• No results found

4.5.1 Inleiding

Samen met het voorstel voor de CCCTB heeft de Europese Commissie in 2011 een Impact Assessment gepresenteerd. In dit document wordt de impact van de CCCTB op verschillende gebieden beschreven. Hieronder valt ook de impact op

compliancekosten.

‘’Summary of the Impact Assessment, Accompanying document to the the proposal for a Council Directive on a Common Consolidated Corporate Tax Base.’’85

Er zijn meerdere onderzoeken samengebracht in de Impact Assessment. Onder andere zijn de drie hiervoor besproken onderzoeken hierin meegenomen. Daarnaast zijn er andere onderzoeken in opdracht van de Europese Commissie verricht die mede hebben bijgedragen aan de totstandkoming van de Impact Assessment. Deze

onderzoeken zagen evenwel niet op de compliance kosten en zij worden dan ook niet behandeld in deze scriptie. Hierna wordt alleen ingegaan op de studies waarin

onderzoek is verricht naar de impact op compliance kosten.

4.5.2 Opgenomen vormen van de C(C)CTB in de Impact Assessment

In de Impact Assessment wordt onderscheid gemaakt tussen vier verschillende vormen van een gemeenschappelijke vennootschapsbelasting:

-­‐ de optionele CCTB -­‐ de verplichte CCTB -­‐ de optionele CCCTB -­‐ de verplichte CCCTB

                                                                                                               

85 European Commission, ’Summary of the Impact Assessment, Accompanying document to the the proposal for a Council Directive on a Common Consolidated Corporate Tax Base  

Er wordt vanuit gegaan dat lidstaten bij elk van deze vormen soeverein blijven in het bepalen van het tarief.

4.5.3 Rangschikking van de verschillende vormen

86

In de Impact Assessment is het bovenstaande schema opgenomen. In dit schema wordt weergegeven welke vorm van de C(C)CTB te prefereren is volgens de verrichte onderzoeken. De CCCTB blijkt aanzienlijk beter te scoren dan de CCTB.

Uit het schema valt af te lezen dat op basis van het door PWC verrichte onderzoek naar de impact op de compliance kosten het beter is om de huidige situatie te

behouden, dan een verplichte dan wel optionele CCTB in te voeren. Het door Deloitte verrichte onderzoek laat zien dat het invoeren van een gemeenschappelijke

vennootschapsbelastinggrondslag tot een sterkere reductie van compliance kosten leidt dan wanneer de huidige situatie behouden blijft.

De door het CPB verrichte studie is specifieker in de opties. De verplichte dan wel optionele CCCTB wordt verkozen boven de CCTB. De verplichte CCTB wordt als slechtste beoordeeld en het behouden van de huidige situatie wordt dan ook verkozen boven de verplichte CCTB.

                                                                                                               

86 European Commission, ’Summary of the Impact Assessment, Accompanying document to the the proposal for a Council Directive on a Common Consolidated Corporate Tax Base, p.8

4.6 Samenvatting en conclusie 4.6.1 Conclusie

De deelvraag:

Op basis van welke onderzoeken heeft de Commissie haar voorstel tot een CCCTB in 2011 gebaseerd en hoe werken de uitkomsten van deze onderzoeken uit voor de CCTB?

laat zich als volgt beantwoorden.

De Europese Commissie heeft haar keuze voor het doen van een voorstel tot

invoering van een CCCTB in 2011 onder andere gebaseerd op door PwC, Deloitte en het CPB verrichte onderzoeken naar de impact van de CCCTB op compliance kosten. Deze onderzoeken laten zien dat met invoering van de CCCTB de compliance kosten van ondernemingen verminderd zullen worden. Echter kan dit argument door de Europese Commissie niet worden aangevoerd voor invoering van een CCTB. Op basis van de door PwC, Deloitte en het CPB verrichte onderzoeken kan worden gesteld dat op het gebied van compliance kosten de CCCTB een te prefereren regime is boven het regime van de CCTB. Uit deze onderzoeken blijkt dat het niet eenvoudig is om de exacte gevolgen voor de compliance kosten van de invoering van een

C(C)CTB vast te stellen, hetgeen tot gevolg heeft dat bij deze uitkomsten de nodige kanttekeningen en nuanceringen geplaatst moeten worden. Ondanks de beperkingen van deze onderzoeken kan worden gesteld dat multinationaal opererende

ondernemingen meer gebaat zijn bij het regime onder de CCCTB dan onder het regime van de CCTB.

