• No results found

Het vergelijkingsonderzoek

In document Transfer Pricing en de Kredietcrisis: (pagina 32-37)

V Transfer Pricing en de kredietcrisis

5.3. Het vergelijkingsonderzoek

Reeds in hoofdstuk III is vermeld dat het vergelijkingsonderzoek van groot belang is om een verrekenprijs te bepalen bij een transactie tussen gelieerde ondernemingen. Veel ondernemingen ondervinden tijdens de kredietcrisis voornamelijk hinder in hun zoektocht naar geschikte

comparables doordat de beschikbaarheid en geschiktheid hiervan aanzienlijk gedaald zijn.111 De beperkte aanwezigheid van recente data van vergelijkende transacties of ondernemingen voor een benchmark studie van de belastingplichtige, door onder meer het gebrek aan up-to-date resultaten en de verschillende mate van geraaktheid van comparables van vergelijkende transacties, zorgen voor een serieuze uitdaging.

Een andere uitdaging is dat de reeds eerder geïdentificeerde vergelijkbare ondernemingen in deze huidige tijden niet langer vergelijkbaar hoeven te zijn, doordat deze ondernemingen niet in dezelfde markt opereren en daardoor verschillende economische omstandigheden treffen. Door de beperkte beschikbaarheid van data is het namelijk gebruikelijk om brede vergelijkbaarheidscriteria te

hanteren, voornamelijk gericht op industriële, dan wel functionele gelijkheid. Echter, enkele industrieën zijn gevoeliger voor de kredietcrisis dan andere, resulterend in een variërende verkoopafname tussen potentiële comparables. Zo zal de luxe-goederen-industrie het slechter vergaan dan de industrie van de gezondheidszorg Comparables binnen de luxe–goederen-industrie zullen mogelijk niet langer geschikte comparables zijn indien de te testen onderneming in de gezondheidsindustrie zit. Zelfs binnen een industrie is de impact van de recessie bij iedere onderneming anders voelbaar. Tevens geldt dat sommige ondernemingen flexibeler zijn in het verminderen van de (vaste) kosten. Ondernemingen met een aanzienlijk aantal vaste werknemers in verhouding tot tijdelijke werknemers zullen hierdoor hinder ondervinden om het personeelsbestand en de human resource kosten te verminderen, onder meer wegens de oplopende kosten bij

beëindiging van een vast contract.112

Reeds eerder is vermeld dat in de commerciële databases (in de praktijk veelvuldig aangewend om comparables te traceren) een vertragingstijd aanwezig is van gemiddeld 1,5 á 2 jaar, waardoor een onderneming die een verrekenprijs vaststelt voor het jaar 2009 waarschijnlijk vergelijkbare data zal hanteren met betrekking tot de jaren 2005-2007. Indien voorgaande in crisisjaren eveneens wordt toegepast, zal dit leiden tot niet realistische uitkomsten, doordat een onderneming dientengevolge comparables van groei-jaren toepast op de cijfers van de te testen onderneming welke ten tijde van economische neergang zijn vastgesteld.113 Het zal de huidige economische omstandigheden niet correct weergeven. Bovenstaande zou tevens kunnen leiden tot een serieuze uitdaging om te

110 OOSTERHOFF, D. (2009) Transfer Pricing in an Era of Recession: Netherlands. International transfer pricing journal, Vol. 16(05), p.344

111 BREEN, J.M., N.M. KOCHMAN (2009) Addressing the economic downturn under existing transfer pricing methods. Tax notes

international, 54(12), p. 1052

112 FELGRAN, S.D. et al (2009) Adjusting Pricing Methods for APA’s in an Economic Downturn. Tax management transfer pricing

report, 18(8), p. 469

113 CURTIS, A. et al (2009) Transfer Pricing in a Recession: What Taxpayers Should Conside. Tax management transfer pricing report, 17(20), p. 781

- 33 - | P a g i n a voldoen aan de transfer pricing regelgeving, doordat de reeds vastgestelde verrekenprijs niet langer binnen de arm’s length range zou kunnen vallen.114

Belastingautoriteiten en belastingplichtigen/praktijkbeoefenaren zijn het met elkaar eens dat de beschikbare data van vergelijkende transacties of ondernemingen de effecten, onder meer dalende winsten, van de recente kredietcrisis dienen te bevatten. Genoemde partijen zijn echter niet eenduidig betreffende de wijze waarop deze effecten dienen te worden opgenomen in de recente data.

