• No results found

Syfilis en indianen (Don Quixote)

Syfilis is een beetje de AIDS van de moderne tijd (16de t/m 19de eeuw) omdat het een ‘bag of horrors’

bevat en zich op vele wijzen kan presenteren waardoor het ook wel The Great Imitator wordt

genoemd. Maar anders dan HIV komt dat niet omdat het immuunsysteem wordt aangevallen en men dus vatbaar wordt voor tal van ziekten maar veroorzaakt het zelf een groot aantal ziekten in het lichaam. Syfilis – de naam komt van een dichter die in 1530 die naam aan de dan zogeheten ‘Franse ziekte’ gaf in de vorm van een herder Syfilis die door de god Apollo met deze ziekte wordt gestraft – kwam plotseling in Europa: de eerste (goed gedocumenteerde) gevallen zijn van een uitbraak in Napels in 1495 en daarna verspreidde de nieuwe ziekte zich razendsnel over Europa (en Azië), zodat het de hoofdpagina’s van de kranten beheerste (de boekdrukkunst was net uitgevonden).

Mensen die de ziekte kregen, kregen wratachtige uitstulpingen over hun hele lichaam (waardoor men de ziekte ook wel de Great Pox noemde omdat de smallpox (pokken) een vergelijkbare

huiduitslag geeft), waardoor de huid van het lichaam viel en de dood snel kwam. Na deze eerste fase in de geschiedenis van de ziekte zou het echter minder virulent worden: de fase van de huiduitslag was later niet meer dodelijk en de patiënten leken zelfs weer te genezen. Maar tientallen jaren na de ogenschijnlijke genezing ontstond dan een nieuw ziektebeeld: er ontstonden zweren (zogeheten

6

gumma’s) in allerlei delen van het lichaam waaronder huid, lever en botten waardoor vaak neuzen van het gezicht vielen en er gaten in de schedel vielen. De ziekte tastte ook het hart, de bloedvaten en het zenuwstelsel aan, waardoor helse pijnen ontstonden alsmede ‘ruggenmergtering’ (de degeneratie van de ruggenmerg en daardoor ook gewrichten) waardoor de syfilislijder onder meer moeilijk en op een typische wijze slepend met de voet liep, coördinatie verloor en overgevoelig werd voor zintuiglijke indrukken, en een hersenontsteking waardoor de patiënt krankzinnig werd met onder meer ongeremdheid (asociaal gedrag), dementie, bizarre wanen (bv. dat men duizenden minnaars heeft), psychoses, spasmen en epilepsie.

Men ontdekte vrij laat dat syfilis een seksueel overdraagbare ziekte is die begint met een pijnloos zweertje op het geslachtsorgaan (dat ook geneest alvorens de tweede en eventueel derde fase aanbreekt). Syfilis werd in feite synoniem met geslachtsziekte überhaupt en zowel de angst om het te krijgen als het stigma als men het had was enorm: het werd de ziekte bij uitstek van het lage, immorele of karakterloze volk waaronder prostituees en hun klanten (en joden volgens

antisemieten), waarbij omgekeerd de ziekte niet kon worden verborgen omdat ook het gezicht ernstig werd aangetast (met name het gezicht zonder neus was kenmerkend voor de syfilislijder). Er was geen werkzaam medicijn tegen syfilis: meestal werd kwik toegediend maar dat is slechts zwaar giftig zodat het hooguit de symptomen van syfilis mengde met kwikvergiftiging. Nota bene het eerste antibioticum dat is ontwikkeld was een antibioticum tegen de bacterie die syfilis veroorzaakt (en werd door Ehrlich in 1910 gemaakt).

