• No results found

Een mondiaal en systemisch probleem

In document Balans van de Leefomgeving 2020 (pagina 39-42)

3 Landbouw, voedsel en natuur

3.2 Een mondiaal en systemisch probleem

Landbouw, voedsel en natuur zijn van oudsher sterk met elkaar verbonden. Landbouw en natuur gebruiken in 2015 samen ruim 80 procent van het Nederlandse landoppervlak: 60 procent voor de landbouw en 20 procent voor natuur. Maar de ambities voor landbouw en natuur schuren. Voor een duurzaam natuurherstel is het gewenst dat de druk van de landbouw op het milieu sterk vermindert. Door de lage voedselprijzen kan de primaire sector de hiervoor benodigde investeringen echter moeilijk financieren, en bovendien verzwakken die investeringen de sterke exportpositie van de Nederlandse landbouw. In de Balans van de Leefomgeving van 2018 constateerden we dat er een transformatie nodig is van het landbouw- en voedselsysteem, niet alleen wat betreft de productie, maar ook de consumptie van voedsel (PBL 2018b). In deze Balans proberen we te duiden waar de Nederlandse samenleving staat als het gaat om deze transformatie. Daarbij beschouwen we de landbouwproductie, de voedselketen en de natuur als één samenhangend, complex en grensoverschrijdend systeem; een systeem waarbinnen een structurele verandering nodig is om de risico’s van biodiversiteitsverlies en klimaatopwarming beheersbaar te maken, en tegelijkertijd een vitale landbouwsector te behouden. De opgave die we daarbij centraal stellen, is hoe Nederland een gezond, betaalbaar en zeker voedselaanbod kan behouden, binnen de grenzen van het ecosysteem en met een redelijk inkomen voor boeren en voldoende zorg en aandacht voor natuur en landschap.

Dit is uiteraard niet alleen een nationaal vraagstuk; het huidige Nederlandse landbouw- en voedselsysteem is sterk verweven met de wereldmarkt. Bovendien is zowel voor de nationale als de internationale opgave de steun van burgers en bedrijven belangrijk, om ervoor te zorgen dat de milieudruk en voetafdruk van het Nederlandse voedsel- en land- bouwsysteem op het nationale en mondiale ecosysteem verminderen.

Het landbouw-, voedsel- en natuursysteem

De drijvende kracht achter de huidige Nederlandse landbouw is de mondiaal opererende voedselketen. Ongeveer driekwart van de Nederlandse landbouwproductie wordt geëxporteerd, terwijl driekwart van de landbouwgrond voor de Nederlandse consumptie in het buitenland ligt (figuur 3.1). De gevolgen van de coronacrisis maken de toenemende lokale, nationale en

mondiale verwevenheid zichtbaar van het landbouw-, voedsel- en natuursysteem, en daarmee het risico van pandemische zoönosen voor de gezondheid en economie. De economische gevolgen van Covid-19 zijn nu al ongekend groot, maar voor het Nederlandse landbouw- en voedselsysteem nog onzeker. Pandemische infectieziekten kunnen echter zeer grote gevolgen hebben. Zo werden er als gevolg van de Afrikaanse varkenspest in 2019 alleen al in China 140 miljoen varkens geruimd (20 procent van de mondiale varkensstapel, South China Morning Post 2019). Dat leidde in datzelfde jaar tot de hoogste inkomens in de geschiedenis van de Nederlandse varkenshouderij (WEcR 2019). Daarnaast zijn er de risico’s van klimaatverandering. Zo werden de akkerbouw en melkveehouderij in 2018, 2019 en 2020 geconfronteerd met extreme droogte en hoge temperaturen, en daardoor soms juist relatief lage inkomens, vooral op de zandgronden (Boerderij Nieuws 2018).

