• No results found

Investeren in preventie loont

In document SER pleit voor preventie (pagina 95-98)

4 Toekomstverwachtingen voor zorgvraag en zorguitgaven

6.2 Investeren in preventie loont

Preventie levert veel op. Het gaat daarbij niet alleen om gezondheidseffecten, maar ook om effecten in de zorg en economische en maatschappelijke baten. Het over-zicht in tabel 6.2 biedt geen optelsom. Niet alle effecten van preventie kunnen zomaar bij elkaar worden opgeteld of in geld worden uitgedrukt.

Tabel 6.2 Effecten van preventie

Bron: Tabel op basis van o.a. Gezond gedrag bevorderd. Eindrapportage van de werkgroep IBO preventie

Gezondheidseffecten

De belangrijkste bate van preventie is gezondheid: zowel in de vorm van langer leven als in de vorm van een betere kwaliteit van leven. De directe baten van preven-tie voor het individu zijn groot (tabel 6.2). Recent onderzoek heeft laten zien dat het Rijksvaccinatieprogramma naar schatting tussen 1953 en 1992 heeft gezorgd voor 6.000 tot 12.000 voorkomen sterfgevallen. Ook het aantal gemelde ziektegevallen is sterk verminderd door vaccinatieprogramma’s, bijvoorbeeld met 50 procent voor rubella (Rodehond) en met 90 procent voor polio.7 Tegelijkertijd zijn de baten lang niet altijd zeker. Zo neemt de levensverwachting van iemand die stopt met roken gemiddeld met vierenhalf jaar toe. Maar stoppen met roken vermindert alleen de kans op longkanker, het neemt deze kans niet geheel weg. De causale relaties tussen

Type effect Kosten Baten

Gezondheidseffecten Uitgaven aan preventie Gezondheidswinst (langer gezond leven) Effecten in de zorg Meer zorgconsumptie

vanwege gewonnen

Hogere inzetbaarheid van mensen op de arbeidsmarkt (langer doorwerken, minder verzuim en hogere pro-ductiviteit)

Hogere inzetbaarheid van mensen om te kunnen zorgen voor medemens (mantelzorg, vrijwilligerswerk)

Gezondheid beïnvloedt kennisontwikkeling en –gebruik in positieve zin

Mensen werken meer en langer, met positieve gevol-gen voor overheidsfinanciën en pensioenfondsen

7 Van Wijhe, M. (2018) The public health impact of vaccination programmes in the Netherlands: A historical analysis of mortality, morbidity, and costs, PhD Thesis, Rijksuniversiteit Groningen;

http://hdl.handle.net/11370/29a46600-ad10-447d-a38c-df8f1bdc7ed1

ongezonde leefgewoonten en ziekte zijn uitermate complex. Zo is roken een belang-rijke oorzaak van longkanker, maar ruim 85 procent van de rokers krijgt deze ziekte niet. Ook genetische factoren en of omgevingsinvloeden spelen daarbij een rol.8 Johan Mackenbach, gaf een aantal jaar terug (2011)9 de onderstaande schatting van de effecten op ziekte- en sterfgevallen van enkel preventieve maatregelen (tabel 6.3).

Tabel 6.3 Overzicht van (geschatte) effecten van preventieve maatregelen

Bron: Mackenbach (2011).

Maatschappelijke en economische effecten van preventie

Naast individuele baten heeft preventie ook belangrijker maatschappelijke en eco-nomische baten. Deze baten komen echter voornamelijk buiten het gezondheids-zorgdomein terecht. Volgens het CPB doen deze maatschappelijke baten van een gezonde leefstijl zich vooral voor op het terrein van betaalde arbeid, onbetaalde arbeid en onderwijs. Een goede gezondheid draagt bij aan hogere inzetbaarheid van mensen op de arbeidsmarkt, minder verzuim en (blijvende) uitval en tot hogere productie en betere werk- en onderwijsprestaties. Op langere termijn maakt een betere gezondheid ook een langere inzetbaarheid van werknemers mogelijk terwijl een goede gezondheid een noodzakelijke voorwaarde is om aan het werk te blij-ven.10 Bovendien heeft een goede gezondheid positieve invloed op de productiviteit

8 Polder [et.al.] (2012) Zorgkosten van ongezond gedrag en preventie, in: Schut, F.T, M. Varkevisser (red.), Een econo-misch gezonde gezondheidszorg. KVS preadviezen 2012, Een econoecono-misch gezonde gezondheidszorg, p. 113.

