• No results found

V I . EENIGE MIDDELË3Î VAN BEHEER MET HET REGTSWEZEN IN VERBAND

In document BIBLIOTHEEK KITLV (pagina 86-92)

Hij ontvangt de bevelen des Konings, door tusschenkomst van den Minister van Koloniën

V I . EENIGE MIDDELË3Î VAN BEHEER MET HET REGTSWEZEN IN VERBAND

a. B u r g e r l i j k e s t a n d .

I n de kolonie Suriname bestaan registers wegens de geboorten en het overlijden van niet tot den slavenstand behoorende personen.

• Deze registers worden in dubbel gehouden, wat de stad Paramaribo aangaat ter gouver-nements-secretarie , door eenen ambtenaar van den burgerlijken stand, en wat de buiten-districten betreft door de respective burger-kapiteins of landdrosten, welke als hulpbeambten worden aangemerkt van voornoemden ambtenaar, die hen als zoodanig van de noodige registers en modellen voorziet en hun voorts alle zoodanige instructien doet toekomen, als hij vermeent te behooren.

De eerste en laatste bladzijde dezer registers worden door den gouvernements-secretaris gekantteekend, en voorts al de bladzijden door hem gewaarmerkt.

De burger-kapitein en landdrosten in de buitendistricten doen jaarlijks, in de maand J a n u a r y , de door hen gehoudene registers aan den ambtenaar van den burgerlijken stand toekomen, die de daarin voorkomende acten in de door hem over het vorige j a a r gehoudene registers overbrengt, en met zijne handteekening authentiseert.

N a deze insertie, vervaardigt de ambtenaar van den burgerlijken stand eenen alphabetischen index op de door hem gehoudene registers, en doet denzelven onmiddellijk op de laatst geboekte acte volgen.

Vervolgens worden de registers door den ambtenaar van den burgerlijken stand afgesloten, en aan den gouvernements-secretaris ter verificatie aangeboden, terwijl vóór den eersten dag der maand Maart een der dubbel gehoudene en geverifieerde registers ter griffie van het geregtshof wordt overgebragt en het andere ter gouvernements-secretarie verblijft.

Ieder is bevoegd om zich, tegen betaling van een emolument van f 5 , uittreksel uit de registers te doen afgeven.

Bij tijdelijke ontstentenis van den ambtenaar van den burgerlijken stand worden deszelfs functien waargenomen door zoodanigen anderen beambte ter gouvernements-secretarie, als de Gouverneur daartoe aanwijst.

Bij tijdelijke ontstentenis van de burger-kapiteins of landdrosten in de buitendistricten, worden de functien van hulp-ambtenaren waargenomen door den in rang oudsten aanwezigen burger-officier.

Ook het sluiten der huwelijken en aanteekening in ondertrouw, en verdere formaliteiten daarbij in acht te nemen,' zijn aan den ambtenaar van den burgerlijken stand en deszelfe hulp-ambtenaren opgedragen.

b. N o t a r i a a t .

De uitoefening der notariële practijk in de kolonie Suriname is opgedragen aan ambte-naren , welke den naam voeren van » gezworen klerken."

D e Gouverneur is gemagtïgd om het getal der gezworen klerken zoodanig te beperken, als het hem naar de bestaande behoeften raadzaam voorkomt.

De te Paramaribo residerende gezworen klerken zijn, onder opzigt van den procureur-generaal, werkzaam onder den griffier van het geregtshof, wiens bevelen zij stiptelijk moeten nakomen.

D e functien van gezworen klerk worden in het neder-district Nickerie vervuld door den landsschrijver, en wordt hij als zoodanig, onder oppertoezigt van den procureur-generaal, gesurveilleerd door den landdrost aldaar.

I n het opper-district Nickerie zijn de functien van gezworen klerk, mede onder toezigt van den procureur-generaal, opgedragen aan den landdrost zelven , te dien effecte, dat voor denzelven uitsluitend mogen gepasseerd geworden alle acten en contracten, waaraan de partijen het kenmerk van echtheid, aan acten van het openbaar gezag verknocht, moeten of willen doen geven.

