• No results found

Uitgangspunt voor het opstellen van de begroting 2013-2016 is de voorjaarsnota 2012. De besluitvorming bij de voorjaarsnota 2012 stond in het teken van het dekken van de autonome ontwikkelingen inzake verliezen grondexploitaties en kortingen op het gemeentefonds. Ondanks deze nadelen lukte het in de voorjaarsnota 2012 een structureel sluitende begroting 2013-2016 vast te stellen. Onderdeel van de dekking was een structurele taakstelling van € 1,8 miljoen. Deze taakstelling wordt ingevuld door een taakstelling op de formatie. Hiervoor is een apart voorstel toegevoegd.

Vergeleken met de uitkomsten van de voorjaarsnota 2012 stellen we opnieuw voor een aanvullende verliesvoorziening voor grondexploitaties woningbouw in 2012 te treffen van € 17,1 miljoen. De dekking hiervoor wordt gevonden door te beschikken over een aantal reserves. De structurele nadelen die hierdoor ontstaan worden gedekt uit structurele rentevoordelen. Ook wordt een start gemaakt met vormen van een conjunctuurvoorziening bedrijventerreinen. Hiervoor doen we een storting in deze voorziening van € 3 miljoen. De dekking wordt gevonden binnen de bestaande reserves. We zullen nog voorstellen doen welke reserves dit betreffen. Aangezien we geen vrij besteedbare reserves hebben betekent dit dat hieruit een taakstelling zal voortvloeien van indicatief € 200.000 a € 300.000.

Hierna kan een structureel sluitende meerjarenbegroting met een kleine structurele taakstelling worden aangeboden.

Door voornamelijk externe factoren zullen de financiën van de gemeente echter de komende jaren onder grote druk blijven staan. Onduidelijk is nog wat het regeerakkoord zal betekenen voor de gemeentelijk financiën. Ook is er de voortdurende onzekerheid over de nationale en internationale economie welke mogelijk leiden tot nieuwe ingrepen van het rijk en tot aanvullende tekorten in de grondexploitaties. Daarnaast willen we zorgen dat er nieuwe investeringsmiddelen beschikbaar komen. Zie ook voor verdere toelichting ook het hoofdstuk 1 Bestuurlijke overwegingen.

2.2 Autonome ontwikkelingen

Vergeleken met de Voorjaarsnota 2012 zijn de volgende autonome ontwikkelingen in de begroting 2013-2016 verwerkt. We vermelden ook de jaarschijf 2012 omdat in dat jaar de verliesvoorziening voor grondexploitaties en de conjunctuurvoorziening bedrijventerreinen worden verhoogd. De dekking hiervan heeft echter wel structurele gevolgen(zie paragraaf 2.3) vandaar dat 2012 ook in beeld wordt gebracht.

In de voorjaarsnota 2012 is uitgegaan van een landelijke korting op de AU van € 1 miljard. Dit was een aanname van een combinatie van: een algemene korting op het gemeentefonds, de

normeringsystematiek en de gevolgen van de verhoging van de btw. Deze aanname van € 1 miljard zou voor Deventer een korting van € 5 miljoen betekenen. In de junicirculaire AU 2012 is de korting voor 2013 hoger, maar structureel lager uitgevallen. In onderstaand overzicht is dit nader uitgewerkt.

(bedragen x € 1.000) 2012 2013 2014 2015 2016

In het boekwerk Voorjaarsnota 2012 is aangegeven, dat de structurele nadelige uitkomsten voortvloeiende uit CAO gemeenteambtenaren afspraken 2012 van structureel € 300.000 ten laste zouden komen van de bestaande loonsom. Bij de raadsbehandeling van de voorjaarsnota 2012 is besloten dit bedrag te dekken uit het gestalde budget voor een mogelijke korting van de Algemene uitkering, dat nog resteert na de verwerking junicirculaire 2012.

De vorming van een nieuw kabinet betekent dat de ramingen voor 2013 en verdere jaren met extra onzekerheden zijn omgeven, zeker ook aangezien de ontwikkeling van de economie eveneens ongewis is. Voorgesteld wordt het resterend voordelig verschil niet aan te wenden maar te stallen in afwachting van de uitkomsten van het nieuwe regeerakkoord.(zie ook bestuurlijke overwegingen) 2. Stelpost accres prijzen/lonen

De stelpost prijzen/lonen kan neerwaarts worden bijgesteld. In de stelpost wordt rekening gehouden met een stijging van: prijzen 0,5%, de sociale lasten 2% en de lonen 0%.

3. Leges Burgerzaken

De opbrengst leges Burgerzaken moeten neerwaarts worden bijgesteld.