We weten nu dat syfilis wordt veroorzaakt door de spiraalvormige bacterie Treponema pallidum, zodat sinds de 20ste eeuw de ziekte kan worden genezen met antibiotica waarmee het aantal besmettingen ook fors is verminderd. Lang is de herkomst onduidelijk geweest – met enerzijds de Columbiaanse theorie dat Columbus en z’n mannen de bacterie in 1493 vanuit de Nieuwe Wereld naar Europa hebben gebracht en anderzijds de pre-Columbiaanse theorie dat de bacterie al eerder in Europa aanwezig was vanwege de aanwezigheid van skeletten met voor syfilis kenmerkende

beschadigingen (zoals gezegd vreet syfilis ook de botten weg in de vorm van wormgaten) – maar sinds 2014 is op basis van DNA-onderzoek geconcludeerd dat syfilis door de eerste

ontdekkingsreizigers naar Italië is gebracht. Syfilis is in feite zo endemisch in de Nieuwe Wereld dat de Azteken zelfs hun zonnegod Anahuatzin ernaar vernoemden: die naam betekent ‘vol met zweren’.

Wel was syfilis bij de indianen veel minder virulent en was het daar verwant aan de kinderziekte framboesia die door een variant van de bacterie wordt veroorzaakt (Treponema pallidum pertenue), welke ziekte tot de 19de eeuw nog heel veel voorkwam in de tropische landen en die zo wordt genoemd vanwege de frambose-achtige bulten en zweren. Ook als kinderziekte tast het primair de huid en de botten aan, maar geschiedt de overdracht door middel van huid-op-huid-contact.

Mogelijk werd syfilis mede zo virulent doordat het door tussenkomst van de Europeanen een seksueel overdraagbare ziekte werd: doordat de Europese beschaving voorschrijft dat het naakte lichaam moet worden bedekt, trad een evolutionair selectiemechanisme in werking waardoor de bacterie bij Europeanen nog slechts door middel van seksueel contact wordt overgedragen.

Zo brengt syfilis de harde of naakte waarheid aan het licht, namelijk dat onder de mooie schijn van kleding en burgerlijke moraal een losbandig seksleven schuil gaat. Het stigma dat syfilis gaf was zo enorm omdat de ziekte misvormingen geeft waardoor mensen van laag allooi – mensen met een

‘misvormd’ karakter – letterlijk herkenbaar worden op straat. Paranoia is de moderne psychose bij uitstek, de lust tot ontmaskering aldus haar kenmerk en dat de keizer geen kleding draagt haar verhaal: syfilis zou in feite precies dat moderne werk verrichten. Deze houding – het opsporen van de

‘objectieve’ waarheid achter de schijn of subjectieve perceptie – zou overigens ook de moderne

7

wetenschap zo groot maken. Met name in de Victoriaanse 19de eeuwFout! Bladwijzer niet gedefinieerd. zou de dubbelzinnigheid – waarheid en schijn – van de moderniteit zijn hoogtepunt bereiken: een schijn van preutsheid en beschaafdheid met daar een ongekend grote wereld van prostitutie en losbandigheid eronder. Syfilis was in de 19de eeuw zo wijdverbreid dat het ook

aanleiding gaf tot een wijdverbreid idee van de seksueel aantrekkelijk vrouw als femme fatale: omdat vanwege syfilis een seksueel avontuur gevaarlijk was werd de (aantrekkelijke) vrouw gezien als gevaarlijk en – omdat vergiftiging het traditionele moordwapen van de vrouw is – een mogelijke vergiftigster. Naast de joden als vergiftigers en dégénéré’s (want louter gericht op rationele

egoïstische behoeftebevrediging vanwege hun onmacht hun dierlijke aard te overwinnen in de vorm van moraal en eer) komt zo ook de vrouw te staan als in wezen identiek. Joden en vrouwen worden zo opgevat als de bronnen van syfilis waarbij syfilis zelf hun immoraliteit ontmaskert.