D e gezworen klerken zijn verpligt te zorgen, dat elk en een iegelijk, voorwien zij zullen werkzaam zijn, met alle vaardigheid, spoed en onpartijdigheid wordt bediend.

D e gezworen klerken genieten geen vast inkomen van den lande, maar zijn bevoegd zoo-danige emolumenten te berekenen, als voor het passeren en registreren der verschillende acten en verdere verrigtingen aan hunne bediening verbonden, bij tarief zijn vastgesteld.

De gezworen klerken mogen geene acten passeren dan in de Nederlandsche t a a l , ten overstaan van twee getuigen ; voor zooverre de comparanten deze taal niet verstaan, moet de inhoud der acten hun door eenen beëedigden translateur worden vertaald en daarvan in de acte zelve uitdrukkelijk melding gemaakt.

(

2

7 )

c. D e p a r t e m e n t d e r o n b e h e e r d e b o e d e l s e n w e e z e n .

Deze administratie is belast met de bereddering en vereffening van alle boedels en goederen welke overeenkomstig de bestaande bepalingen voor onbeheerd worden gehouden.

De administratie bestaat uit eenen hoofd-ambtenaar, welke den titel voert van curator met de aan denzelve toegevoegde geëmploijeerden, en uit een collegie van commissarissen. '

De curator moet den ouderdom van 25 jaren hebben bereikt. Hij mag geene administratie van plantagies voeren of ook iemands zaakgelastigde zijn. Hij kan ook geen openbaar ambt of betrekking in de kolonie bekleeden , met uitzondering alleen van den post van weesmeester welke met dien van curator bij de administratie der onbeheerde boedels steeds in één en denzelfden persoon zal vereenigd zijn.

Hij mag ook geenerlei executele of voogdij aanvaarden, tenzij de overledene hem in den derden graad van bloedverwantschap of tweeden graad van zwagerschap mögt hebben bestaan.

Hij geniet een vast j aarlij ksch tractement, doch mag geenerlei emolumenten, onder welken naam ook, trekken.

Hij moet voorts in zijne hoedanigheid van curator en weesmeester eenen borgtogt stellen van f 20,000, ten genoege van den Gouverneur.

Het collegie van commissarissen bestaat uit een president en twee leden, door den Gouver-neur benoemd, geadsisteerd dooreen secretaris, mede door den GouverGouver-neur benoemd • welke secretaris bij ontstentenis, belet of afwezigheid van den president of een der leden als stem-hebbend lid in het collegie zitting neemt.

De secretaris geniet een vast tractement en bepaalde emolumenten.

De commissarissen zullen altijd moeten gekozen worden uit de gegradueerde leden van het geregtshof, den president onder dezelven begrepen. Jaarlijks met den eersten January treedt een hunner af, om door eenen anderen te worden vervangen. De aftredende is echter weder benoembaar.

De administrateur van finantien is verpligt het bureau van den curator ten minste vier malen in het j a a r , steeds op ongezette tijden, te inspecteren, ten einde te onderzoeken of de boeken in behoorlijke orde zijn aangelegd en naauwkeurig worden bijgehouden, en den staat der kas te verifiëren.

Commissarissen vergaderen eenmaal 's weeks. Van die vergaderingen worden door den secretaris geregeld notulen gehouden.

De curator mag in die vergaderingen van regtswege niet tegenwoordig zijn, doch is ver-pligt in dezelve te verschijnen, zoo dikwijls dit door commissarissen wordt gevorderd.

De curator draagt zorg, dat commissarissen in deze wekelijksche vergaderingen geregeld kennis verkrijgen van alle boedels, welke gedurende de afgeloopene week aan de admini-stratie zijn gedevolveerd.

De president van commissarissen is meer bijzonder met de surveillance der dagelijksche werkzaamheden van den curator en deszelfs geëmploijeerden belast. Niettemin zijn de commissarissen ook verpligt de werkzaamheden na te gaan.

