• No results found

Taco van Someren –

In document RL RL (pagina 37-45)

R

L

China ziet Europa als een grabbelton aan technologie en een openluchtmuseum maar niet meer als concurrent. Als de Europese landen niet mee kunnen doen met de nieuwe wereldwijde economische groeigolf, kan het Europese verdienvermogen verloren gaan. Taco van Someren betoogt dat strategische innovaties in politiek en economie weer prioriteit dienen te krijgen. Hierin ligt voor liberalen een monu-mentale opdracht besloten.

Er is een wereldwijde nieuwe groeigolf in de maak waarin landen zoals China, VS, India en Mexico naar verwachting een prominente rol gaan spelen. De centrale vraag in dit artikel is wat we van China kunnen verwachten en op welke wijze de EU en Ne-derland hiermee om dienen te gaan. De kern van het betoog is dat elke groeigolf door strategische in-novaties gevormd wordt. Het is derhalve zaak eerst te weten waaruit de nieuwe groeigolf bestaat en ver-volgens na te gaan hoe China daarop inspeelt. Het beeld over China in de westerse wereld loopt uiteen en is soms onjuist met als gevaar dat onze reactie inadequaat is. Veel voorkomende beelden over Chi-na zijn onder meer: kopieerder, grootste vervuiler, grootste economische macht en staatskapitalisme. Nuancering van dit beeld en grotere kennis omtrent China is nodig om tot een juiste inschatting van de kracht en zwakheden te

ko-men. Pas dan is de vraag te be-antwoorden hoe hiermee om te gaan. De uitkomst is dat het li-berale denken de potentie heeft om een centrale rol te spelen maar vanzelf zal het niet gaan.

De nieuwe groeigolf

In de wereldgeschiedenis zijn er meerdere overgangen van oude naar nieuwe groeigolven geweest en momenteel zijn we wederom getuige van de op-komst van een nieuwe wereld-orde. In het kort representeert elke groeigolf de opkomst en neergang van nieuwe techno-logieën, nieuwe producten en diensten, organisaties, regio’s, landen en uiteindelijk ook

politiek-sociale systemen. Aanleiding zijn belem-meringen in de oude groeigolf en nieuwe trends die strategische innovaties uitlokken en tot een nieuwe groeigolf leiden. Aanwijzingen zijn zwakke en sterke signalen die we dagelijks meemaken, zoals de op-komst van de smartphone, politici met robotangst, toename van het aantal ZZP’ers, implosie van vak-bonden, opkomst Aziatische ontwikkelingsbank, migratiestromen, toename militaire uitgaven in Arabische en Aziatische wereld, zeer lage economi-sche groei in EU, Brexit, optimisme en dadendrang in Azië en een ontbrekend Europees toekomstper-spectief. Ondernemingen en beleidsmakers focussen veelal op nieuwe technologie en is het vaak een sy-noniem voor innovatie.1 Echter, de niet-technische aspecten van innovatie zijn veel belangrijker voor succes, groei en ontwikkeling van de groeicurve.

Nieuwe groeicurve

• Nieuwe wereldorde • Duurzame samenleving • IT powerhouses

• Ambitie China Nummer 1 van de wereld • USA, Europa, Nederland? • …

Belemmeringen

• Starters geen groeiers • Regulering • Implementatievermogen Europese Unie • Sociaal-institutioneel systeem • … Oude groeicurve • Westen dominant • Industriële productie • Diensteneconomie • Sociaal Democratie gevolgd door Neo-Liberalisme • … Time Euro, dollar, Renminbi Verbetercurves • Lissabon 2010 en Horizon 2020 • Outsourcing van activiteiten

naar lage lonenlanden • Koopkrachtplaatjes • Bezuinigingen / lastenverzwaring • Alcoholslot automobilisten • Europese stofzuigernormen • … 2010 2000 2030

Bron: Van Someren, 2005, 2012, 2013

Nieuwe trends

• Wereldeconomie • Nieuwe regionale hot spots • Urbanisatie

• Digitalisering • Duurzaamheid • Nieuwe normen en waarden • …

De nieuwe wereldwijde groeigolf: de rol van China, Europa en Nederland Liberaal Reveil

