• No results found

e e e e e

• e

e

e 3.2.

e e e e e

3.1. Inleiding

I n hoofdstuk 2 zijn we met name wat dieper inge­

gaan op maatregelen ter vermindering van vandalis­

me, die specifiek zijn gericht op de bewustmaking en beïnvloeding van scholieren.

Op zich veranderen deze maatregelen weinig of niets aan de feitelijke situatie waarin scholieren zich bevin­

den. Wanneer het om vandalisme gaat dat (ten dele) voortkomt uit onvrede met die situatie, zal men voor scholieren en eigenlijk voor alle jongeren -betere omstandigheden moeten scheppen, wil men daadwerkelijk het vandalisme verminderen. Als we ons beperken tot scholieren wordt natuurlijk in dit opzicht als eerste gewezen naar 'het onderwijs­

systeem' als zodanig.

In 3.3. zullen we, zij het kort, ingaan op enige moge­

lijke verbanden die er zouden kunnen bestaan tussen het verschijnsel vandalisme enerzijds en de organisa­

torische structuur van een school en het onderwijs dat wordt gegeven anderzijds.

Definitieve uitspraken moet de lezer niet van ons ver­

wachten. We zullen ons beperken tot het aandragen van enige indicaties. Eerst besteden we echter in 3.2. aandacht aan een wat concreter terrein en wel aan het scheppen van vrije-tijdsvoorzieningen voor jongeren.

Dat kunnen zijn: speelplaatsen, trapvelden, sleutel­

werkplaatsen, crossterreinen, tuinen of een eigen ruimte om muziek te maken. In feite zijn de mogelijk­

heden bijna onbeperkt, vandaar dat we ons in eerste instantie zullen richten op die voorzieningen waarbij de school een belangrijke rol kan spelen.

V rije-tijdsvoorzieningen)

':') We willen ons hier n iet beperken tot vrije-tijds­

voorzieningen a lleen voor schol ieren .

Het lijkt ons immers bijna onmogelijk en bovendien onwensel ijk om vrije-tijdsvoorzieni ngen alleen op te zetten en toega nkelijk te maken voor deze groep en daarmee de n iet-schoolgaa nde jongeren uit te slui­

ten . We spreken daarom i n deze paragraaf veelal over de jeugd of jongeren i n het algemeen .

75

76 ' Het ka n niet worden ontkend dat het aanbod van

e

mogelij kheden voor met name opgroeiende jeugd ,

e

voor zinvolle tijdspassering geen gel ijke tred houdt met de toename aan vrije tijd ' *).

e

Deze stelling kan men in veel toonaarden horen

ver-e

kondigen als het gesprek op het onderwerp vandalis-me komt. Er is voor de jeugd niets te doen . . . dus gaan ze vernielen. Wat fraaier geformuleerd:

'( . . . ) de ontstaansgrond voor zeer veel vormen van

e

agressie en vandalisme is gelegen i n de i n wezen

e

positieve drang va n de mens om bij gebrek aan een zi nvolle uitdaging, van uit de eigen leefsituatie naar

vervangende prikkels tot zelfverwerkelijking te zoe-ken ' ''' >!').

e

De Amsterdamse popgroep 'Drukwerk' verwoordde

e

dit idee wat directer in hun hitsingle ' Ik verveel me zo'.

I k verveel me zo

e

(Tekst: Harry Slinger / Muziek: Bob Dylan)

Ben je boven de 14 jaar

e

zegt de maatschappij bekijk het maar

regels en wetten daar moet ik naar leven

e

maar kansen worden me n iet gegeven scholen en bazen die houden me klein

e

zou er een antwoord voor m ijn vragen zijn?

Refrei n :

e

Want, i k verveel 4x

ik verveel me zo, i n Amsterdam-Noord

Ze noemen me een va ndalist

maar als een ieder het toch eens wist

e

wat het is om i n Noord te wonen

het kost veel tijd om in de stad te komen

wei n ig kroegen , geen bios open

e

alleen een telefooncel d ie zul len we slopen

herhaling refrein

e

Slapend beton ja dat is Noord

e

voor jongeren een onbewoonbaar oord waar we nu voor willen pleiten

e

* ) 'Wham ! ! ! ' . Rapportage ter voorbereiding van

e

een cam pagne ter bestrijdi ng van jeugdvandalisme in Oldenzaal. Gemeente Oldenzaal (Bureau Voor-l ichting Stad huis OVoor-ldenzaa Voor-l), mei 1979, pag. 3.

