6. Doelen en resultaten van het onderwijs
6.7 Korte toelichting per vakgebied
Op school werken we met een vertelrooster. Aan de hand van het rooster proberen we de Bijbelverhalen zo dicht mogelijk bij het dagelijks leven van de leerlingen te brengen Verhalen en personen uit de Bijbel zijn herkenbaar. Situaties en handelingen zijn te vertalen naar deze tijd, veel aandacht is er voor de omgang met elkaar. Je kunnen verplaatsen in de ander, hoe ga je met elkaar om, hoe voelt een ander zich, zijn onderwerpen die steeds de aandacht krijgen.
We beginnen elke dag met gebed en sluiten de dag af met gebed, een lied of gedicht. Maandelijks wordt een lied aangeleerd. Hiervoor zijn er voor elke groep lijsten beschikbaar.
Kleuteronderwijs
Belangrijk in groep 1 en 2 blijft dat de kinderen kleuter mogen zijn en
spelenderwijs leren. Dit realiseren wij door te werken met aansprekende en actuele thema’s. In groep 1 ligt de nadruk specifiek op ontwikkeling van sociaal-emotionele vaardigheden. De kinderen ervaren daar wat het is om met elkaar en de materialen om te gaan.
In de kleuterbouw komen systematisch veel begrippen en vaardigheden aan bod. Door het gebruik van BOSOS, een
observatiesysteem die per leeftijd doelen stelt voor de kinderen, leggen wij de ontwikkeling vast. De doelen worden geïntegreerd in
activiteiten binnen het thema.
Het gaat om doelen op
sociaal-emotioneel, reken-, taal- en motorisch gebied, allemaal ter voorbereiding op het lezen, rekenen en schrijven van groep 3. Per kind wordt gekeken waar hij zit in de ontwikkelingslijn en waar hij eventueel wat extra hulp bij kan krijgen.
In ons onderwijs is veel tijd ingeruimd voor het leren van vaardigheden (het knippen, plakken, potloodhantering, enz.) puzzelen, muziek, spelen in de hoeken, gymmen en buitenspelen. Al deze activiteiten hebben een ontwikkelingsdoel in zich. Onderstaand worden er een aantal verder toegelicht.
In de klas komen de taaldoelen van BOSOS onder andere aan bod met behulp van
‘’het leeskastje’’ en ‘’ de werkmap begrijpend luisteren’’. Tijdens het gebruik van een leeskastje en de werkmap staat er een (prenten)boek centraal dat aansluit bij het actuele thema. Het boek wordt gedetailleerd besproken, uitgespeeld en er sluiten luisteroefeningen bij aan.
Tijdens bewegingsonderwijs worden de kinderen onder andere uitgedaagd hun grove motoriek verder te ontwikkelen. Dit biedt de eigen groepsleerkracht aan in ons eigen kleuterspeellokaal met behulp van de methode ‘’bewegingsonderwijs in het speellokaal’’.
Voor de fijne motoriek gebruiken wij als inspiratie het bronnenboek van
‘’Krullenbol’’. Er wordt nadrukkelijk aangesloten op de ontwikkelingsfase die bij de leeftijd van het kind past. Beginnend in groep 1 met het maken van grote
bewegingen in de ruimte met beide handen, tot in groep 2 waar de kinderen werken op papier (met een voorkeurshand).
Vanaf vorig schooljaar maken de kinderen gebruik van I-pads in de klas om zo kennis te maken met de mogelijkheden van ICT.
Taal en lezen
Het vakgebied Nederlandse taal krijgt veel aandacht bij ons op school. We leren de kinderen taal om goed met anderen om te kunnen gaan en om effectief te
communiceren. Om de wereld om je heen goed te kunnen begrijpen is het nodig de taal adequaat te leren gebruiken. Ook bij alle andere vakken heb je taal nodig.
Zoveel mogelijk kinderen goed leren lezen is het belangrijkste doel van onze basisschool. Het doel van leesonderwijs is kinderen te helpen kennis en vaardigheden te verwerven die ze nodig hebben om teksten te begrijpen en plezier te beleven aan het lezen.
Qua technisch lezen streven we naar Avi-Plus niveau. Vanaf groep 1 werken we met het leeskastje en de werkmap begrijpend luisteren. In de groepen 1 en 2 starten we met voorbereidend lezen.
prentenboeken, voorlezen, leeskastje etc.
In groep 3 werken we met de nieuwste versie van de leesmethode “Veilig leren lezen”. In deze methode zit zoveel differentiatie dat ieder kind op zijn eigen tempo leert lezen.