140

Strategische innovatie integreert beide aspecten van innovatie.2 In figuur 1 is de dynamiek van de oude naar de nieuwe groeicurve grafisch weergegeven. Wat is nu de betekenis van deze figuur? De kern is dat het motto ‘vernieuwen in plaats van verbeteren’ voorop moet staan. Maar waarom? Enerzijds zijn de belemmeringen van de oude groeicurve niet meer weg te halen met oplossingen verbonden aan deze oude groeicurve oftewel ‘het oude denken’. Ander-zijds bieden oude denkwijzen geen antwoord meer op de opkomende nieuwe trends. De overgang van de oude naar de nieuwe groeicurve is niet disrup-tief of revolutionair van aard maar voltrekt zich over een lange periode van jaren tot decennia. Dit ken-merk wordt door managers gebruikt om toch maar het bestaande te verbeteren in plaats van risicovol-lere innovatieve oplossingen te kiezen. De meeste organisaties kiezen de makkelijke weg en gaan voor minder risicovolle verbeteringen van de bestaande groeicurve. Managers verkondigen kostenbespa-ringsprogramma’s of verzinnen een zoveelste variant op een product. Een voorbeeld is het verplaatsen van eenvoudige assemblagewerkzaamheden naar lage lo-nenlanden. Bij deze korte termijn oplossing werd over het hoofd gezien dat in het geval van China en passant de concurrent van morgen werd gecre-ëerd. Korte termijn denken wint het van strategisch denken. Een andere illustratie van het ‘verbeteren in plaats van vernieuwen’ is de Europese auto-industrie die heel lang heeft vastgehouden aan de doorontwik-keling van de benzine- en dieselmotoren in plaats van nieuwe aandrijfconcepten zoals hybride of vol-ledig elektrische of waterstof aangedreven auto’s. De Europese auto-industrie dreigt voorbij gestreefd te worden door Japanse fabrikanten of Amerikaanse nieuwkomers. Toyota’s waterstofauto, Tesla of de Google-auto zijn rijdende voorbeelden.

Politici en publieke organisaties redeneren op identieke wijze. Op landenniveau krijgt het stape-len van moderate bezuinigingsrondes in plaats van fundamentele stelselherzieningen de voorkeur. Po-litici gaan met de kaasschaaf langs de begroting of bedrijven politiek met de kleine ‘p’. Nationale dis-cussies en scoringsdrift over het alcoholslot en koop-krachtplaatjes halen eerder de pers dan een visie en vooral uitvoeringsplan over de infrastructuur ten bate van elektrische of waterstofauto. Net als in het bedrijfsleven geldt bij de verbeteraars en overlevers het adagium doe maar voorzichtig dan breekt het lijntje niet. Terwijl juist in een fase van het ontstaan van een nieuwe groeicurve ook politieke visie en in-novatief leiderschap nodig is.

Op EU-niveau komt de overheersende verbeter-voorkeur tot uiting in bijvoorbeeld Europese stof-zuigernormen in plaats van een glasheldere visie van de rol van de EU op het wereldtoneel. Een belem-mering op Europees niveau is de afwezigheid van implementatievermogen om Europees beleid in lid-staten uitgevoerd te krijgen. De gevolgen zijn desas-treus, zoals het fiasco van de Lissabon Agenda 2010 (de EU als meest competitieve regio in de wereld). Hetzelfde dreigt nu ook met het soortgelijke pro-gramma Horizon 2020 te gebeuren. Een voorbeeld van goed geld naar kwaad geld gooien is het parasi-tair gedrag van sommige Europese regeringsleiders middels het pleiten voor Eurobonds en de Trans-ferunie in plaats van het doorvoeren van noodzake-lijke hervormingen in eigen land. Dit is het verbete-ren van de eigen positie ten koste van de strategische lange termijn positie van de EU – als geheel betaald door de innovatief sterken. De opgebouwde reserves in de oude groeicurve worden aangewend om oude privileges te financieren in plaats van te investeren in de nieuwe groeicurve. De Europese economische navelstaarderij en focus op uitbreiding en budget-vergroting is volledig voorbijgegaan aan wat er in de bevolking en elders in de wereld aan de gang is. De Europese Commissie heeft geen flauw idee wat Eu-ropa 2030 of 2050 zou moeten zijn. Alles bij elkaar een funeste financiële en economische politiek.

Omdat de nieuwe groeicurve aanvankelijk lang-zaam op gang komt is er gelegenheid het oude nog heel lang op te rekken. Echter deze aanpak is uit-eindelijk gedoemd te mislukken en is alleen maar uitstel van executie. Een existentiële crisis ontstaat en de vraag: wat is de reden van ons bestaan komt dan op tafel. Dit gold in het recente verleden voor bedrijven als Nokia maar ook de Europese Unie. De pijl in figuur 1 geeft de gevaarlijke positie van de EU weer.

