• No results found

3 INTERVIEW MET SLEUTELINFORMANTEN

3.5. Interview met de heer Freddy

Meneer Freddy is een achter in de vijftig. Hij heeft een kliniek voor behandeling van mensen met de natuurkracht van kruiden. Zijn interesse voor de geneeskracht in de natuur heeft hij van jongs af aan gehad. Hij heeft van zijn hobby zijn beroep van gemaakt. In zijn praktijk is hij op diverse ziekteverschijnselen gestuit, waarvan fyofyo er één van is. Hij heeft diverse personen geholpen zich te bevrijden van deze ziekte.

3.5.1. Weergave van het interview

In Suriname spreken we over fyofyo en daaraan is verbonden de specifieke rituele wijze waarop dit ziekteverschijnsel wordt behandeld. De blanken, de West-Europeanen hebben hun eigen vormen van spiritualiteit. Met betrekking tot een diepgaande vorm van geestelijke spiritualiteit plaats ik van alle bevolkingsgroepen een blanke op 7 procent. Goed beschouwd hebben en kennen zij geen voorouderverering. Bij hen kan men spreken van een voorouder leefgewoonte. Hun geloofstraditie is daarop gebaseerd. De inheemsen, de Inca’s, de Azteken zet ik op 85%, de Moslim op 70, Afrikaanse godsdienst op 60 en de Sjamanen op 59 procent.

Naar mijn mening ontstaat fyofyo niet door een geestelijke uitspatting van zware woorden alleen. En die geestelijke uitspatting heeft meer invloed op het moedergeslacht dan op het vadergeslacht. Als bijvoorbeeld twee zussen in onmin met elkaar leven, kan het gebeuren dat zij zichzelf gaan verfoeien en negatieve verwensingen naar elkaar uitspreken. De fyofyo die zij dan met elkaar maken is veel erger dan als het gaat om twisten tussen vader en zijn zoon, of zonen.

Vandaar ook dat men zegt: “Ma bere sani a tranga moro pa bere sani (wat voortkomt uit de schoot van de moeder, is sterker dan wanneer het om de vader gaat.” Als je nu aan een blanke gaat vertellen over fyofyo dan zou je kunnen zeggen dat het gaat over kwaadsprekerij over de ander. Dat is het niet. Het is iets dat een ander van hetzelfde geslacht invloed heeft op wat is verwoord. Ik geef een voorbeeld: Als jij mijn broer zou zijn en vóór jou zit het jongere broertje en ik begin op geestelijk niveau alleen maar kwaadsprekerij over jullie hoofden te gooien, een totaal verwensingspakket als het ware, dan is dat nu fyofyo. Het ergste is als een moeder fyofyo maakt met haar dochter en omgekeerd.

Onder de Bakra’s (autochtone Nederlanders) heeft het niet zoveel invloed, omdat zij geen geloof hechten aan voorouderverering en alles daarom heen. Dat zit absoluut niet in hun roots en zij zijn daar dus niet mee opgegroeid. Er is een positieve samenhang tussen leefstijl en fyofyo. Daarom is onder creolen fyofyo iets heel erg als het je overkomt. Dat past

124

geheel in hun geloofsbeleving. Je hebt mensen die zeggen: “Sani sa no du

mi, mi no go meki moeiti fu suku dem. Yu habi tra suma di e taki dati te sani miti yu, yu no kan taki dat sani no dè: als er niets met me aan de hand is, doe ik geen moeite de dingen (het bovennatuurlijke)op te zoeken. Je hebt weer anderen die zeggen dat als je voor problemen komt te staan, je niet kan zeggen dat de dingen (het bovennatuurlijke) er niet zijn.” Dat zijn twee

dingen. Het is goed dat je met het onderwerp fyofyo bezig bent, maar ik wil je op bepaalde knelpunten wijzen. Je benaderingswijze moet niet alleen gericht zijn op de psychologische kant daarvan, maar het moet meer een hele vorm van geestelijke verwensingen beslaan. Het zijn gewoon uitspattingen die je geestelijk voor een ander wenst. Fyofyo is iets dat prikkelt bij mensen. Dat merk ik als ik fyofyo bij mensen wegwas. Je voelt hoe de persoon bepaalde steken over het lichaam krijgt.

3.5.2. Fyofyo en de dood

Zoals je bekend, is fyofyo een van de aspecten van de wintireligie. De intensiteit van fyofyo kan verschillend zijn. Als de fyofyo zich heeft verdiept door een vloek die van generatie op generatie doorwerkt, heet dat kunu. De kunu die als verschijnsel niet verbonden is aan vorige generaties noemt men mekunu (a kunu di meki: de kunu die gemaakt is). Die mekunu wordt gemaakt door de geestelijke massa als vloek waar iemands persoonlijkheid geen weerbaarheid tegen heeft. Daarop kan de dood volgen. Het gaat hier om een extreme vorm van fyofyo. De vloek zit in de gemeenschap en verwordt tot kunu wanneer die vloek (mekunu) niet binnen de familie, of stamverband is opgelost en doorwerkt van generatie op generatie.

3.5.3. Eerste voorbeeld

Een dochter heeft waarschijnlijk het erf (tuin) van haar ouders onder haar beheer gekregen. Die laat vervolgens dat op haar naam beschrijven en op een gegeven moment verkoopt zij dat. Ze kan niet verklaren waar het geld gebleven is. Haatgevoelens tussen haar en moeder zijn daardoor ontstaan. Moeder praat niet met haar dochter. Dan hoor je uitspraken als mi winsi a

dede (Ik wens dat ze dood gaat), saka saka (laaghartig) en noem maar op.