Vanaf groep 4 wordt de methode “Taal Actief” gebruikt, waarin alle aspecten van taal worden aangeboden: taalbeschouwing, spreken/luisteren, woordenschat, stellen en spelling.
Op spellinggebied werken we met de spellingmethodiek ”Zo leer je kinderen lezen en spellen”. Zo gebruiken we allemaal dezelfde spellingregels en geven we op dezelfde manier instructie. De spellingregels zijn ook in iedere klas zichtbaar. We hopen hier mee de spellingresultaten te verbeteren.
Voor technisch lezen gebruiken we verschillende leesvormen als: voorlezen,
koorlezen, duo-lezen, stillezen, mandjeslezen. Het leesplezier bevorderen we door voorlezen, boekenkringen, werkstukjes maken, spreekbeurten houden en mee te doen aan de landelijke Kinderboekenweek en voorleesdagen.
Ook de schoolbibliotheek speelt een belangrijke rol hierin.
Voor begrijpend lezen, vanaf groep 4, gebruiken we de methode “Nieuwsbegrip XL”, waarbij elke week een actuele tekst centraal staat. Sinds dit jaar is er een samenwerking tussen de bibliotheek en de school, waardoor er een uitgebreide schoolbibliotheek op school aanwezig is.
Rekenen
We werken met de nieuwe methode van “Pluspunt”. Deze methode plaatst op interactieve manier allerlei situaties uit het dagelijkse leven in rekenkundige
contexten (realistisch rekenen). Op deze wijze kunnen de kinderen in gesprek met elkaar naar oplossingen zoeken bij de vraagstukken. Niet één oplossing is de weg, maar meerdere oplossingen zijn mogelijk. Gebruik maken van tabellen en
grafieken en de informatie uit de context helpt kinderen om de goede antwoorden te kunnen vinden.
Het zelfstandig verwerken van rekenstof is ook een belangrijk onderdeel zodat de leerkracht tijd vrij kan maken om extra uitleg te kunnen geven aan de leerlingen die nog vragen hebben.
In het verleden heeft het hele team een Rekenpilot gevolgd. We werken nu vanuit de leerdoelen en hebben de leerlijnen van alle groepen beschreven. Hierdoor verbetert de didactiek van de rekenlessen. We werken opbrengstgericht, wat betekent dat alle leerlingen hun maximale leerresultaat behalen. Meester Fred Goedhart begeleidt het gehele project als onze rekencoördinator.
Schrijven
Het voorbereidende schrijven begint al thuis. Het spelen met allerlei
constructiemateriaal, tekenen en kleuren is voor jonge kinderen de eerste oefening van de fijne motoriek. De grove, en later de fijne motoriek wordt in de groepen 1 en 2 geoefend, zodat in groep 3 aan het schrijven begonnen kan worden. In deze groep komt ook de overgang van lees- naar schrijfletter aan de orde.
In groep 3 en 4 leren de kinderen de verbindingen van de schrijfletters, gevolgd door de hoofdletters. Tempo en automatisme worden verder geoefend in groep 5, waarna we in groep 6 verwachten dat kinderen goed methodisch kunnen
schrijven. In groep 7 en 8 komen, facultatief, nog andere schrijfvormen aan de orde. De leerkrachten van de onderbouw hebben bij de start van het schooljaar een studieochtend gehad over de nieuwe schrijfmethode “Krullenbol”.
Wereldoriëntatie
In de groepen 1 en 2 wordt dit vak geïntegreerd aangeboden. In groep 3 en 4 gaat dit steeds meer gebeuren. Er worden in die groepen onderwerpen behandeld die voor jonge kinderen interessant zijn en aan de hand daarvan kunnen kennis en inzicht worden geleerd op het gebied van wereldoriëntatie.
In de groepen 5 tot en met 8 worden de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuurkunde afzonderlijk gegeven. Ook in deze groepen wordt de beweging gemaakt om dit onderwijs meer thematisch en integraal aan te bieden.
Met de methode “Bij de tijd” leren kinderen de geschiedenis van ons land en met de methode “Geobas” maken zij kennis met Nederland, Europa en de andere werelddelen. Voor het vakgebied natuur en techniek maken wij gebruik van de methode “Natuniek”. In groep 8 komt ook maatschappijleer aan de orde.
Creatieve vorming
In de groepen 1 en 2 is de creatieve vorming geïntegreerd in het totale
onderwijsprogramma. Liedjes, tekeningen en werkstukjes worden gemaakt in het teken van het thema waarin gewerkt wordt.
