reeds rekening worden gehouden met een eventuele crisis. Door het opnemen van kritische veronderstellingen, zoals het dalen van de winst, kan een APA bijvoorbeeld worden heropend en heroverwogen.

Het is tevens mogelijk een APA op te delen in een recessie-periode en een niet-recessie-periode, waarbij verschillende methodes worden toegepast bij elke periode. De verschillende oplossingen die zijn aangedragen betreffende het vergelijkingsonderzoek kunnen naar gelang belanghebbenden dit wensen en feiten en omstandigheden dit toestaan in de recessie-periode van een APA worden opgenomen.

Een APA is een op-maat-gemaakte afspraak wat naar mijn mening de manier is om rekening te houden met wisselende feiten en omstandigheden en alle aspecten van transfer pricing.Het lijkt mij dat een APA binnen de transfer pricing een belangrijke positie inneemt en een grotere rol gaat spelen de komende jaren.

- 55 - | P a g i n a

Literatuurlijst

Boeken

BURGERS, I.J.J. et al. (2009) Wegwijs in het Internationaal en Europees Belastingrecht. 5e druk. Amersfoort: SDU.

HOSMAN, A. (2008) Transfer Pricing: Naar een bedrijfseconomisch en fiscaal relevant transfer pricing systeem. Deventer: Kluwer

BREALEY, R. et al (2009) Fundamentals of Corporate Finance, 6e druk, New York: McGraw-Hill SUTTON, T. (2004) Corporate Financial Accounting and Reporting. 2e druk. Essex: Pearson

Education

VISSER, E.A. (2005) Verrekenprijzen; een drieluikt. Deventer: Kluwer

Artikelen

BERG, M. van den (2009) Transfer Pricing en het EU Joint Transfer Pricing Forum. Forfaitair, 2009(195) 4-8

BEETON, D. et al (2010) Advance pricing agreements: A UK perspective. BNA International, Transfer Pricing International Journal, 1-5

 BREEN, J.M., N.M. KOCHMAN (2009) Addressing the economic downturn under existing transfer pricing methods. Tax notes international, 54(12), 1047-1053

BREGGEN, M. van der, J. PEERBOOMS (2007) Transfer pricing: verplichte kost voor iedere

fiscalist! Forfaitair, 2007(173), 20-25

 CLAYSON, M. et al (2009) Beyond compare: the potential impact of the OECD’s revision to the transfer pricing guidelines. Tax planning international transfer pricing, vol. 10(10), 4-6

 COOLS, M. (1999) International commercial databases for transfer pricing studies. International transfer pricing journal, 6(5), 167-182

COTTANI, G. (2010) Italian Transfer Pricing Legislation: An International Perspective. Bulletin for International Taxation, aug/sept 2010, 463-471

CURTIS, A. et al (2009) Transfer pricing in a recession: what taxpayers should consider. Tax management transfer pricing report, 18(6), 780-783

 FELGRAN, S.D. et al (2009) Adjusting Pricing Methods for APA’s in an Economic Downturn. Tax management transfer pricing report, 18(8), 468-474

GOMMERS, E. et al (2007) Pan-European Comparables Searches: enhancing comparability

usting diagnostic ratios. International Transfer Pricing Journal, 14(4), 219-227

 HAUGEN, L.P. (2005) In Tax Practice the Cost-Plus Method Is Often a TNMM in Disguise: What To Do about It? International transfer pricing journal, 12(5), 224-227

HORROCKS, V. (2010) Transfer Pricing in an Era of Recession: United Kingdom. International transfer pricing journal, 16(06), 436-439

 MEHTA, N. (2006) An Integrated Approach to Formulating a Transfer Pricing Strategy

Concerning Marketing and Distribution Affiliates International transfer pricing journal, 13(3), 124-143

MORI N. et al (2009) Transfer pricing in troubled times. Tax planning international transfer

pricing, 10(8), 21-27

MUSELLI, A. en A. MUSELLI (2010) Transfer Pricing in an era of Recession: Italy. International

transfer pricing journal, 16(05), 340-343

 OOSTERHOFF, H.D. (2001a) OESO Richtlijn inzake interne verrekenprijzen: de OESO theorie versus de huidige Nederlandse praktijk. Maandblad Belasting Beschouwingen, 2001 (2), 69-76