^ Bij eene momentanele afwezigheid van den curator of eenige andere tijdelijke verhinde-ring, om de dienst in persoon waar te nemen, qualificeren commissarissen een hunner ge-ëmploijeerden , om hem te vervangen.

Bij eene afwezigheid met verlof uit de kolonie, wordt door den Gouverneur eenen curator ad interim gedesigneerd.

I n de buiten-divisien en districten handelen de burger-kapiteins en landdrosten als agen-ten van het departement der onbeheerde boedels en weezen.

Het oppertoezigt over alle onmondigen in de kolonie is opgedragen aan eenen pupillairen r a a d , welke is zamengesteld uit den Gouverneur, als president, den procureur-generaal en den administrateur van finantien, bijgestaan door eenen secretaris, die door den Gouver-neur benoemd wordt.

Voor weezen, pupillen of onmondigen worden gehouden alle minderjarige vrije personen die derzelver vader of moeder of wel beide door den dood hebben verloren, of welke ' hetzij uit hoofde van den burgerlijken dood, of van verlating der ouderen of' van eenige daarmede gelijkstaande oorzaak, daarvoor moeten gehouden worden.

Van de ambtenaren, die den pupillairen raad uitmaken is de Gouverneur meer bijzonder met de uitoefening der werkzaamheden belast, welke van het oppertoezigt een noodzakelijk gevolg zijn of daarmede in verband staan. .

De weesmeester, die steeds dezelfde persoon moet zijn als de curator bij de administratie der onbeheerde boedels , is ambtshalve verpligt om de voogdij op te nemen en uit te oefenen over alle zoodanige minderjarigen, als in het geval verkeeren van geenen voogd te bezitten.

(

2

8 )

I n het geval van geenen voogd te bezitten, worden geacht te verkeer en :

1°. alle ouderlooze minderjarigen, in welker voogdij door den langstlevende der ouders bij uiterste wilsbeschikking niet is voorzien ;

2°. alle minderjarigen, welker voogden zijn overleden, of door vertrek uit de kolonie, door ontslag, of uit eenigenanderen hoofde, hunne qualiteit als zoodanig hebben verloren»

en door geene andere zijn vervangen geworden.

Wanneer bloedverwanten of vrienden van de onmondigen welke zich in het geval b e -vinden van geenen voogd te bezitten, en de zorg voor welker personen en goederen alzoo zoude devolveren, of bereids gedevolveerd is, op den weesmeester, zulks willen voorkomen, door zelven de voogdij over zoodanige onmondigen op zich te nemen, of zich door den wees-meester te doen toevoegen, moeten dezelven van dit hun verlangen aan den pupillairen Raad bij requeste doen blijken en verzoeken om als voogd "of voogden over dezelve onmon-digen te worden benoemd. De pupillaire raad staat zoodanig verzoek t o e , wanneer het de benoeming van eenen dergelijken specialen voogd voordeelig acht voor de belangen van den minderjarige.

Wanneer een onmondige , over wien de weesmeester ambtshalve de voogdij uitoefent, geenerlei eigen middelen bezit, om daaruit zijn onderhoud of opvoeding goed te maken, moet de toevlugt genomen worden tot zoodanige fondsen, als de strekking hebben om in de alimentatie en verpleging van dergelijke onmondigen te voorzien ; ter benuttiging van welke de weesmeester verpligt is het mogelijke te doen.

De zorg van den weesmeester strekt zich niet alleen tot de goederen van den minder-j a r i g e , maar ook, voor zooverre zich geene bloedverwanten, vrienden of anderen met des-zelfs opvoeding en bescherming vrijwillig belasten, tot desdes-zelfs persoon uit.

Dienvolgens is hij verpligt alsdan ook de verstandelijke en zedelijke opvoeding van den onmondige te surveilleren, en denzelve voor te bereiden en op te leiden tot zoodanig beroep of werkkring, als met zijnen stand in de maatschappij, in overeenstemming met de finantiele middelen des boedels, overeenkomstig is.