In de groepen 3 tot en met 8 vormen tekenen en handenarbeid aparte vakken. Er wordt gewerkt vanuit een aantal voorbeeldmethodes. Muziek, drama en dans wordt via Cultuurkust Harderwijk in modules afgenomen indien er een kwalitatief goed aanbod ligt. Met enige regelmaat worden modules als Leerorkest aan de school aangeboden.
Sociale redzaamheid loopt als een rode draad door alle vakgebieden. Bij sociale redzaamheid gaat het om gedragingen die een kind in staat stellen in alledaagse situaties zelfstandig op te treden. We stimuleren de kinderen zich deze
vaardigheden eigen te maken. Zelfvertrouwen en zelfstandigheid zijn belangrijke pijlers voor een evenwichtige sociaal-emotionele ontwikkeling.
Daarom zijn we “Kanjerschool” geworden. Elke leerling kent het systeem met de petjes. Pestgedrag wordt verminderd en de Kanjertraining past daardoor goed in ons pestprotocol. Voor meer informatie: www.kanjertraining.nl. en het
pestprotocol op onze website.
DE PESTVOGEL DE AAP DE ANGSTHAAS DE KANJER
Ik wil altijd winnen dus moet jij
verliezen.
Bij het gedrag van de pestvogel hoort
het zwarte petje.
Ik ben een echte meeloper, trap altijd lol en neem
niets serieus. Ik
Bij het gedrag van het aapje hoort toch altijd dus geef
ik maar toe.
Bij het gedrag van het konijn hoort gedrag van de tijger
wordt gekoppeld aan het witje petje.
Verkeer
Bij verkeer wordt gebruik gemaakt van de methode “Klaar… over!” De kinderen leren zich in het verkeer op de juiste manier als verkeersdeelnemer te gedragen.
Verschillende verkeerssituaties komen in de methode aan de orde. Er wordt
geprobeerd de leerlingen hier inzicht in te geven en verkeersregels aan te leren. In groep 7 wordt een schriftelijk en praktisch verkeersexamen afgenomen. Om alle regels en borden goed te leren wordt er veel geoefend met proefexamens.
Engels
In groep 7 en 8 staat het vak Engels op het rooster. Wij geven lessen uit de methode “Groove me”, een flitsende digibordmethode waar aan de hand van liedjes Engels wordt geleerd. Er wordt veel geoefend in mondelinge
communicatie.
Bewegingsonderwijs
De kleuters krijgen van hun eigen leerkrachten in de kleutergymzaal les; de nadruk ligt hierbij op het spelend leren bewegen.
Vanaf groep 3 worden de gymlessen gegeven in samenwerking met JongPutten in de sporthal Putter Eng. Afgelopen en komend jaar werkt JongPutten samen met het ROC Amersfoort om met de studenten gymlessen te geven.
Jong Putten stelt zich voor:
JongPutten
Gymnastiek, naschools sportaanbod en gezonde leefstijl.
Op onze school is het team van JongPutten actief. Voor JongPutten is het van groot belang dat kinderen vanaf jonge leeftijd gemotiveerd worden om plezier te hebben in sport en bewegen. De belangrijkste redenen hiervoor zijn dat sport en bewegen een positieve invloed heeft op de fysieke, cognitieve, sociaal-emotionele ontwikkeling en de gezondheid van het kind. Kinderen in Putten kunnen via
JongPutten meedoen met een breed, laagdrempelig sportaanbod. Ook geeft het team van JongPutten de lessen bewegingsonderwijs op onze school.
JongPutten & bewegingsonderwijs
Doel: Kwaliteit van het bewegingsonderwijs van de groepen 3 t/m 8 verhogen.
Werkwijze: De eerste les wordt gegeven voor JongPutten, dat is een voorbeeld-les, de tweede les wordt door de eigen groepsleerkracht gegeven.
Kledingvoorschriften: Schone binnen-gymschoenen, gymbroek, gymshirt en sierraden af. In geval van lange haar, geen losse haren, graag de haren in een staart.
JongPutten & naschools sportaanbod
Het team van JongPutten organiseert extra naschoolse sport- en
cultuuractiviteiten in samenwerking met lokale sport- en cultuuraanbieders in de gemeente Putten. Zo kunnen kinderen het hele jaar kennismaken met
verschillende sporten die er in Putten te beoefenen zijn.
JongPutten zet zich naast het bewegen ook in voor het bevorderen van een
gezonde leefstijl. Dit doen zij met het programma ‘Jongeren Op Gezond Gewicht’.
