• No results found

Jaarverslag Paragrafen

In document dverleden Zwolle (pagina 194-200)

gemeentefonds Integratie-uitkering

A. Jaarverslag Paragrafen

Paragraaf 1 Kapitaalgoederen

Inleiding

Met het onderhoud van kapitaalgoederen in de openbare ruimte is een omvangrijk deel van de begroting gemoeid. In deze paragraaf is per onderdeel aangegeven vanuit welk beleidskader wordt gewerkt, wat de stand van zaken is, wat de financiële consequenties zijn en wat de actuele risico inschatting is. Deze onderdelen zijn:

 wegen

 verhuurde panden Vastgoed inclusief panden t.b.v. huisvesting gemeentelijk personeel

Openbare ruimte

Zie programma 9

Wat is voor 2013 afgesproken Wat is in 2013 bereikt Wegen

Om het beschikbare budget voor

wegenonderhoud zo efficiënt mogelijk uit te geven is de kadernota “Onderhoud wegen”

vastgesteld. De prioritering uit deze nota wordt, samen met de uitkomsten van het

wegbeheersysteem (o.a. de weginspecties), gebruikt voor de programmering van het wegonderhoud

beleidskader: de kadernota onderhoud wegen d.d. 2005

Het wegonderhoud is uitgevoerd op basis van de prioritering in de kadernota wegen, de uitkomsten van het wegenbeheersysteem en de beschikbare middelen. Aangepakt zijn o.a.:

 Oldeneelallee

Als wegbeheerder zijn wij – voor onze wegen - aansprakelijk voor schade ontstaan als gevolg van gebreken aan de weg. Dit is uitgewerkt in de paragraaf weerstandsvermogen. De veiligheid van de weggebruikers is (in principe) niet in het geding. Er is een klein risico met betrekking tot het voldoen aan de veiligheid, omdat onveilige situaties ons niet altijd bekend zijn. Zodra we dit weten wordt het direct verholpen. Wel staat het budget voor wegbeheer onder druk. Doordat toekomstig beheer van staduitbreiding sinds de aanleg van Zwolle-Zuid goed is geregeld, hebben we problemen in de bestaande stad kunnen verhelpen uit de groei van het budget door de stadsuitbreiding. De stagnerende groei door de economische situatie kan in deze tot risico’s leiden.

risicoverantwoording

In 2013 hebben zich geen calamiteiten voorgedaan.

Riolering

Uitvoeren GRP 2011 – 2015

beleidskader: het gemeentelijk rioleringsplan

De werkzaamheden uit het GRP zijn volgens de planning uitgevoerd.

Het rioolstelsel heeft naar behoren gefunctioneerd en niet geleid tot ernstige overlast.

De samenwerking binnen Rivus (waterschap en 8 gemeenten) op het gebied van

Wat is voor 2013 afgesproken Wat is in 2013 bereikt (Waterwet) voor het inzamelen en

transporteren van afvalwater, afstromend hemelwater en grondwater.

Uitgevoerd in 2013:

 rioolvervanging Minervalaan

 rioolvervanging Aureliavlinder hoek Citroenvlinder

 rioolvervanging Tesjeslaan

 diverse riool re-liningen Actuele risico inschatting Geen risico’s

risicoverantwoording

In 2013 hebben zich geen calamiteiten voorgedaan

Kunstwerken

Planning en uitvoering op grond van het voorkomen van gevaarlijke situaties. Hiervoor worden de kunstwerken elke 2 jaar

geïnspecteerd

De kunstwerken zijn conform planning geïnspecteerd.

Actuele risico inschatting Geen risico’s

risicoverantwoording

In 2013 hebben zich geen calamiteiten voorgedaan.

Water Dit betreft: watergangen, sloten, bermen, bermsloten en beschoeiingen Minimaal eens in de 2 jaar worden de

watergangen e.d. geïnspecteerd / geschouwd.

De nadruk van de inspecties ligt op de aspecten heel, veilig en stabiliteit. De veiligheid en stabiliteit bepalen de prioriteit van de maatregelen.