Hiertoe is hij bevoegd om aan den pupillairen raad eenen ingezeten der kolonie tot medevoogd over den onmondige voor te dragen, ten einde met de zorg voor deszelfs per-soonlijke opvoeding meer bijzonder belast te zijn, zonder zich echter in de administratie van deszelfs goederen op eenigerlei wijze te mogen inmengen. Van dezen last mag zich niemand verschoonen , dan uit hoofde van zoodanige redenen als de wet toelaat.

De weesmeester is verpligt aan den pupillairen raad jaarlijksche rekening en verant-woording te doen van alle boedels, welke door hem worden beheerd.

De procureur-generaal is meer bijzonder met het toezigt over de dagelijksche werkzaam-heden van den weesmeester belast.

De weesmeester staat daarenboven in eene gelijke betrekking tot den administrateur van finantien, als de curator.

De genoemde administrateur is mede verpligt de boeken en kas van den weesmeester te inspecteren, op gelijke wijze als hem dit ten opzigte van den curator is opgedragen.

Aan alle boedels, welke door den weesmeester worden geadministreerd, brengt hij in rekening :

1°. ï/2 % v a n g e ^ e n , in natura in eenen boedel gevonden ; 2°. 5 0/0 van alle af te lossen kapitalen ;

3°. 5 0/0 van alle te ontvangene penningen, spruitende uit den verkoop van vaste goe deren, slaven, meubilaire en andere roerende goederen ;

4°. 10 0/0 van alle te ontvangene boekschulden, tot en met het bedrag van tien dui-zend gulden, en 5 *V0 van hetgeen dit bedrag excedeert ;

5°. 10 0/0 van alle te ontvangene renten en inkomsten van uitstaande kapitalen en vaste goederen, al» ook van alle te ontvangene huurpenningen van huizen, slaven enz.

De weesmeester geniet de helft dezer provisie tot eene belooning voor zijne moeite. D e wederhelft strekt ten behoeve der koloniale kas.

De pupillaire raad waakt ook over de belangen der onmondigen, over welke de voogdij door testamentaire en legale voogden wordt uitgeoefend.

I n 1849 stonden 378 weezen onder openbare voogdij. Daarvan werden 56 uit eigene middelen en 285 door particulieren en nagelatene betrekkingen verzorgd. Door het bestuur werden er 37 gealimenteerd.

E r bestaat geen gesticht voor min- of onvermogende weezen. Deze worden echter verzorgd door middel van bijdragen der ingezetenen.

( 2 9 )

E . Ecrccllenst.

I . ALGEMEEN BEGINSEL.

Aan den Gouverneur is voorgeschreven de striktste onzijdigheid jegens de verschillende godsdienstige gezindheden in acht te nemen. Hij mag zich niet verder met kerkelijke zaken inlaten, dan noodig is tot bewaring van rust en orde en tot handhaving der regten van de Regering.

I I . PKOTESTANTSCHE.

Volgens de door de ingezetenen zelven gedane opgave, belijden van de bevolking te P a r a -maribo 3064 zielen de Hervormde godsdienst, 1966 de Luthersche, terwijl 1411 tot de Moravische broedergemeente behooren.

Van de slaven in Suriname behooren 17,361, waarvan 5164 te Paramaribo, tot de ge-zegde broedergemeente.

De Hervormde en Luthersche gemeenten hebben te Paramaribo elk een afzonderlijk kerkgebouw, zoomede elk een afzonderlijk kerkbestuur.

Ook de Moravische gemeente bezit een kerkgebouw te Paramaribo en ettelijke gebouwen op de plantagien, waar de dienst wordt v/aargenomen.

I n Suriname bevinden zich twee Hervormde predikanten, van welke een te Paramaribo en de ander in het neder-district Mckerie gevestigd i s , terwijl beiden uit 's Lands kas be-zoldiging genieten.

Te Paramaribo is voorts een predikant voor de Luthersche gemeente aangesteld, insge-lijks tractement uit 's Lands kas genietende.

In 1849 had men het verlies te betreuren van 2 zendelingen bij de Moravische broe-dergemeente.

