• No results found

Bij de verkiezingen van 2010 mag Lula, de joviale ouwe rot die alle rampen lijkt te overleven, volgens de Braziliaanse wet niet meer meedoen. Hij wijst de wat stijve technocrate Dilma Rousseff, zijn stafchef, aan als zijn opvolgster. Terwijl de verkiezingen naderen, beleeft Brazilië zijn ongekende groei van 7,5 procent. Jacques Ribemboim, econoom, universitair docent en ex-topambtenaar onder de centrumrechtse regering Cardoso, verwijt president Lula veel te weinig te hebben gedaan aan het bevorderen van investeringen in zijn land.6

Infrastructuur is een van de sectoren die achterblijven. Het wegenstelsel in bepaalde delen van het land is abominabel, waardoor het een titanenklus is om bijvoorbeeld landbouwpro-ducten in de havens te krijgen. Vliegvelden en trein- en busstations maken ook in de grote steden een groezelige indruk. In 2014 zal blijken dat de Braziliaanse regering de kans heeft laten liggen om in die jaren van groei zijn infrastructuur aan te passen aan de eisen die aan een gastland van grote sportevenementen kunnen worden gesteld. Op het moment dat het WK voetbal begint, is geen enkel vliegveld volledig gemoderniseerd. De stadions zijn ternau-wernood afgekomen.

FOTO: CP DC PRESS

THE S

60

De metrolijn naar de accommodaties van de Olympische Spelen in de westelijke wijk Barra de Tijuca komt in juli 2016 nét op tijd af. De ingebruikname is op 30 juli, een week voordat de Spelen beginnen.7

Een andere sector waarin hoognodige investeringen zijn uitgebleven is het onderwijs. Brazilië maakt ondanks zijn enorme omvang geen deel uit van de wereldtop in wetenschappelijk onderwijs en onderzoek, aldus Ribemboim.

Rentelast

Een van de factoren die investeringen ontmoedigen is de spreekwoordelijk hoge rentelast in het land (zie tabel 4.1). Bedrijven worden aldus ontmoedigd om leningen af te sluiten.

Het percentage van het bruto binnenlands product dat aan investeringen wordt besteed, schommelt in Brazilië rond de 20 procent. In een land als China is dat meer dan 40 procent.8 Het succes van Brazilië is in 2010 grotendeels gebaseerd op consumentenuitgaven. Lonen worden verhoogd en belasting op consumentengoederen worden verlaagd. De burger wordt gestimuleerd zijn creditcard te trekken – de meest basale producten in de winkels kunnen in termijnen worden betaald – en steekt zich in de schulden. Volgens econoom Ribemboim heeft president Lula met dit beleid mede de grondslag gelegd voor de huidige diepe crisis waarin Brazilië verkeert (zie noot 6).

Tabel 4.1 Rentelast, in procenten.

Land

Argentinië 24,50

Brazilië 13,00

Rusland 10,00

Turkije 8,00

Zuid-Afrika 7,00

Mexico 6,25

India 6,25

Indonesië 4,75

China 4,35

Verenigde Staten 0,63

Verenigd Koninkrijk 0,25

Eurozone 0,00

Bron: Central Bank Rates (cbrates.com, per 11 januari 2017).

61

Rousseff’s eerste termijn

Dilma Rousseff wordt eind 2010 gekozen door 55 miljoen Brazilianen, drie miljoen minder dan waarmee haar populaire voorganger in 2006 de overwinning in de wacht sleepte. Lula’s beleid wordt bij zijn afscheid door een kleine 90 procent van de stemgerechtigden als goed tot zeer goed bestempeld. Politieke analisten verklaren Rousseff’s succes dan ook uit het feit dat ze zijn opvolgster is en heeft aangegeven zijn beleid te willen voortzetten. Het programma ‘Bolsa Família’ is voor veel linkse stemmers de doorslaggevende factor om op de Arbeiderspartij van Lula en Rousseff te blijven stemmen.9

Inflatie

De eerste jaren van Dilma Rousseff’s eerste termijn (2010-2014) zijn relatief rustig. De economie groeit nog, zij het dat ze afvlakt in sterkte: 3,9 procent in 2011 en 1,8 procent in 2012. Een van de zaken waarmee ze zich duidelijk onderscheidt van haar voorgangers is haar intolerantie jegens corruptie. In de eerste helft van 2011 alleen al moeten zes ministers het veld ruimen. Wanneer in 2014 het corruptieschandaal Wasstraat in alle hevigheid is losge-barsten, is ze een van de weinige bekende politici die de dans nog ontspringt (zie meer over Wasstraat in paragraaf 4.4). Een ander punt waarmee ze zich onderscheidt van Lula is een veel ingetogener buitenlands beleid. Brazilië profileert zich niet meer als wereldmacht en mist ook de kans om zichzelf als gastland van de Olympische Spelen in de kijker te zetten, betogen Lezema et al.10

