• No results found

- Welke invloed hebben deze berichten en films op sociale media gebruikers? dit onderzoek heeft twee vragen opgeroepen en deze wil ik ook graag

verduidelijken.

5.2.1 De invloed van het wel of niet berichten over een onderwerp

In mijn onderzoek heb ik vier vragen gesteld wat betrekking heeft op het wel en niet (of weinig) berichten over een onderwerp. De eerste vraag luidt: ‘Wist je dat Macaulay Culkin drugsverslaafde was?’. Dit nieuws werd wereldwijd door verschillende media uitgezonden en zo waren ook 173 mensen die de vragenlijst invulden hiervan op de hoogte. Slechts 53 van de 226 wisten dit niet. Daarna liet ik mijn volgers zien dat Macaulay al jaren clean is en vroeg ik aan hen of ze dit ook wisten. Hier zijn de

resultaten dan weer omgedraaid. Honderdeenenvijftig mensen waren er NIET van op de hoogte dat Macaulay ondertussen van zijn verslaving af is. Slechts 75 personen wisten dit wel. Dit vervolgnieuws over de kindster werd ook bijna niet bericht. Op deze manier wil ik aantonen dat mensen gewoon niet op de hoogte zijn van iets als het niet wordt bericht en dat er een frame over een persoon kan ontstaan. Ook heb ik aan mijn volgers gevraagd waar ze het kindsterretje van kennen. Tweehonderd mensen kenden

Macaulay van de filmreeks Home Alone, slechts 26 hebben hem in ook in andere films zien spelen. Macaulay is een lange periode niet meer in beeld geweest en zo werd er ook niets bericht over zijn comeback. Ook hier waren er velen niet van op de hoogte.

Tweehonderd volgers wisten niet dat de acteur nog in films speelt, 23 andere wisten dit wel. De media bericht enkel nieuws wat voor hen het belangrijkste lijkt. Het verschil tussen een drugsverslaafde en iemand die terug op het juiste pad terecht is gekomen, is groot en aan de hand van dit onderzoek kan ik wel concluderen dat de media dit dan ook minder belangrijk vind. Dit geldt ook voor het berichten over het succes van de kindster. Macaulay Culkin zal op deze manier bij de meesten steeds bekend staan als

‘Kevin uit Home Alone’ of ‘het Gevallen Kindsterretje´.

5.2.2 De invloed van het berichten uit de mond van onderzoekers of de media

In het onderzoek heb ik twee vragen gesteld waarvan de twee verschillende termen ook twee verschillende gevolgen hadden op de keuzes en gedachten van mijn volgers. De eerste vraag luidt: ‘Verschillende onderzoekers zeggen dat kindsterren de kans niet meer krijgen om echt kind te zijn. Ze hebben geen echte vrienden, kunnen niet normaal

47

over straat en missen hun jeugd. Denk jij dit ook?’. Honderdtweeënzeventig mensen zijn van mening dat de onderzoekers gelijk hebben. Ook vinden ze dat kindsterren hun jeugd moeten overslaan. Maar 54 mensen denken hier anders over. Omdat het woord

‘onderzoekers’ centraal staat, zijn veel mensen het hier ook mee eens. Als we dan

kijken naar de volgende vraag, gebeurt er iets raars. ‘In de media wordt vaak gezegd dat kindsterren worden gepushed door hun ouders om een carrière te maken. Dit heet kindexploitatie.’, luidt de volgende vraag. Ik heb hier het woord ‘de media’ de zinnen laten leiden en ik merkte meteen aan de reacties van mijn volgers dat ze sceptischer zijn als de media iets gezegd heeft. In vergelijking met de onderzoekers, wijkten mijn

volgers meer af van de stelling die de media vertegenwoordigt. Ze zijn kritischer als het gaat om wat de media zegt. 143 mensen waren het met deze stelling eens; 83 niet.

Aan het einde van de test waren er 143 stemmen die vinden dat ouders misbruik

maken van hun kinderen. Ondanks dat de meerderheid dit wel vindt, zie je al een groot verschil met de vorige vraag. Mensen zijn wel degelijk sceptischer als het gaat om een stelling die de media verdedigt.

