• No results found

Overzicht journaalvolgnummers

2020-2025

Journaalvolgnummers: 14568 Stad en OCMW Landen (0207.521.206)

Stationsstraat 29, 3400 Landen

Algemeen directeur wnd.: Kitty Bottu Financieel directeur: Sven Dekoning

Soort Code Hoogste journaalvolgnummer

1 14568

MEERJARENPLAN HERZIENING BEGINKREDIET 2020 : Overzicht journaalvolgnummers 2020-2025

Stad en OCMW Landen (0207.521.206) 1 / 1

Verwijzing naar de plaats waar de documentatie beschikbaar is Toelichting bij de aanpassing van het meerjarenplan

Referentie dossier: MJP_HERZIENING_1_BEGINKREDIET_2021 Journaalvolgnummers: 14568

OCMW Landen (0212.190.963) Stad Landen (0207.521.2016) Algemeen directeur wnd.: Kitty Bottu Stationsstraat 29 A Stationsstraat 29 Financieel directeur: Sven Dekoning

3400 Landen 3400 Landen

De documentatie bij het meerjarenplan is terug te vinden als bijlage in het dossier en wordt gepubliceerd op de website www.landen.be

Motivering van de wijzigingen Bij de aanpassing van het meerjarenplan Referentie dossier: MJP_HERZIENING_1_BEGINKREDIET_2021

Journaalvolgnummers: 14568

OCMW Landen (0212.190.963) Stad Landen (0207.521.2016) Algemeen directeur wnd.: Kitty Bottu Stationsstraat 29 A Stationsstraat 29 Financieel directeur: Sven Dekoning

3400 Landen 3400 Landen

4. Motivering van de wijzigingen:

➢ Inhoudelijke wijzigingen

Voor de corona gerelateerde uitgaven werd er een nieuwe actie aangemaakt. Het opvangen van crisissen behoort volgens ons tot de basistaken van een lokaal bestuur. Dit behoort echter niet tot het recurrent beleid.

Vandaar dat er onder de beleidsdoelstelling ‘07. Het lokale bestuur voert de basistakken en wettelijke

opdrachten op een efficiënte wijze uit’ een nieuw actieplan met enkele nieuwe acties werden toegevoegd aan het meerjarenplan:

- AP 07.02 Het lokaal bestuur neemt maatregelen om de gevolgen van COVID-19 op te vangen o AC 07.02.01 Er wordt een herstelplan opgesteld met maatregelen ter bescherming en

ondersteuning van de Landense bevolking, verenigingen en handelaars n.a.v. de gevolgen van COVID-19

o AC 07.02.02 De subsidies die door de hogere overheden worden toegekend in het kader van de COVID-19 crisis worden zo efficiënt mogelijk gebruikt

Sommige subsidies die we van een hogere overheid krijgen zijn subsidies ter ondersteuning van de werking.

Hier staan dus niet rechtstreekse uitgaven tegenover, maar dienen om extra werkingsmiddelen en

personeelskosten te dekken. Voor de veiligheid werden er op AC 07.02.02 wel evenveel kredieten voorzien aan uitgavenzijde als aan ontvangstenzijde. Op die manier beschikken we zeker over voldoende kredieten om de subsidie te verantwoorden.

➢ Financiële wijzigingen

✓ De cijfers die we doorkregen van een hogere overheid of van een andere instantie werden overgenomen zoals doorgegeven. Zo kregen we een aangepaste raming voor de aanvullende personenbelasting, de opcentiemen onroerende voorheffing, het gemeentefonds, de responsabiliseringsbijdrage, subsidies open ruimte en de budgetten van Ecowerf.

✓ Een aantal investeringsprojecten waren voorzien in 2019 maar zijn nog niet (volledig) uitgevoerd. De nodige kredieten voor de afhandeling van deze projecten worden bij deze aanpassing van het meerjarenplan ingeschreven. De overschotten op het budget 2019 zorgen voor een beter resultaat van de jaarrekening 2019 en aldus voor een beter startresultaat voor de MJP 2020-2025. Deze wijzigingen hebben dus geen effect op het resultaat van de AMJP 2020-2025 (AMJP = aanpassing meerjarenplan).

✓ Voor de projecten die reeds voorzien waren in het oorspronkelijk MJP werd indien nodig de timing aangepast omdat de voorziene timing niet meer haalbaar is.

✓ Een aantal kredieten waren op een verkeerde actie, verkeerde ARK (Algemene rekening) of verkeerde dienst voorzien. Deze kredieten worden bij deze AMJP verschoven naar de correcte budgetsleutel.

✓ Sommige kredieten werden bijgesteld op basis van de rekeningcijfers 2019 en/of de huidige stand van de kredieten 2020.

✓ De COVID-crisis heeft een aantal onvoorziene uitgaven met zich mee gebracht. Ook heeft het bestuur een herstelplan opgesteld om de gevolgen van deze crisis op te vangen. De nodige kredieten hiervoor worden voorzien.

