• No results found

Scenario 5: Extreme neerslag

In document Regionaal Risicoprofiel (pagina 50-54)

Bijlage A: Categorie-indeling tunnels en tunnelincidenten 128

3 Maatschappelijk thema 1: Natuurlijke omgeving

3.3 Crisistype Extreme weersomstandigheden

3.3.2 Scenario 5: Extreme neerslag

Wat gebeurt er als de regio getroffen wordt door een clusterbui? Een situatie is beschreven waarin het weer ineens omslaat, terwijl er heel veel mensen op één locatie aanwezig zijn. Te denken valt aan een groot evenement in Rotterdam (Zomercarnaval) of elders in de regio, bijvoorbeeld in Goeree-Overflakkee (Concert at Sea), met een

plotseling opkomende extreme storm, extreme regenval of extreme onweersbuien.

Onstuimig weer komt de laatste jaren regelmatig voor in Nederland. Meestal is er niets aan de hand, maar soms kan het weer omslaan in extreem weer, en zelfs het openbare leven verstoren. Het hele jaar door is er een kans op extreme neerslag. De gevolgen zijn erg afhankelijk van de locatie waar en het tijdstip waarop extreme neerslag, al dan niet gecombineerd met onweer en/of storm en windhozen, optreedt. Dit crisistype omvat de acute gevolgen van extreme weersomstandigheden voor mens en dier, zoals ziekte of overlijden. Echter, ook de economische en maatschappelijke schade kan enorm zijn.

Hierbij valt te denken aan uitval van nutsvoorzieningen, grote verkeersongevallen en/of instorting van gebouwen.

Meest waarschijnlijk scenario: een deel van de regio wordt ’s-zomers acuut getroffen door extreme regenval (150 mm neerslag binnen 5 uur) het is geen lokale bui.

Meest waarschijnlijk plus scenario: buitengewoon heftige regenbui met langdurige en extreme neerslag (210 mm neerslag in 24 uur).

Context

Een clusterbui is een regenbui waarbij extreem veel neerslag in korte tijd valt, en waarop de regionale watersystemen in beheer bij de waterschappen en de rioleringsstelsels in beheer van de gemeenten niet zijn berekend. Er ontstaan risicovolle situaties met wateroverlast, met schade en beperkte maatschappelijke ontwrichting als gevolgen. Om dit beeld wat concreter te maken: in Kopenhagen viel in 2011 ongeveer 150 mm neerslag in 5 uur tijd. In Goedereede (Goeree-Overflakkee) viel op 13 oktober2013 binnen enkele uren 113 mm neerslag. In Alphen aan den Rijn viel in de morgen van 28 juli 2014 een regenbui van meer dan 100 mm neerslag. In de Hoeksche Waard Oost en

Impactcriteria Score Beknopte motivatie

1.1 Aantasting integriteit grondgebied B 2-6 dagen – 40-400 km2

2.1 Doden A 1 dode

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken C hoog 16-40 gewonden 2.3 Lichamelijk lijden (gebrek aan primaire levensbehoeften) n.v.t.

3.1 Kosten C <200 miljoen euro

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu n.v.t.

5.1 Verstoring van het dagelijkse leven C 1-2 dagen – >40.000 getr.

5.2 Aantasting lokaal en regionaal openbaar bestuur n.v.t.

5.3 Sociaal psychologisch impact n.v.t.

6.1 Aantasting cultureel erfgoed A max. 1 indicator

Waarschijnlijkheid Score

Kans op gebeurtenis per 4 jaar D

In Rotterdam-Rijnmond zijn veel woonwijken, bedrijfsterreinen en landelijke gebieden gelegen in polders. Een polder is een door waterkeringen omgeven gebied, waarvan de waterstand gereguleerd kan worden.

De waterschappen beheren de regionale watersystemen zo dat overtollig water in deze polders eerst wordt vasthouden (met stuwen), vervolgens wordt geborgen (in bergings-gebieden) en tenslotte wordt afgevoerd (met gemalen) via boezemwater of rechtstreeks vanuit de polders in de rivieren of op zee.

Havens in Rotterdam-Rijnmond zijn doorgaans in buitendijkse gebieden, buiten de polders, direct aan de rivieren of aan zee gelegen. In deze gebieden kan bij extreme regenval door onvoldoende waterbergingsmogelijkheden in de bodem gecombineerd met tijdelijke overbelasting van rioleringsstelsels ook wateroverlast optreden.