De watergangen zijn conform planning geïnspecteerd/geschouwd Actuele risico inschatting

Geen risico’s risicoverantwoording

Er zijn geen gevaarlijke situaties aangetroffen Opruimen vervuilde bagger in stedelijk gebied;

gefaseerd uitvoeren van het baggerplan.

beleidskader: het baggerplan gemeente Zwolle (actualisatie 2006).

Uitvoering van het baggerplan is afgerond. De werkzaamheden zijn uitgevoerd, de financiële afwikkeling vindt in 2014 plaats.

Actuele risico inschatting

Het baggeren van de stadsgrachten is in 2008 ingezet. We worden mogelijk geconfronteerd met extra kosten voor het afvoeren van vervuilde baggerspecie dan wel voor onderzoek naar en het aantreffen cq opruimen van munitie. De verwachting is dat dit risico in deze laatste fase van uitvoering van het baggerplan gering is.

risicoverantwoording

Er hebben zich geen calamiteiten voorgedaan.

Groen

Uitvoeren Licht op Groen

Beleidskader: het Renovatieplan Licht op Groen 2002 – 2020

De werklijst Licht op Groen 2013 is opgesteld en uitgevoerd. Onderstaande locaties zijn gerenoveerd.

Locaties die o.a. uitgevoerd zijn in het kader van Licht op Groen 2013.

 park Hogenkamp:. n.a.v. de aanleg van de Sutu (digitaal voetbalveldje) is het zuidelijk deel van het park aangepast, meer openheid en betere toegang van het park,

 Damhertveld: in samenspraak met de bewoners zijn de bomen vervangen en herplant met meer variatie in boomsoorten,

 Eekwal: oude beplanting is verwijderd en met ideeën van aanwonenden aangepast,

 wijkpark Berkum: oude bomen zijn vervangen door meer bloeiende bomen,

 van Miereveltstraat: door de renovatie van de badmintonhal was de beplanting beschadigd en die is daarna totaal vernieuwd.

Actuele risico inschatting Geen risico’s

risicoverantwoording

Er hebben zich geen calamiteiten voorgedaan.

Planning / uitvoering kort-cyclisch groenonderhoud a.d.h.v. de productbladen.

beleidskaders:

de bomenverordening 2012 incl. groene kaart de beleidsregel Kappen en Compenseren d.d.

Het kort cyclisch onderhoud is uitgevoerd.

Er zijn 7550 potentiële risico bomen geïnspecteerd, dit heeft geleid tot het kappen van 44 grote bomen.

Er zijn 30 zieke kastanjes gekapt en vervangen door nieuwe kastanjes Er zijn 8 zieke iepen gekapt en vervangen door een andere soort.

Wat is voor 2013 afgesproken Wat is in 2013 bereikt

De afgelopen jaren worden we door de klimaatverandering steeds vaker geconfronteerd met boomziektes en stormschade.

risicoverantwoording.

In 2013 waren de kosten van stormschade (3 stormen) zodanig dat ze niet volledig binnen het reguliere budget opgevangen konden worden (zie financiële toelichting programma 9).

Spelen

Bij de Perspectiefnota 2010-2013 is incidenteel budget ter beschikking gesteld om alle speelplekken op het vereiste veiligheidsniveau te brengen

beleidskaders:

De Nota Speelruimte in Zwolle d.d. 2000, geac-tualiseerd in 2010 voor natuurspeelplaatsen.

Speelruimtekaarten tot 12 jaar d.d. 2004 Het Besluit Veiligheid Attractie- en

speeltoestellen; sinds maart 1997 van kracht.

De inhaalslag is afgerond, alle Zwolse speelplekken zijn veilig.

Actuele risico inschatting Geen risico’s

risicoverantwoording

Er zijn geen gevaarlijke situaties aangetroffen

Straatmeubilair

Om het openbare leven bij duisternis zo veilig en leefbaar mogelijk te maken, hebben en onderhouden we openbare verlichting (ovl).