Jaarlijks neemt het aantal ledematen toe.

I I I . KOOMSCH-KATFIOLIEKIS.

Van de bevolking te Paramaribo zijn 1129 Eoomsch-katholiek.

Van de slavenbevolking in Suriname behooren 5241 tot de Eoomsch-katholieke kerk.

Ook deze kerk had in 1849 het verlies van 2 priesters te betreuren.

Twee geestelijken van deze gezindheid worden uit 's Lands kas bezoldigd.

De roomsch-katholieke gemeente heeft eene kerk te Paramaribo en eene kapel op het etablissement Batavia.

I V . ISEAÖLITISCHE.

Te Paramaribo behooren 683 inwoners tot de Portugeesch- en 681 tot de Hoogduitsch-Israëlitische gemeente.

De opper-rabbijnen der beide gemeenten genieten tractement uit 's Lands kas.

Te Paramaribo bevinden zich twee Israëlitische kerkgebouwen, terwijl er nog een op de zoogenaamde Joden-Savane aanwezig is.

F . B u r g e r l i j k e g e n e e s k u n d i g e d i e n s t .

De zorg en het toezigt over al wat de uitoefening der geneeskunde betreft, is in de kolonie Suriname opgedragen aan eene openbare administratie, onder den naam van com-missie van geneeskundig onderzoek en toevoorzigt.

Deze commissie bestaat uit : eenen voorzitter,

vier assessoren en eenen scriba.

De voorzitter is een der leden van den kolonialen r a a d , door den Gouverneur te designeren.

De assessoren zijn steeds : a. de stads-geneesheer;

b. de stads-heelmeester;

8

( 3o )

e. een der te Paramaribo residerende geneesheeren of heelmeesters;

d. een der te Paramaribo residerende apothekers.

De beide laatste assessoren worden door den Gouverneur benoemd.

De scriba moet altijd eenige geneeskundige betrekking bekleeden. Hij geniet een vast

tractement. . _ . , Buiten deze vaste assessoren worden door den Gouverneur twee plaatsvervangers aan de

commissie toegevoegd.

Deze plaatsvervangers moeten zijn:

a. een te Paramaribo residerend geneesheer, of een aldaar residerend heelmeester, beiden tot den civilen stand behoorende;

l. een apotheker.

Zij worden tot de bijwoning van de zitting der commissie opgeroepen:

lo. wanneer een of meer van de vaste assessoren, door ziekte of anderzins, verhinderd worden de zitting bij te wonen;

2o. wanneer in eene zitting eene zaak voorkomt, in welke een der assessoren regtstreeka of zijdelings is betrokken;

30. wanneer het examen van eenen chirurgijn, vroedmeester of apotheker moet plaats hebben, hetwelk steeds op het oproepingsbiljet tot de te houden vergaderingen wordt vermeld ;

40. in alle zoodanige andere gevallen, in welke de voorzitter de tegenwoordigheid van eenen of wel van beide de toegevoegde assessoren noodzakelijk oordeelt.

De commissie vergadert eenmaal in iedere maand. De voorzitter is echter bevoegd bui-tengewone vergaderingen te beleggen.

Aan de commissie van geneeskundig onderzoek en toevoorzigt is opgedragen:

1». hare aandacht te vestigen op al hetgeen tot bevordering van de gezondheid der ingezetenen strekken, kan ;

2°. de bevordering der koepokinenting;

30. te zorgen dat niemand in een vak van geneeskunde toegelaten worde, zonder van zijne kunde door een behoorlijk getuigschrift of door een afgelegd examen te hebben doen blijken.

4°. het beëedigen der geneeskundigen;

50. misbruiken in de uitoefening der geneeskunde binnen de kolonie krachtdadig tegen te gaan ; 6°. het visiteren der hospitalen ;

70. het doen visiteren door eene daartoe uit haar midden benoemde commissie van de apothekers-winkels ;

8». toe tezien dat op de publieke venduen geene schadelijke geneesmiddelen worden verkocht;

90. de onderlinge verschillen en klagten van doctors, chirurgijns enz. te vereffenen;

10°. het examineren of taxeren van rekeningen waarover quaestie mögt vallen.