Indien de stagnatiefase door inadequaat han-delen en gebrek aan leiderschap wordt gekenmerkt ontstaat er ruimte voor angst, overheersing van kor-te kor-termijn denken en het verlangen kor-terug kor-te keren naar het oude vertrouwde of juist onverantwoorde sprongen voorwaarts in het duister gevoed door de hoop ‘wir schaffen das’. Het is een tijd waarin bur-gers ontevreden raken door het uitblijven van een perspectief en de lokale leefomgeving omarmen, een kabinetslid robot- en daarmee feitelijk toekom-stangst uit, parlamenten ijverig bijdragen aan de volgende verbetering met een wir war aan regels, en tot slot de grote hoop aan wetten en instituties die het oude beschermen en het nieuwe verhinderen. Dramatisch gesteld is er de kans op een

Endzeits-oktober 2016 (3) De nieuwe wereldwijde groeigolf: de rol van China, Europa en Nederland 141

timmung.A Politiek interessante kerngetallen over de staat der Nederlanden lijken een positief beeld te vormen en reden tot optimisme te geven. Zo is er groei van het BNP, maar slechts op een zeer laag niveau en is er meer werkgelegenheid, maar verteke-nen de ZZP’ers met hun stagnerende bedrijfjes het beeld en heeft Nederland de R&D-voorsprong in wind- en zonne-energie in 25 jaar tijd verspeelt en is energietransitie in Nederland hopeloos achterop geraakt. In dit perspectief is de wereldburger ver weg en de holbewoner is terug. Een heilloze weg naar beneden. China ziet Europa als een grabbelton aan technologie en een openluchtmuseum maar niet meer als concurrent.

Tegenover de verbeteraars staan de innovatieve ondernemers die met innovaties bestaande belem-meringen wegnemen en inspelen op trends. Zij creëren de nieuwe groeicurve. Elke groeicurve be-reikt op een gegeven moment zijn hoogtepunt en het is van levensbelang een nieuwe groeicurve te creëren.3 Voor alle individuen, organisaties, regio’s, landen en supranationale samenwerkingsverban-den geldt dat strategische innovatie uiteindelijk het enige antwoord is op de stagnatie en het creëren van een nieuwe toekomst. De supermarkt verdrong de ‘papa en mama-winkel’ en internet substitueert de klassieke winkel. Zakendoen met op eigen belang gerichte Chinezen in plaats van het typisch Neder-landse verheerlijkte ‘win-win’ vergt een geheel ande-re groeistrategie van particulieande-re bedrijven maar ook internationale relaties. In dit kader hebben ook in-dividuen de plicht zich voor te bereiden en via her-scholing, bijher-scholing, internationaal werk en nieuwe studies en ervaringen zichzelf voor de arbeidsmarkt aantrekkelijk te houden. Niet-fossiele energiesyste-men verlangen geen studie olie- en gastechniek meer maar zonne-energietechniek, opslag- en distributie-systemen.

Waar de EU en vele van haar lidstaten worste-len met een toekomstperspectief heeft China een duidelijke ambitie waar het in 2050 wil staan. De Chinese droom is om in 2050 leidend in de wereld te zijn, maar om in 2030 al onafhankelijkheid van westerse technologie te bereiken en toonaangevend op het gebied van innovatie te worden.4 Visie is niet de olifant die het uitzicht belemmert (vrij naar een welbekende Nederlandse liberaal) maar de draak die de geo-economische politieke agenda neerzet.

Er zijn talloze ontwikkelingen die de drijvende

A Zelfs in Liberaal Reveil (No 4, december 2015), weliswaar in het kader van de verschijningvorm van het blad, is er plaats voor het thema ‘Einde’.

kracht vormen van de nieuwe groeicurve en in dit artikel staan er vier centraal: de opkomst van de we-reldeconomie, duurzaamheid, Industrie 4.0 en niet-westerse normen en waarden.5

De wereldeconomie vervangt de westerse gedomi-neerde globalisering en het daaraan verbonden global

governance systeem.6 De kern van globalisering is het outsourcen van laagwaardige arbeid en activiteiten naar lage lonen landen passend in de verbeteringsspi-raal. De kern van de wereldeconomie is de opkomst van andere dan westerse aanbieders en regio’s van pro-ducten en diensten gekoppeld aan andere normen en waarden en alternatieve marktsystemen.

