• No results found

EEN MOEDER

ISIDORA DUNCAN

Niet met wat deze danseres in de reclameboekjes zegt te willen, met wat zij werkelijk daarvan presteerde, hadden wij gisteravond te maken. Zij wilde wel, naar zij in haar boekje schrijft, "dat de menschen, die haar zagen, tot elkander zouden zeggen: "Wij zien het be-weeg van een ziel voor ons." Ook zegt zij: "En de bewegingen van dezen mensch zullen zijn schoon en natuurlijk, gelijk die van den natuurmenseh, die van het vrije dier."

Dit alles is volstrekt niet nieuw. Dit alles heb ik, zoo ideaal volmaakt mogelijk, gezien in het schoone Indië. Nauwelijks een half jaar geleden, zag ik op den grooten weg in Soekaboemi de Preanger-vrouwen ter passer ') gaan, op het prachtigste rhythme stappend, dat Isidora Duncan den gansehen avond niet bereikt heeft, zoo zacht en gracelijk als een wolk beweegt

I) Markt.

142 ISIDORA DUNCAN.

aan de lucht, als een bloem in den wind. Dat gansche natuur-volk van de Preanger heeft, zonder studie, vanzelf datgene, waar Isidora Duncan zoo'n ophef van maakt, zooals een palm het heeft; en het wuivende suikerriet en de golvende rijstvelden. En dan het dansen, dat het beweeg is van een ziel! 0, Isidora Duncan, waart gij maar bij mij geweest, verleden jaar Augustus, op het groote feest bij den regent van Tjiandjoer, waar "getandakt" 2) werd met "ronggèngs" ')! Daar was geen reclame VOor gemaakt, dat kostte geen f 10, dat gebeurde niet in een duffe théater-zaal, in een muffe benauwing, dat ge chiedde vrij en natuurlijk, in de nachtwind-doorwaaide lucht, in 't witte manelicht, onder de pralende palmen. o! Het tandakken, de oostersche rhythmen- en lijnendans, waarin het lijf beweegt als zonder zwaarte, materie-loos voortglijdend als in een droom, het lijn en rhythme geworden lichaam, dat rilt en wuift, en weifelt en zweeft, de eene mensch den anderen tegemoet, de ééne schoonh id de andere tegen, wenkend en wijkend, vaag vliedend, al op zachte vleugelen gedragen, nu naderend en dra weer deinzend, met gratie van golvend goden-gebaar, en rhythme van zacht wiegende ademing van ziel I Lichte bevingen huiveren door de lijven, rillen zich langzaam

2) Gedan t.

3) Dansmei jes.

ISIDORA OU CAN. 143

uit in spreiding van vingeren, om door de fijne toppen te vergaan in de lucht; lange, langzame stroomingen bevangen de zwevende beenen, vloeien zacht wed:r weg in spitse punting van den weifelenden vo~t, ~p

naar bóven, en dán weer néder-zwenkend, voorzichtig vooruit, en dán weer naar achter wenkend. Z66 gaat het dansende men chenlichaam zacht te wiegen en te wuiven, als een ranke bloem, die een windeke be-weegt. o! dit ijl en teer te zien gebeuren in het bleeke licht der maan, onder het sombere, bronzen gong-galmen en het zacht-donzen gekling-klang van de tikkel-tokkelcnde, klokken-klepelende gamelan! . . . .

