• No results found

4. Hulpverleners, de markt voor rust en zorg

4.1 Particuliere praktijken

De tweede helft van de negentiende eeuw zag een grote toename van artsen die zelf kleine privépraktijken stichtten. Deze praktijken speelden in op de markt voor zorg buiten de hectische gestichten, voor degenen die wel klachten hadden maar nog lang geen

gestichtopname vereisten. De praktijken richtten zich vooral op meer vermogende patiënten, al hadden velen ook spreekuren voor de armere lijder. In deze praktijken kregen de artsen meer ruimte om daadwerkelijk te behandelen aangezien de werkdruk veel minder was dan in de overvolle gestichten. De patiënten hadden wellicht problemen maar waren nog wel aanspreekbaar en ‘te genezen’, in tegenstelling tot de lijders van diverse onbehandelbare aandoeningen die in het gesticht belandden. Hiermee namen dus de artsen zelf ook in zekere mate afstand van het gesticht.115

De methode die in de meeste van deze klinieken werd gehanteerd was de

psychotherapie. In deze behandeling lag de nadruk op het versterken van de geest en het creëren van een band tussen arts en patiënt. De aanhang van deze methode groeide aan het eind van de negentiende eeuw zeer snel en vanaf 1890 zijn zenuwartsen die een eigen

privépraktijk oprichten zelfs de snelst groeiende groep binnen specialisme.116 De bekende arts J.N. Ramaer begon na zijn vertrek als geneesheer bij het gesticht in Zutphen in 1869 ook voor zichzelf. De eerste advertentie voor zijn praktijk heb ik teruggevonden in het Algemeen Handelsblad en De Amsterdammer in 1883.117

In het KB archief zijn ook enkele andere advertenties voor artsenpraktijken te vinden die zich richten op psychotherapie. Veel artsen kozen ervoor dit vanuit huis te doen, wat te

114 Rotterdamsche Courant, 05-04-1853. Leydse Courant, 28-03-1853. 115 Oosterhuis en Gijswijt-Hofstra, Verward van geest, 163-169. 116

Slijkhuis en Oosterhuis, Verziekte zenuwen en zeden, 182.

48

zien is aan verhuisbericht waarbij hun praktijken meeverhuizen.118 Dit strookt met de literatuur. Het is bekend dat veel artsen hun behandeling in een praktijk ‘erbij’ deden, naast hun baan bij een grotere instelling.119 Een advertentie laat zien dat artsen niet enkel op zoek naar patiënten maar ook via de krant naar samenwerkingsverbanden zochten:

Artsen en Doctoren, Ben alleszins geroutineerd Psychotherapeut, grondig bekend met alle toepassingen der psycho-therapie, wenscht in onderhandeling te trein met een bekwaam (niet te oud) Medicus, voor de oprichting van een naar de eischen des tijds Ingerichte Psycho-therapeutische Kliniek. Succes verzekerd.120

De advertenties voor psychotherapiepraktijken delen veelal dezelfde eenvoud die in het onderstaande bericht te zien is:

GEVESTIGD TE HILVERSUM, Dr. 6. W. S. Lingbeek, ARTS, Consulteerend Geneesheer. Spreekuren: aan de Psycho-physiatrische inrichting, 's Gravelandsche weg, v.m. 10—12, en verder ten zijnen huize, villa Pretoria, Vaartweg 33. Voor opname van patienten zich te adresseeren aan Mevr. Wed. JANSSONIUS, 's Gravelandsche weg.121

De bovenstaande advertentie van deze praktijk is nog vrij uitgebreid vergeleken met de anderen die ik heb aangetroffen in het KB archief. Allen zijn zeer beknopt en vertellen weinig meer dan de naam van de arts, adres en openingstijden. Artsen die de psychotherapie

beoefenden voelden blijkbaar weinig behoefte patiënten te lokken met beloftes van hulp en genezing.

Het is geen verrassing dat de thuispraktijken nog niet heel actief zijn op de

advertentiemarkt. Volgens de literatuur breekt de gouden eeuw van de thuispraktijk pas aan met de ontwikkeling van de psychoanalyse, de methode van Sigmund Freud. Deze zou pas in de twintigste eeuw in Nederland zijn intrede doen en een grote groei van privépraktijken op gang brengen.122 De advertenties, of het gebrek daaraan, lijken dit te beamen.

Van artsen die andere methodes hanteerden zijn advertenties te vinden die gelukkig iets meer uitweiden over hun behandelmethode:

118

Rotterdamsche Courant, 07-05-1894.

119 Slijkhuis en Oosterhuis, Verziekte zenuwen en zeden,182-183. 120 Nieuws van den Dag, 09-11-1899.

121

De Gooi- en Eemlander, 11-06-1898.

49

PHYSIATRIE. J.J.BREEMER, Chirurgijn, behandelt verouderde en slepende Ziekten, volgens een nieuw systeem, waardoor ZONDER GEBRUIK VAN EENIG

INWENDIG GENEESMIDDEL, alleen door aanwending eener eenvoudige, uitwendige Geneeswijze, (Physiatrie, Natuurgeneeswijze) spoedige en blijvende uitkomsten verkregen worden. Spreekuren van 12—2 uren, Maandag, Woensdag en Vrijdag, Sarphati straat 57, alwaar nadere inlichtingen ook omtrent voorwaarden gegeven worden.123

Hieruit kunnen we in ieder geval opmaken dat deze arts geen medicijnen gebruikte maar wat precies wel zijn methode is blijft helaas onduidelijk. Andere advertenties van deze strekking zijn vaak onduidelijk in wat voor zorg ze precies verlenen. Ik heb diverse berichten gevonden waarin wordt genoemd dat de arts verbonden is aan een gesticht maar men adverteert met hulp voor kanker, verzakte baarmoeders en andere fysieke aandoeningen.124

Gesteld kan worden dat artsen nog niet heel actief waren op de advertentiemarkt. Hun aanwezigheid is echter nog vrij groot vergeleken met mensen zonder medische achtergrond. In het onderzoek ben ik geen advertenties tegengekomen van particulieren die onderdak of zorg boden voor hulpbehoevenden. De verklaring hiervoor is dat zij wellicht enkel reageerden op hulpzoekenden die een advertentie plaatsten. Ze zijn daarmee te classificeren tot een passieve partij op de advertentiemarkt. Het is ook mogelijk dat de taal die zij gebruikten in hun advertenties dermate verschilde van die van artsen dat ze bij het zoeken simpelweg zijn overgeslagen. Vanwege de aard van dit onderzoek moet hier altijd rekening mee gehouden worden.