• No results found

Samenvatting en onderzoekspunten

Hoofdstuk 3. Theoretisch kader

3.4 Samenvatting en onderzoekspunten

Onder de Omgevingswet zal voor meer activiteiten een omgevingsvergunning nodig zijn dan nu op grond van de Wabo het geval is. De uitbreiding is het gevolg van de vele wetten die opgaan in de Omgevingswet. Voor welke activiteiten precies een omgevingsvergunning nodig is, voor welke activiteiten volstaan kan worden met een melding of voor welke activiteiten een combinatie nodig is, zal uitgewerkt worden in het Omgevingsbesluit, het Bbl en het Bal. Duidelijk is al wel dat voor meer activiteiten volstaan kan worden met alleen een meldingsplicht.De omgevingsvergunning om van het bestemmingsplan af te wijken zal onder de Omgevingswet een omgevingsvergunning voor een afwijkactiviteit gaan heten. Onder de omgevingsvergunning voor een afwijkactiviteit zullen ook de omgevingsvergunning voor aanlegactiviteiten, sloopactiviteiten, sloopactiviteiten in een beschermd stads- of dorpsgezicht en activiteiten die uit de gemeentelijke of provinciale verordening

voortvloeien vallen. Uit het Omgevingsbesluit zal blijken of de aanvraag voor een

omgevingsvergunning digitaal kan worden ingediend of digitaal moet worden ingediend.

De Omgevingswet maakt onderscheid tussen een aanvraag voor één activiteit en een aanvraag voor meerdere activiteiten. Hoofdregel is dat het college van B en W als bevoegd gezag optreedt bij een aanvraag met één activiteit, tenzij een ander bestuursorgaan op grond van de Omgevingswet als bevoegd gezag is aangewezen.

Wanneer het gaat om een aanvraag met meerdere activiteiten is de hoofdregel dat het

bestuursorgaan dat bevoegd zou zijn om te beslissen op een aanvraag met één activiteit, ook het bevoegd gezag is om over een aanvraag voor meerdere activiteiten te beslissen, tenzij in het

Omgevingsbesluit anders is bepaald. Als de aanvraag voor meerdere activiteiten wordt ingediend bij het college van B en W, treedt het college van B en W als bevoegd gezag op. Indien het college van B en W niet voor elke activiteit als het bevoegd gezag is aan te merken, dient zij het bevoegd gezag van die activiteiten om een advies met instemming te vragen.

Onder de Omgevingswet zal de binnenplanse afwijking niet meer als afzonderlijke afwijkmogelijkheid bestaan, maar opgaan in de omgevingsvergunning voor de afwijkactiviteit. Hierdoor wordt de

omgevingsvergunning voor de afwijkactiviteit de grondslag om van de regels in het omgevingsplan af te wijken.Of de omgevingsvergunning voor de afwijkactiviteit voorbereid wordt met de uitgebreide

220

56 voorbereidingsprocedure of met de reguliere voorbereidingsprocedure is nog niet bekend en zal volgen uit het Omgevingsbesluit. Wel is duidelijk dat het uitgangspunt van de Omgevingswet is dat de reguliere voorbereidingsprocedure van toepassing is op de aanvraag voor een

omgevingsvergunning. De vvgb die de gemeenteraad verplicht afgeeft komt onder de Omgevingswet te vervallen en zal worden vervangen door een adviesbevoegdheid. Hoe die adviesbevoegdheid er precies uitkomt te zien, zal blijken uit het Omgevingsbesluit.Ook de vvgb die het bevoegd gezag bij een ander bestuursorgaan aanvraagt komt te vervallen en zal worden vervangen door of een advies of een advies met instemming.

De vergunning van rechtswege zal onder de Omgevingswet niet terugkeren, in plaats daarvan zal de dwangsom bij niet tijdig beslissen van toepassing zijn op een aanvraag voor een

omgevingsvergunning waarvan het bevoegd gezag heeft verzuimd om binnen de beslistermijn een beslissing te nemen. De dwangsom bij niet tijdig beslissen zal ook van toepassing zijn op aanvragen die met de uitgebreide procedure worden voorbereid, daar geldt nu nog een termijn van orde. Deze dwangsom zal voor het eerst verschuldigd zijn op de dag waarop twee weken zijn verstreken, nadat het bevoegd gezag in gebreke is gesteld en het bevoegd gezag verzuimd heeft om een beslissing te geven. Een verleende omgevingsvergunning zal onder de Omgevingswet twee weken nadat het besluit is bekendgemaakt in werking treden, nu treedt een omgevingsvergunning pas in werking op de eerste dag na afloop van de termijn om een beroepschrift in te dienen.