Grote demonstraties in juli 2013

In 2013 is er weer een opleving tot 2,7 procent groei van het bruto binnenlands product, maar dan slaat in juni, net voor de Confederations Cup (15-30 juni) die in Brazilië zal worden gehouden in de aanloop van het WK voetbal, de vlam in de pan. In het hele land gaan

FOTO: CP DC PRESS

THE S

62

miljoenen mensen woedend de straat op.11 De onvrede richt zich tegen de exorbitante kosten van de grote sportevenementen en het gebrek aan goed onderwijs en goede zorg voor de niet-rijken, overduidelijk de grote meerderheid van de bevolking. Voor het eerst klinkt de slogan: ‘Não vai ter Copa!’ (‘Er komt geen WK’). Deze onvrede zal zich herhalen in de aanloop naar de Olympische Spelen, maar de demonstraties trekken dan niet meer zulke hoeveel-heden mensen als in 2013. De reactie van presidente Dilma Rousseff, voormalig guerrilla- leidster en gemarteld door de militaire dictatuur (1964-1985), is in 2013 evenwichtig. Mensen hebben het recht om te demonstreren, is haar redenering, en we moeten kijken hoe we iets aan hun grieven kunnen doen.

Het Amerikaanse onderzoeksbureau PewResearchCenter deed in april 2014 onderzoek naar de zaken waarover de Brazilianen zich zorgen maken. Stijgende prijzen, misdaad, de staat van de gezondheidszorg en corrupte politici baren de bevolking volgens PewResearchCenter (2014) de meeste zorgen (zie figuur 4.2).

Figuur 4.2 Zaken waar Brazilianen zich zorgen over maken, in procenten van de bevolking.

Stijgende prijzen

Voor de demonstraties in juli 2013 was 55 procent van de meerderjarige bevolking

ontevreden. Ten tijde van het onderzoek is dat opgelopen tot 72 procent. 61 procent van de mensen heeft negatieve verwachtingen over de impact van het WK voetbal, omdat zij denken dat dit ten koste zal gaan van zaken als onderwijs en gezondheidszorg.12 Uit het onderzoek blijkt ook dat de bevolking president Lula aanzienlijk hoger acht dan presidente Rousseff. Zijn populariteitscijfer is aan het eind van zijn termijn 84 procent, dat van Rousseff is ten tijde van het onderzoek 48 procent.

Uitgejouwd

In die eerste helft van 2014 duikt de Braziliaanse economie opnieuw in de min. Het WK staat voor de deur. Duizenden mensen gaan de straat op om te protesteren tegen het

geldver-63

slindende sportevenement, maar hun aantallen halen die van de protesten van 2013 niet. Bij de openingswedstrijd in São Paulo op 12 juni wordt presidente Dilma Rousseff samen met FIFA-voorzitter Sepp Blatter uitgejouwd. De onvrede komt niet alleen van de tegenstanders van de organisatie van het WK: volgens de rechtse oppositie heeft Rousseff’s economische beleid gefaald en is een drastische wijziging geboden. De fluitconcerten in São Paulo komen ook uit de vip-loges.13

De tegenvallende economische resultaten in 2014 worden door analisten geweten aan een falend beleid. De regering heeft de inflatie te hoog laten oplopen. Consumenten kopen minder omdat door de inflatie alles duurder is geworden. Het investeringsklimaat is door de hoge rentestand niet goed. En de overheidsuitgaven moeten omlaag.14

Het WK juni-juli 2014

Maar het WK voetbal, waarvoor zo velen hun hart vasthielden omdat de planning voor de bouw van de stadions en andere infrastructurele werken zo slecht was geweest, verloopt opvallend zonder problemen. Grote demonstraties van de Braziliaanse bevolking zoals in 2013 blijven uit, de sfeer is gezellig, er vallen geen vreselijke ongelukken van supporters of spelers te betreuren. Er zijn incidenten, zoals de Belgische supporters die de wedstrijd van hun team missen omdat hun vliegtuig vanwege mist niet kan opstijgen. Maar het heeft geen negatieve invloed op het toernooi als geheel. Brazilië verliest met 7-1 van Duitsland in de halve finale. Die blamage lijkt een voorbode van wat het land verder te wachten staat.

Na een maand in een voetbalroes te hebben geleefd, moeten de mensen terug naar de dagelijkse realiteit waarin nog steeds het leven te duur is, de scholen slecht en de kwaliteit van de gezondheidszorg beklagenswaardig. Mét ook nog nieuwe presidentsverkiezingen voor de deur en een president die onderhevig is aan steeds sterkere kritiek. Brazilië mag al lang blij zijn als het 2014 kan afsluiten met een bruto nationaal product in de plus. Dat lukt nét:

0,1 procent groei.15

FOTO: CP DC PRESS

THE S

64