Die tandak-dansen, zooals ik ze zag in Sidajoe en Tjiandjoer, dat simpcle gaan van eenvoudige P~eange~~

vrouwen naar de markt, deze alledaagsehe, ll1 Indlc doodgewone dingen, zijn in 't ideale, wat Isidora Duncan

11 u en dan maar heel evcntje ,zwakjes vermocht gister-avond. Zóó heel evcn, in zcldzame momenten was haar dans natuurlijk cn van-zelve, al dc gang der golven en de wiegeling vall een bloem. ZOO IIU en dan was zij natuurlijk reëel, als dansende figuren, die ik wel zag op de oude fresco's in Pompeji en ver-eeuwigd op Grieks he unten, maar deze figuren zijn zóó eeuwig in 't ideale van expressie, dat ieder bewegen 't schoon ervan zou ontwijden. Zij zijn juist zóó stil en roerloo, omdat hun gebaar niet in dc

144 lSIDORA DUCAN.

sfeer van het tijdelijke, vervluchtigende, maar in de sfeer van het eeuwige gebeurt. Wie denkt hier niet aan Keats' schoone "Ode on a Grecian Urn?" Ik vind het idee, dat ze zouden bewegen, even onmogelijk als dat Egyptische beelden dit zouden doen, wier hó6gste expressie roerloos staat afgedrukt in 't Eeuwige.

Evenmin kan ik er vrede mede hebben, dat die Prima Vera van Botticelli, die ik in Italië zoo be-wonderde, zou gaan bewegen op het tooneel.

Even, maar heel even, in zeldzame momenten, o.a.

bij den pijpenden Pan, was Isidora's dans als de natuur, zoo van-zelve bewegend, en verwonderde zij niet, zoo min als 't gebaar zou verwonderen van een wind-bewogene bloem. Maar "du sublime au ridicule ij n'y a qu'un pas" en dikwijls was het, h laas! of zij naar een bromvlieg keek, die gonsde boven haar hoofd, of een speld zocht in 't zand, of een vogeltje zocht te vangen op de bekende manier van zoutleggen op den staart. Daarbij hinderde voortdurend een "faux air"

van "ingénue," dat absoluut niet paste bij den rijperen ouderdom van haar gelaat, en even ver van de natuur stond als een gemaakte bloem van een echte.

Hinder-lijk was ook, het, na eenig applaus, kushandjes werpen aan 't publiek, dat absoluut "er uit" was, en de ge-heele stemming verstoort.

lSlDORA DUNCAN. 145

o

zeker, ik zag wel wat zij wilde! Maar ik vond alleen dat ze het niet kón. En ik ken gelukkig te goed het simpele natllur-rhythme van 't niet door banden geknelde menschenlichaam, ook als 't dansende is, uit Indië, om hier niet het gemaakte, geaffecteerde, van 't echte te kunnen onderscheiden.

H t gelukte haar heel even in "Pan et Echo" en ook wel eens in "Orphée", maar toch slechts zeldzaam, en drá weer brekcnd.

Tocn het toe-nummer uit was, dacht ik geheel teleurgesteld !laar huis te gaan.

Totdat, opeens, in een toegift, "An der schönen blauen Donall", wals van Strauss, Isidora Duncan iets gaf, dat volmaakt gaaf en àf was. Dit was Het wals-rhythme, ti e wals van den Weener balkoning, Jliet in muziek, maar in dans-beweging van lichaam.

Dit wa, in 't lichtere genre, volkomen bereikt dat-gene, waar zij in het zwaardere maar somtijds héél even aan kon rak '11. Haar lichaam wa ganschelijk van dat rhythme van Straus bevangen, dat haar van billlH'n uit dansende voortbewoog. Zij leek toen wel tie ziel van Strauss, wi egende op die rhythll1en, en zij bewoog al een prachtige vogel, op ademen drijvend van den wind. Toen, maar ook toén eerst, na die toegift, barstte een enthousiasme los. Maar dit kan toch niet goed maken, dat als gehéél de a vond een

Opst. 10.

146 ISIDORA DUNGAN.

teleurstelling was na de enorme reclame, die, voor zoover ik haar gisteren zag, niet evenredig is aan Isidora's kunnen.

Nu, hedenavond "Iphigenie" van Gliick. Van de oude muziek van Couperin en Rameau en Ariosti heb ik zéér genoten, en .... maar nu kom ik op 't terrein van collega Knaap, die morgen zijne meening over lsidora Duncan en hare verhouding tot de muziek wel zal zeggen.

11.