• No results found

5.3 Discussie

6.2.3 Resultaten van de modelanalyse

Allereerst werd gekeken naar de effecten van natuurlijke factoren op het aantal zeehonden op de ligplaats Hond en Paap. De resultaten van de statistische analyse zijn weergegeven in Tabel 14, voor de gegevens van 2010/2011 gezamenlijk.

Tabel 14. Gegevens van 2010/2011 gezamenlijk. Variabelen (natuurlijke factoren) die geselecteerd zijn door het model op basis van verklarend vermogen. AIC is een maat voor de kwaliteit van het model. Hoe lager deze waarde des te beter het model. Het model met alle variabelen gezamenlijk heeft een AIC van 5194.58 en is daarmee het beste model.

Covariate AIC DF p-value

Dag 5928.31 3 <0.0001 Windsnelheid 5636.95 3.4 <0.0001 Luchtvochtigheid 5480.02 3.9 <0.0001 Temperatuur 5346.76 3.9 <0.0001 Neerslag 5286.05 3.9 <0.0001 Luchtdruk 5222.75 3.9 <0.0001 Jaar 5199.75 - <0.0001 Windrichting 5194.58 7.9 <0.0001

De gecombineerde analyse laat een hoog significante (p<0.001) correlatie zien van alle natuurlijke factoren op het aantal zeehonden op de ligplaats Hond en Paap. De factor dag (of seizoen) resulteerde in het best verklarende model, gevolgd door windsnelheid. Dit laat zien dat deze twee factoren, voor de gegevens van 2010 en 2011 gezamenlijk, de sterkste invloed hadden op het aantal zeehonden op de zandbank. Daarnaast bleken bij de gecombineerde gegevens van 2010/2011 luchtvochtigheid,

temperatuur en neerslag belangrijkere verklarende factoren, terwijl luchtdruk minder belangrijk werd. De volgende figuren laten de aantallen zeehonden zien, gebaseerd op de modelvoorspellingen in relatie tot de omgevingsvariabelen uit het model. De modelvoorspellingen zijn op de volgende aannames gebaseerd: dag nummer = 200, temperatuur = 15°C, neerslag = 1 mm, windsnelheid = 10 km/u, luchtdruk =1010 mbar, vochtigheid = 80%, windrichting = 300°. Voor de modelvoorspellingen is het jaar bij de gecombineerde data op 2010 gezet. Voor iedere figuur zijn de betreffende natuurlijke factoren vervolgens gewijzigd binnen een vastgesteld bereik om te kijken naar het effect van de betreffende factor. De grafieken tonen de invloed van individuele natuurlijke factoren op het aantal zeehonden op de zandbank Hond en Paap voor de gegevens van 2010 en 2011 samen aan.

Figuur 63. Resultaten van het Generalized Additive Model (GAM) dat de relatie weergeeft tussen het aantal zeehonden op de zandbank Hond en Paap en de dag van het jaar vanaf 1 januari voor 2010 en 2011 gezamenlijk. De zwarte lijn geeft de berekende relatie tussen beide factoren weer, de rode lijnen de betrouwbaarheid. Dag 100 = 9 april; dag 200 = 18 juli; dag 300 = 26 oktober.

Zoals al bleek uit Tabel 14 heeft de dag van het jaar (seizoen) een sterke invloed op het aantal zeehonden op de zandbank, waarbij de piek in de zomermaanden ligt.

Net als in 2010 heeft de temperatuur, wanneer het niveau boven de 5°C ligt, in 2011 een matige tot kleine invloed op het aantal zeehonden op de ligplaats. Als de temperatuur onder de 5C daalt neemt het aantal zeehonden op de zandbank af. In vergelijking met de gegevens van 2010, die gepresenteerd zijn in het vorige rapport, laten de gegevens van 2011 een kleinere invloed zien van de temperatuur op het aantal zeehonden op de ligplaats. Hierdoor laat de curve bestaande uit gegevens van 2010 en 2011 gezamenlijk, een gematigder afname van het aantal zeehonden zien bij lagere temperatuur dan de curve van 2010 alleen. De invloed van stralingswarmte op het ligplaatsgebruik kon niet (apart of alternatief) worden onderzocht omdat gegevens hiervoor moeilijk te bemachtigen zijn. Het aantal zonuren is daarvoor geen geëigende parameter. Stralingswarmte komt nog het best tot uitdrukking in een goed te meten parameter als temperatuur.

Figuur 64. Resultaten van het Generalized Additive Model (GAM) dat de relatie weergeeft tussen het aantal zeehonden op de zandbank Hond en Paap en de gemiddelde dagelijkse temperatuur voor 2010 en 2011 gezamenlijk. De zwarte lijn geeft de berekende relatie tussen beide factoren weer, de rode lijnen de betrouwbaarheid.

Figuur 65. Resultaten van het Generalized Additive Model (GAM) dat de relatie weergeeft tussen het aantal zeehonden op de zandbank Hond en Paap en de gemiddelde dagelijkse windsnelheid voor 2010 en 2011 gezamenlijk. De zwarte lijn geeft de berekende relatie tussen beide factoren weer, de rode lijnen de betrouwbaarheid.

Windsnelheid, de op een na belangrijkste natuurlijke factor, heeft een negatieve invloed op het aantal zeehonden op de zandbank, voornamelijk bij windsnelheden boven de ca.17 km/u (ca. 3 Bft.).

Figuur 66. Resultaten van het Generalized Additive Model (GAM) dat de relatie weergeeft tussen het aantal zeehonden op de zandbank Hond en Paap en de gemiddelde dagelijkse hoeveelheid neerslag voor 2010 en

2011 gezamenlijk. De zwarte lijn geeft de berekende relatie tussen beide factoren weer, de rode lijnen de

betrouwbaarheid.

De hoeveelheid neerslag per dag heeft een variabele invloed op het aantal zeehonden op de ligplaats. Terwijl het aantal zeehonden afneemt bij neerslaghoeveelheden hoger dan 10-25 mm per dag, neemt het weer toe bij hogere hoeveelheden neerslag (>25 mm per dag).

Figuur 67. Resultaten van het Generalized Additive Model (GAM) dat de relatie weergeeft tussen het aantal zeehonden op de zandbank Hond en Paap en de gemiddelde dagelijkse luchtdruk voor 2010 en 2011 gezamenlijk. De zwarte lijn geeft de berekende relatie tussen beide factoren weer, de rode lijnen de betrouwbaarheid.

De luchtdruk heft een redelijk verwaarloosbare invloed op het aantal zeehonden op de ligplaats. Alleen bij een luchtdruk hoger dan 1025 mPa neemt het aantal af.

Figuur 68. Resultaten van het Generalized Additive Model (GAM) dat de relatie weergeeft tussen het aantal zeehonden op de zandbank Hond en Paap en de gemiddelde dagelijkse luchtvochtigheid voor 2010 en 2011 gezamenlijk. De zwarte lijn geeft de berekende relatie tussen beide factoren weer, de rode lijnen de betrouwbaarheid.

Met toenemende luchtvochtigheid neemt het aantal zeehonden op de ligplaats in het algemeen af, met een lichte toename bij niveaus tussen 70 en 90%. Van alle natuurlijke parameter lijkt windrichting de minst sturende invloed te hebben op het aantal zeehonden op de ligplaats.

Luchtdruk