• No results found

huishoudelijke afvalstoffen en categorie 2- 2-bedrijfsafvalstoffen

3.4 Besluit: het verbranden en storten van huishoudelijke - en vergelijkbare

3.4.2 Totalen per provincie

West-Vl Oost-Vl A'pen Limburg Vl-Br Totaal Aanvoer 551 236 697 571 332 934 83 950 0 1 665 691

% aandeel provincie 33 % 42 % 20 % 5 % 0 % 100 % Verhouding

verbranden-storten

71 – 29 85 – 15 43 – 57 100 – 0 0 – 0 73 – 27

Tabel 26: Aandeel storten en verbranden van huishoudelijk en vergelijkbaar afval per provincie in ton.

Tabel 25 geeft weer hoe de verdeling tussen verbranden en storten loopt per provincie. Dit is uiteraard gebonden aan de stort- en verbrandingscapaciteiten die beschikbaar zijn in de provincies. In West- en Oost-Vlaanderen wordt het afval overwegend verbrand. In de provincie Antwerpen merken we een opmerkelijke daling van de totale aanvoer op de stortplaatsen en verbrandingsinstallaties, meer bepaald een daling van ca 86 500 ton. Dit is te wijten aan een toenemende afvoer naar enerzijds de Sleco-installatie en anderzijds de installatie van IOK/IVAREM.

In de provincie Limburg is er vanaf 2005 enkel de mogelijkheid om de huishoudelijke en de categorie 2-bedrijfsafvalstoffen te verbranden.

In Vlaams-Brabant bestaan er vanaf 2005 geen mogelijkheden meer om de huishoudelijke of categorie 2-bedrijfsafvalstoffen definitief te verwijderen.

4.1 Tarieven

Grafiek 10: Overzicht tarieven in 2008.

Verbrandingsinstallaties voor gevaarlijke bedrijfsafvalstoffen:

De tarieven worden bepaald op basis van een aantal eigenschappen van de afvalstoffen, waarbij vaak nog rekening wordt gehouden met commerciële aspecten, zoals vaste contractuele leveringen. De aard van de aangeleverde afvalstoffen verschilt zodanig dat een gemiddeld tarief geen zinnige informatie zou geven. De milieuheffing bedraagt 7,22 EUR/ton.

4 Samenvatting

38

111,09 120,11

43 45,57

52 50

103

11,34 41,24

7,22 77,32

7,22 77,32 7,22

41,24

0 20 40 60 80 100 120 140

St-1 St-2: anorganisch BA (afgesplitst deel van cat-1) Verbr-2: laagcal BA Verbr-2: hoogcal BA St-2: organisch BA Verbr-2: HH St-2: HH St-3

EUR/ton

Tarieven 2008 Milieuheffingen 2008

Verbrandingsinstallaties voor huishoudelijke afvalstoffen en categorie 2-bedrijfsafvalstoffen:

Het tarief voor verbranden van huishoudelijke afvalstoffen bedraagt in 2008 gemiddeld 103,00 EUR/ton. Gemeenten niet-vennoten betalen meestal meer dan vennoten. Grofvuil, indien afzonderlijk geregistreerd, is vaak duurder dan huisvuil.

Bij bedrijfsafvalstoffen wordt een onderscheid gemaakt worden tussen hoog- en laagcalorisch afval. Immers, bij de huidige calorische inhoud van het afval, zitten de verbrandingsinstallaties aan hun thermische begrenzing. Dit betekent dat bij de inzet van hoogcalorisch materiaal er minder afval kan worden verbrand. Hier diende de voorbije jaren een prijs voor betaald te worden. In 2006 was het verbranden van hoogcalorische afvalstoffen goedkoper dan het verbranden van laagcalorische afvalstoffen. In 2007 zien we echter terug dat het verbranden van hoogcalorische afvalstoffen duurder is dan het verbranden van laagcalorische afvalstoffen. De gemiddelde verbrandingsprijs voor laagcalorische afvalstoffen bedraagt in 2008 111,69 EUR/ton, de verbrandingsprijs voor hoogcalorische afvalstoffen bedraagt 120,11 EUR/ton.

Slib en niet-risicohoudend medisch afval worden slechts in beperkte mate bijgemengd. Hun tarief is sterk afhankelijk van installatie tot installatie.

Stortplaatsen categorie 1:

Op categorie 1-stortplaatsen varieert het tarief sterk volgens de samenstelling van het afval. Gemiddeld bedraagt het tarief 52 EUR/ton (exclusief milieuheffingen en gemeentelijke opcentiemen). Het tarief van de milieuheffingen voor het storten van niet-brandbare afvalstoffen op een daartoe vergunde stortplaats is in 2008

geïndexeerd tot 41,24 EUR/ton. De meeste afvalstoffen die op een categorie 1-stortplaats worden gestort genieten een verlaagd milieuheffingstarief zoals reststoffen van immobilisatie, van vergunde grondreinigingscentra en van vergunde verwerkingsinrichtingen voor rioolkolkenslib of recyclageresidu's. Een ander soort afval dat gestort wordt zijn residu’s van een reeds aan milieuheffingen onderworpen verwijderingshandeling.

Daarnaast is er een nulheffing voor het storten van afval van

bodemsaneringsoperaties en ook voor het storten van asbesthoudende afvalstoffen.

