• No results found

Interviewvragen Introductie Introductie

In document Portfoliomanagement bij Bedrijf X (pagina 63-68)

Aangeven van het doel van het interview

De voor het interview verantwoordelijke instantie Reden waarom deze geïnterviewde is gekozen Geluidsopname → bezwaar?

Wat wordt er gedaan met de resultaten → anonimiteit enz. A. Persoonsgerelateerde vragen

A.1 Wat is uw naam?

A.2 Wat is uw functie binnen het bedrijf Bedrijf X? (lid van het management team) A.3 Welke rol speelt u binnen Bedrijf X?

B. Algemene vragen

B.1 Uit welke projecten bestaat het huidige portfolio van Bedrijf X? (aantal) Groeipotentie

Marktaandeel Belang binnen het bedrijf Duur

Omzet

B.2 Hoeveel projecten zijn er gerealiseerd binnen Bedrijf X in 2006? 0 Minder dan 10

0 10 tot 25 0 26 tot 50 0 51 tot 100 0 Meer dan 100

B.2.1 Welke projecten worden op dit moment uitgevoerd door Bedrijf X? B.2.2 Wat vindt u van de hoeveelheid projecten?

B.2.3 Hoe marktgericht zijn de projecten binnen Bedrijf X? Waarom?

B.2.4 Welke projecten binnen het portfolio van Bedrijf X hebben een lange termijn focus en welke een korte termijn focus?

B.2.5 Staan er projecten in de wachtrij? B.2.3.1 Zo ja, waarom?

B.2.6 Wat gebeurt er als nieuwe projecten worden aangewend? (resource allocatie) Binnen de bepaling van de strategie van Bedrijf X, zijn een drietal speerpunten vastgesteld waar Bedrijf X zich in de toekomst op wil gaan richten. Dit zijn Bodem, Energie en Overig.

B.3.1 Waarom is deze keuze gemaakt?

B.3.2 Zijn de huidige projecten al op deze keuze afgestemd?

B.3.3 Wordt bij de keuze van nieuwe projecten al rekening gehouden met deze keuze? Bepaling voor waar de organisatie staat op het gebied van Portfolio Management. (zie uitwerking document “Project Portfolio Management Maturity Model”)

(Gebruik het document Project Portfolio Management Maturity Model (Pennypacker, 2005))

Onderwerp 1 (C): Definiëring van strategie, proces & product

Uit de kwartaalcijferpresentatie van 25 juni 2007 is naar voren gekomen dat de werkvelden Bodem en Energie de speerpunten gaan vormen van Bedrijf X. Dit is de strategische focus van Bedrijf X voor de toekomst.

(Missie, visie en strategie duidelijk uitleggen van te voren)

C.1 Komen de speerpunten Bodem en Energie terug in de missie van Bedrijf X? C.1.1 Komen deze speerpunten terug in de visie van Bedrijf X?

C.1.2 Komen deze speerpunten terug in de strategie van Bedrijf X? C.2 Wat is de aanleiding geweest om te kiezen voor deze strategie?

C.2.1 Zijn er criteria gebruikt?

C.2.2 Zo ja, welke criteria zijn gebruikt?

C.3 Hoe wordt de strategie in de praktijk toegepast (=objectives & goals) C.3.1 Wie zijn betrokken geweest?

C.3.2 Worden er criteria gebruikt?

C.3.3 Zo ja, welke criteria worden er gebruikt?

C.4 Hoe worden de doelen geformuleerd naar operationele maatstaven (tijdschaal)?

(aspecten → eigen competencies, customer value etc.)

C.5 Is er sprake van een attack plan: hoeveel te investeren en waar? (=business sectoren) C.6 Hoe wordt de strategie en/of objectives & goals gecommuniceerd naar het personeel, zodat zij ermee aan de slag gaan met hun operationele activiteiten?

C.7 Hoe worden projecten gedefinieerd?

(customer value, target markt, concept, positionering, vereisten vanuit competencies) C.7.1 Welke informatie/onderzoek wordt hiervoor gebruikt?

C.7.2 Zijn er veel projecten aanwezig, waarbij een groot netwerk van andere deelnemers aanwezig is (consortium)? (vaststellen mate van complexiteit)

C.7.2.1 Hoe gaat Bedrijf X hiermee om?