De kwesties die gepaard gaan met het vergelijkingsonderzoek in tijden van kredietcrises kunnen leiden tot aanpassing of ‘fine-tuning’ van de mate van vergelijkbaarheid (de praktische

uitvoerbaarheid en gelijktijdig de economische realiteit in het oog houdend) door:

 Het selecteren van verschillende comparables waarbij de nadruk ligt op gelijke economische omstandigheden;

 Vergelijkbare data simuleren voor recessiejaren;

 Het selecteren van een (ander) relevant tijdsraam om de impact van de economische omstandigheden weer te geven; en

 Het aanpassen van de data aan de impact van de recessie

5.3.1. Gelijke economische omstandigheden

Ten tijde van het zoeken naar comparables in deze recente kredietcrisis is het zinvol om de

industrieën met eenzelfde ondernemingscyclus, evenals gelijke economische omstandigheden extra nauwlettend te onderzoeken.115 Het is altijd van belang de ondernemingscyclus te bestuderen van comparables op vergelijkbaarheid met de te testen partij, echter nu zullen de effecten van de kredietcrisis, overigens bij een ieder op verschillende wijze, zichtbaar zijn bij ondernemingen. In bepaalde industrieën zullen ondernemingen de kredietcrisis eerder voelen dan andere

ondernemingen en sommige ondernemingen hebben een langere periode nodig om te herstellen van de crisis. Dit kan een mismatch creëren in de vergelijkbaarheid van de te testen partij en de

comparables, omdat vanwege de beperkte aanwezigheid van geschikte comparables, deze niet noodzakelijkerwijs in dezelfde industrie opereren. Indien belastingplichtigen rekening houden met in welke mate de recessie van invloed is op de comparables wordt de vergelijkbaarheid vergroot. Het toepassen van kwantitatieve screening criteria116 een goede manier om comparables te vinden met gelijke economische omstandigheden.117 Ter illustratie:

Belastingplichtige X verricht marketingactiviteiten. Door de crisis daalt de vraag naar zijn activiteiten. Deze dalende vraag zorgt er bovendien voor dat hij zijn activiteiten aanprijst tegen

scherpere, derhalve lagere, prijzen om desalniettemin enkele opdrachten binnen te halen. Zijn opbrengsten dalen door bovenstaande feiten en doordat zijn kostenstructuur op korte termijn niet snel aangepast kan worden, door de structurele vaste kosten en personeelskosten. Aldus blijven de

uitgaven op hetzelfde niveau, maar zal de winstmarge dalen.

Een mogelijk criterium zou zijn om te zoeken naar ondernemingen met eenzelfde daling in de opbrengsten, waarbij de dalende opbrengst derhalve een maatstaf is voor vergelijkende economische

omstandigheden. Een ander criterium is het onderzoeken van de vaste kosten in verhouding tot de totale kosten om hiermee vergelijkbare ondernemingen te vinden.

114 MORI, N. et al (2009) Transfer pricing in troubled times. Tax planning international transfer pricing, 10(8), p.22

115 CURTIS, A. et al (2009) Transfer Pricing in a Recession: What Taxpayers Should Conside. Tax management transfer pricing report, 17(20), p. 781

116 Criteria waarbij voornamelijk gelet wordt op de aanwezige financiële informative, zie nader paragraaf 3.9.2.2.

117OOSTERHOFF, D. (2009) Transfer Pricing in an Era of Recession: Netherlands. International transfer pricing journal, 16(05), p. 345

- 34 - | P a g i n a Kanttekening is dat het gebrek aan recente financiële data in databases mijns inziens impact heeft op het aantal ondernemingen dat door middel van deze screening criteria aangemerkt kunnen worden als zijnde geschikte comparables.

5.3.2. Data simuleren om impact kredietcrisis weer te geven

Doordat de best beschikbare data gemiddeld 1,5 á 2 jaar verouderd zijn, zullen deze data ten tijde van de kredietcrisis zoals genoemd weinig soelaas bieden. In dergelijke omstandigheden is het verstandig de comparables te actualiseren door tussentijdse of voorspelde data te gebruiken. Voor het jaar 2009 is het des te belangrijker om de juiste data te verkrijgen, daar de recessie voor de meeste ondernemingen in het laatste kwartaal van 2008 is begonnen.118 Om de data te simuleren voor het jaar 2009 zou de belastingplichtige de statistieken van de industrie kunnen analyseren om dalingen in de winst of opbrengsten te onderzoeken bij het vergelijken van de jaren 2008 met 2009. Echter met één uitzondering: het is noodzakelijk informatie omtrent de eerste twee kwartalen van het jaar 2009 te extrapoleren naar het gehele jaar. Deze informatie kan worden gebruikt om de verwachte financiële uitkomsten van vergelijkbare ondernemingen te schatten voor het jaar 2009. Volgens Massoni119 kunnen macro-economische data gebruikt worden om ten tijde van de crisis de verrekenprijs te bepalen, onder meer studies die voorspellingen van de industrie maken. De

belastingplichtige kan ook vertrouwen op de voorspelde data met betrekking tot financiële data (bedrijfsresultaat, omzet en dergelijke) welke ondernemingen elk kwartaal publiceren. Veel beursgenoteerde ondernemingen publiceren dergelijke interim cijfers, welke geschikt kunnen zijn voor transfer pricing doeleinden. Dit is echter geen ideale oplossing, vanwege de beperktheid en minder gedetailleerdheid van deze interim-cijfers. Deze tussentijdse cijfers worden bovendien veelal niet gepubliceerd door kleinere, routine ondernemingen, wat veelal de te testen ondernemingen zijn in het vergelijkingsonderzoek.

