Deel B: Nadere beschrijving milieusituatie en milieueffecten
9. Verkeer en parkeren 123
9.5. Tijdelijke effecten tijdens de aanleg en evenementen 1. Realisatiefase
9.5.3. Samenvatting en waardering effecten verkeer en parkeren
aantal be‐
zoekers per evenement
aandeel bezoekers met de auto
totaal jaar (mvt)
weekdag‐
etmaal (mvt)
visserijfeesten* (3 keer per jaar) 25.000 70% 52.500* 144
openlucht concerten (8 keer per jaar) 1.000 50% 4.000* 11
bootshow* (5 keer per jaar) 25.000 100% 125.000* 342
overige (8 keer per jaar) 1.000 70% 5.600* 15
(internationale) zeilwedstrijden (10 keer per jaar) 500 100% 5.000* 14
indoor evenementen (60 keer per jaar) 100 100% 6.000* 16
Totaal (afgerond op 50‐tallen) 550
* Totaal aantal ritten (van en naar evenement), op basis van een gemiddelde autobezetting van 2 personen.
Ten opzichte van de autonome situatie (150 mvt/weekdagetmaal) is sprake van een verkeerstoename van 400 mvt/weekdagetmaal. In milieuonderzoeken zoals wegverkeerslawaai, luchtkwaliteit en stikstof‐
depositie is met deze verkeerstoename rekening gehouden.
9.5.3. Samenvatting en waardering effecten verkeer en parkeren
aspect deelaspect Basisalternatief vka
verkeer en parkeren
effecten ontsluiting en bereikbaarheid auto 0/+
effecten ontsluiting en bereikbaarheid fietsverkeer 0/+
effecten ontsluiting en bereikbaarheid voetgangers + effecten ontsluiting en bereikbaarheid openbaar ver‐
voer 0
effecten robuustheid netwerk +
effecten verkeersafwikkeling ‐ 0/+
effecten verkeersveiligheid ‐ 0/+
parkeerbehoefte ten opzichte van parkeeraanbod 0
bouwfase (tijdelijk) 0
evenementen (tijdelijk) 0
+++ = sterk positief, ++ = positief, + = licht positief, 0 = geen effect, ‐ = licht negatief, ‐‐ = negatief, ‐‐‐= sterk negatief
10. Geluid
16110.1. Toetsingskader en onderzoeksmethodiek 10.1.1. Toetsingskader
Onder het milieuaspect 'geluid' worden alle geluidseffecten die samenhangen met de transformatieop‐
gave van Breskens bedoeld. Het gaat hierbij zowel om geluidseffecten vanuit de bestaande en nieuwe bedrijvigheid (industrielawaai), de geluidsuitstraling vanuit het scheepvaart‐ en wegverkeer (scheep‐
vaart‐ en wegverkeerslawaai) alsmede de geluidseffecten vanwege de evenementen die in het gebied plaatsvinden en de geluidseffecten als gevolg van de bouw‐ en aanlegwerkzaamheden (bouwlawaai).
Industrielawaai Activiteitenbesluit
Voor de overige bedrijfsactiviteiten gelden de geluidsnormen uit het Besluit algemene regels milieube‐
heer (Barim of Activiteitenbesluit genaamd). Afhankelijk van de periode van de dag (dag‐, avond‐ of nachtperiode) gelden generieke geluidsnormen voor bedrijfsactiviteiten van respectievelijk 50, 45 of 40 dB(A) op de dichtstbijzijnde gevel van geluidsgevoelige objecten.
Geluid als gevolg van het laden en lossen voor bedrijven, alsmede menselijk stemgeluid op terrassen en geluid als gevolg van evenementen wordt niet geregeld in het Activiteitenbesluit. Hiervoor geldt dat een specifieke beoordeling gemaakt moet worden in het kader van een goede ruimtelijke ordening (zie hierna).
VNG‐brochure Bedrijven en Milieuzonering
Om in het MER en bestemmingsplan de belangenafweging tussen bedrijvigheid en gevoelige functies met betrekking tot milieu in voldoende mate mee te nemen, wordt gebruikgemaakt van de VNG‐publi‐
catie 'Bedrijven en milieuzonering' (2009). In deze publicatie is een lijst opgenomen waarin de meest voorkomende bedrijven en bedrijfsactiviteiten zijn gerangschikt naar mate van milieubelasting. De VNG‐
publicatie gaat uit van het aanhouden van richtafstanden tussen milieubelastende activiteiten en milieu‐
gevoelige functies. De milieuzoneringssystematiek uit de VNG‐publicatie met de bijbehorende richtaf‐
standen worden vaak bij ruimtelijke plannen gebruikt om te onderbouwen dat sprake is van een goede ruimtelijke ordening bij de realisatie van milieubelastende en milieugevoelige functies in elkaars omge‐
ving.