C.7.3 Zijn er veel projecten aanwezig, waarbij verschillende afdelingen binnen Bedrijf X betrokken zijn? (vaststellen mate van complexiteit)

C.7.4 Hebben de meeste projecten een uniek karakter? (standaard werk vs. maatwerk) C.7.5 Zijn nieuwe projecten ‘echt nieuw’ voor Bedrijf X? (routine werk vs. radicaal)

C.8 Probeert Bedrijf X zich te onderscheiden ten opzichte van haar concurrenten? C.8.1 Hoe bereikt men dit doel?

C.8.2 Welke maatregelen worden getroffen? (marktonderzoek)

C.9 Hoe is het huidige systeem te beschrijven van idee tot markt lancering van een nieuwe project bij Bedrijf X?

C.9.1 Gebeurt dit proces ad-hoc en onbewust? C.9.2 Zo niet, welke stappen zijn te onderscheiden?

Onderwerp 2 (D): Aanwezigheid van een idea-to-launch systeem

D.1 Is er een formeel systeem aanwezig (op papier) binnen Bedrijf X dat het proces beschrijft van de ontwikkeling van een nieuw project van idee tot lancering op de markt?

D.1.1 Zo niet, waarom?

D.2 Hoe zit de huidige procedure van idea-to-launch eruit bij Bedrijf X (tunnel)?

(Huidige procedure → marktgerichtheid versus technology push = Bedrijf X verricht weinig marktonderzoek en ‘pusht’ technology (=nieuwe projecten) de markt in).

D.2.1 Welke stappen worden er ondernomen in deze procedure? D.2.2 Wie waar tijdens dit proces verantwoordelijk?

D.2.3 Wie neemt welke beslissingen?

D.2.4 Op welke momenten in het proces worden controles uitgevoerd? D.2.4.1 Hoe vaak gebeurt dit?

D.3 Hoe vindt idee selectie bij Bedrijf X plaats?

D.3.1 Hoe worden ideeën geselecteerd (funnel)? D.3.2 Worden er criteria gebruikt bij dit proces? D.3.3 Zo ja, welke criteria worden gebruikt?

D.3.4 Krijgen medewerkers binnen Bedrijf X de gelegenheid (vrije tijd) om aan eigen nieuwe ideeën te werken (skunk works, creative unofficial work)?

D.4 Wat zijn de gevolgen van het huidige NPD proces

D.5 Heeft Bedrijf X teveel projecten in behandeling of in de pijplijn?

D.5.1 Komt het voor dat projecten tussentijds worden gestopt? (tijdelijk van aard?) D.5.2 Wat is de oorzaak hiervan?

D.6 Wat zijn de gevolgen voor de resources?

D.7 Krijgen ideeën door het huidige systeem (tunnel) een ‘eigen’ leven?

D.7.1 Worden projecten wel eens tussentijds definitief gestopt? (puppy-drowning; sommige projecten van Sytze)

D.7.2 Hebben bij het senior management bepaalde projecten meer voorrang dan anderen?

D.7.3 Zo ja, welke projecten zijn dan en waarom?

D.8 Wat gebeurt er met de bezetting van het personeel als nieuwe projecten geaccepteerd worden?

D.9 Wat gebeurt er met de toewijzing van financiële middelen, als nieuwe projecten geaccepteerd worden?

D.10 Wordt er voorwerk ondernomen bij de start van een project?

D.10.1 Zo ja, welk voorwerk (upfront homework, business case) wordt gedaan in NPD?

Bepaling of Stage-Gate-TD gebruikt dient te worden in het te bouwen idea-to-launch systeem voor Bedrijf X.

D.12 In welke mate ontwikkelt Bedrijf X fysieke producten en/of diensten? Onderwerp 3 (E): Commitment van het senior management

E.1 Waar in het NPD proces is het senior management betrokken? E.1.1. Waarom is men hier betrokken?

E.2 Welke bevoegdheden heeft het senior management? -bevoegdheden met betrekking tot resource allocatie -bevoegdheden om projecten goed te keuren of te stoppen (=go, kill, hold en recycle beslissingen)

Wie neemt deze beslissingen?