Sinds de naoorlogse periode ligt de focus in de agrarische sector op kostenverlaging en productieverhoging door inzet van kennis en technologie. Samen met de hoge grondprij- zen en hoge lonen heeft dit tot schaalvergroting en intensivering van de sector geleid, met een grote afankelijkheid van externe inputs (kunstmest, veevoer). Dit heeft negatieve gevolgen voor het milieu, het landschap en de natuur in Nederland. Om die negatieve effecten te verminderen, is er een complex van nationale en Europese regels op het gebied van milieu en natuur. Maar de beoogde verbetering van de milieukwaliteit en biodiversiteit in Nederland stagneert. De stikstof- en fosfaatbelasting van veel natuurgebieden en watersystemen is nog te hoog voor duurzaam ecologisch herstel, en de agrobiodiversiteit, die de landbouwproductie zou kunnen ondersteunen, neemt af. Zowel nationale als internationale doelstellingen voor natuur en biodiversiteit zijn buiten bereik (Sanders et al. 2019). Het Intergouvernementeel Platform voor Biodiversiteit en Ecosysteemdiensten rapporteerde in 2019 een ongekend hoge en steeds snellere achteruitgang van de biodiversi- teit wereldwijd. Deze achteruitgang heeft grote risico’s voor het menselijk welzijn, omdat vitale ecosysteemdiensten – zoals bestuiving, natuurlijke plaagbestrijding en natuurlijke zuivering van water en lucht – worden aangetast (IPBES 2019). Tegelijkertijd neemt mondiaal de vraag naar voedsel – en met name naar dierlijke eiwitten – toe, en daarmee waarschijnlijk de vraag naar Nederlandse landbouwproducten. De hoge en stijgende grondprijzen als gevolg van de concurrerende claims op (schaarse) grond, maken het voor veel boeren met het huidige verdienmodel moeilijk om hun productie verdergaand te verduurzamen door extensivering en meer grondgebondenheid (Maij et al. 2019).

Figuur 3.1

Landgebruik voor voedsel – Voetafdruk van Nederland Landgebruik voor voedsel – Voetafdruk van Nederland

Landbouwgrond in Nederland voor voedselconsumptie in Nederland Dierlijke producten Plantaardige producten Landbouwgrond buiten Nederland voor voedselconsumptie in Nederland Landbouwgrond in Nederland voor voedselconsumptie in buitenland Landbouwgrond buiten Nederland voor voedselconsumptie in buitenland (import veevoer)

0,8 miljoen hectare 2,5 miljoen hectare

0,9 miljoen hectare 1 miljoen hectare Voedsel- keuzes ‘Wat en hoe ga ik eten?’ ‘Wat en hoe ga ik produceren?’ Landbouw- keuzes pbl.nl Bron: PBL

Het landgebruik voor voedsel en de gebruikte landbouwproductiemethoden bepalen in belangrijke mate het biodiversiteits- verlies. Voor de Nederlandse voedselconsumptie wordt wereldwijd 3,3 miljoen hectare landbouwgrond gebruikt, waarvan 0,8 miljoen hectare in Nederland. Nederlandse boeren gebruiken wereldwijd 3,4 miljoen hectare grond voor de productie van voedsel, waarvan 1,7 miljoen in Nederland en 1,7 miljoen in het buitenland voor de import van veevoer. Meer mondiale biodiversiteit vraagt wereldwijd een ander eetpatroon, met minder dierlijke producten. Herstel van bio diversiteit in Nederland is gemakkelijker te organiseren via de 0,8 miljoen hectares die Nederlandse boeren in Nederland bewerken voor de binnenlandse voedselconsumptie dan via hectares voor de export, omdat het lastiger is om buitenlandse consumenten meer te laten betalen voor duurzamere productie op Nederlandse grond dan voor consumenten in Nederland. Andere voedselkeuzes en landbouwkeuzes vergen initiatief van de gehele keten, van boer tot consument, en regie van de overheid.

3.3 Stand van zaken landbouw, voedsel en natuur

In document Balans van de Leefomgeving 2020 (pagina 39-42)