Omgevingsplan Zeeland (2012‐2018)
De Provincie Zeeland hanteert in het omgevingsplan voor recreatiewoningen en kampeerterreinen van‐
uit de Wet geluidhinder en de Wet milieubeheer dezelfde normen als bij gewone woningen.
Evenementenbeleid gemeente Sluis
Zoals is verwoord in hoofdstuk 4 heeft de gemeente Sluis een eigen evenementenbeleid. De mate van geluidsoverlast wordt betrokken bij het verlenen van de evenementenvergunning.
Scheepvaart‐ en wegverkeerslawaai Scheepvaartlawaai
Voor scheepverkeerslawaai is in Nederland geen wettelijk toetsingskader beschikbaar. De mate van ge‐
luidshinder die wordt veroorzaakt door schepen is niet zodanig dat de wetgever daarvoor grenzen heeft gesteld. Het ontbreken van een wettelijk kader voor scheepverkeerslawaai betekent niet zondermeer dat er geen voorwaarden aan gesteld worden, zo blijkt uit jurisprudentie. Indien redelijkerwijs aanneme‐
lijk is dat scheepverkeerslawaai relevant is, moet de geluidsbelasting van het scheepverkeer ter hoogte van de geluidgevoelige bestemmingen inzichtelijk worden gemaakt.
Wegverkeerslawaai
Op basis van de Wet geluidhinder (Wgh) dienen akoestisch relevante situaties onderzocht te worden op het gebied van wegverkeerslawaai. De transformatieopgave van het havengebied Breskens vraagt om een zorgvuldige toetsing van de effecten van dit planvoornemen op de verkeerskundige situatie. In dit hoofdstuk wordt op het gebied van wegverkeerslawaai het Basisalternatief onderzocht. De verkeerskun‐
dige situatie na realisatie van de transformatieopgave zorgt voor een verandering in de effectbeleving voor de omgeving voor wegverkeerslawaai. In deze paragraaf wordt inzicht gegeven in het wettelijk ka‐
der van de Wgh en de gehanteerde onderzoekmethode.
Geluidszones langs wegen
Langs alle wegen bevinden zich op grond van de Wgh geluidszones, met uitzondering van woonerven en 30 km/h‐wegen. Binnen de geluidszone van een weg dient de geluidsbelasting aan de gevel van geluids‐
gevoelige bestemmingen zoals woningen aan wettelijke normen te voldoen. De breedte van een ge‐
luidszone is afhankelijk van het aantal rijstroken en de ligging van de weg (binnen‐ of buitenstedelijk).
De geluidszone ligt aan weerszijden van de weg, gemeten vanuit de as van de weg. Wegen met een ge‐
luidszone worden hierna als gezoneerde weg aangeduid.
Tabel 10.1 Schema zonebreedte aan weerszijden van de weg volgens artikel 74 Wgh
aantal rijstroken breedte van de geluidszone (in meters)
buitenstedelijk gebied stedelijk gebied
5 of meer 600 350
3 of 4 400 350
1 of 2 250 200
In artikel 1 van de Wgh zijn de definities opgenomen van binnenstedelijk en buitenstedelijk gebied. Deze definities luiden:
- binnenstedelijk gebied: het gebied binnen de bebouwde kom met uitzondering van het gebied bin‐
nen de zone van een autoweg of autosnelweg;
- buitenstedelijk gebied: het gebied buiten de bebouwde kom, alsmede het gebied binnen de be‐
bouwde kom voor zover liggend binnen de zone van een autoweg of autosnelweg.
Dosismaat Lden
De geluidshinder wordt berekend aan de hand van de Europese dosismaat Lden (L day‐evening‐night).
Deze dosismaat wordt weergegeven in dB. De berekende geluidswaarde in Lden vertegenwoordigt het gemiddelde geluidsniveau over een etmaal.