En als iemand de dochter, bijvoorbeeld Elsje tegenkomt en vraagt: “Elsje fa ai go nanga yu ma (Elsje hoe gaat het met je moeder) antwoordt zij: “Meisje mi no è bemoei nanga mi ma, mi nanga ing no habi zaak” (meisje ik bemoei niet met mijn moeder, met haar heb ik geen zaak).” Zie nu welke consequenties dat kan hebben. Elke uitspraak komt in een bakje, en wat in die bak zit wordt een heel grote massa en dat wordt die mekunu. Het wordt dan ondragelijk. En als dat symbolisch zwaar op je drukt, dan zou ongeacht

125

de vele kosmische stralen niemand je kunnen helpen. En als je deze mensen dan een wasi geeft, dan zie je die fyofyo aan de rand van de kalebas, soms zelfs houtluizen. Wordt de mekunu niet behandeld, kan dat als vloek doorwerken naar volgende generaties als kunu.

3.5.4. Tweede voorbeeld

Het betreft iemand die zich niet kan manifesteren, omdat de fyofyo niet is weggenomen. Waar het om gaat is dat die fyofyo zowel bij moeder als bij dochter moet worden weggenomen. Als dat niet het geval is, begin ik er niet aan om de persoon te helpen. De bonuman, of wel wintitherapeut die dit werk gaat doen moet weten stevig in zijn schoenen te staan, voordat besloten wordt om aan de behandeling te beginnen. Men moet zeker weten of men in zal slagen de fyofyo weg te nemen.

3.5.5. Fyofyowatra, of gewoon water

Alleen water helpt niet, nee dat kan niet. De kruiden vergezellen de natuurkrachten die nodig zijn bij het maken van fyofyowatra. Deze samenstelling van natuurproducten loopt evenwijdig met de uitspraken die je tegen de hulpvragende doet: “Luku fu tide a mofo di ben taki, mi puru

hem gi yu (kijk vandaag, de woorden die door jou waren uitgesproken zijn

teruggenomen.” Met sibiwiri doe je dat en dan neem je telkens wat van het kruidenbad in de mond en blaast dat weer uit. Ala sa a mofo disi puru, mofo

watra na bana watra, ai flaka, mi è puru a mofo baka. (alles wat deze mond geuit heeft, woorden die net zo sterk zijn als de vlek van de banaan, ik neem al die woorden weer terug). Op dat moment voelt de persoon al hoe de

fyofyo het lichaam verlaat. Zo haal je op een authentieke manier fyofyo weg door gebruik te maken van de ondersteuning die de natuur je biedt. Wanneer we met betrekking tot de samenstelling van fyofyowatra, de voorbereiding daarvan, een vergelijking maken tussen de marron (binnenlandbewoners) en de stadscreool, zien we verschillen. De boslandcreool stelt zijn kruidenbad samen op een authentieke manier, zoals het feitelijk moet. De stadscreool heeft allerlei verfraaiingen en modieuze handelingen eraan toegevoegd. Daarbij arrangeert men danspartijen, met klederdracht, die vroeger niet gedragen werd.

3.5.6. Surinamers en hun rituelen in Nederland

Er zijn Surinamers in Nederland die zich uitgeven voor bonuman, maar dat is alleen maar een rage. Er wordt wintiprei gegeven. Sommigen dansen op hakken. Ik heb veel meegemaakt op dit terrein in Nederland. Ik weet niet wanneer onze cultuur echt op een behoorlijke manier behartigd zal

126

worden. Mensen moeten stappen zetten elkaar te waarderen en niet de poot onder de stoel van de ander weg te zagen. Daar ben ik wel bang voor, want ze willen altijd een vooraanstaande positie innemen. En meestal pretenderen zij als Creool de grootste winti te hebben. Ik verdiep me in winti, omdat mijn overgrootmoeder slavin was. Met dit gegeven weet ik heel goed waar ik het over heb als ik over winti en fyofyo praat. Mijn overgrootvader was een Chinees. Mijn grootmoeder is naar Suriname gekomen met de kennis van heel wat kruiden. Als kind al was ik altijd geïnspireerd om met kruiden bezig te zijn. Het was mijn wens om mij later ook daarin te verdiepen, wat ook gebeurd is. Ik kom uit Marowijne, de plek waar de zon opkomt en daardoor weet ik ook veel van kruiden en van de rituelen. Ik kan daar heel veel over vertellen. Het is moeilijk alleen met woorden aan te geven wat het is. Je moet gewoon die voorbeelden nagaan die ik je heb uitgelegd over hoe het eigenlijk werkt. Fyofyo is geen mondeling ding dat gewoon komt. Het heeft een geestelijk karakter. Je kunt doen wat je wilt, je mag het opschrijven, je mag het doen. Het woord is droog, het natte hoort er ook bij, het rituele om zo symbolisch mogelijk de krachten op te wekken. De geestelijke dekking moet er zijn als het om fyofyo gaat. Het woord is niets, het woord fyofyo is zo kort, gewoon fyofyo. Echter, het totale wat het allemaal inhoudt en in het leven van mensen teweegbrengt dient serieus genomen te worden. Dit zeg ik omdat ik heb meegemaakt dat fyofyo dodelijk kan zijn. Het is geen gemakkelijk onderwerp dat je onderzoekt. Om al deze dingen op een heel goede manier uit te leggen en te gaan beschrijven, vergt veel tijd.

127