* *) Op.cit. , pag. 7_

e

e

e e e e

e e •

e e

• e

e e

e e e

een eigen rui mte met activiteiten zelfstandig wonen en arbeidsplaatsen 'n bioscoop en dat niet als laatste herhal i ng refrei n

solo

herha ling refrei n

Overheid heb j e het nu gehoord JAN vertelt over Amsterdam-Noord blijf niet l u l len kom over het water nu wat doen en n iet weer later breng ons eindel ijk onder de pa n nen je weet a llang va n alle plan nen herhaling refrein

©M . Witmark and Sons. Voor Nederla nd:

Warner Bros Music Holland b.v .

Kon i ngin neweg 49 1 2 1 7 KV H i lversum

Leerkrachten die zich afvragen of ze zelf wel in staat zijn vrijetijdsvoorzieningen voor jongeren van de grond te brengen, kunnen zich misschien laten inspi­

reren door de brief die we ontvingen van een thans gepensioneerd hoofdonderwijzer, die vlak na de Tweede Wereldoorlog in Gouda werkzaam was:

'( . . . ). I k had in Gouda een school in het hart van de bin nenstad . Onder de leerlingen waren er noga l wat uit door de oorlog min of meer ontregelde gezi n nen ,

zodat met recht van een ta melijke verwildering ge­

sproken kon worden . Er was veel baldad igheid, waa rdoor de kinderpol itie nogal eens een bezoekje aan de school kwam brengen . Grenzend aan de

77

speelplaats van de school lag een stuk grond va n

e

naar schatting 20 bij 30 meter, waarop de Duitsers

e

een bunker hadden gebouwd . Het was n iet zo' n zware e n d e gemeente besloot al gauw hem o p te ru imen . I k verzocht daarop het terrein te mogen ge·

brui ken voor een schooltu i n . N iet voor aparte tui n ·

e

tjes - d u s voor kinderen d ie e r belangstelling voor

e

zouden tonen - maar één gemeenschappelijke tui n , waarin a l le kinderen zouden kunnen werken

wa n neer ze er zin in hadden . De wethouder va n Onderwijs was direct bereid tot

e

medewerking. Er werd grond opgebracht en ge·

e

meentewerken zorgde voor de nod ige perkplanten.

Ik kon zaad kopen en het nodige tuingereedschap

aanschaffen . Met een stel potige jongens en meisjes

e

va n de 6e klas kwam op een paar vrije woensdag-en zaterdagmiddagwoensdag-en de aanleg tot stand, waarna

e

de perkplanten konden worden gepoot.

Bij het zaa ien werden ook de jongere kinderen

be-I

trokken , d ie ook a l met het ha rken va n de paden konden meedoen . Eén probleem is a ltijd aanwezig

geweest: hoe kon ieder, d ie wilde werken , aan zijn

e

trekken komen . Zoveel mogelijk moest ieder d ie zin had , aan de nodige werkzaam heden kunnen

mee-e

doen . Dat gebeurde voor schooltijd en vaak i n de pauze. De meest-enthousiastelingen stonden vaa k

a a n het eind van d e straat al te wachten e n l iepen mee achter de fiets aan, roepend: mag i k een hark,

e

mag ik een schop. Ik vermeed zoveel mogelijk tot

e

een ploegeni ndel i ng te komen , want dat zou tot ge-volg kun nen hebben , dat er ook bi nding aan

bepaal-e

de tijden zou kunnen komen. Een kind , dat 's mor-gens zin had in tuinarbeid hoefde dat n iet per sé

's m iddags ook te hebben .

I

Er waren er ook, d ie het leuk en gezellig vonden de paden door te lopen vaa k gearmd als in een park. I n

e

de rui m 10 jaren, dat we de tu i n hadden , is het bij mijn weten maar één of m issch ien twee keren

ge-beurd dat er bloemen 'gestolen ' werden . Zelfs na de

e

va kanties bleek a l les nog i n goede orde. De keer, dat er bloemen weggehaa ld waren, bleek dit gedaan te

e

zijn door kinderen van een a ndere school. Heel sterk moet het gevoel geweest zijn : dit is onze tui n

e

en de buurtcontrole was i ntensief genoeg om vreemden eruit te houden. C . . . )'

We willen naar aanleiding van deze brief wijzen op enige algemene aspecten die ook thans nog van

be-e

lang zijn: