• No results found

Categorie 3: zeer uitgewerkt

4.4. R AADPLEGEN VAN SCHRIJFPLAN

Daarna heeft de deelnemer de overige alinea's in de volgorde geschreven zoals in het schrijfplan staat aangegeven.

Ook deelnemers 6 en 7 schreven hun tekst in een andere volgorde. Zij schreven beide een schrijfplan dat weinig uitgewerkt was. Gezien de omvang van deze categorie, betekent dit dat de helft van de deelnemers met een weinig uitgewerkt schrijfplan, de tekst in een andere volgorde heeft geschreven. Zo schreef deelnemer 6 twee alinea's uit volgorde: na het schrijven van de eerste twee alinea's begint deze deelnemer met alinea 4, daarna volgt alinea 3. Deelnemer 7 schreef na de eerste twee alinea's de rest van de tekst in een afwijkende volgorde. Op basis van het conceptartikel, de outline planning, het interview, de camerabeelden of de procesdata is het voor beide deelnemers helaas niet mogelijk om de reden te achterhalen of hierover te speculeren.

4.4.RAADPLEGEN VAN SCHRIJFPLAN

Op de camerabeelden is te zien op welke momenten het schrijfplan door de deelnemers werd bekeken. Hieruit bleek dat de deelnemers niet even vaak de outline planning bekeken. Figuur 22 geeft deze resultaten per deelnemer en categorie weer.

Categorie schrijfplan Deelnemer Aantal keer dat schrijfplan werd bekeken

weinig uitgewerkt 3 19 weinig uitgewerkt 6 6 weinig uitgewerkt 7 17 weinig uitgewerkt 13 5 Gemiddelden 11,8 (SD = 6,3) gemiddeld uitgewerkt 4 2 gemiddeld uitgewerkt 5 8 gemiddeld uitgewerkt 12 3 Gemiddelden 4,3 (SD = 2,6) zeer uitgewerkt 1 12 zeer uitgewerkt 2 25 zeer uitgewerkt 8 24 zeer uitgewerkt 10 9 zeer uitgewerkt 11 26 Gemiddelden 19,2 (SD = 7,2)

FIGUUR 22. AANTAL KEER DAT PLAN DOOR DEELNEMERS WERD BEKEKEN MET GEMIDDELDEN EN STANDAARDDEVIATIE In de tabel valt direct op dat de deelnemers met een schrijfplan in categorie 2 gemiddeld het minst vaak naar hun outline planning keken. Gemiddeld keken zij tijdens de schrijftaak 4,3 keer (SD: 3,2, range: 2 - 8) naar het plan. De deelnemers met een schrijfplan in categorie 1 en 3 keken veel vaker naar het plan tijdens de

43

schrijftaak. Deelnemers met een schrijfplan categorie 1 deden dit gemiddeld 11,8 keer (SD: 7,3, range: 5 - 19), en deelnemers met een schrijfplan categorie 3 19,2 keer (SD: 8, range 9 - 26).

Om erachter te komen hoe de outline planning is gebruikt tijdens de schrijftaak is hier tijdens de interviews naar gevraagd. De antwoorden worden hieronder per categorie schrijfplan besproken. Niet alle deelnemers komen aan woord maar de gegeven antwoorden die hieronder worden besproken, zijn representatief voor de andere deelnemers met een schrijfplan in dezelfde categorie.

C

ATEGORIE

3:

ZEER UITGEWERKT

De deelnemers met een schrijfplan in de derde categorie, zeer uitgewerkt, bekeken het schrijfplan het meest. Ze bekijken het schrijfplan alvorens ze aan de schrijftaak beginnen maar ook tijdens de schrijftaak zelf. Uit het videomateriaal blijkt dat deze groep deelnemers het schrijfplan iedere keer voor ze beginnen met het schrijven van een nieuwe alinea van de tekst bekijkt. Dit wordt door deelnemer 11 ook expliciet aangegeven:

"Ik kijk wel aan het begin van een alinea en dan kijk ik naar de alinea waar ik mee bezig ben." Deelnemer 11.

Hoewel geen andere deelnemer in het interview expliciet aangeeft het schrijfplan voor het schrijven van iedere alinea te bekijken, geven zij in het interview wel andere informatie over het bekijken van de outline planning. Zo geeft deelnemer 10 aan het plan direct bij het starten van de schrijftaak te bekijken om te controleren wat er in de tekst moet komen te staan:

"Ik heb er wel naar gekeken om te kijken naar wat ik had opgeschreven in het plan, wat ik wilde opschrijven in alinea 1". Deelnemer 10.

Ook de andere deelnemers geven in de interviews expliciet aan dat ze het plan gebruikt hebben tijdens de schrijftaak en hoe ze dit hebben gedaan.

"Ik dacht.. ik houd me aan het plan want ik had eerst… Ik had eerst gedaan de nieuwe Schijf van Vijf aan de hand van de onderzoeken maar toen dacht ik oh nee, het moet ook gericht zijn op studenten, ik moet ook op de doelgroep richten." Deelnemer 2.

"Ja best wel, ja. Het was wel echt een leidraad. (...) Het ging eigenlijk vrij automatisch, dat ik er wel naar keek."

Deelnemer 8.

"Dat ging vrij makkelijk. In het schrijfplan had ik al bedacht wat ik in de alinea's zou vertellen. In de bronnen stond informatie die ik erin heb verwerkt en verder heb ik het schrijfplan aangehouden. (...) Ik had in mijn schrijfplan meer wat de kerngedachte was van de inleiding, wat ik uit de bronnen zou noemen." Deelnemer 11.

C

ATEGORIE

2:

GEMIDDELD UITGEWERKT

Uit het videomateriaal bleek dat de deelnemers in deze categorie relatief weinig naar de outline planning keken tijdens de schrijftaak. Gemiddeld keken de drie deelnemers uit deze categorie 4,3 keer naar de outline

planning. Mogelijk komt dit doordat de deelnemers het plan al in hun hoofd hebben zitten en het daardoor

niet nodig te hebben. Dit wordt expliciet aangegeven door deelnemer 5:

"Nou even toen ik dacht, ik moet nog meer woorden, waar kan ik nog over schrijven. (...) Ja, ik maak altijd wel een plan maar meer in mijn hoofd, met een invalshoek en dan ga ik schrijven en op een gegeven moment loopt het wel of niet dus dan ga je schuiven dus meestal komt er toch wel wat anders uit. (...) Het is vaak wel handig om na te denken over het onderwerp en om inspiratie op te doen maar tijdens het schrijven gebruik ik het niet."

Deelnemer 5.

Deelnemer 4 geeft aan het plan bekeken te hebben maar trekt deze woorden later weer in. Dit sluit ook aan op wat te zien is op de beelden van de deelnemer:

44

"Ik zeg wel dat ik het gebruikt heb maar ik wist de hele tijd dat ik hiermee ging eindigen dus ik denk niet dat ik er nog naar heb gekeken." Deelnemer 4.

C

ATEGORIE

1:

WEINIG UITGEWERKT

Uit het videomateriaal van de deelnemers in categorie 1 bleek dat de deelnemers in deze categorie gemiddeld 11,8 keer keken naar het schrijfplan tijdens de schrijftaak. Hoewel hun plan het minst is uitgewerkt, keken ze vaker naar het plan dan de deelnemers in de categorie gemiddeld uitgewerkt. De deelnemers in deze categorie geven als reden op dat ze wilden controleren of ze het plan nog volgden:

"Ik was toen naar mijn schrijfplan aan het kijken. Daar heb ik tussendoor nog wel een paar keer naar gekeken. (...) Ik dacht, ik moet hier wat bij betrekken. (..) Ik was even aan het kijken of ik niets was vergeten van hoe ik het eerst in mijn hoofd had en hier nu had verwoord." Deelnemer 6.

"Om even te checken of ik alles wat ik in mijn plan had gezet ook wel in mijn tekst had gezet. Dat ik niets vergeten was." Deelnemer 13.

4.5.INTERVIEWS

F

ORMULEREN

Niet alle informatie uit de afgenomen interviews houdt direct verband met de andere data die verzameld zijn voor dit onderzoek. Tijdens de interviews gaven veel van de deelnemers aan voornamelijk na te denken over het formuleren van de tekst tijdens de schrijftaak. Het plannen van de tekst gebeurde bij deze deelnemers dus op een ander moment, namelijk tijdens het schrijven van de outline planning. Dit komt ook naar voren in de volgende citaten van de deelnemers.

"Hier moest ik alleen even nadenken van, hoe ga ik dit verwoorden maar ik had er in de planning al over nagedacht." Deelnemer 9.

"Ik vond het niet lastig om te bedenken want dat had ik eigenlijk bij het maken van het schrijfplan al bedacht. Ik wilde iets doen met dat er tegenwoordig zoveel alternatief eten is. Quinoa en zulke dingen. Ik dacht, daar ga ik een inleiding over schrijven maar ik vond het heel lastig om dan te bedenken hoe ik het op papier ging zetten."

Deelnemer 10.