✓ Er is een uitspraak over de te betalen boete in de zaak ronde het nieuw kinderdagverblijf. Het effectief te betalen bedrag werd voorzien in 2020. We voorzien dat we de helft van dit bedrag zullen recupereren van de architect in 2023. Dit is in de veronderstelling dat we niet tot een akkoord komen met de architect en deze terugvordering via een procedure moeten bekomen. Indien we wel tot een minnelijk akkoord komen met de architect, waar we wel van uit gaan, zullen we de terugvordering vroeger ontvangen.

✓ De financiële gevolgen van het sectoraal akkoord worden voorzien. Concreet gaat het om de verhoging van de maaltijdcheques met ingang van 01/07/2020 naar 8 euro; éénmalig ecocheques ter waarde van 150 EUR voor de koopkrachtverhoging voor de periode van 01/01/2020 tot 30/06/2020 op te vangen; een verhoging van de 2de pensioenpijler in 2020 naar 2,5% (de verhoging naar 3% vanaf 2021 was al voorzien in de

oorspronkelijke MJP); de VIA-subsidie die we zullen ontvangen voor het tewerkgesteld VIA-personeel n.a.v.

het sectoraal akkoord.

✓ De verdere invulling van de plaatsen in het nieuwe kinderdagverblijf wordt voorzien vanaf midden 2022. Er zijn 2 nieuwe initiatieven voor kinderopvang in Landen en we willen niet in concurrentie treden met deze initiatieven. Daarom zal de evaluatie gemaakt worden na het opstarten van deze initiatieven in welke mate er nood is aan bijkomende opvangplaatsen.

✓ In het oorspronkelijk MJP waren er kredieten voorzien voor nieuwe infrastructuur voor de buitenschoolse kinderopvang (BKO). Op dat moment waren er nog geen concrete plannen en was het de bedoeling dat er gezocht werd naar een geschikte locatie. Ondertussen heeft er zich een opportuniteit voorgedaan. Het oude vredegerecht wordt immers te koop aangeboden en het bestuur ziet hier een mogelijke locatie in voor de BKO. De voorziene kredieten in het oorspronkelijke MJP waren te laag en waren ook pas in 2022 en 2024 voorzien. Bij de AMJP worden de kredieten verhoogd voor het project in het Vredegerecht en worden de kredieten vooruitgeschoven naar 2021 en 2022.

✓ Voor de mogelijke 2 bijkomende opvanginitiatieven, waarvan sprake in het vorige punt, worden de nodige subsidies voorzien overeenkomstig ons subsidiereglement.

✓ Om tussen te komen in de extra uitgaven voor het zwemmen (busvervoer) in Plopsaqua en de

maximumfactuur van de scholen binnen de perken te houden, wordt er een abonnement voorzien voor alle Landense kinderen tussen 6 en 12 jaar. Op die manier valt de kost van de zwembeurten weg voor de scholen en kunnen ze dit geld gebruiken voor het organiseren van het busvervoer. Bovendien kunnen de Landense kinderen dit abonnement ook buiten het schoolzwemmen gebruiken.

✓ Indien het brasseriegedeelte van de Villa gebruikt wordt voor andere activiteiten dan een brasserie komt de bestaande ruling te vervallen en moet de afgetrokken BTW worden terugbetaald aan de

BTW-administratie. Door een grote vraag om de locatie te gebruiken door verenigingen en particulieren is het idee gerezen om deze optie te overwegen. De nodige kredieten werden daarom voorzien voor de BTW-regularisatie van de BTW-aftrek bij de renovatie van de Villa.

✓ Fluvius gaat de volgende jaren werk maken van de vervanging van de openbare verlichting door

Ledlampen. Hierdoor zal er een besparing zijn op het verbruik; enerzijds doordat ledlampen zuiniger zijn dan de huidige armaturen, maar anderzijds ook doordat de ledverlichting deels kan gedimd worden tijdens de nacht. De investering van gebeurt met de middelen uit het energiefonds van Fluvius. De besparing werd in deze AMJP voorzien volgens de gefaseerde plaatsing van de ledverlichting:

o 1ste fase: Plaatsing 2021 => besparing 15.000 EUR vanaf 2022

o 2de fase: plaatsing 2022 => extra besparing van 15.000 EUR vanaf 2023 o 3de fase: plaatsing 2023 => extra besparing van 15.000 EUR vanaf 2024 o 4de fase: plaatsing 2024 => extra besparing van 15.000 EUR vanaf 2025

✓ De terugbetaling van een obligatie aan de erfgenamen van een overleden Begunstigde-bewoner wordt voorzien. Voor deze terugbetaling wordt een deel van het geld gebruikt dat voorzien was om bijkomend te storten in het obligatiefonds. Hierdoor zal het obligatiefonds op het einde van 2020 lager zijn, maar ook de nog openstaande schuld voor de obligatieleningen zal lager liggen.