• No results found

3. De voorwaardelijke invrijheidstelling in Engeland & Wales

3.5 Parole Board

De Parole Board is in zijn 50-jarig bestaan onherkenbaar veranderd. Het begon als een kleinschalig adviesorgaan om de Home Secretary te adviseren over de vrijlating van gedetineerden. Thans is het een gerechtelijke instantie die beslist over de invrijheidstelling van gedetineerden. Aan deze beslissingen is het uitvoerend orgaan, de Secretary of State, gebonden.127

125 Wasik, Criminal Law Review 2015, p. 3. 126 PSO 6000, par. 14.6.1.

35 De Parole Board bestaat momenteel uit 246 leden.128 Individuele beslissingen worden

genomen door een commissie bestaande uit een voorzitter en ten minste vier leden, zijnde een jurist, een psychiater, een reclasseringsmedewerker en een criminoloog.129

Naast de voorwaardelijke invrijheidstellingen onder artikel 244A en 246A CJA 2003, beslist de Parole Board ook over de vervroegde invrijheidstelling van gedetineerden veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf en over veroordeelden wiens invrijheidstelling is

herroepen.130

Wanneer de voorwaardelijke invrijheidstelling van een veroordeelde door de Secretary of

State wordt herroepen131, wordt de zaak doorverwezen naar de Parole Board. De Parole Board moet vervolgens beslissen of de veroordeelde wederom in vrijheid kan worden gesteld. Geeft de Parole Board geen toestemming dan wordt er een jaar later nog eens naar de zaak gekeken, tenzij de veroordeelde zijn volledige straf bij die tijd heeft uitgezeten en derhalve

onvoorwaardelijk in vrijheid is gesteld. Het criterium die de Parole Board hanteert bij

herroepingen is of het voor de bescherming van de maatschappelijke veiligheid noodzakelijk is dat de veroordeelde in detentie zit.132

3.6 Het slachtoffer

De wet kent geen verplichting toe aan de Secretary of State om rekening te houden met de belangen van het slachtoffer bij de voorwaardelijke invrijheidstelling. Bij de oplegging van reguliere gevangenisstraffen is de invrijheidstelling immers automatisch en vindt er derhalve geen belangenafweging plaats. De belangen van het slachtoffer worden wel meegewogen bij het opleggen van slachtoffergerichte bijzondere voorwaarden.133

128 Parole Board, Our members. 21 mei 2018. www.gov.uk/government/organisations/parole-board

(geraadpleegd op 9-11-2018).

129 Artikel 2 Schedule 19 CJA 2003.

130 Padfield, Criminal Law Review 2006, p. 2. De levenslange gevangenisstraf wordt hier verder buiten

beschouwing gelaten.

131 De bevoegdheid is te vinden in artikel 254 en 255 CJA 2003. 132 Roberts, Criminal Law Review 2018, p. 2.

133 Ten behoeve van het slachtoffer kan er bijvoorbeeld een contactverbod of een locatieverbod worden

36 In de procedure voor de Parole Board is het slachtoffer geen wettelijke procespartij134, zijn belangen worden derhalve niet meegewogen bij het bepalen of de gedetineerde

voorwaardelijk in vrijheid kan worden gesteld.135

De Parole Board is echter wel, net zoals vele andere Britse overheidsinstanties, gebonden aan de Code of Practice for Victims of Crime. Deze Code, opgesteld ter implementatie van de Richtlijn Minimumnormen slachtoffers136, beschrijft de rechten van het slachtoffer gedurende het gehele strafproces.

De Code definieert het slachtoffer als volgt: “een natuurlijke persoon die als rechtstreeks gevolg van een strafbaar feit schade, met inbegrip van lichamelijke, geestelijke of emotionele schade of economisch nadeel, heeft geleden.”137

Onder het slachtofferbegrip vallen tevens de naasten van een persoon wiens overlijden het directe gevolg is van het strafbare feit.138

Slachtoffers van een seksueel of geweldsmisdrijf waarvan de dader is veroordeeld tot een gevangenisstraf van twaalf maanden of meer komen in aanmerking voor de Probation Service Victim Contact Scheme. Deze organisatie informeert slachtoffers over veranderingen in de detentieperiode van de veroordeelde.139 Wordt de veroordeelde voorwaardelijk in vrijheid gesteld, dan wordt het slachtoffer hierover geïnformeerd en kan hij voorstellen doen tot het opstellen van slachtoffergerichte voorwaarden gedurende de invrijheidstelling van de veroordeelde.140

Beslist de Parole Board over de voorwaardelijke invrijheidstelling van de gedetineerde, dan wordt het slachtoffer hier ook over geïnformeerd. Het slachtoffer kan een

slachtofferverklaring (Victim Personal Statement) opstellen voor de behandeling van de zaak. De Parole Board is verplicht hiervan kennis te nemen wanneer zij beslissen over de

134 Artikel 2 Parole Board Rules 2016. 135 PI 48/2014, par. 24.1.5.

136 Richtlijn 2012/29.

137 Code of Practice for Victims of Crime, Introduction, par. 4, p.1 en Richtlijn 2012/29, art. 2 lid 1 sub a, onder

i.

138 Code of Practice for Victims of Crime, Introduction, par. 4, p. 1. Onder ‘naasten’ vallen onder meer de

echtgeno(o)t(e), partner, familieleden in directe lijn, broers en zussen en personen die afhankelijk waren van de overleden persoon.

139 Code of Practice for Victims of Crime, Chapter 2, Part A, Section 6, par. 6.7. 140 Code of Practice for Victims of Crime, Chapter 2, Part A, Section 6, par. 6.9.

37 invrijheidstelling.141 Vindt er een hoorzitting plaats, dan is de Parole Board verplicht het slachtoffer toe te laten tot deze hoorzitting om zijn slachtofferverklaring voor te lezen.142 Het slachtoffer mag zich in zijn slachtofferverklaring niet uitlaten over de vraag of de

gedetineerde moet worden vrijgelaten.143 Doet hij dit wel, dan is de Parole Board verplicht dit te negeren.144

Het slachtoffer mag wel voorstellen doen voor de slachtoffergerichte bijzondere voorwaarden. Wijst de Parole Board deze voorstellen af, dan moet de Parole Board dat uitgebreid

motiveren.145

3.6.1 Conclusie

Net als in België is de betrokkenheid van het slachtoffer bij het v.i.-proces beperkt. Het slachtoffer heeft slechts een informatierecht en het spreekrecht. Dit wettelijke recht bestaat echter pas wanneer het slachtoffer in aanmerking komt voor de Probation Service Victim Contact Scheme146.

De belangen van het slachtoffer worden pas bij het proces van de voorwaardelijke invrijheidstelling betrokken wanneer er bijzondere voorwaarden worden opgelegd. De belangen van het slachtoffer spelen dus geen rol bij de beslissing of de gedetineerde voorwaardelijk in vrijheid wordt gesteld.

141 Code of Practice for Victims of Crime, Chapter 2, Part B, Section 6, par. 6.21.

142 Code of Practice for Victims of Crime, Chapter 2, Part A, Section 6, par. 6.26 en The Parole Board for

England and Wales 2017, par. 1.2.

143 Code of Practice for Victims of Crime, Chapter 2, Part A, Section 6, par. 6.29. 144 PI 48/2014, par. 25.3.4.

145 Code of Practice for Victims of Crime, Chapter 2, Part B, Section 6, par. 6.21.

146 Het slachtoffer komt hiervoor in aanmerking wanneer zij slachtoffers zijn van een seksueel of

38

4.

De toekomstige regelgeving