Duurzaamheid vervangt de lineaire productie-wijzen door een circulaire economie. Het in wezen Christelijke eenmalige industriële ‘Input-Through-put-Output/Waste’ (Geboorte-Leven-Dood) model krijgt als opvolger een cyclisch karakter door weder-geboorte van materialen. Nieuwe materialen, nieuwe energievormen, waarde-cirkels en aandacht voor mi-lieu en sociale thema’s komen naast door winst gedre-ven motiegedre-ven naar voren, zo is de westerse opvatting.

Internet en het Internet of Things geeft richting aan een nieuwe inrichting van waardeketens samen-gevat onder de term Industrie 4.0 of de Nederlandse term slimme industrie. Platformen waaronder Alp-habet (Google), Airbnb, Facebook en Uber zijn daar voorbeelden van. In de toekomst komen daar nog banken en andere instellingen bij. In tegenstelling tot de populaire opvatting zal de toekomstige eco-nomie niet alleen uit kleinschalige innovatieve on-dernemingen bestaan die door samenwerking een netwerkeconomie vormen. Juist de ‘nieuwe econo-mie’ ondernemingen zoals Google en Facebook zijn reusachtige ‘marktmachtsspelers’ bij uitstek. Maar ook duurzaamheid leidt tot vormen van verticale integratie, zoals in de detailhandel, teneinde via een grotere beheersing van de gehele keten de sociale en ecologische prestaties beter te kunnen afdwingen. Kortom, de groeicurve is veel meer dan het stimule-ren van start ups en het is de kunst het hoofd koel te houden, mythes en hypes te doorzien en tot zinvolle vernieuwingen te komen.

Tot slot gaat de verschuiving van macht, invloed en economische scheppingskracht naar andere delen van de wereld gepaard met een toenemende invloed van niet-westerse normen en waarden. Dit uit zich niet alleen maar in de opkomst van de Islam maar ook in de manier waarop economische activiteit wordt aangestuurd of op welke wijze leiding wordt gegeven en macht wordt uitgeoefend. Dit heeft ver-gaande gevolgen voor internationale samenwerking en vooral ook de ontwikkeling van nieuwe

markt-De nieuwe wereldwijde groeigolf: de rol van China, Europa en Nederland Liberaal Reveil

142

systemen die de context van onze bedrijvigheid vor-men. Hoe gaat China hiermee om?

Het Chinese groeimodel

In het kader van de oude westerse groeigolf heeft Chi-na geprofiteerd van de globalisering door de opbouw van een eigen maakindustrie voornamelijk produce-rend voor westerse consumptie. De centrale regering heeft in 1978 weliswaar het startsein gegeven dat rijk zijn geen schande meer is, maar het waren de onder-nemende Chinezen die in grote getalen hun kansen grepen. In de 4I-groeischematiek van ‘Imitation-Improvement-Innovation-Internationalization’ staat China staat nu aan de vooravond van het geleidelijk vervangen van het Imitatie-Verbeter en Exportmo-del naar Innovatie en Internationalisatie. Het is een misvatting te denken, zoals vaak voorgeschoteld door zogenaamde westerse China kenners en experts, dat er een omslag moet gaan plaatsvinden van export en infrastructuurinvesteringen naar binnenlandse consumptie.7 Het tegendeel is waar. De komende decennia zijn er nog vele ‘klassieke’ grootschalige infrastructuurprojecten waaronder duizenden vlieg-velden, tienduizenden kilometers hogesnelheidstrein-trajecten, bruggen, stedelijke vernieuwing, energie en water nodig om andere regio’s in China mee te laten profiteren. Tegelijkertijd zet de Chinese regering sterk in op innovatie, internationaliseren en binnenlandse consumptie. Vooral innovatie en niet binnenlandse consumptie zijn de sleutel tot het voortzetten van de Chinese groei en ontwikkeling.