Stortplaatsen categorie 2:

Storten van huishoudelijke afvalstoffen (meer bepaald niet-brandbaar grofvuil) kost gemiddeld 50 EUR/ton, exclusief milieuheffingen en gemeentelijke opcentiemen.

Het tarief voor bedrijfsafvalstoffen bedraagt 43 EUR/ton. Slib storten is duurder.

Verbrandingsassen genieten van een lager tarief omdat ze kunnen ingezet worden als structuur- of tussenafdekmateriaal. De milieuheffing bedroeg in 2008 voor alle afvalstoffen, behalve de vrijgestelde bodemassen afkomstig van de Vlaamse verbrandingsinstallaties 77,32 EUR/ton voor het storten van brandbare afvalstoffen en 41,42 EUR/ton voor het storten van niet-brandbare afvalstoffen. Resten van vergunde grondreinigingscentra en van vergunde verwerkingsinrichtingen voor rioolkolkenslib, alsook recyclageresidu’s kunnen gestort worden aan een verlaagd milieuheffingstarief.

Stortplaatsen categorie 3:

Het tarief bedraagt gemiddeld 45,57 EUR/ton en wordt met ca 25 % vermeerderd door de milieuheffingen (11,34 EUR/ton). Het totale tarief, inclusief milieuheffing, dat zich in 1999 en 2000 stabiliseerde, stijgt sinds 2001 terug. De verhoging van de milieuheffing ging gepaard met een daling van de gestorte hoeveelheden, met uitzondering van de periode 1998 - 2001, waarbij de aanvoer terug gestegen is. In 2002 is de aanvoer van inerte afvalstoffen op categorie 3-stortplaatsen sterk afgenomen. Deze trend zet zich voort tot 2006. In 2007 is de aanvoer terug lichtjes gestegen, om dan in 2008 echter terug te dalen.

Daarnaast worden sinds enkele jaren in verschillende groeven (meestal voormalige categorie 3-stortplaatsen) grote hoeveelheden niet-verontreinigde gronden aangewend (die voldoen aan de waarden voor vrij gebruik van uitgegraven bodem, zoals bepaald in het VLAREBO, bijlage V), die hiertoe specifiek vergund zijn en waarvoor de nieuwe rubriek 60 van toepassing is.

Milieuheffingen 2008:

Sinds 1 januari 2007 is het hoofdstuk “milieuheffingen” in het afvalstoffendecreet grondig vernieuwd.

In de eerste plaats worden de meer dan 40 bestaande tarieven teruggebracht tot 16. Het tarief hangt nu voornamelijk af van de aard van de afvalstof en van het storten of verbranden. Aangezien zowel stortplaatsen als verbrandingsinstallaties in Vlaanderen aan de strengste eisen voldoen, wordt geen onderscheid meer gemaakt in de aard van de stortplaats of verbrandingsinstallatie.

Voor het storten wordt vanaf 1 januari 2007 onderscheid gemaakt tussen brandbaar en niet-brandbaar afval. Daarbij valt de belangrijke verhoging van de milieuheffing op voor het rechtstreeks storten van brandbaar afval, zodat storten duurder wordt dan verbranden.

In 2008 wordt het bedrag van de milieuheffingen geïndexeerd tot enerzijds 77,32 EUR/ton voor het storten van brandbare afvalstoffen op een daartoe vergunde stortplaats en anderzijds 41,24 EUR/ton voor het storten van niet-brandbare afvalstoffen op een daartoe vergunde stortplaats.

Voor de residu’s afkomstig van de grondreinigingscentra en voor slibresidu’s afkomstig van de reiniging van zeefzand wordt het heffingsbedrag vastgesteld op 3,10 EUR/ton.

Voor geïmmobiliseerde niet-brandbare afvalstoffen is het heffingsbedrag 23,72 EUR/ton.

Daarnaast wordt voor het storten van recyclageresidu's, behalve enkele

uitzonderingen, de bestaande verlaagde heffing in een overgangstermijn van 3 jaar afgebouwd (basistarieven 77,32 EUR en 41,24 EUR X K-factor). Voor

shredderafval blijft het verlaagd tarief in een overgangsperiode tot 2010 behouden.

De heffingen voor recyclageresidu’s voor 2008 zijn de volgende:

Brandbare

recyclageresidu's

Niet-brandbare recyclageresidu's Van bouw- en sloopafval

(K=1)

77,32 EUR 41,24 EUR

Van glasafval en lompenafval

0 EUR 0 EUR

Papier en karton 2,32 EUR 2,08 EUR

AEEA, schrootafval, shredderafval,

kunststofafval en GFT

11,60 EUR 6,19 EUR

Kringloopcentra 15,47 EUR 8,25 EUR

Van de verwerking van beton, metselwerk en ander steenpuin tot gekeurde granulaten

3,10 EUR 1,65 EUR

Andere selectieve stromen

(K=0,6)

46,40 EUR 24,75 EUR

Tabel 27: Heffingen voor recyclageresidu’s voor 2008.

Naast de nulheffing voor het storten van afval van bodemsaneringsoperaties is er ook een nulheffing voor het storten van asbesthoudende afvalstoffen.

Voor het verbranden van zowel ongevaarlijke als gevaarlijke afval geldt voortaan één uniform tarief, voor 2008 bedraagt dit 7,22 EUR/ton. Ook voor het

meeverbranden geldt ditzelfde tarief. Voor het verbranden of meeverbranden van recyclageresidu’s van papier- en kartonafval is er een heffingstarief van 2,07 EUR/ton.