Oosterhoff wijst er op dat het niet zeker is of de Nederlandse fiscus deze aanpak zal accepteren. De Nederlandse belastingautoriteit is overigens niet zeker van deze manier van aanpak. Niet vanwege de technieken die hiermee gepaard gaan, maar omdat het onduidelijk is of belastingautoriteiten van andere landen deze aanpak accepteren. Dit zal dan leiden tot dubbele belasting. De Belastingdients is van mening dat het plausibel is een lager punt in de arm’s length range te pakken vanwege de

recessie.120

Belastingplichtigen kunnen trachten de gehele range in ogenschouw te nemen en de ‘interquartile range’(par. 3.9.3.) niet toe te passen, doordat onzekerheid en onvoorspelbaarheid toenemen door de huidige kredietcrisis. De ‘interquartile range’ kunnen belastingplichtigen overigens ook aanpassen, door bijvoorbeeld niet de 25% en 75% grens te hanteren, maar door juist te kiezen voor lagere kwartielen, zoals de 10% en 60% grenzen, om zodoende de impact van de recessie te

weerspiegelen.121

118http://www.minfin.nl/Onderwerpen/Financiële_markten/Kredietcrisis/Ontstaan_kredietcrisis/Kredietcrisis_van_VS_overgeslage n_naar_de_rest_van_de_wereld_en_ook_naar_Nederland

119 MASSONI, J.V. (2009) Transfer Pricing and Treaties in a Changing World. OECD Conference 21-22 september 2009, Parijs.

120 OOSTERHOFF, D. (2009) Transfer Pricing in an Era of Recession: Netherlands. International transfer pricing journal, 16(05), p.346

121 FELGRAN, S.D. et al (2009) Adjusting pricing methods for APAs in an economic downturn. Tax management transfer pricing

- 35 - | P a g i n a Voorbeeld 3: Herziene arm’s length range122

De huidige kredietcrisis kan een belastingplichtige doen besluiten om, eventueel in samenwerking met de belastingautoriteit de arm’s length range naar beneden te verplaatsen middels een APA. Op welk tijdstip deze range aangepast dient te worden, is afhankelijk van de feiten en omstandigheden en kan bijvoorbeeld plaatsvinden indien een bepaalde drempel (denk bijvoorbeeld aan een daling in de omzet van 15%) wordt overschreden.

Tabel 6: Range financiële ratio van vergelijkbare ondernemingen, 2003-2007

2003 2004 2005 2006 2007 Gemiddeld Minimum -2.0% -3.9% 0.0% 0.5% 0.4% -0.8% 10e percentiel123 -1.5% -1.8% 0.4% 0.8% 0.5% -0.2% 25e percentiel124 -1.3% -0.2% 0.5% 1.5% 0.7% 0.3% Mediaan 1.0% 2.5% 3.2% 4.2% 4.3% 3.4% 60e percentiel 1.4% 3.1% 3.5% 4.6% 4.8% 3.9% 75e percentiel 1.7% 3.3% 4.2% 6.5% 6.7% 5.0% Maximum 2.1% 4.5% 9.0% 15.5% 12.9% 10.3%

In bovenstaande tabel valt te lezen dat in economisch voorspoedige tijden de range van 0.3% tot 5.0% loopt, waartussen de (fictieve) verrekenprijzen dienen te vallen. Door de kredietcrisis zal belastingplichtige de range verplaatsen naar de 10e – 60e percentiel, van -0.2% tot 3.9%, wat de impact van de crisis beter weergeeft.