Deze is veilig, energiezuinig en duurzaam;

(visuele) neveneffecten voor mens, dier en plant blijven tot een minimum beperkt. Bij de vervanging houden we rekening met de landelijke en Europese richtlijnen voor openbare verlichting.In de informatienota aan de raad van 11/12/ 2012 staat de visie op openbare verlichting en de aanpak voor (grootschalige) vervanging openbare verlichting.

De verkeersregelinstallaties (vri’s) moeten betrouwbaar zijn, daarvoor worden ze jaarlijks geïnspecteerd op technisch functioneren.

Daarnaast worden ze twee keer per jaar visueel gecontroleerd.

Het gaat hierbij vooral om openbare verlichting (ovl) en verkeersregel-installaties (vri’s) In 2013 is bij de PPN 2014-2017 nav de visie op openbare verlichting de ombouw naar LED vastgesteld (voor 4 jaar). Het gebiedsgerichte uitvoeringsplan is vastgesteld. Uitvoering start in 2014

Er zijn drie vri’s vervangen.

Actuele risico inschatting

Tot nu toe vervingen we met het bestaande budget voor openbare verlichting circa 100 slechte masten en armaturen per jaar. Met als risico dat we over een aantal jaren geconfronteerd zouden worden met grote uitval en hoge kosten (kapitaalvernietiging en mogelijke sociale en verkeersonveiligheid). Omdat dat onwenselijk is, is in de PPN 2014 - 2017 budget beschikbaar gesteld voor grootschalige vervanging en ombouw naar LED.

Hiermee wordt het risico op niet functionerende verlichting sterk verminderd.

Voor het betrouwbaar houden van de vri’s is het nodig jaarlijks minimaal 3 vri’s te vervangen.Er zijn 65 vri’s. De gemiddelde levensduur is 15 jaar. Door jaarlijks minimaal 3 vri’s te vervangen, blijft het areaal up to date en betrouwbaar. Vervanging geschiedt op basis van leeftijd, functioneren, betrouwbaarheid en eventuele (geplande) reconstructies.

risicoverantwoording

Er hebben zich geen calamiteiten voorgedaan

Buitensport accommodaties

Jaarlijks cultuurtechnisch onderhoud buitensportaccommodaties beleidskader:

Het onderhoud op de buitensportaccommodaties vindt plaats op basis van jaarplannen. De uitvoering van deze plannen wordt gedekt uit structurele middelen. Op basis van analyse van voorgaand jaar wordt het nieuwe jaarplan gemaakt.

stand van zaken:

Enkele jaren geleden is de prijs kwaliteitsverhouding onderzocht en de uitkomsten hiervan waren goed.

Daarnaast worden bij bepaalde accommodaties periodieke keuringen uitgevoerd op basis van NOC/NSF normen.

financiën:

ca. € 0.9 mln. in 2013 en 2014 (structureel, wordt jaarlijks geïndexeerd) actuele risico inschatting :

Geen risico’s.

Periodiek cultuurtechnisch onderhoud buitensportaccommodaties beleidskader:

Dit onderdeel heeft betrekking op renovatie van sportvelden. De gemeente beschikt over 33 natuurgras sportvelden. Ieder jaar wordt in ieder geval 1 sportveld gerenoveerd. De technische levensduur bedraagt gemiddeld ongeveer 20 jaar.

Op de meeste accommodaties zijn de NOC/NSF kwaliteitseisen van toepassing financiën:

Vanaf 2013 is een bezuiniging ingeboekt waardoor het budget gehalveerd is. Vanaf 2014 bedraagt het structurele budget

€ 33.000.

actuele risico inschatting : Geen risico’s.

Dagelijks bouwkundig onderhoud buitensportaccommodaties beleidskader:

De verenigingen krijgen een jaarlijkse bijdrage per kleedkamer op basis van het stichtingsjaar waarvoor de vereniging geacht wordt het klein dagelijks onderhoud uit te voeren. Het streven is om dit jaarlijks te schouwen en de verenigingen ook aan te spreken op de voor hen uit te voeren werkzaamheden, omdat deze van invloed kunnen zijn op het groot onderhoud (zie hieronder).

stand van zaken:

Jaarlijkse schouwen.

financiën:

Vanaf 2013 is hier een bezuiniging op de vrije ruimte ingeboekt van € 30.000. Vanaf 2014 is structureel een bedrag van € 86.000 beschikbaar.

actuele risico inschatting : Geen risico’s.