De gemeenten beheren rioleringsstelsels die hemelwater op wegen, fietspaden,

wandelpaden en pleinen afvoeren op de regionale oppervlaktewatersystemen in beheer van de waterschappen (bij verbeterd gescheiden rioleringsstelsels), of afvoeren via de rioolwaterzuiveringsinstallaties in beheer van de waterschappen afvoeren op regionaal oppervlaktewater, op de rivieren, of op zee (bij gemengde rioleringsstelsels).

In alle polders, die door de waterschappen verdeeld zijn in bemalingsgebieden en peilgebieden, zal bij extreme neerslag de verwerkingscapaciteit van regionale watersystemen en rioleringsstelsels onvoldoende zijn om overal droge voeten te houden.

Op vele plekken zal water op straat komen te staan. Het water zal met name in de lage delen binnen een polder huizen en bedrijven binnen lopen. Ook het laagste maaiveld in landelijke gebieden zal vanuit de sloten en watergangen over lopen. Onderscheid tussen sloten of singels en wegen zal op veel plaatsen niet meer herkenbaar zijn. Dit levert gevaar voor verdrinking voor kleine kinderen of dieren op (toename risico van

ongelukken). Onderscheid tussen trottoir en weg zal zijn verdwenen. Ook kunnen vitale locaties moeilijk of zelfs niet meer bereikbaar zijn. De waterhoogte in de ondergelopen gebieden zal in orde van grootte van decimeters zijn (ter indicatie: van enkel- tot kniehoogte).

Figuur 3.7 Weerkaart tijdens extreme neerslag

Mogelijke oorzaken / triggers

De kans op extreme buien neemt toe, zoals blijkt uit de neerslagstatistiek van het KNMI in Nederland in de afgelopen 25 jaar en de klimaatscenario’s 2014 van het KNMI.

Bronnen:

– Scenario extreme weersomstandigheden van het Hoogheemraadschap Delfland voor de veiligheidsregio Haaglanden d.d. 1 maart 2016.

– KNMI Klimaatscenario’s 2014.

– STOWA-rapport 2015 – 10A Nieuwe neerslagstatistieken voor het waterbeheer:

extreme neerslaggebeurtenissen nemen toe en komen vaker voor.

– STOWA-rapport 2015 – 10 Actualisatie meteogegevens voor waterbeheer.

Aanloop naar het incident

Op een zomerse dag regent het in Rotterdam-Rijnmond onverwacht veel meer dan verwacht, en binnen enkele uren meer dan ooit in de regio Rotterdam-Rijnmond gemeten.

Scenario

De watersystemen in de grond (riolering) en aan de oppervlakte (grachten, singels, kanalen, sloten) kunnen de neerslag niet verwerken en ‘lopen over’.

Eerste uren:

De eerste uren treden clusterbuien op. Dit zijn grote buien met veel neerslag en zij komen snel achter elkaar over en op de regio Rotterdam-Rijnmond. De eerste neerslag wordt opgevangen door het rioolstelsel en oppervlaktewater. De riolering komt direct al in het eerste uur in de problemen. De hoeveelheid neerslag is dusdanig groot, dat het rioleringsstelsel dit aanbod niet kan verwerken. Hierdoor lopen straten en tunnels onder water.

Sneller en meer wegpompen van water zal op veel plaatsen getracht worden, maar het effect daarvan zal in het begin gering of nihil zijn. Het is goed denkbaar dat belangrijke onderdelen van de vitale infrastructuur niet meer bruikbaar worden. Te denken valt aan belangrijke wegen, ondergelopen tunnels, trafostations op straatniveau, parkeerkelders, trambanen e.d.

De boezem komt niet direct in de problemen, pas na enkele uren. Met op dat moment kans op overstroming van boezemkaden en kadebreuken. In de boezems treden onverwacht grote peilstijgingen van het water op, waardoor kades die de polders beschermen kunnen overlopen of zodanig verzwakt raken dat er sprake kan zijn van een kadebreuk. Om dit gevaar in deze extreme situatie te beperken, zullen de

waterschappen overgaan tot stopzetten van de polderbemaling. De hoge waterstanden langs de keringen samen met de natte situatie zorgen voor een grotere druk op de boezemwaterkeringen. Keringen die te laag zijn kunnen overstromen en voor extra wateroverlast in de polder zorgen.

Tevens ontstaat er een grotere kans op instabiel worden van een boezemwaterkering.

Door een kadebreuk loopt (deels) de boezem leeg. Het wegvallen van de waterdruk kan op zich weer een oorzaak zijn voor het falen van andere keringen die nu richting het boezemwater afschuiven (zogenoemde buitenwaartse stabiliteit).