4. Accountantskosten

Voor de accountantscontrole boekjaren 2012 en 2013 is een aanbesteding geweest. Dit heeft geleid tot het afsluiten van een contract met Deloitte Accountants. Vergeleken met het vorige contract ontstaat een voordeel van € 24.000.

5. Wachtgeld voormalige wethouders

De raming voor wachtgeld voor wethouders moet worden verhoogd.

6. Aanvullende verliesvoorzieningen grondexploitaties

In de paragraaf grondbeleid begroting 2013 wordt voorgesteld een aanvullende verliesvoorzieningen grondexploitaties te vormen van € 17,1 miljoen. Hiervan komt € 15,7 miljoen ten laste van de algemene middelen en € 1,4 miljoen ten laste van de reserve Onroerende Zaken. Zie voor verdere informatie de paragraaf grondbeleid.

7. Voeding conjunctuurvoorziening bedrijventerreinen

We vinden het in de huidige economische context raadzaam over een buffer te beschikken, bedoeld om in te kunnen spelen op de gevolgen van de recessie voor de ontwikkeling van bedrijventerreinen.

Om die reden wordt voorgesteld een conjunctuurvoorziening bedrijventerreinen in te stellen. Deze voorziening kan in stappen worden gevoed met in totaal € 10 miljoen. In 2012 doen we voor € 3 miljoen een eerste voeding van deze voorziening. De dekking van € 3 miljoen wordt gevonden binnen de bestaande reserves. We doen nog voorstellen welke reserves dit betreffen. Aangezien we op dit moment geen vrij besteedbare reserves hebben, betekent dit dat hieruit een taakstelling zal voortvloeien van indicatief € 200.000 tot € 300.000 structureel. Bij het opmaken van de jaarrekening 2012 is meer informatie voorhanden over de ontwikkelingen van de diverse bedrijventerreinen. Op dat moment kan een voorstel worden gedaan voor een volgende bijdrage aan de conjunctuurvoorziening bedrijventerreinen. Te denken valt aan aanbestedingsvoordelen of opbrengsten uit overige nog te verkopen bedrijfsterreinen.

8. Dividend Circulus

In de Zomerrapportage 2012 is aangegeven, dat in 2012 het dividend Circulus kan worden verhoogd met € 282.000. Op basis hiervan kan de raming in 2013 met structureel € 40.000 worden verhoogd.

9. Ozb

In de Zomerrapportage 2012 werd het volgende gemeld:

De begrote OZB opbrengst bedraagt € 19.854.000. Bij het vaststellen van de tarieven was de algehele hertaxatie nog niet geheel afgerond, een deel van de waarden waren afkomstig van schattingen. Na de aanslagoplegging is dit gecorrigeerd. Dit leidt tot een verwachte opbrengst van € 20.535.000. Dit betekent een voordeel van € 681.000. Dit voordeel moet nog worden gecorrigeerd voor:

In de loop van 2012 wordt uitspraak gedaan op bezwaarschriften en worden mutaties doorgevoerd. Ervaringscijfers leren dat naar aanleiding hiervan nog voor circa € 230.000 gecorrigeerd gaat worden.

In de begroting rekening gehouden met een bedrag voor leegstand van € 230.000. Actuele cijfers laten zien dat deze reservering onvoldoende dekkend is. Dit bedrag moet worden verhoogd met € 188.000.

Per saldo wordt een voordeel verwacht van € 263.000.

In de Zomerrapportage 2012 is dit als eenmalig voordeel meegenomen. Op basis van de huidige gegevens kan dit bedrag structureel worden ingeboekt. Het totale voordeel loopt in 2016 op naar

€ 374.000.

Bij de tariefvoorstellen zal worden voorgesteld € 50.000 structureel aan te wenden voor het weer brengen van de betaaltermijnen van 7 op 10. Deze termijnen zijn bij Kwestie van Kiezen verlaagd. Met het weer brengen van de betaaltermijnen op 10 wordt uniformiteit verkregen met de DOWR-gemeenten.

10. Ozb onderwijshuisvesting

In de voorjaarsnota 2012 werd gemeld dat de onroerend zaakbelasting (OZB) voor school- en gymnastiekgebouwen is in 2011 aanzienlijk was gestegen. Bij een flink aantal schoolgebouwen was namelijk aan de hand van de taxatiewijzer 2011 de grondwaarde van het perceel per 1 januari 2011 aangepast aan de oppervlakte van het gebouw. In de voorjaarsnota 2012 is hiervoor uit de algemene middelen een structurele dekking gegeven van € 100.000.