Zoals duidelijk uit deze twee citaten blijkt, hadden deze deelnemers al nagedacht over de inhoud van het idee tijdens het maken van het plan en hoefden zij tijdens het schrijven dus alleen nog uit te denken hoe ze het idee wilden formuleren in de tekst. Het lijkt er dus op dat deze deelnemers het plan voor de inhoud van de tekst gebruiken, ofwel door het plan daadwerkelijk te bekijken tijdens het schrijven of door het raadplegen van een mentale representatie van het plan. Deelnemer 10 geeft later in het interview expliciet aan dat het plan is bekeken tijdens het schrijven van een bepaalde zin in de laatste alinea van het conceptartikel:

"Ik had op het plan één zin opgeschreven wat ik wilde dat de strekking was van het slot en die heb ik toen gelezen bij het schrijven van het slot en volgens mij niet letterlijk overgenomen maar in andere bewoordingen. (...) Dat leek me een beetje kort door de bocht dus toen dacht ik, dit moet nog even wat uitgebreider worden beschreven daarom heb ik het anders opgeschreven dan hier." Deelnemer 10.

Ook deelnemer 1 geeft expliciet aan na te hebben gedacht over het formuleren:

"Nou ja het is nog niet af zeg maar het is, er zou nog minstens een alinea tussen kunnen zitten. Dus je de meeste tijd gaat echt op gewoon aan welke formulering en welke eh juiste woordkeuze eh syntaxis." Deelnemer 1.

45

5. CONCLUSIE EN DISCUSSIE

Het effect van een outline planning is in het verleden uitgebreid onderzocht. Uit de literatuurbespreking bleek dat de outline planning een positieve invloed kan hebben op de tekstkwaliteit, aangezien het schrijvers in staat stelt om de cognitieve belasting tijdens het schrijven te spreiden. Tijdens het plannen kunnen zij zich richten op het genereren van ideeën en het structureren van de tekst, zodat zij tijdens het schrijven van de daadwerkelijke tekst meer werkgeheugencapaciteit beschikbaar hebben voor het formuleren van ideeën en het reviseren van de tekst (Kellogg, 1988). Hoe schrijvers de outline planning tijdens het schrijven daadwerkelijk gebruiken, is tot op heden niet bekend. In dit onderzoek is daarom geprobeerd in kaart te brengen hoe een outline planning wordt gebruikt bij het schrijven van een tekst. Dertien deelnemers kregen de opdracht een uitgebreide outline planning te schrijven en deze vervolgens te gebruiken voor het schrijven van een conceptartikel. Vervolgens zijn de schrijfplannen geanalyseerd, maar ook de relatie tussen de outline

planning en de tekst van het conceptartikel. Hierbij is ook gekeken naar procesdata die verzameld zijn tijdens

het uitvoeren van de schrijftaak. Tenslotte zijn de schrijvers geïnterviewd om het schrijfproces beter in beeld te krijgen. In dit afsluitende hoofdstuk worden de bevindingen systematisch besproken en bediscussieerd in dezelfde volgorde als de analyse.

5.1.SCHRIJFPLANNEN

Uit de analyse van de schrijfplannen is gebleken dat de deelnemers de plannen meer of minder uitgebreid hebben uitgewerkt. Voor de studie is daarom een indeling gemaakt van de schrijfplannen van de deelnemers, variërend van weinig uitgewerkt tot zeer uitgewerkt. De schrijfplannen in de categorie zeer uitgewerkt bestonden uit het grootste aantal ideeën en woorden. De deelnemers met een schrijfplan in deze categorie noteerden hun ideeën dan ook het meest uitgebreid. De deelnemers met een weinig uitgewerkt schrijfplan noteerden niet alleen het minst aantal ideeën maar schreven deze ideeën ook het kortst op. Zij gebruikten voornamelijk steekwoorden. De deelnemers in de categorie zeer uitgewerkt noteerden hun ideeën juist in korte zinnen.

De term outline planning is aan de start van deze studie gedefinieerd als een uitgebreide schrijfopzet waarin de inhoud en opbouw van een tekst uitgebreid wordt weergegeven (Walvoord et al., 1995). Wanneer deze definitie naast de schrijfplannen van de deelnemers van deze studie worden neergelegd, dan zijn het de schrijfplannen in de categorie zeer uitgewerkt die volledig voldoen aan deze definitie. Alle schrijfplannen in deze categorie verschaffen uitgebreide informatie over de inhoud en de opbouw van de tekst. De schrijfplannen van de andere deelnemers gaven ook informatie over de inhoud en structuur van de tekst, maar deden dit minder uitgebreid. Zo was de inhoud soms alleen weergegeven in steekwoorden en moeilijk te herleiden naar de tekst, ondanks structuurmarkeringen. Hoewel dit voor de deelnemers zelf voldoende kan zijn om een idee te hebben over de tekst die ze gaan schrijven, was het tijdens de analyses lastig om een beeld te vormen van de specifieke ideeën van de deelnemer over de tekst. Het zijn daarom vooral de resultaten binnen de categorie zeer uitgewerkt die inzicht geven in de manier waarop schrijvers een outline planning gebruiken bij het schrijven van een tekst.