waar van ik kort te vooren bij eene andere gelegenheid gesproken heb, en het
kruissen-maaken met de rechterhand, van 't hoofd naar de borst, en van den
rechter-naar den linkerschouder, iets zeer gewoonlijks onder den dienst, en 't geen zich
dikwijls herhaalt. Doch met dit laatste moet men bijna opgevoed zijn, en een vreemde
zal het aan een' Rus niet zoo ligtelijk nadoen. Dat de Grieksche Kerk geen
instrumentaal Musiek toelaat, maar enkel stemmen, is genoegsaam bekend. De
Ceremoniën van den dienst zijn niet minder talrijk dan onder de Roomschen, en de
kleeding der Geestelijken, schoon ook van de hunne verschillend, insgelijks niet
minder plegtig. De Kerken zijn doorgaans niet zeer groot, meer vierkant dan
langwerpig, bont van binnen en van buiten, en inwendig vol schilderijën van Maria
met het Kind, de Apostelen, en een hoope Grieksche Heiligen, behalven nog hier en
daar eene meenigte Ex-voto's wanneer er wonderdaadige schilderijën van Heiligen
gevonden worden. De talrijke klokken van buiten trekt men slechts aan den klepel,
zonder dat de klok zelve zich mede beweegt. De Cathedraalkerk van Petersburg
heeft, meen ik, alleen een slaande Horlogie, en een Klokkenspel aan zynen Toren:
't geen Czaar peter in Holland gezien had, Andersints, op dat
ik dit in 't voorbijgaan zegge, levert de Hoofdstad slechts twee of drie publique
Horologiën in 't geheel op, 't geen niet nalaat zeer lastig te zijn. Doch van het
Klokkenwerk, zoo wel als van de eigentlijke Architectuur der Russische Kerken met
derzelver talrijke Koepels, zal ik nog nader gelegenheid vinden bij Moscou gewag
te maaken, of wanneer ik in de bijzonderheden van sommigen der gewijde gebouwen
treede. Petersburg telt zes- en- vijftig Tempelen van den Natiönaalen Godsdienst,
behalven het Mansklooster van St. Alexander Newski, en het Vrouwenklooster van
welk ik reeds gesproken heb. Natuurlijkerwijs zijn alle deeze gebouwen nieuw, en
dus kan de Architectuur er beter van zijn dan elders: doch sommige zijn wederom
reeds zeer vervallen.
[Cathedraalkerk]
De Cathedraalkerk zullen zich mijne Leezeren te binnen brengen, dat in de Vesting
geplaatst is. Uitwendig maakt zij geene kwaade vertooning, doch zij onderscheidt
zich meer door eene goede form en fraaije vergulde spits, dan wel door haare grootte.
Deeze spits verheft zich naar de voorzijde, en het Choor van achteren loopt om hoog
koepelswijze toe. Het geheele is nog van Czaar Peters tijden: doch de Toren onder
Anna afgebrand zijnde, is te dier tijd door den nieuwen vervangen. Rondöm de
muuren hangen inwendig alle de vaandels en zegetekens die Rusland over Turken,
Zweeden en Poolen, en wie het verder onder zijne vijanden telde, veröverd zijn; ook
ziet men er de sleutels
van ingenomen Steden. De nieuwste en fraaiste van deezen, doch door vrij wat bloed
gekocht, was die van Warschouw, waarbij men ook nog het brood bewaarde, 't welk
door den Magistraat dier Stad aan Suwarow ter zelver tijd was aangebooden. In deeze
Cathedraalkerk rusten de Keizers en Keizerinnen van de voorige eeuw. Hunne
Gedenktekenen, of eigentlijk de bewaarplaatseu zelven hunner asch, zijn zeer
eenvoudig van langwerpig vierkanten gedaante, zoo dat eene kist er gevoegchelijk
in staan kan; voorts van Marmer, en, zo ik mij wel herïnner, van drie à vier voet
hoogte. Wanneer men met het aangezicht naar het Choor staat, ziet men aan de
rechterzijde vóór het zelve, doch op een' kleinen afstand, de Tombe van Elisabeth,
Peter III en Catharina II, Zij zijn naast elkander geplaatst, schoon ieder volkomen
vrij; en zoo herëenigde de dood twee van elkander in het leven zoo zeer verwijderde
Echtgenooten; herëenigde ze op eene zoo veel te zonderlinger wijze (gelijk het veelen
nog niet zal ontschooten zijn), daar Catharina, ten tijde der Revolutie die haar op den
Troon bracht, het lijk van haaren Gemaal in het aan een geheel ander einde van
Petersburg gelegene Newskische Klooster had laaten ter aarde bestellen: 't geen Paul,
toen hij niet ver van de veertig jaar daarna dien zelfden Troon beklom, op de
ondubbelzinnigste wijs willende herstellen, zijn' Vader eerst uit het Klooster in vollen
Keizerlijken Lijkstoet af ging haalen, toen in
het Winterpaleis onderweegs zijne Moeder opnam, en beide aldus over de bevroozen
Newa naar de Cathedraalkerk heen bracht. Op eene der smalle kanten van de Tombe,
staat by beiden eene Inscriptie in het Russisch zoo eenvoudig als de Tomben zelven
zijn; zij bevat niets dan den naam, en de jaaren van geboorte en dood; evenwel op
die van Peter III had men het jaar wanneer hij hier begraaven was, bijgevoegd. Beide
Tombes waren met goudstof overdekt. Peter I, Catharina I en Anna liggen vóór de
drie Keizerlijke persoonen, die ik zoo even noemde. Aan de andere zijde van 't Choor
rusten er nog een paar andere; en ik twijffel, of er niet op het Choor zelve zich ook
nog eenige gedenktekenen bevinden. Niet allen zijn van Inscriptiën voorzien.
[Kerk van Casan]
De Kerk van Casan, welke op de breede Perspectiefstraat neêrkomt, is de oudste van
In document
Johan Meerman, Eenige berichten omtrent het noorden en noord-oosten van Europa. Deel 3 · dbnl
(pagina 176-179)