Opnieuw is er sprake van hogere ozb uitgaven voor onderwijshuisvesting.

Er is nu geen sprake meer van hertaxaties, maar de tarieven voor niet-woningen zijn heel fors gestegen. Prijsstijgingen van 15,13% en 19,13% zijn nu de oorzaak van de overschrijdingen op de kostenpost ozb. De hogere structurele kosten voor de ozb (€ 90.000) ten aanzien van de onderwijshuisvesting worden gedekt uit de algemene middelen.

2.3 Dekking nadelige uitkomsten begroting

Voorgesteld wordt de nadelige uitkomsten van de begroting 2012 en 2013 te dekken uit reserves. De hieruit voortvloeiende structurele nadelen in de exploitatie worden gedekt door te beschikken over de structurele voordelige renteresultaten die zijn gestort in de egalisatiereserve rente.

(bedragen x € 1.000) 2012 2013 2014 2015 2016

1. putting reserve kapitaallasten 11.655 V 1.500 V 2. vervallen putting uit reserve 4. vervallen putting uit reserve lening

Vastgoed CC 8. putting uit reserves 3.000 N

9. nadelige effecten putting uit

1. t/m 4. Putting uit reserve kapitaallasten en reserve lening vastgoed NV CC

Op basis van de voorschriften Besluit begroting en verantwoording moeten diverse investeringen die met eenmalige middelen zijn afgedekt bruto(aan activazijde van de balans de investering en aan passivazijde de eenmalige dekking) in de balans/administratie worden opgenomen en dan worden afgeschreven. Jaarlijks worden de kapitaallasten dan gedekt uit de reserve kapitaallasten(technische reserve). Het betreffen geen vervangingsinvesteringen. Wij stellen voor deze reserve te verlagen en aan te wenden voor dekking van de aanvullende verliesvoorziening grondexploitatie. Door de verlaging van de reserve ontstaat er een nadeel in de exploitatie, aangezien de lasten van rente en afschrijving wel blijven maar de putting uit de reserve vervalt (zie punt 3 en 5). Dit betekent dat andere dekking moet worden gevonden. Hiervoor wordt voorgesteld jaarlijks te putten uit de Egalisatiereserve rente (zie punt 6).

Over de omvang van de Egalisatiereserve rente wordt u geïnformeerd in paragraaf 2.4 hieronder.

5. Taakstelling reserve overlopende uitgaven

Op basis van een advies bij de jaarrekening 2011 van de auditcie heeft het college van B&W toegezegd dat de raad een notitie krijgt waarin wordt uitgewerkt hoe tot een meer realistische calculaties op begrotingsbasis zal worden gekomen. Dit om de diverse budgetoverhevelingen te voorkomen. Hierover zal bij de najaarsrapportage worden gerapporteerd. In het verlengde hiervan stellen wij voor een minimale taakstelling van € 406.000 op te leggen ten aanzien van het vrijmaken van gelden in de reserve overlopende uitgaven(stand 1-1-2012 € 13.4 miljoen) en toe te voegen aan de algemene middelen. De invulling van deze taakstelling wordt vervolgens bij de najaarsrapportage 2012 aangegeven.

7. Putting uit egalisatiereserve Rente

Zie voor een toelichting paragraaf 2.4 hieronder.

8. t/m 10 Putting uit reserves en taakstelling

Voor de vorming van de conjunctuurvoorziening bedrijventerreinen in 2012 van € 3 miljoen wordt dekking gevonden door te beschikken over bestaande reserves. We zullen nog voorstellen doen welke reserves dit betreffen. Aangezien we geen vrij besteedbare reserves hebben, betekent dit dat hieruit een taakstelling zal voortvloeien van indicatief € 200.000 a € 300.000 structureel.

2.4 Renteresultaat

De gemeente Deventer hanteert het principe van integrale financiering. In dit systeem bestaat er geen direct verband tussen een bepaalde investering en het financieringsmiddel. De gemeente belast al haar geactiveerde investeringen bestaande uit de (im)materiële vaste activa en de voorraden grond, met de renteomslag, ongeacht de looptijd en de hoogte van de investering. In beginsel wordt de hoogte van de renteomslag bepaald door de totale werkelijke rentekosten te delen door de totale activa waaraan de rentekosten worden toegerekend. Het hanteren van dit systeem leidt echter tot wisselende niveaus van renteomslagen omdat de werkelijke rentekosten jaarlijks fluctueren. Om dergelijke fluctuaties te voorkomen en om een bestendige gedragslijn ten aanzien van de begroting te hanteren, is in Deventer gekozen voor een vaste renteomslag en sinds 2006 bedraagt deze 5%.