De tijdelijke omgevingsvergunning op grond van artikel 2.12 lid 2 Wabo jo. artikel 5.18 Bor, is door de invoering van het Besluit pChw komen te vervallen. In plaats daarvan kan een tijdelijke

omgevingsvergunning op grond van artikel 4 aanhef en lid 11 bijlage II Bor jo. artikel 2.23 Wabo worden afgegeven. Op grond van deze nieuwe grondslag kan een omgevingsvergunning worden verleend voor zowel permanent planologisch strijdig gebruik als tijdelijk planologisch strijdig gebruik. Een omgevingsvergunning voor tijdelijk planologisch strijdig gebruik wordt verleend, indien het slechts feitelijk mogelijk en aannemelijk is dat de activiteit zonder onomkeerbare gevolgen kan worden beëindigd. De maximale duur voor het in stand laten van het tijdelijk planologisch strijdig gebruik bedraagt tien jaar. Voor het planologisch strijdig gebruik, zowel permanent als tijdelijk, wordt de reguliere voorbereidingsprocedure doorlopen, in plaats van de uitgebreide procedure. Wanneer een omgevingsvergunning voor permanent planologisch strijdig gebruik wordt afgegeven, dient het omgevingsplan uiterlijk vijf jaar na het onherroepelijk worden van de omgevingsvergunning in overeenstemming met die omgevingsvergunning te worden gebracht.

Op grond van de kruimelregeling (artikel 2.12 lid 1 sub a onder 2° Wabo jo. artikel 4 bijlage II Bor) kan een omgevingsvergunning verleend worden met toepassing van de reguliere

voorbereidingsprocedure. Artikel 4 bijlage II Bor is door de inwerkingtreding van de pChw en het Besluit pChw op 1 november 2014 herzien. Aan de herziene kruimelregeling zijn meer activiteiten toegevoegd die strijdig zijn met het bestemmingsplan en met de reguliere voorbereidingsprocedure kunnen worden voorbereid in plaats van met de uitgebreide procedure.

Uit het theoretisch kader komen de volgende vier aandachtspunten naar voren:

- de Omgevingswet brengt veel (procedurele) veranderingen met zich mee ten aanzien van de omgevingsvergunning.

- onder de Omgevingswet zal de voorbereidingsprocedure gaan veranderen. Dit geldt zowel voor de reguliere voorbereidingsprocedure als de uitgebreide voorbereidingsprocedure. - onder de Omgevingswet zal er meer digitaal gewerkt gaan worden.

- de kruimelregeling is uitgebreid met meer activiteiten die met toepassing van de reguliere procedure kunnen worden voorbereid in plaats van met de uitgebreide

57 Bovenstaande aandachtspunten brengen de volgende onderzoekspunten met zich mee:

- onderzocht zal moeten worden of het vergunningsproces dat binnen de gemeente

Leeuwarden doorlopen wordt voor een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het planologisch strijdig gebruik voldoet aan de procedurele bepalingen uit de Omgevingswet. - onderzocht zal moeten worden of er problemen in doorlooptijd ontstaan wanneer de

aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het planologisch strijdig gebruik met de reguliere procedure wordt voorbereid.

- onderzocht zal moeten worden of er problemen in doorlooptijd ontstaan wanneer de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het planologisch strijdig gebruik met de uitgebreide procedure wordt voorbereid.

- onderzocht zal moeten worden of het werkproces van het team Mobiliteit en Ruimte voldoet aan de bepalingen uit de Omgevingswet.

- onderzocht zal moeten worden of de gemeente Leeuwarden sinds inwerkingtreding van de herziene kruimelregeling aanvragen voor een omgevingsvergunning met de reguliere procedure heeft voorbereid die anders met de uitgebreide procedure zouden zijn voorbereid.

- onderzocht zal moeten worden op welke manier andere gemeenten (Delft, Heerenveen en Woerden) het vergunningsproces doorlopen.

58