Binnen JOGG wordt er gewerkt aan een gezonde jeugd in een gezonde omgeving.
Bij JOGG Putten werken publieke en private partijen, zoals scholen, sportclubs en zorgpartijen, samen. Die samenwerking leidt tot betere sport-, beweeg- en
speelfaciliteiten en voor meer aandacht voor voeding en beweging. Want gezond eten en drinken, dagelijks bewegen en sporten moet de gewoonste zaak van de wereld zijn!
Meer informatie
De kinderen en de ouders worden regelmatig op de hoogte gebracht van de activiteiten via de nieuwsbrief van de school of u kunt zich inschrijven voor de nieuwsbrief van JongPutten op www.jongputten.nl
Computeronderwijs
Het computeronderwijs is op onze school in volle ontwikkeling. De school beschikt over een netwerk en internetaansluitingen. Het streven is dat de computer
volledig wordt geïntegreerd binnen ons onderwijs. Verschillende lesmethodes (bijv. rekenen, spelling en taal) hebben hun eigen software, maar ook bij bijv.
topografie wordt er gebruik gemaakt van de computer. Bij het maken van
werkstukken, spreekbeurten en projecten kan via internet door de kinderen zelf heel veel informatie worden verkregen. In het computerlokaal kan klassikaal
computerles worden gegeven. De algemene coördinatie is in handen van de ICT-er juf Anouk. Ook is er beleid gemaakt over het gebruik van de computer binnen ons onderwijs. Dit is vastgelegd in een ICT-plan. Hierin wordt beschreven wat we op dit moment doen en wat we de komende jaren van plan zijn. In de groepen 1 t/m 8 werken we met digiborden, Chromebooks en tablets. Het afgelopen jaar zijn twee digiborden vervangen.
Huiswerk
De kinderen leren voornamelijk op school. In de hogere groepen laten we de kinderen ook thuis leren voor een repetitie of overhoring. Wij vinden dat een goede voorbereiding op het voortgezet onderwijs.
Rapporten
Twee keer per jaar maken we een rapport.
Hierop staan behalve cijfers ook letters. Deze letters vinden we belangrijk, omdat je
daarmee aan kunt geven dat een zeven voor de ene leerling erg goed kan zijn, terwijl het voor de ander matig is.
In de groepen 1 en 2 worden ook regelmatig observaties afgenomen, waardoor er een goed beeld van de vorderingen van het kind
ontstaat. Jaarlijks gaat er met het rapport een overzicht van vorderingen van de leerling mee naar huis. Dit overzicht komt uit ons
leerlingvolgsysteem. Naar aanleiding van deze
vorderingen houden we contactavonden. (Zie hoofdstuk 8)
7.1 De opvang van nieuwe leerlingen
Wij vinden het prettig als ouders hun kind tijdig (bij voorkeur een jaar van tevoren) persoonlijk komen opgeven. Tijdens een eerste gesprek wordt er informatie
uitgewisseld; u hebt uw vragen in het belang van uw kind en wij brengen voor u relevante schoolzaken ter sprake. Bij dit eerste bezoek wordt u rondgeleid en krijgt u de nodige informatie mee naar huis. Daarbij zit ook het
aanmeldingsformulier; hierop kunt u o.a. aangeven hoe u de ontwikkeling van uw kind ziet. Het kan zijn dat we op basis van die gegevens en de overdracht van een kinderdagverblijf graag verder onderzoek willen om in te schatten welke zorg het kind op onze school nodig heeft. Daarvoor nemen we 6 weken de tijd.
Minimaal 6 weken voor de vierde verjaardag van uw kind krijgt u bericht van de school. Voordat uw kind verwacht wordt, mag het 2x keer een dagdeel (per leerkracht) in de nieuwe groep komen kijken. De dag na de vierde verjaardag zal dan de eerste, echte schooldag zijn.
7.2 Gedragscode voor de communicatie en samenwerking tussen ouders en leerkrachten.
Het is van groot belang dat er een goede verstandhouding en samenwerking is tussen de school en de ouders van de kinderen. De ouders hebben hun kinderen aan de school toevertrouwd om goed onderwijs te ontvangen. De leerkrachten hebben vertrouwen nodig van de ouders om goed onderwijs aan kinderen te geven.
In de missie van de schoolvereniging staat:
“het ontwikkelen van jonge mensen tot zelfstandigheid en verantwoordelijkheid”
Om die missie te kunnen realiseren is een goede samenwerking tussen ouders en leerkrachten van groot belang. Daarom geven we aan wat we daarin van ouders en leerkrachten verwachten.
