• No results found

4 ANTWOORDEN EN AFGELEIDE RICHTLIJNEN VOOR ONTWERP EN BEHEER

4.4 Kust als recreatiehabitat

Is slibafzetting zoals in het voorkeursalternatief een probleem voor de recreant?

4.4.1 Verwachte ontwikkeling Zandmotor als recreatiehabitat

Hiervoor is al aangegeven dat er verschillende typen strand, duin en mogelijk ook een duinmeer tot ontwikkeling zullen komen. Deze bieden mogelijkheden voor verschillende vormen van recreatie (zie ook §4.2.1). Of deze mogelijkheden ook worden benut hangt daarbij echter vooral af van communicatie, faciliteren van gebruiksmogelijkheden en ook de vraag hoe snel recreanten zich kunnen aanpassen en dus gebruik kunnen maken van de nieuwe mogelijkheden.

De huidige strandrecreant zal zich niet snel aan deze situatie met groen en slibrijk strand aanpassen, maar zal in de directe omgeving een in zijn ogen geschikt strand eenvoudig bereiken. Je kunt verwachten dat nieuwe recreanten naar het gebied toekomen om de ontwikkelingen gade te slaan en/of om vogels te kijken in plaats van naar de Waddeneilanden af te reizen voor vergelijkbare natuur. In sommige van de casussen bleek de nieuwe natuur zeer aantrekkelijk voor de recreanten, dus waarom niet hier? Slechts in het geval van de casus Ameland (‘groene stand’ Ballum) is lokaal sprake van door sommigen ervaren overlast van slib (Pijnappel, 2010). Inwoners van Ballum en een aantal toeristen maakten zich zorgen over de verandering die hun badstrand onderging (“modderbak”) door de (tijdelijke) ontwikkeling van het ‘groene strand’ daar. Tegelijkertijd vond men “dat het niet de bedoeling is het Groene Strand weg te halen”. Men zag het Groene Strand als een “te koesteren geschenk van de natuur”, maar meende dat dit “unieke stukje natuur niet nog meer moet opschuiven naar het oosten”. Locatiekeuze van de Zandmotor is dus van belang voor de perceptie van de bezoekers. Anderzijds is (tijdelijke) verplaatsing van een strandtent ook een optie.

De recreatie-ondernemers, die zich in de casussen bevinden, zijn in de meeste gevallen op deze ontwikkeling afgekomen en zien het dus niet als beperking, “Echte“ strandpaviljoens voor badgasten zijn er in het invloedgebied van de Zandmotor op dit moment niet. Mogelijk ontstaat hiervoor nu meer interesse.

Welke gevolgen kan recreatie hebben op successie en dynamiek?

In het onderzoek in de van Dixhoorndriehoek en de Delflandse Kust kwam naar voren dat de zandhagedis juist gebaat is bij meer dynamiek, die grotendeels veroorzaakt wordt door betreding en verstuiving > zonder open zand weinig kans voor de duin- of zandhagedis. Soorten die last kunnen hebben van betreding zijn de strandbroeders: Verstoring door recreanten is eigenlijk alleen aan de orde tijdens het broedseizoen. (Engelbertink et al. 2010). Het mechanisch reinigen van het strand in het toeristenseizoen, waarbij naast afval ook veel natuurlijk organisch materiaal wordt verwijderd, kan een negatief effect hebben op de ontwikkeling van vloedmerkgemeenschappen en embryonale duinontwikkeling. Het is niet per se erg als het strand door slibafzetting enige tijd niet geel, maar groen is; In het zomerseizoen wordt dat wel weer geel. Slib komt mogelijk meer op het strand dan zonder Zandmotor: dat is een afgeleid probleem. Uit het model van Deltares kan de ruimtelijke component worden gebruikt om niet op kritische plaatsen slib te laten aankomen. In voorkomende gevallen kan er eventueel strandzand overheen worden

geschoven. In Ameland is dit op een enkele plaats op enkele momenten gebeurt, echter niet als consequente maatregel, maar als incidentele consequentie van slibafzetting. De Zandmotor werkt niet alleen als suppletiezand kustlangs, maar ook als natuurlijke insnoering van een nieuwe natuurlijke duinvallei of lagune. De lagune zal superdynamisch zijn (vooral bij één in- en uitstroomopening kunnen mogelijk grote stroomsnelheden optreden), groene strand beslaat daarvan maar een beperkt deel. het merendeel van de lagune zal een strandvlakte met embryonaal duin zijn. We zien dit eigenlijk overal waar zeer brede stranden zijn ontstaan (Texel, Ameland, Schiermonnikoog).