Jaarlijks ontstaan hierdoor voordelige renteresultaten die worden gestort in de Egalisatiereserve rente.

In het verleden is de reserve als dekking gebruikt voor dekking van investeringsplanning negatieve uitkomsten begroting en verliesvoorzieningen grondexploitaties.

Het renteresultaat kan door diverse mutaties worden beïnvloed. Bij de berekening van de prognose is rekening gehouden met:

- liquiditeitenprognose

- herfinanciering de komende jaren van € 50 miljoen

- verloop eigen vermogen conform meerjarig verloop reserves - geen grote rentestijgingen

- jaarlijkse toevoeging rente aan verliesvoorzieningen Zie ook voor verdere toelichting paragraaf financiering.

Vergeleken met het gepresenteerde renteresultaat bij de Voorjaarsnota 2012 is het renteresultaat gestegen. De aanleiding hiervan is de voordelige herfinanciering plus aanvullende financiering in verband met nieuwe investeringen. De lening bedraagt gemiddeld 3,3% terwijl we in de berekening van de lasten van de nieuwbouw stadhuiskwartier calculeren met 4,5%. Naar aanleiding hiervan komen we tot de volgende prognose van het renteresultaat.

Renteresultaat (bedragen x € 1.000)

2012 2013 2014 2015 2016

Prognose renteresultaat 4.902 5.200 5.000 4.800 4.600

Op basis van deze prognose bedraagt de stand van de Egalisatiereserve rente:

Egalisatiereserve rente (bedragen x € 1.000)

2012 2013 2014 2015 2016

Stand 1-1 2.622 2.871 3.971 5.871 6.471

1. Prognose renteresultaat 4.902 5.200 5.000 4.800 4.600 2. Voorjaarsnota 2012: voeding

reserve gemeentebrede investeringen

-1.400 -4.100 -3.100 -4.200

3. Voorjaarsnota 2012: voeding algemene reserve

grondexploitatie

-1.500

4. Overige eerdere besluiten -1.753

Saldo 2.871 3.971 5.871 6.471 11.071

Als gevolg van het hanteren van een voorgecalculeerd rente omslagpercentage van 5%, waarbij zowel in de begroting als de rekening eenzelfde percentage wordt aangehouden, kunnen verschillen ontstaan. Verschillen tussen de met behulp van omslagrente gecalculeerde rentelasten en de feitelijk

betaalde rente worden jaarlijks verrekend met de Egalisatiereserve rente. De maximale omvang van de reserve bedraagt 10% van de gecalculeerde rentelasten per jaar. Op 1-1-2012 bedraagt deze 10%

dan € 1,3 miljoen. Dit bedrag is een onderdeel van het algemeen weerstandvermogen. Daarnaast is aanvullend van de reserve een bedrag van € 1 miljoen geoormerkt als algemeen weerstandvermogen.

Op basis van de bovenstaande standen wordt voorgesteld de reserve als structurele dekking te gebruiken voor dekking van in de exploitatie wegvallende puttingen uit de reserve kapitaallasten en voor de dekking van eenmalige nadelige uitkomsten van de begroting. Zie paragraaf 2.3.

Egalisatiereserve rente

(bedragen x € 1.000) 2012 2013 2014 2015 2016

Aanwending voor dekking begroting 2013-2016

1.537 1.044 1.307 1.074

Na aanwending voor de tekorten in de begroting 2013-2016 resteren in de reserve nog voordelige saldi. De stand van de reserve bedraagt hierna:

Egalisatiereserve rente (bedragen x € 1.000)

2012 2013 2014 2015 2016

Stand 1-1 2.622 2.871 2.434 3.290 2.583

1. Prognose renteresultaat 4.902 5.200 5.000 4.800 4.600 2. Voorjaarsnota 2012: voeding

reserve gemeentebrede investeringen

-1.400 -4.100 -3.100 -4.200

3. Voorjaarsnota 2012: voeding algemene reserve

grondexploitatie

-1.500

4. Overige eerdere besluiten -1.753 5. aanwending voor dekking

begroting 2013-2016

-1.537 -1.044 -1.307 -1.074

Saldo 2.871 2.434 3.290 2.5 83 6.109

De saldi van de reserve boven het geoormerkte bedrag in het weerstandvermogen van € 2,3 miljoen niet aan te wenden maar op dit moment te reserveren voor dekking van: aanvullende

verliesvoorziening grondexploitaties en faseringsverschillen uitkomsten toekomstige begroting.

3. Gemeentelijke investeringsplanning