Artikel 110g Wgh
De in de Wgh genoemde grenswaarden aan de buitengevels betreffen waarden inclusief artikel 110g Wgh. Dit artikel houdt in dat een aftrek mag worden gehanteerd welke anticipeert op het stiller worden van het verkeer in de toekomst door innovatieve maatregelen aan de voertuigen. Bij binnenwaardenbe‐
rekeningen dient te worden uitgegaan van de gecumuleerde geluidsbelasting exclusief de aftrek con‐
form artikel 3.4 van het Reken‐ en meetvoorschrift 2012. Bij wegen met een maximumsnelheid van min‐
der dan 70 km/h wordt een aftrek van 5 dB gehanteerd.
Bij wegen met een maximumsnelheid van 70 km/h of hoger, zoals de provinciale wegen N675 en N676, geldt een aftrek van 2 dB. De Wgh geeft voor deze wegen een verruiming van de aftrek bij een geluids‐
belasting van 56 dB (aftrek van 3 dB toegestaan) en bij 57 dB (aftrek van 4 dB toegestaan).
30 km/h‐wegen
Wegen met een maximumsnelheid van 30 km/h of lager zijn op basis van de Wgh niet‐gezoneerd.
Akoestisch onderzoek zou in zowel nieuwe als gewijzigde situaties achterwege kunnen blijven. Op basis van jurisprudentie dient in het kader van een goede ruimtelijke ordening inzichtelijk te worden gemaakt of sprake is van een aanvaardbaar akoestisch klimaat. Ter onderbouwing van de aanvaardbaarheid van de geluidsbelasting wordt bij gebrek aan wettelijke normen aangesloten bij de benaderingswijze die de Wgh hanteert voor gezoneerde wegen. Vanuit dat oogpunt worden de voorkeursgrenswaarde en de maximale ontheffingswaarde als referentiekader gehanteerd. De voorkeursgrenswaarde geldt hierbij als richtwaarde en de maximale ontheffingswaarde als maximaal aanvaardbare waarde.
Tijdelijke hinder (bouwlawaai)
Circulaire Bouwlawaai 2010 en de beleidsregels handhaving bouwoverlast Sluis (2012)
Mogelijke (tijdelijke) geluidshinder als gevolg van de bouw‐ en aanlegwerkzaamheden tijdens de uitvoe‐
ringsfase wordt getoetst aan de 'Circulaire bouwlawaai 2010'. Hierin wordt een normstelling aanbevo‐
len, tijdens de gehele duur van de werkzaamheden, van 60 dB(A) voor het equivalent geluid niveau (Laeq) in de dagperiode (07.00 ‐ 19.00 uur). Indien dat noodzakelijk is, biedt de circulaire de mogelijkheid om tijdelijk (voor ten hoogste een gegeven aantal dagen) een hogere geluidsbelasting, tot ten hoogste 80 dB(A), toe te staan. In de gemeentelijke beleidsregel wordt voor de gehele gemeente Sluis invulling gegeven aan de algemene normstelling uit de circulaire. Bijzondere aandacht wordt daarin besteed aan geluidshinder van bouw‐ en heiwerkzaamheden in de perioden juli tot oktober, de voorjaarsvakantie, de herfstvakantie en de kerstvakantie van elk jaar. Dit laatste vanwege het belang van de verblijfsrecreatie in de gemeente.
In tabel 10.2 zijn de beoordelingscriteria voor de relevante geluidsaspecten opgenomen.
Tabel 10.2 Beoordelingscriteria geluid
thema/deelthema te beschrijven effecten aanduiding werk‐
wijze geluid bedrijvigheid op de
westhavendam, middenha‐
vendam en kaai
industrielawaai en geluidemissie op de directe leefomge‐
ving binnen als buiten het havengebied kwalitatief jachthaven industrielawaai en geluidemissie op de directe leefomge‐
ving kwantitatief
wegverkeerslawaai (nieuwe geluidsgevoelige
functies) effecten op nieuwe functies kwantitatief
wegverkeerslawaai
(nieuwe weg) effecten op nieuwe functies kwantitatief
effecten op bestaande functies kwantitatief
wegverkeerslawaai (uitstra‐
lingseffect) effecten op bestaande functies kwantitatief
evenementen geluidsuitstraling als gevolg van evenementen kwalitatief bouwlawaai tijdelijke geluidshinder als gevolg van de bouwwerkzaam‐
heden kwalitatief
10.1.2. Onderzoeksmethodiek