- 56 - | P a g i n a

OOSTERHOFF, D. (2009) Transfer Pricing in an Era of Recession: Netherlands. International transfer pricing journal, 16(05), 344-350

PARILLO, K.A. (2009) Economy a Factor in Transfer Pricing Analysis, IRS Economist Says. Tax

notes international, jan. 2009, 230-231

REYNEVELD, J. et al (2007) Pan-European Comparables Searches – Analysing the Search

Criteria International transfer pricing journal, 14(2), 79-88

ROEDER, A. (2010) Transfer Pricing in an Era of Recession: Germany. International transfer pricing journal, 16(05) 336-339

SCHATAN, R. (2010) Transfer Pricing Practice in Times of Recession, International transfer pricing journal, 17(1), 63-67

SCHOLZ, C.M. (2009) Recession transfer pricing returns. Tax planning international transfer pricing, 10(2), 4-7

 STAPPEN, v. D and Y. de GROOTE (2010) The impact of the financial crisis on Belgian APA’s: opportunities and pitfalls. BNA International, Transfer Pricing International Journal, 1-5

VERLINDEN, I. et al. (2010) Transfer Pricing in an Era of Recession: Belgium. International

transfer pricing journal, 16(05), 325-329

VOEGELE, Z. en C. ZHANG (2010) Germany: Advance pricing agreements in Germany. BNA

International, Transfer Pricing International Journal,July 2010, 1-6

Publicaties

BELASTINGDIENST (2009) Beheersverslag 2008, Amsterdam

ERNST & YOUNG (2007) Global transfer pricing survey 2007-2008: global transfer pricing trends, practices and analyse

ERNST & YOUNG (2008) 2008 Financial transfer pricing survey, New York

ERNST & YOUNG (2009) Global transfer pricing survey 2009: tax authority insights, perspectives, interpretations and regulatory changes

EU COMMISSIE (2001) Company Taxation in the Internal Market, Brussel, COM (2001)582 EU JTPF (2004) Draft Revised secretariat discussion paper on documentation requirements,

Brussel, JTPF/019/REV3/2003/EN

MINFIN (2001) Kamerstukken II, 2001/02, 28 034 nr. 3

MINFIN (2002) Besluit Staatssecretaris van Financiën van 13 september 2002, Den Haag,

 BNB 2002/410, V-N 2002/ 48.12

MINFIN (2004) Besluit verrekenprijzen, Den Haag, 11 augustus 2004, IFZ 2004

MINFIN (2004) Besluit Staatssecretaris van Financiën van 11 augustus 2004, Den Haag,

 nr. IFZ2004/124M, V-N 2004/43.3

OECD (2006) Comparability: public invitation to comment on a series of draft issues notes Brussel, CTPA/CFA(2006)31

OECD (2009a) Transfer pricing guidelines for multinational enterprises and tax administrations, Parijs

OECD (2009b) Proposed Revision of chapters I-III of the transfer pricing guidelines, Parijs

OECD (2009c) OECD’s current tax agenda, Parijs

Overige

OECD (2009) Conference: Transfer pricing and treaties in a changing World, 21-22 september 2009, Parijs

 http://www.belastingdienst.nl/

 http://www.bndestem.nl/algemeen/economie/3844554/Autoindustrie-zit-ook-in-een-crisis.ece

- 57 - | P a g i n a  http://www.bvdep.com/en/AMADEUS.html  http://www.leidenuniv.nl/fsw/psychologielexicon/index.php3-c=40.htm  http://www.leidenuniv.nl/fsw/psychologielexicon/index.php3-c=213.htm  http://www.minfin.nl/ http://www.oecd.org/

 Landenprofiel op het gebied van transfer pricing:

http://www.oecd.org/document/25/0,3343,en_2649_33753_37837401_1_1_1_1,00.html

http://ec.europa.eu/taxation_customs/resources/documents/taxation/company_tax/transfe

r_pricing/forum/jtpf/2008/jtpf_020_2008_en.pdf

http://www.silicon.com/management/cio-insights/2005/04/27/four-in-five-outsourcing-deals-get-renegotiated-39129883/

In document Transfer Pricing en de Kredietcrisis: (pagina 50-57)