In de binnensteden van Maassluis, Vlaardingen, Schiedam en Rotterdam zal extreme stijging van de waterpeilen in grachten en singels optreden. Door de lage ligging van meerdere straten in deze gebieden, zal hier water de huizen en bedrijven instromen en

Binnen de stedelijke gebieden zullen clusterbuien tot veel overlast leiden. De riolering is in staat een beperkt deel van de neerslag te bergen. De rioolgemalen zijn in staat om een deel van deze neerslag af te voeren. Zodra de riolering volledig is gevuld, zal het overige hemelwater (vermengd met afvalwater) ofwel in de watergangen terecht komen (via overstorten) ofwel op straat blijven staan.

De werkende rioolgemalen kunnen echter wel een significante bijdrage leveren aan het wegpompen van het overtollig stedelijk water. Met name in stedelijk gebied is de afvalwatertransportketen (riolering en transportsysteem) van significant belang, omdat hiermee de afvoer vanuit stedelijke gebieden ook kan plaatsvinden indien de

boezemsystemen niet beschikbaar zijn. Ook in landelijke gebieden zal wateroverlast op landbouwpercelen, met mogelijke schade voor aldaar verbouwde gewassen, optreden.

Tussenfase:

De peilstijgingen van de boezem zullen tijdelijk worden beperkt, maar de effecten zoals het onbruikbaar worden van belangrijke onderdelen van de vitale infrastructuur, zullen daardoor nog verder toenemen.

Indien een boezemkadebreuk optreedt, is het wellicht niet mogelijk snel reparatie ter plekke uit te voeren, vanwege de onbereikbaarheid van de locatie of de omvang van de kaderbreuk, of misschien het ontbreken van personeel en materieel. De kans is dan reëel dat het water tot grotere hoogte dan ‘kniehoogte’ in de achter deze kade gelegen polder zal stijgen, met alle gevolgen van dien. Bovendien is er op dat moment sprake van een ongecontroleerde situatie, hetgeen aanleiding kan geven tot paniek.

Herstelfase:

Verwacht wordt dat het wegpompen van al het overtollige water en het herstel van boezemkades, kan plaatsvinden in een periode van 1 a 2 weken, mits de energie voorziening op orde blijft. Reparatie van alle defect geraakte infrastructurele werken zal wellicht maanden in beslag nemen, terwijl herstel van lokale en persoonlijk geleden schade nog veel langer zal duren.

De rioolwaterzuiveringen in Rotterdam-Rijnmond zullen de extreme neerslag kunnen verwerken. Hierbij zorgt een maximale aanvoer van met hemelwater verdund rioolwater wel voor een lager zuiveringsrendement.

Gevolgen (globaal)

Omdat de geschetste situatie uitstijgt boven het geen waarop de watersystemen van de waterschappen en de rioleringsstelsel van de gemeenten zijn berekend, zullen er overal onvoorziene en onverwachte situaties optreden. Dit geeft maatschappelijk zeer waarschijnlijk een hele grote mate van onrust en wellicht paniek. Vitale infrastructuur zoals transportroutes van mensen, energie, gas en ICT kunnen onbruikbaar raken. Ook normale communicatiemogelijkheden als mobiele telefonie kunnen uitvallen. Dit op zijn beurt zal dan weer een versterkend effect hebben op de beheersbaarheid van het watersysteem omdat dan ook de besturing van poldergemalen, boezemgemalen en rioolgemalen kan uitvallen. Communicatie naar de bevolking is essentieel op dat moment. Duidelijkheid over de actuele situatie, komende uren/dagen en informatie over een veilig onderkomen zijn van levensbelang.

In de boezem treden onverwacht grote peilstijgingen van het water op, waardoor + kades (die de polders beschermen) kunnen overlopen of zodanig verzwakt raken dat er sprake kan zijn van een kadebreuk.

Zodra de riolering volledig is gevuld, zal het overige hemelwater (vermengd met afvalwater) ofwel in de watergangen terecht komen (via overstorten) ofwel op straat

blijven staan. Dit kan leiden tot gezondheidsrisico’s omdat dit water vermengd is met huishoudelijk afvalwater. Afhankelijk van de lokale situatie kunnen rioolgemalen buiten bedrijf raken door gebrek aan energielevering of andere oorzaken.

Kwetsbare groepen

Zwakkeren (baby’s, bejaarden en zieken) zijn het meest gevoelig voor de gezondheidsrisico’s die vrijkomen, omdat het hemelwater vermengd is met huishoudelijk afvalwater. Zij zullen het meest vatbaar zijn voor de bacteriën die dan vrijkomen. Daarnaast is er mogelijk verdrinkingsgevaar.

In document Regionaal Risicoprofiel (pagina 50-54)