Besef dat deze nieuwe natuur ontstaat door dynamiek en weer verdwijnt door dynamiek en dat dat hier zo hoort want een kenmerk is van deze Habitattypen. Deze tijdelijkheid is tevens of misschien temeer kenmerkend voor de Zandmotor.

4.4.2 Richtlijnen en aanbevelingen Richtlijnen voor het ontwerp

• Heroverweging aangelegd duinmeer. Indien zeewater geen toegang meer heeft wordt het snel zoet. In dat geval is kans zeer groot op overlast voor recreanten van Trichobilharzia (zwemmersjeuk). Duinmeer en oevers kunnen wel interessant zijn voor natuurontwikkeling maar conflicteert mogelijk met tijdelijk karakter en recreatie.

• Minder vastlegging zandlichaam (verstuiving van zand toestaan en geen Helm aanplanten). Inzaai met grassen voor vastleggen zand is funest. Hierdoor wordt situatie gefixeerd en successie geblokkeerd. Hierdoor vertraging in een orde van grootte van 10 jaar (Slim & Oosterveld, 1985).

• Meestal wordt bij suppleties de korrelgrootte (langs de Hollandse vastelandskust 250- 300 µm) voorschreven om daarmee bij de lokale situatie te benaderen. Maar korrelgrootte alleen, zegt niet alles. Ook schelpenfractie in suppletiezand is van belang. Door uitstuiving van het zand kan bij aanwezigheid van een schelpenfractie een schelpenvloertje achterblijven dat verdere verstuiving belemmert. Dit kan nadelige gevolgen hebben voor de natuurontwikkeling.

• Laat ontsluitingsweg op zandlichaam tijdelijk, provisorisch en kort zijn, en van gebiedseigen materiaal (kleischelpen); voor avontuurlijke doelgroep zijn hier weinig voorzieningen nodig.

• Toegang moet goed geregeld zijn, zodat bezoekers niet ineens te ver moeten lopen (als parkeren in de buurt niet mogelijk is kan gedacht worden aan fietsverhuur of regelmatig vervoer naar het strand met bv. een wagen; bezoekersstroom is ook te sturen door gebruik te maken van natuurlijke barrières en het aanbrengen van voorzieningen, zoals bv. strandtenten bankjes en kijkhutten. Op de Zandmotor zelf zijn waarschijnlijk weinig voorzieningen nodig omdat daar vooral de meer avontuurlijke doelgroep heen zal gaan: ‘’ontsluitingsweg’’ op zandlichaam tijdelijk, provisorisch en kort en van gebiedseigen materiaal (kleischelpen)

Richtlijnen voor beheer

• Communicatie en voorlichting: infoborden aan de landzijdige kant van de strandslag; factsheet bij de recreatieondernemers; website met filmpjes; vaste (statief)punten maken om steeds foto te kunnen maken om ontwikkeling te laten zien zou mooi zijn om al in aanlegfase te hebben (leuk om foto’s achter elkaar te zetten als filmpje op website en misschien ook leuk voor recreanten om zelf te doen). Ook de communicatie moet

dynamisch zijn. Steeds nieuwe info toevoegen en inspelen op de ontwikkelingen die zich in de loop der jaren in de Zandmotor voordoen kunnen het publiek meer betrokken maken.

• Recreanten benutten om gewenste dynamiek te handhaven. Doorgaans worden recreanten geweerd ook van de meest dynamische habitattypen. Betreding kan echter ook worden om gericht bepaalde gebieden open te houden, om verstuiving te bevorderen en daarmee ook de kwaliteit van specifieke habitats, zoals het leefgebied van de zandhagedis.

• Recreanten zoneren door hen te lokken met attractiepunten. Voor een groot open gebied als de Zandmotor is het waarschijnlijk niet nodig om veel fysiek te zoneren. De grote afstanden zullen direct al leiden tot een natuurlijke zonering. Verder moet nagedacht worden aan een gerichte ontsluiting naar een attractiepunt (hoogste duintop, uitkijktoren, paviljoen, vogelhut of dergelijke), omdat deze bepalend zal zijn voor het gebruik van de Zandmotor.

Richtlijnen voor monitoring

Een belangrijke aanbeveling is om ook te monitoren ten behoeve van de communicatie met het publiek. Hierbij kan worden gedacht aan het gebruik van Argus-biomonitoring beelden als basis voor filmpjes op you tube, time lapse-series die de ontwikkeling van de Zandmotor illustreren aan de hand van foto’s die periodiek vanaf een vast punt (bijvoorbeeld de uitkijktoren, met een vast statiefpunt, worden gemaakt). De habitattypen kaarten lenen zich ook goed om de ontwikkeling en de diversiteit in de tijd te laten zien.