Periodiek bouwkundig onderhoud buitensportaccommodaties beleidskader:

Voor het groot onderhoud aan de kleedkamers is een meerjarenonderhoudsplan opgesteld dat jaarlijks wordt geactualiseerd.

Jaarlijks wordt de Meerjaren Onderhoud Planning (MOP) beoordeeld en noodzakelijke werkzaamheden in overleg en afstemming met de verenigingen uitgevoerd.

stand van zaken:

Jaarlijkse uitvoering van werkzaamheden op basis van MOP.

financiën:

Het beschikbare bedrag fluctueert van jaar tot jaar. In de reserve sportaccommodaties (bijlageboek) zijn de financiële gevolgen meerjarig vertaald.

actuele risico inschatting : Geen risico’s.

Openluchtbad beleidskader:

De renovatie van het Openluchtbad is in 2012 afgerond. De winterperiode van 2012-2013 zijn de nog openstaande werkzaamheden uitgevoerd.

stand van zaken:

In het voorjaar 2014 worden werkzaamheden aan loslatende coating verricht. De kosten worden verhaald op de verzekering.

financiën:

De renovatie is binnen het beschikbare krediet uitgevoerd.

actuele risico inschatting:

Als uitwerking van de renovatie wordt nog een Meerjaren Onderhouds Plan met noodzakelijke onderhoudswerkzaamheden opgesteld. Benodigde middelen en mogelijke dekking komen daarbij aan de orde.

Onderwijsgebouwen

beleidskader / stand van zaken:

Vanuit de onderwijsregelgeving zijn de schoolbesturen verantwoordelijk voor het gehele gebouwonderhoud van hun scholen.

Volledigheidshalve merken wij op dat op dit moment een wetswijziging in voorbereiding is, op basis waarvan de schoolbesturen voor het primair en speciaal onderwijs ook, net als de besturen voor het voortgezet onderwijs, in financiële zin volledig

verantwoordelijk worden voor het totale gebouwonderhoud. De financiële middelen voor “buitenkantonderhoud” lopen dan niet meer via de uitkering Gemeentefonds naar de gemeente. Naar verwachting zal de betreffende wetswijziging ingaan per januari 2015.

financiën:

De in het financiële meerjarenbeleid voor onderwijshuisvesting opgenomen bedragen t.b.v. bekostiging van aanvragen van schoolbesturen voor ‘buitenkantonderhoud’ zijn gebaseerd op een Meerjaren Onderhoud Planning (MOP) dat per schoollocatie door het Expertisecentrum van de gemeente Zwolle in nauwe samenwerking met de schoolbesturen van het primair en speciaal onderwijs is opgesteld.

Dit MOP wordt voor alle schoolgebouwen centraal door het Expertisecentrum beheerd en bewaakt. Door een dergelijke centrale afstemming wordt bereikt dat op gelijkwaardige wijze de behoefte aan onderhoud wordt gedefinieerd en per schoollocatie wordt bewaakt. Daarmee ontstaat inzicht in de financiële consequenties voor zowel het “binnenkantonderhoud” (schoolbesturen) en het “buitenkantonderhoud” (gemeente)

De kosten die voor rekening van de gemeente komen bedragen over de (10-jarige) MOP-periode in ruim € 1,1 mln. Per jaar verschillen de benodigde bedragen echter in hoogte, afhankelijk van de aard en omvang van de in het betreffende jaar te treffen voorzieningen.

