• No results found

5. Het thuisgevoel in gevaar

5.3 Verschuivende positie van professionals

In de vorige paragrafen is naar voren gekomen dat professionals effecten van het Wmo beleid ervaren die het thuisgevoel onder druk zetten. Zij merken effecten op die de samenstelling van de afdeling verandert en de identiteit van het tehuis. Deze twee ontwikkelingen zetten het thuisgevoel onder druk omdat professionals de manieren waarop zij het thuisgevoel

weergeven bemoeilijkt worden. Naast een effect op de instelling, ervaren professionals ook een verschuiving van hun eigen positie. De verandering van eigen positie zorgt ervoor dat professionals minder tijd hebben om zelf de manieren van thuis voelen vorm te geven. De professionals ervaren een bureaucratische druk waardoor zij zich moeten afzonderen van de werkvloer. Professionals stellen dat zij minder invloed hebben om zelf het thuisgevoel vorm te geven.

Indicatiestelling ZZP.

Professionals ervaren een verhoogde bureaucratische druk door de invoering van ZZP’s. De hoogte van de ZZP wordt bepaald aan de hand van lijsten en checklists waarin verschillende lichamelijke en cognitieve beperkingen een ziektebeeld moeten kunnen vormen van iedere zorgvrager. Een zorgcoördinator vertelt dat zij gemiddeld 2,5 uur bezig is met een aanvraag van een ZZP ´´ Het CIZ heeft enorm lange checklijsten die naar ieder detail van een bewoner

vraagt´´. Aanvragen van een ZZP is een lang, bureaucratisch proces, waarbij elk detail over de bewoner moet worden ingevuld, voordat een oudere een ZZP toegekend krijgt. De

professionals dienen ter ondersteuning van de aanvraag observaties te melden, die de noodzaak van intensieve zorg ‘bewijzen’. Een aanvraag wordt gestuurd naar Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ), die iedere aanvraag controleert en eventueel bekritiseert. Een zorg coördinator geeft aan: ´´Dan heb ik net een aanvraag ingediend en dan belt het CIZ mij

met vragen die ik zojuist heb beantwoord in de aanvraag. De kinderachtige manier van controleren stoort mij enorm’’. Volgens de zorg coördinator kan zij minder efficiënt werken

door de bureaucratische structuur van de CIZ. Professionals stellen dat de bureaucratische verplichtingen effect hebben op het dagelijks contact met cliënten. Doordat de professionals

observaties moeten rapporteren die de aanvraag verifieerd, dienen zij zich vaker terug te trekken op kantoor. Een persoonlijk begeleider geeft aan dat de dagelijkse bezigheden worden

onderbroken door het veelvoudig rapporteren van gedrag. ´´Ik ben nu veel meer met papierwerk bezig dan vijf jaar geleden. Alles omtrent de cliënt moet opgeschreven worden. Ik zou niet weten wat niet’’. Een persoonlijk begeleider die voorheen een regulerende functie op de vloer heeft en dagelijks intensief samenwerkt met bewoners, is nu genoodzaakt om zich te

distantiëren van de afdeling en zich te voldoen aan bureaucratische verplichtingen. Een persoonlijk begeleider vertelt: ‘’Het komt voor dat ik mijn dag direct in het kantoor begin, omdat ik te veel mailtjes, rapportages in orde moet maken. Ik heb dan tot de middagpauze nog geen bewoner gezien’’. De persoonlijk begeleider geeft aan dat het dagelijkse contact met

bewoners afneemt, doordat zij zich afzondert in het kantoor.

Verschuiving van positie professional.

Professionals merken een verschuiving van eigen positie op. De professionals hebben een tussenpositie waarbij zij tussen het beleid en de cliënt in staat. Professionals ervaren een tegenstrijdigheid, waar zij de praktische, alledaagse context van het verzorgingstehuis en de belangen van de bewoners willen behartigen, maar dat zij zich moeten verantwoorden naar de abstracte, bureaucratische structuur van het CIZ. ‘’De cliënt staat nu centraal op papier, maar in de praktijk hebben we minder tijd om met de mensen samen te zitten en gewoon lekker met ze te kletsen.’’ Professionals willen de belangen van de cliënt beantwoorden, maar zijn geneigd zich terug te trekken in kantoor om hun bureaucratische verplichtingen te

vervullen.

De afname van dagelijks contact zien professionals als problematisch voor het

vormgeven van het thuisgevoel. De manieren waarop professionals het familiale, individuele en collectieve thuisgevoel waarborgen wordt verstoord. Door een gebrek aan tijd kunnen de professionals niet actief het thuisgevoel kan vormgeven. De professionals geven allereerst aan dat het individuele thuisgevoel onder druk staat. Professionals hebben niet de tijd om de

individuele wensen van de cliënt te beantwoorden. ‘’Je hebt minder tijd om met ze naar buiten te gaan of bijvoorbeeld koekjes te bakken’’. Professionals geven aan dat zij niet altijd de individuele wens van de cliënt kunnen beantwoorden. Vervolgens zien professionals een afname in het collectieve thuisgevoel. Een persoonlijk begeleider geeft aan dat haar

bureaucratische verplichtingen een negatief effect hebben op de gezamenlijke activiteiten. ‘’Ik zorg altijd wel dat ik help met de zorg, maar in de middag moet echt in het kantoor zitten. Samen een spelletje spelen zijn de eerste dingen die erbij in schieten’’. Door gebrek aan tijd kunnen professionals geen gezamenlijke activiteit organiseren. De manieren waarop het collectief thuisgevoel wordt vormgegeven komt onder druk te staan. Tot slot merken

professionals een afname van het familiale thuisgevoel. Een zorgcoördinator stelt dat zij geen tijd heeft om de familie te begeleiden. ‘’Van de familie wordt verwacht dat ze zelf dingen oppakken i.p.v. dat wij tijd hebben om ze daarin te begeleiden’’. Professionals staan minder in contact met de familie, waardoor zij de betrokkenheid van familie minder kunnen sturen. Als gevolg kan familie een minder aanwezige rol hebben binnen de instelling. Afwezigheid van familie zorgt voor een afname van een familiaal thuisgevoel.

Naast veranderingen die effect hebben op de instelling ervaren professionals ook veranderingen die effect hebben op hun eigen positie. De bureaucratische verplichtingen brengt de professionals in een tweestrijd omdat zij het dagelijks contact, dat de manieren van thuis vormgeven, moeten negeren. De professionals moeten zich verantwoorden naar het CIZ, waardoor zij tegen hun eigen ideeën in moeten gaan. De manieren van thuis die de

professionals zo belangrijk vonden worden onderdrukt door de bureaucratie, waardoor het thuisgevoel in gevaar komt. De vrijheid om zelf te handelen komt onder druk te staan omdat professionals zich moeten verantwoorden naar het CIZ. De discretionaire ruimte (Lipsky, 2010) van de professionals wordt meer beperkt. Professionals kunnen de manieren van thuis niet zelf meer vormgeven. De professionals merken dat met de intrede van het beleid het thuisgevoel van de instelling in gevaar komt. In het volgende hoofdstuk zal worden

beschreven hoe professionals op een andere wijze hun discretionaire ruimte benutten om het thuisgevoel te bewaren. Door de veranderde positie van professionals kunnen zij de manieren van thuis voelen minder intensief vormgeven. In hoofdstuk 3 zal blijken dat de professionals een strategie gebruiken om alsnog het thuisgevoel binnen de instelling te behouden.