5.3.3. Relevant tijdsraam

Ondernemingen vergelijken cijfers van meer dan één jaar van soortgelijke ondernemingen om rekening te houden met de effecten van een ondernemingscyclus. Veel ondernemingen gebruiken derhalve de gegevens van vergelijkbare ondernemingen van het huidige jaar en twee voorafgaande jaren, terwijl dit in jaren van kredietcrisis niet langer toereikend is (par. 5.3.). Om de

ondernemingscyclus weer te geven waarin een eerdere recessie (de vorige recessie dateert van 2001) voorkomt, is het gebruiken van gegevens van 3 of 5 jaren niet toereikend.125

De huidige kredietcrisis is meer significant in omvang dan de recessie in 2000-2001, welke van korte duur en slechts oppervlakkig was. Cijfers vanuit laatstgenoemde recessie geven de huidige

economische omstandigheden en de veranderingen in technologie, markten en dergelijke mogelijk niet voldoende weer. Het opnemen van de cijfers daterend uit de crisis van begin jaren tachtig zou naar de mening van Oosterhoff een betere vergelijking zijn.126

Echter, dit stuit eveneens op enkele praktische problemen. Het blijkt bijzonder lastig om historisch financiële informatie te verkrijgen over vergelijkende ondernemingen als gevolg van database beperkingen.127 Bovendien zullen geen betrouwbare data aanwezig zijn om een vergelijkingsanalyse

122 FELGRAN, S.D. et al (2009) Adjusting pricing methods for APAs in an economic downturn. Tax management transfer pricing

report, 18(8), p.471

123 Het 10e percentiel is een getal zodanig dat 10% van de data kleiner is of eraan gelijk en 90% groter of eraan gelijk; uit

http://www.leidenuniv.nl/fsw/psychologielexicon/index.php3-c=40.htm

124 Het 25e percentiel wordt ook wel het 1e kwartiel genoemd; uit http://www.leidenuniv.nl/fsw/psychologielexicon/index.php3-c=213.htm

125 MORI, N. et al (2009) Transfer pricing in troubled times. Tax planning international transfer pricing, 10(8), p.23

126 OOSTERHOFF, D. (2009) Transfer Pricing in an Era of Recession: Netherlands. International transfer pricing journal, 16(05), p. 345

127 OOSTERHOFF, D. (2009) Transfer Pricing in an Era of Recession: Netherlands. International transfer pricing journal, 16(05), p. 345

- 36 - | P a g i n a mee uit te voeren, doordat ondernemingen sinds de begin jaren tachtig veelvuldig zijn veranderd van samenstelling en functies.

Het aanpassen van het tijdsraam voor het analyseren van vergelijkende data heeft beperkingen en is naar alle waarschijnlijkheid niet geschikt om voldoende informatie te vergaren om de impact van de huidige recessie te weerspiegelen.

5.3.4. Data aanpassen van comparables

Financiële informatie van belastingplichtige kan worden gebruikt om vergelijkbare data van comparables aan te passen. Met deze aanpassing kan een uitkomst worden gesimuleerd, alsof de comparables onder dezelfde economische omstandigheden hun activiteiten hadden verricht. Zo zal een belastingplichtige die een daling van de winstmarge van 25% ervaart dit percentage eveneens in mindering brengen op de winstmarges van de comparables om hiermee de (negatieve) impact van de kredietcrisis te simuleren.128

Voorbeeld 4: Aanpassen comparables

Comparable Werkelijk rendement Aangepast rendement op totale middelen (%) op totale middelen (%)

2006 2007 2008 Gemiddeld 2006 2007 2008 Gemiddeld 1 15 13 6 11.3 11.25 9.75 6 8.0 2 18 14 9 13.7 13.50 10.50 9 10.3 3 10 10 7 9.0 7.50 7.50 7 5.7 4 4 6 5 5.0 3 4.50 5 1.7 5 12 9 3 8.0 9 6.75 3 4.7 1e kwartiel 10 9 5 8.0 7.50 6.75 5 4.7 Mediaan 12 10 6 9.0 9 7.50 5 4.7 2e kwartiel 15 13 7 11.3 11.25 9.75 7 8.0

Voor de jaren 2006 en 2007 zijn de data van de comparables aangepast aan de daling van 25% van de te testen onderneming. Dit weerspiegelt de gevolgen van de huidige crisis op een geschikte manier. Voor het jaar 2008 wordt in dit voorbeeld ervan uitgegaan dat de cijfers reeds publiekelijk beschikbaar zijn.

Het panel van de OECD conferentie 2009129 is van mening dat de regelgeving zoals die is vastgelegd in de Transfer Pricing Guidelines ook ten tijde van de huidige crisis toegepast dient te worden. Echter, met deze kanttekening dat de comparables gecontroleerd dienen te worden op geschiktheid en indien noodzakelijk aangepast kunnen/moeten worden.

128Voorbeeld afgeleid uit:MORI, N. et al (2009) Transfer pricing in troubled times. Tax planning international transfer pricing, 10(8), p.24

129 Op 21 en 22 september 2009 hield de OECD een conferentie: “Transfer Pricing and Treaties in a Changing World”. Het panel omtrent “Transfe r Pricing in a Downturn Economy”, bestaat uit S. Huibregtse, J.V. Massoni en R. Schatan

- 37 - | P a g i n a

In document Transfer Pricing en de Kredietcrisis: (pagina 32-37)