In China staat innovatie vrijwel gelijk aan tech-nische vernieuwing en spelen de niet-techtech-nische innovaties nog een ondergeschikte rol. In de niet-technische innovaties zit echter des poedels kern als het gaat om het creëren van een innovatieve econo-mie. Strategische innovatie is derhalve voor China de grootste uitdaging en minder het inhalen van de technologische achterstand. Eén van de kernvragen in dit kader is op welke wijze China om gaat met vrijheid van creatief denken, het organiseren van een ‘bottom-up’ vernieuwingsproces in en tussen orga-nisaties. De andere kant is dat de staatsbemoeienis, de top down kant, in Chinese context ook tot succes kan leiden. China heeft inmiddels toonaangevende industrie op het gebied van bijvoorbeeld wind-, zonne-energie en hogesnelheidstreinen. De rol van de Chinese regering is op strategische momenten substantieel, zoals het gedwongen fuseren van wind-molenfabrikanten om overcapaciteit te lijf te gaan en wereldspelers te creëren. Deze beperking van vrij-heid van ondernemen is in het Westen ondenkbaar. Nederland was 25 geleden nog R&D voorloper op

het gebied van wind- en zonne-energietechnologie, maar commercieel zijn we al lang ingehaald. China verkoopt wereldwijd zonnepanelen, windmolens en hogesnelheidstreinen. Zelfs de hoofdstad van Europa, Brussel koopt van het Chinese BYD elek-trische taxi’s. Argentinië heeft meer dan 800 hoge snelheidstreinen van Chinese makelij gekocht. Het wordt nog erger. Het zijn niet alleen Chinese staats-ondernemingen die de wijde wereld intrekken maar ook private ondernemingen en in toenemende mate het Chinese MKB die wereldwijd de boer op gaan. De in het Westen populaire opvattingen en door velen als papagaaien verkondigde heilseconomie be-staande uit de deeleconomie, samenwerken, kennis delen en open innovatie hebben hierin geen plaats.8

Organisaties met marktmacht en verticale integratie binnen de context van een symbiose tussen private en publieke instanties worden door China ingezet om deze nieuwe wereldorde en daarmee nieuwe markteconomie naar Chinees model te scheppen.9

China weet dat duurzaamheid een belangrijk thema op zowel de internationale markt als binnen-landse samenleving aan het worden is. De Chinese interpretatie van ‘groen’ verschilt echter van de wes-terse opvatting. Chinees groen is dollar groen. In het nieuwste vijfjarenplan van de Chinese regering is het verduurzamen van de economie topprioriteit, maar dit is reeds in 1990’er jaren als beleid in voorgaande vijfjarenplannen ingezet. China mag dan in westerse ogen de grootste vervuiler (voor westerse consump-tie) zijn, de ambitie is om tot grootste aanbieders van duurzame producten, diensten en technologie van de wereld te behoren. Klimaattoppen zijn voor China geen groene sokken bijeenkomsten gedreven door westers emotionele en soms huilende topamb-tenaren die het beste voor de wereld willen. Voor China zijn klimaattoppen bijeenkomsten die mede de toekomstige wereldorde en machtsverhoudingen bepalen en daarmee het dollargroen licht of donker-groen kleuren.10

Een ander staaltje van industrie- of wereldeco-nomiepolitiek betreft de Chinese opvatting van Industrie 4.0. Dit heeft in China hoge prioriteit omdat het de bestaande maakindustrie in de nieuwe groeicurve kan laten overleven. De voorgenomen overname van de Duitse toonaangevende indus-trierobotfabrikant KUKA door het Chinese Midea spreekt boekdelen.11 Maar er is meer. China is al sinds eind jaren ’90 bezig de toegang tot natuurlijke hulpbronnen veilig te stellen. Was de focus van de Verenigde Staten in de oude groeicurve nog op olie en gas (verdedigd met militaire inzet), richt China zich nu ook op andere natuurlijke delfstoffen en

oktober 2016 (3) De nieuwe wereldwijde groeigolf: de rol van China, Europa en Nederland 143

hulpbronnen ondersteund door industriepolitiek. Ook hier gaat China zeer commercieel en geba-seerd op economisch machtsdenken te werk. Het verschil tussen Europees denken en Chinees denken komt hier op neer. Europa geeft ontwikkelingshulp, houdt inzamelingsacties en organiseert benefiet-concerten vaak met popsterren of ex-politici voor Afrika. China koopt grondstoffen, mijnbouware-alen, landbouwgronden onder de voorwaarde dat Chinese ondernemingen bij de aanleg van beno-digde infrastructuur en andere activiteiten worden ingezet. Het eindresultaat: China verdient geld en Europa verliest geld én respect. Dit is geen Indus-trie 4.0 meer maar verdient eerder de term IndusIndus-trie 5.0.12 Een ander initiatief dat hierin past betreft het ‘One Belt One Road’ (OBOR) plan van President Xi Jinping. Deze herleving van de oude zijderoute is één van de instrumenten om grondstoffen en

In document RL RL (pagina 37-45)