5.3 Reflectie op betrouwbaarheid, validatie en bruikbaarheid

5.3.1 Betrouwbaarheid

‘De betrouwbaarheid van onderzoek geeft aan in hoeverre het onderzoek vrij is van toevallige fouten (Verhoeven, Wat Is Onderzoek, 2014). In dit onderzoek is er grotendeels gebruik gemaakt van artikelen op de websites van de vier dagbladen (Telegraaf, Algemeen Dagblad, Volkskrant en NRC). Hierbij zijn de artikelen in de kwantitatieve en kwalitatieve analyse meegenomen die naar boven kwamen na het gebruiken van de zoektermen ‘kindster’, ‘kindsterren’, ‘kindmodel’, ‘kindmodellen’ in de database Nexis Uni. Niet uit te sluiten is dat er hierdoor artikelen over het hoofd zijn gezien doordat ze wellicht een andere zoekterm hebben.

5.3.2 Validatie

Verhoeven licht in het boek ‘Wat Is Onderzoek’ (2014) toe wat er met de validatie wordt bedoeld. Volgens hem wordt de validatie bepaald in hoeverre het onderzoek vrij is van systematische fouten. In het kwantitatieve of kwalitatieve onderzoek zijn er geen systematische fouten gemaakt. Wel zou het kunnen dat er fouten te vinden zijn in mijn sociale mediaonderzoek. Het kan zijn dat iemand per ongeluk een fout antwoord heeft

48

gegeven of zonder na te denken iets heeft aangeduid. Dit kan ik helaas niet onderzoeken.

5.3.3 Bruikbaarheid

Deze onderzoeksanaylse naar het beeld dat er in de Nederlandse media wordt geschetst van kindsterren en hun ouders is bruikbaar voor de komende maanden en misschien wel jaren. Dit onderzoek werd gedetailleerd toegelicht aan de hand van vier dagbladen, vijf talkshows en twee Nederlandse documentaires. Ook wordt er een duidelijk beeld gegeven van hoe sociale media gebruikers worden beïnvloedt door de media.

Uit dit onderzoek blijkt dat de Nederlandse media over het algemeen een negatief beeld schetst over kindsterren en hun ouders. De meest voorkomende frame die Nederlandse dagbladen gebruikten was ‘kindster zijn brengt negatieve gevolgen met zich mee’. Dit is een frame die een negatief beeld geeft over kindsterren en hun ouders.

Hoewel de frames in de Nederlandse talkshows voornamelijk positief zijn (‘kinderen verwezenlijken hun dromen’), wordt er wel altijd veel ophef gecreëerd over dit

onderwerp. Zo worden uitzendingen niet uitgezonden, gedragen gasten zich ongepast en worden er aan alle kanten aan tafel woorden gewisseld. Het onderwerp blijft één groot vraagteken bij de Nederlandse praatprogramma’s. Ook in de Nederlandse

documentaires proberen de kindsterren en ouders hiervan een positieve frame neer te zetten. Ze proberen het idee van ‘kinderexploitatie’ uit de mensen hun geheugen te wissen en ervan ‘dromen verwezenlijken’ te maken. De reden hiervoor is duidelijk;

lezers en kijkers hebben een negatief beeld over kindsterren en ouders. Dit valt

overigens ook te concluderen uit mijn sociale-mediaonderzoek. Hier werd duidelijk dat de meesten van mening zijn dat: kindsterren meestal niet meer succesvol worden op latere leeftijd, kindsterren vaak op het duistere pad terecht komen en dat ze worden gepushed door hun ouders.

49

6 Bronnenlijst

1. Verhoeven, N. (2014). Wat is onderzoek? (5e ed.) Amsterdam, Nederland: Boom Lemma Uitgevers.

2. Vasterman, P. (2004). Mediahype (1e ed.). Amsterdam, Nederland: Amsterdam University Press.

3. Vliegenthart, R. (2015). Mediamacht. In: Bardoel, J. & Wijfjes, H. Journalistieke Cultuur in Nederland (2e ed.). Amsterdam, Nederland: Amsterdam University Press.

4. Wikipedia (2020). Jeugdacteur. Geraadpleegd op: Jeugdacteur - Wikipedia 5. Wikipedia (2020). Praatprogramma. Geraadpleegd op: Praatprogramma -

Wikipedia

6. Rathje, S. (2017). De kracht van de framing: het is niet wat je zegt maar hoe je het zegt. Geraadpleegd op: The power of framing: It’s not what you say, it’s how you say it | Science | The Guardian

De bronnen die ik heb gebruikt voor mijn onderzoek (de verschillende artikels, talkshows en documentaires) zijn te vinden in de hoofdstukken waarin ik de framing heb onderzocht.