9 Mackenbach, J.P. (red.) (2011) Successen van preventie, 1970-2010, p. 15.

Preventieve maatregel Invoering op

Preventie Rhesusziekte 1970 1.000 65

Hielprikscreening 1974 200 30

Screening JGZ 1965 2.200 20

Preventie wiegendood 1987 - 170

Preventie tandbederf 1975 220

-Preventie arbeidsongevallen - 500 50

Preventie arbeidsziekten - ≥ 1.000

-Veiligheid auto-inzittenden 1974 10.000 1.000

Veiligheid overige verkeersdeelnemers 1975 10.000 1.000

Verwijdering transvetzuren uit voeding 1995 4.000 1.500

Bestrijding tabaksgebruik 1963 ≥ 18.000 ≥ 6.900

Opsporing en behandeling hoge bloeddruk 1970 9.000 3.000

Verlaging cholesterol 1995 2.000 750

Bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker 1985 330 175

Bevolkingsonderzoek borstkanker 1989 700 700

10 Wouterse, B., Economic Consequences of Healthy Aging.

van werknemers. Daarnaast stelt een goede gezondheid mensen in staat om vrijwil-ligerswerk en mantelzorg te verlenen. Daarnaast levert een goede gezondheid een belangrijke bijdrage aan het rendement van investeringen in onderwijs en kennis-ontwikkeling (een leven lang leren); door de grotere inzetbaarheid kan de opgedane kennis langer worden ingezet.11

Preventie heeft mede hierdoor ook consequenties voor de overheidsfinanciën. Het CPB laat aan de hand van berekeningen zien dat de overheid profiteert als iemand langer leeft, leert en werkt, maar de netto inkomsten zijn ook al positief als iemand langer leeft zonder meer te leren en werken.12 In alle varianten (langer leven, lan-ger leven en werken, lanlan-ger leven, leren en werken) stijgen zowel de uitgaven van de overheid als de inkomsten. De uitgaven stijgen doordat iemand die langer leeft, meer AOW en andere uitkeringen ontvangt. De inkomsten stijgen, doordat het looninkomen en de consumptie toenemen waarover premies en belastingen afge-dragen worden.

Kort geformuleerd, preventie loont, vooral omdat preventie leidt tot gezondheids-winst. De baten van gezondheid strekken ver buiten het domein van ziekte en zorg.

Preventie draagt bij aan een vitale beroepsbevolking en daarmee aan productivi-teitswinsten en andere maatschappelijke baten die op hun beurt weer kunnen wor-den ingezet om de houdbaarheid van de gezondheidszorg.13

Effecten van preventie op zorguitgavenbeheersing onzeker

Of preventie ook leidt tot een vermindering van de groei van de zorguitgaven is onzeker en afhankelijk van een veelvoud aan andere factoren. Preventie grijpt in op de vraag naar zorg, maar de vraag naar zorg verdwijnt niet als mensen langer gezond leven. Op de middellange termijn zal preventie een remmend effect op de zorguitgavenstijging hebben, omdat acute ziektes (bijvoorbeeld longkanker of een hartinfarct) én bepaalde chronische aandoeningen (bijvoorbeeld diabetes of hart-falen) worden voorkomen of in ernst beperkt blijven. Naar verwachting leidt dit echter op de langere termijn tot meer zorguitgaven, omdat er meer – vaak lang-durige – zorg nodig is voor ouderdomsaandoeningen als dementie als mensen langer leven.14 Empirisch onderzoek laat zien dat preventie (een gezonde leefstijl)

11 CPB (2013) Toekomst voor de Zorg, p. 156.

12 CPB, Toekomst voor de Zorg, p. 161. Netto inkomsten zijn gedefinieerd als het verschil tussen extra inkomsten en hogere uitgaven als gevolg van de verhoging van de levensverwachting.

13 Ruwaard, De weg van nazorg naar voorzorg, p. 32.

14 Polder, J. (2018) Zorguitgaven, in: Jeurissen, P. Maarse, M. en Tanke M. (eds.) Betaalbare Zorg, pp. 38-39.

de zorg vraag vertraagt maar zeker niet wegneemt.15 Er kan door preventie ook sprake zijn zogenaamde compressie van morbiditeit: we blijven langer gezond en actief, maken beperkt gebruik van kostbare voorzieningen en sterven na een kort ziekbed.16 Dit fenomeen zien we vooralsnog vrijwel uitsluitend bij hoog-opgeleiden.17 Of preventie vooral vertraging of compressie van zorgvraag oplevert neemt niet weg dat een gezonde populatie en de daarmee gepaard gaande vertra-ging en/of vermindering van zorg en zorguitgaven een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de houdbaarheid van de zorg op de middellange termijn.

In document SER pleit voor preventie (pagina 95-98)