Ouders, die de school met haar medewerkers respecteren en waarderen, zullen:
erop toezien dat hun kind de leerplicht nakomt;
erop toezien dat hun kind op tijd op school is;
ervoor zorgen dat hun kind verzorgd en voldoende uitgerust op school komt;
belangstelling tonen voor de school en aanwezig zijn op de informatieavond en tienminutengesprekken;
belangstelling hebben voor wat in de school leeft en daarom ouderavonden (bijv. thema-avonden) bezoeken;
belangstelling tonen voor het schoolwerk van hun kind en het kind aanmoedigen;
regelmatig met hun kind over school praten en hem/haar een positieve schoolhouding bijbrengen;
erop toezien (indien van toepassing) dat hun kind het huiswerk maakt;
tijdig en op de afgesproken wijze relevante informatie over hun kind doorgeven aan school;
ervoor zorgen dat hun kind is toegerust om aan alle activiteiten op school mee te kunnen doen;
hun kind stimuleren om deel te nemen aan de activiteiten die de school organiseert;
met respect over school praten, en andere leerlingen, leerkrachten, overig personeel en andere ouders serieus nemen;
telefonisch bereikbaar zijn (bijv. op een mobiel nummer).
Een leerkracht, die ouders respecteert en waardeert, zal:
ouders het gevoel geven om welkom te zijn in de school;
afspraken maken met collega’s en schoolleiding over de communicatielijnen naar ouders;
ouders onder alle omstandigheden serieus nemen;
de tijd nemen om naar ouders te luisteren;
altijd naar samenwerkingsmogelijkheden met ouders zoeken;
respect tonen voor de mening van ouders ook als deze afwijkt van eigen mening;
zich open, eerlijk en met respect uitlaten over de kinderen;
verantwoordelijkheid voor het kind met de ouders delen;
belangstelling en begrip tonen en zo mogelijk rekening houden met de wensen van ouders;
indien nodig ook een eigen standpunt in durven nemen;
in een conflictsituatie zoeken naar win/win oplossingen;
in ouders een waardevolle informatiebron t.a.v. het kind voor zichzelf vinden;
gemaakte afspraken nakomen;
algemeen genormeerde omgangsvormen hanteren;
geen vertrouwelijke informatie doorspelen aan derden;
nooit met ouders over collega’s en/of andere ouders spreken;
altijd openheid betrachten in gesprekken;
ouders zo veel mogelijk bij schoolzaken betrekken;
ouders indien nodig verwijzen naar de directie;
regelmatig contact houden met de ouders over de ontwikkeling en algeheel welzijn van hun kind.
Wij hebben met u als ouder/verzorger van een eventueel toekomstige leerling eerst een kennismakingsgesprek. Toelating tot de school is geen probleem
wanneer het kind basisschoolvaardig lijkt. In de 6 weken na de aanmelding hebben we als school de tijd om te kijken of dat zo is.
Wij zijn een ‘open’ christelijke school en iedereen die de christelijke identiteit van onze school wil respecteren is welkom. Leerlingen doen gericht mee met de lessen die gegeven worden in het kader van godsdienstige vorming en de feestelijkheden die daaruit voortvloeien. Van ouders verwachten we een positieve houding ten opzichte hiervan.
Schorsing
Wanneer er sprake is van wangedrag door een leerling tegen medeleerlingen of leerkrachten heeft de directeur gesprekken met de betrokken ouders, de
leerkrachten en de intern begeleider. Het doel van de gesprekken is werkbare afspraken te maken, waarbinnen iedereen zich veilig kan voelen.
Als dit onmogelijk lijkt, kan de directeur besluiten deze leerling tijdelijk te schorsen. In dit kader is het ook mogelijk dat een ouder de toegang tot de school ontzegd wordt. In geval van schorsing meldt de directie dit bij de
leerplichtambtenaar. Wij hopen deze maatregel nooit nodig te hebben, want wij willen op een respectvolle manier met elkaar omgaan.
Verwijdering
Wanneer (herhaaldelijk) schorsen en het contact tussen school en ouder(s)/-verzorger(s) geen veranderingen geeft en daardoor de situatie onacceptabel blijft, kan er vanuit de school, in overleg met het bevoegde gezag, een procedure
gestart worden om de leerling te verwijderen van school. De directeur meldt dit
gestart worden om de leerling te verwijderen van school. De directeur meldt dit