Een medicinae, chirurgiae of artis obstetrïciae doctor moet, om als zoodanig in de kolonie te mogen practiseren, aan de commissie van geneeskundig onderzoek en toevoor-zigt overleggen:

lo. een door hem op eene der Nederlandsche hoogescholen verkregen diploma;

2°. een bewijs van het burgerregt in de kolonie.

Officieren van gezondheid der landmagt, die na twintigjarige dienst als zoodanig eervol zijn ontslagen of op pensioen gesteld, kunnen, zonder nader examen, de genees- en heel-kunde in de kolonie uitoefenen. Zij zullen echter alvorens moeten overleggen een bewys van inschrijving in het burgerregister of admissie van inwoning.

( 3 i ;

De chirurgijns worden verdeeld in stedelijke en in divisie-heelmeesters, en mogen niet practiseren, dan na alvorens van de commissie tot geneeskundig onderzoek en toevoorzigt admissie te hebben verkregen.

Aan die commissie is overgelaten te bepalen, of, naar den inhoud van de overgelegde bewijsstukken, acte van promotie enz., of welbij gebreke daarvan n a a r d e kunde en ervaring bij het examen als heelmeester aan den dag gelegd, de admissie tot stedelijk dan wel tot

divisie-heelmeester zal worden verleend.

Zonder examen kunnen geadmitteerd worden:

1°. tot stedelijke heelmeesters:

a. de chirurgijns-majoor, in dienst zijnde of geweest zijnde van het Nederlandsen Gouver-nement, welke eene aanstelling doch geene diploma of acte van bekwaamheid kunnen toonen ;

b. de chirurgijns van de 2de klasse, in dienst zijnde of geweest zijnde van het Neder-landsch Gouvernement, welke van een diploma als zoodanig zijn voorzien ;

2°. tot divisie-heelmeesters :

de chirurgijns van de 3de klasse, in dienst zijnde of geweest zijnde van het Nederlandsen Gouvernement en voorzien van eene acte van voor die klasse in het moederland afgelegd examen.

Divisie-heelmeesters mogen de geneesmiddelen zelven gereed maken.

Geen chirurgijn mag, zonder een in de verloskunde afgelegd examen waarbij hij tot vroedmeester is gepromoveerd, de verloskunde uitoefenen, noch zich van de verloskundige instrumenten bedienen. Hierop staat eene boete van f 250 tot f 500.

Wanneer iemand verlangt als vroedmeester in de kolonie toegelaten te worden, wordt omtrent hem door de commissie hetzelfde in acht genomen als voor de medicinae , chirurgiae en artis obstetriciae doctores is bepaald, doch in geval geen voldoend diploma kan worden overgelegd, moet hij een examen als vroedmeester afleggen.

Geene vroedvrouwen mogen in de kolonie de verloskunde uitoefenen, dan na alvorens van wege de commissie eene admissie te hebben verkregen, welke admissie niet wordt verleend, dan nadat zij goede getuigschriften zullen hebben overgelegd, van onder het opzigt van eenen of meer vroedmeesters of vroedvrouwen verlossingen met een goed gevolg te hebben verrigt, en nadat zij bovendien door een onderzoek voor de commissie hebben doen blijken genoegzame kennis voor de uitoefening der verloskunde te bezitten.

Niemand mag zich in de kolonie als apotheker nederzetten, dan na alvorens aan de commissie van geneeskundig onderzoek en toevoorzigt zijne acte van bekwaamheid of diploma te hebben overgegeven, of voor dezelve commissie zijn examen, zoowel practisch

Niemand mag zich in de kolonie als apotheker nederzetten, dan na alvorens aan de commissie van geneeskundig onderzoek en toevoorzigt zijne acte van bekwaamheid of diploma te hebben overgegeven, of voor dezelve commissie zijn examen, zoowel practisch

In document BIBLIOTHEEK KITLV (pagina 86-92)