Structurele middelen zijn aanwezig om een dergelijke MOP op zowel financieel als (bouw)technisch verantwoorde wijze te kunnen uitvoeren.

actuele risico inschatting:

Geen risico’s

Verhuurde panden Vastgoed inclusief panden t.b.v. huisvesting gemeentelijk personeel

Beleidskader:

De Nota Vastgoedmanagement is in november 2013 door de gemeenteraad vastgesteld. In deze Nota is aangegeven op welke wijze de gemeente het beheer en de exploitatie van haar vastgoedportefeuille vorm geeft. Op het vlak van technisch beheer stelt de gemeente voor al haar eigen vastgoedeigendommen meerjaren onderhoudsplannen (MOP) op. In een dergelijk plan wordt voor een periode van tien jaar aangegeven welke onderhoudsmaatregelen (bouwkundig en installatietechnisch) wanneer noodzakelijk zijn om een gebouw op een voldoende tot goed onderhoudsniveau te houden en wat deze maatregelen kosten.

Ter actualisatie van de MOP's worden alle gebouwen in een periode van drie jaar geschouwd. Anders gezegd: elk gebouw wordt eenmaal per drie jaar intensief onderzocht. Eventuele gebreken die hierbij aan het licht komen worden meegenomen in de aanpassing van een MOP.

Bij verhuur van een gebouw maakt de gemeente als verhuurder afspraken met de huurder over de taak- en

verantwoordelijkheidsverdeling aangaande het onderhoud tussen beide partijen. Grofweg kan de volgende verdeling worden gemaakt: verhuurder is verantwoordelijk voor het planbaar onderhoud aan een gebouw, huurder voor de gehele binnenzijde van het gebouw c.q. het klein/dagelijks onderhoud.

Gedegen onderhoud is noodzakelijk om de kwaliteit van een gebouw op peil te houden. Een gebouw met een goede staat van onderhoud vertegenwoordigt een hogere huur- of verkoopwaarde dan een pand met een slechte onderhoudsstaat.

Jaarlijks wordt naast het dagelijks onderhoud, het planbaar onderhoud behorende bij een jaarschijf, opgedragen aan het Expertisecentrum van de gemeente, die circa 90% van de uit te voeren werkzaamheden uitbesteed conform het gemeentelijk aanbestedingsbeleid.

Alle gebouwen in bezit van onze gemeente, zijn verzekerd door middel van een Uitgebreide Gevaren Verzekering (UGV).

stand van zaken:

Het onderhoud is en wordt grotendeels conform opgestelde jaarschijf uitgevoerd. Een deel van de geplande

onderhoudsmaatregelen is uitgesteld, in afwachting van de uitkomsten van processen van verkoop en hernieuwde verhuur. De hierbij betrokken financiële middelen zijn geparkeerd of benut om andere achterstanden weg te werken.

Financiën:

Het jaarlijks beschikbare budget voor zowel het dagelijks onderhoud als het planbare méérjaren onderhoud staat al enige tijd onder druk. Een eerste analyse wijst uit dat de disbalans tussen de te verwachten onderhoudskosten en -budgetten vanaf circa 2018 resulteert in een negatieve onderhoudsreserve. Bij de eerste Meerjaren Prognose Gebouwen (MPG) wordt de analyse geactualiseerd. Vooruitlopend op deze actualisering wordt in 2014 verder onderzoek verricht naar mogelijkheden ter verbetering van de reservepositie.

In de nabije toekomst wordt jaarlijks in de MPG afgewogen of en in welke mate aanzuivering van de onderhoudsreserves middels verkoopopbrengsten noodzakelijk is. In dit kader wordt er (jaarlijks) een forecast gemaakt voor een periode van vier jaar ten aanzien van de onderhoudskosten en dekking van deze kosten. Op basis van deze forecast wordt beoordeeld of

aanvullende dekkingsmiddelen nodig zijn en op welke wijze hierin kan worden voorzien. In dit kader kan ook worden gedacht aan activeren en afschrijven van bepaalde maatregelen in plaats van bekostiging ineens vanuit onderhoudsbudgetten en -reserves, voor zover passend binnen het BBV-beleid en bij het toekomstperspectief van een vastgoedobject. In de MPG wordt het resultaat van dit proces (jaarlijks) met het bestuur gedeeld en besproken.

In document dverleden Zwolle (pagina 194-200)