E.3 Wie is uiteindelijk verantwoordelijk voor het resultaat van het project? E.3.1 Wie committeert zich uiteindelijk aan het resultaat van het project? E.3.2 Liggen de verantwoordelijkheden tijdens het NPD proces anders?

E.4 Welke bevoegdheden en verantwoordelijkheden worden tijdens het NPD proces gedelegeerd?

E.5 In welke mate stelt het management deadlines vast?

E.5.1 Welke maatregelen treft het management om medewerkers de deadlines na te laten leven? (targets stellen)

E.6 Hoe stelt het senior management teams samen voor een nieuw project? E.6.1 Worden hierbij criteria gebruikt?

E.6.2 Zo ja, welke criteria worden gebruikt?

E.6.3 Welke samenstelling van teamleden is te onderscheiden? (Cross Functional Teams)

E.6.3.1 Van welke afdelingen zijn zij afkomstig?

E.6.4 Worden er criteria gebruikt voor het benoemen van projectleiders? E.6.5 Zo ja, welke criteria worden gebruikt?

E.7 Hoe creëert het senior management van Bedrijf X een cultuur waarin innovatie het beste rendeert? (entrepreneurial)

(offline of creatief maar onofficieel werk, idee schema’s, beloningen voor nieuwe ideeën, een risico-averse attitude om in projecten te investeren)

E.8 Welke rol ziet het senior management van Bedrijf X zich in de toekomst vervullen? (algemene zin)

E.9 Wat is de rol van het senior management bij de formulering van de strategie? → Top-down proces (management bepaalt en schrijft voor) of is er sprake van een bottom-up benadering (input van medewerkers is leidinggevend)

Tussenvorm is ook mogelijk (combinatie van beiden)

E.10 Wat is de rol van het senior management bij het opstellen van doelstellingen/targets? → Top-down benadering vs. Bottom-up.

Onderwerp 4 (F) Resource allocatie

F.1 Wat was het gemiddelde aantal FTE’s in projecten in 2006? 0 Minder dan 10

0 10 tot 25 0 26 tot 50 0 51 tot 100 0 Meer dan 100

F.2 Op welke manier worden resources nu toebedeeld aan de verschillende projecten binnen Bedrijf X?

F.2.1 Worden er criteria gebruikt bij dit proces?

F.2.2 Zo ja, welke criteria worden gebruikt bij dit proces?

F.2.3 Is de strategie leidinggevend bij het resource allocatieproces? F.3 Hoe worden projecten onderling geprioritiseerd / gerangschikt?

F.2.1 Worden hierbij criteria gebruikt? F.2.2 Zo ja, welke criteria worden gebruikt?

F.4 Is het resource allocatieproces bij Bedrijf X goed te noemen? (subjectief) F.4.1 Wat dient, volgens u, verbeterd te worden?

F.5 Welke rol speelt het senior management binnen het resource allocatieproces? F.5.1 Welke bevoegdheden heeft een team aangaande resource allocatie? F.5.2 In welke mate mag een team ‘spelen’ met resources? (experimenteren) F.5.3 Hoeveel ruimte is hiervoor?

F.6 Zijn er teveel projecten in de pijplijn bij Bedrijf X?

F.6.1 Worden hierdoor de resources niet goed gealloceerd?

Probleem: teveel projecten geselecteerd, te weinig resources.

F.7 Komt het binnen Bedrijf X voor dat projecten tussentijds worden gestopt, wegens een gebrek aan resources?

F.7.1 Wat zijn de oorzaken hiervan?

F.8 Hoe worden resources (middelen en mensen verdeeld over de verschillende business sectoren van Bedrijf X (Bodem, Energie, Overig)?

F.8.1 Welke prioriteiten zijn te stellen?

F.9 Wie is verantwoordelijk voor het resource allocatieproces bij Bedrijf X? F.10 Wat was het totale projectbudget in euro’s in 2006 van Bedrijf X?

F.10.1 Hoe werd dit gealloceerd over de verschillende projecten Afsluiting

In document Portfoliomanagement bij Bedrijf X (pagina 63-68)