4.6.2 Samenvatting

In deze subparagraaf wordt meer gedetailleerd ingegaan op de vormgeving van elk van de drie onderzoeken, de hieruit voortvloeiende resultaten en de mogelijke verklaringen die hieraan ten grondslag lagen.

Het door PwC verrichte onderzoek was specifiek gericht op de compliance kosten van multinationale ondernemingen. Deze ondernemingen werden gevraagd naar de

gespendeerde tijd aan de verschillende activiteiten op het gebied van compliance. Vervolgens werden de kosten van deze verschillende activiteiten via een ‘standard cost methodology’ berekend. Dit betekent dat niet de actuele kosten zijn opgenomen in het onderzoek. Dit heeft tot gevolg dat de resultaten minder accuraat zijn dan wanneer de actuele kosten zouden zijn opgenomen.

Resulterend kan worden gesteld dat naar aanleiding van het door PwC verrichte onderzoek de CCCTB de voorkeur geniet boven de CCTB. Invoering van de CCCTB zal een reducering van compliance kosten tot gevolg hebben, invoering van een CCTB zal daarentegen een verhoging van de compliance kosten teweegbrengen. De stijging van de compliance kosten onder het regime van de CCTB waren volgens het onderzoek hoofdzakelijk te wijten aan een grotere administratieve last ten aanzien van het bijhouden van een administratie voor fiscale doeleinden. Waarom er onder het regime van de CCTB meer tijd wordt gespendeerd onder dit regime komt uit het onderzoek niet naar voren.

Ook het door Deloitte verrichte onderzoek was specifiek gericht op de compliance kosten van multinationale ondernemingen. In dit onderzoek is hoofdzakelijk onderzocht welk regime te prefereren is bij het opzetten van of investeren in een buitenlands dochterlichaam. Fiscale experts verstrekten informatie over de

gespendeerde tijd bij de hierbij vereiste compliance werkzaamheden. Met behulp van het SCM werd dit vertaald naar schattingen van gespendeerde kosten.

Resulterend kan worden gesteld dat de CCCTB op het gebied van compliance kosten bij het oprichten van dan wel investeren in buitenlands dochterlichaam het te

prefereren regime is. Ook onder het regime van de CCTB werd een kleine reducering gerealiseerd, echter was deze reducering onder het regime van de CCCTB

substantieel groter. Deze kostenverlaging onder het regime van de CCCTB viel hoofdzakelijk te wijten aan het niet langer hoeven opstellen van

verrekenprijsdocumentatie.

In het door het CPB verrichte onderzoek is het CORTAX model gebruikt. Dit model is vaker gebruikt voor het simuleren van economische effecten die worden

de invoering van een CCTB op de korte termijn een verhoging van de compliance kosten voor ondernemingen zal betekenen. Echter is het

waarschijnlijk dat dit op de lange termijn een positief effect zal hebben op de compliance kosten. De invoering van de CCCTB heeft een evenwel nog positiever effect op de economie. Door de reductie van de compliance kosten onder de CCCTB zal invoering hiervan volgens het CORTAX model een 0,1% positief effect op het BBP teweeg brengen. Dit in tegenstelling tot de CCTB waar dit effect niet

waargenomen is. De verklaring hiervoor is de toevoeging van de consolidatie en de formula apportionment in het model.

Omdat er veel aannames worden gedaan in dit onderzoek wordt er in de conclusie expliciet aangegeven dat de resultaten van deze studie met de nodige voorzichtigheid moeten worden bekeken en gebruikt.