Huwelijk en prostitutie blijken complementair: omdat alleen de welgestelde man kon huwen en zo legaal seks kon hebben was (illegale) prostitutie alom aanwezig als een publiek geheim dat iedereen kende en accepteerde maar waar niemand over sprak. Het Victoriaanse tijdperk heeft de reputatie preuts te zijn maar hypocrisie is een adequatere beschrijving: Europa heeft nimmer meer bordelen gehad dan toen hetgeen ook kwam doordat de industriële revolutie veel bittere armoede gaf (waar onder meer Dickens over schreef). Bovendien bleken huwelijk en prostitutie in wezen hetzelfde: het huwelijk is slechts de prostitutie in uiterste vorm omdat het een contract is waarbij de vrouw voor de rest van haar leven haar lichaam geeft aan een man in ruil voor levenslange levensonderhoud. Marx schreef opvallend weinig over prostitutie, welk sekswerk door velen als typische uitbuiting wordt opgevat, maar dat komt omdat het punt van Marx juist is dat alle arbeid in het kapitalisme in wezen prostitutie is: de verkoop van je arbeidskracht c.q. lichaam in ruil voor levensonderhoud (in plaats van samenwerking als realisatie van het menselijk wezen) waardoor de mens wordt gereduceerd tot een dierlijk, naakt wezen. Prostitutie met het kapitalisme als haar typerende economie is zo het wezenskenmerk van de moderne tijd en haar materialisme – de afwezigheid van waarden die de mens z’n menswaardigheid geven en boven de dierlijke behoeftebevrediging tillen – zodat bv. de kunstenaars die de moderne kunst zouden ontwikkelen (zoals Van Gogh en Picasso) wel ‘schilders van prostituees’ werden genoemd, omdat zij bij voorkeur prostituees afbeeldden omdat prostitutie het hart van het moderne, verstedelijkt leven vormt (moderne kunstenaars als Van Gogh en Picasso waren zelf ook fervente bordeelbezoekers) en zij als typisch modernen genoegen schiepen om de naakte waarheid te tonen om zo de burgerij – die de lelijke waarheid verhult in uiterlijke schijn – te shockeren. Zoals ook syfilis die pijnlijke waarheid toont door zijn misvormingen in het gezicht van de syfilislijder die daardoor niet meer kan verbergen dat hij zijn lage lusten niet heeft kunnen

beteugelen. Het misvormde lichaam van de syfilislijder is de moderne kunst bij uitstek en de ultieme uitdrukking van het moderne, door de verstedelijking ontwortelde anonieme en immorele leven.

Syfilis is aldus de moderne ziekte bij uitstek – de bacterie besmet ook alleen maar mensen – en zijn betekenis kan moeilijk worden overschat. Cervantes’ Don Quixote uit 1605 wordt vaak opgevat als de eerste (en zelfs beste) moderne roman. De roman is een briljante parodie op de middeleeuwse ridderroman waarmee de moderniteit wordt ingeluid: Don Quixote waant zich onder invloed van de ridderromans een ridder en betoont zich daarmee een idealist – hij strijdt onverschrokken tegen elk onrecht dat hij meent aan te treffen – waarbij de roman uitdrukkelijk een komedie is want dat middeleeuwse idealisme blijkt belachelijk en niet meer van deze tijd. De idealistische wanen van Don Quixote worden gecontrasteerd met de moderne nuchterheid van z’n materialistische knecht Sancho Panza die zo de werkelijkheid belichaamt. Zoals iedereen weet strijdt Don Quixote onder meer tegen windmolens in de waan dat het reuzen zijn. In feite gelooft hij dat een tovenaar de reuzen heeft veranderd in windmolens: Don Quixote leeft nog in de middeleeuwse betoverde wereld terwijl wij

8

met Sancho in de onttoverde moderne wereld leven en die middeleeuwse wereld maar dwaas vinden. Zo ook maakt het boek de middeleeuwse hoofse liefde belachelijk: de schone vrouw die Don Quixote een prinses acht en om welke eer hij wil strijden is in werkelijkheid een prostituee. Kortom, de moderne wereld is een lelijke maar ‘ware’ wereld en weinig heeft die lelijke werkelijkheid zo prominent naar voren gebracht als syfilis.