• No results found

6. Een alternatief kader

6.2. Herstel als doel

Letselschadeprocessen worden door deelnemers veelal als belastend ervaren.153 In een kwalitatief onderzoek van Huver e.a. kwam naar voren dat sommigen zelfs stellen dat dit hun herstel in de weg stond. Onder andere de grote afstand en formele houding tussen partijen worden vaak genoemd als factoren die dit proces negatief beïnvloeden. Twee belangrijke conclusies die uit de interviews van Huver e.a. naar voren kwamen waren dat voor claimanten niet alleen financiële compensatie van

149

Lindenbergh & Mascini, Schurende dilemma’s in het aansprakelijkheidsrecht, 2013.

150

Huver e.a., Slachtoffers en aansprakelijkheid: Deel I Terreinverkenning, WODC 2007.

151

Robbennolt, Apologies and Settlement Levers, J Emp Legal Stud 2006, p. 333-373.

152

Zie onder andere Akkersmans & Hulst, De niet-financiële impact van schadetoebrenging en hoe

daaraan tegemoet te komen, TVP 2014/4, p. 102-4.

153

belang is en dat voor herstel, in bredere zin, niet alleen de uitkomst, maar tevens het proces hiernaartoe van belang is.154 Het Nederlandse aansprakelijkheidsrecht is bijna volledig gericht op het financieel vergoeden van claimanten. Dat is frappant als men bovenstaande behoeften van slachtoffers in ogenschouw neemt. Eén van de genoemde oorzaken hiervoor is dat vergoedingen voornamelijk gericht zijn op de (makkelijker te berekenen) materiële schades. Slachtoffers geven echter juist aan ook behoefte te hebben aan immateriële compensatie waarbij ik niet doel op smartengeld.155

Een belangrijke vraag die daarbij opdoemt is: “Waar gaat het om in het aansprakelijkheidsrecht?”.156 Is dat geld of herstel? De hoofdregel van artikel 6:103 BW leest: “Schadevergoeding wordt voldaan in geld.”, pas na deze zin wordt gesproken over eventuele schadevergoedingen in een andere vorm dan geld. De wetgever lijkt dit dus als eerste en meest optimale middel te zien om iemands rechtspositie te herstellen. Dit systeem gefocust op geld is anders dan bijvoorbeeld het Duitse systeem waar men spreekt van ‘Naturalherstellung’ (het herstellen van toegebrachte schade).157 Het proces dat ontstaat door dit op financiële compensatie gerichte systeem wordt vaak ervaren als vervreemdend, frustrerend en zeer belastend.158 Dit kan herstel belemmerend werken. Uit onderzoek blijkt ook dat mensen het verlies van gezondheid en geld niet als gelijke grootheden zien.159 Dat houdt in dat een puur financiële tekortkoming dus eigenlijk altijd tekort zal schieten.

Dat slachtoffers ook ‘rood staan op de emotionele bankrekening’ heeft de afgelopen jaren de roep vanuit het veld doen toenemen om in het aansprakelijkheidsrecht meer rekening te houden met andere factoren dan alleen financiële compensatie.160 Akkermans & Hulst brengen de punten waar 154 Ibid. 155 Ibid. 156

Zie onder meer Hartlief, Waar ligt de toekomst van personenschaderecht, NJB 2015/2003 en zie vooral ook Akkermans, Think Rehab!, over de prioriteit van herstel, herstelgerichte dienstverlening,

de knikkers en het spel, LSA Bundel Je geld of je leven terug Vergoeding in natura, 2015, p. 11-36; zie

ook Van Dijck, Naar een nieuw schadevereiste in het aansprakelijkheidsrecht, NJB 2016/1127.

157

Lindenbergh, Herstel bij letsel. Over de juridische fundering van verplichtingen in herstel, 2014.

158

Ibid.

159

Fiske & Tetlock, Taboo-trade offs, Pol Psych 1997/18, p. 255-297.

160

Zie onder andere het onderzoeksrapport van Hulst, Akkermans & Buschbach, Excuses aan

verkeersslachtoffers, 2014 en ook Smeehuijzen e.a., Opvang en schadeafwikkeling bij onbedoelde gevolgen van medisch handelen, 2013.

verkeersslachtoffers behoefte aan hebben terug tot het herstel van status (relationeel), een bevestiging van geschonden normen (moreel) en een gevoel van procedurele rechtvaardigheid voor slachtoffers.161 Slachtoffers willen gerespecteerd en in hun autonomie hersteld worden. Daarnaast zijn het maken van excuses aan een slachtoffer en de manier van omgang met een slachtoffer belangrijk. Slachtoffers willen voelen dat beseft wordt dat de daad tegen hen onrechtmatig was. Zij willen zich niet een nummertje of ‘weer het volgende dossier’ voelen, zo blijkt ook uit het onderzoek van Akkersmans en Hulst.

Aangedragen oplossingen voor deze problemen zijn onder andere het proactief benaderen van slachtoffers in plaats van te wachten tot zij actie ondernemen, slachtoffers de ruimte bieden voor het doen van hun verhaal en het behandelen van slachtoffers met respect en aandacht door hen bijvoorbeeld te betrekken in het proces en de besluitvorming.162 Juist de menselijke maat (staande voor respect, luisteren, mededogen en sympathie) zoals deze recent werd bepleit door Spronken op de vergadering van de Nederlandse Juristen Vereniging, is hier van belang.163

Een andere beperking van het aansprakelijkheidsrecht is dat er bij het bepalen van schadevergoedingen louter wordt teruggekeken, om zo te trachten iemand ‘terug te brengen in een toestand waarin deze zou hebben verkeerd indien de schadeveroorzakende gebeurtenis zou zijn uitgebleven’.164 Financieel gezien kan iemand mogelijk nog wel in de oude toestand hersteld worden, hierdoor wordt echter afgedaan aan de emotionele situatie, wat voor een slachtoffer nimmer meer in een toestand gebracht kan worden als voor het ongeval.165 Een meer toekomstgerichte maatstaf kan daarvoor uitkomst bieden.166 Door te gaan rekenen vanuit de situatie waarin het slachtoffer zich bevindt en te kijken naar de nog beschikbare mogelijkheden voor ontplooiing kunnen niet-financiële

161

Akkersmans & Hulst, De niet-financiële impact van schadetoebrenging en hoe daaraan tegemoet

te komen, TVP 2014/4, p. 102-4 en ook Akkermans & Wees, Het letselschadeproces in therapeutisch perspectief, TVP 2007/4, p. 103-118.

162

Akkermans & Wees, Het letselschadeproces in therapeutisch perspectief, TVP 2007/4, p. 103-118.

163

Spronken, Voorzittersrede NVJ vergadering, uitgesproken op 10 juni 2016, NJB 2016/1399.

164

Boom, Beter schadevergoedingsrecht begint bij beter onderscheid, NTBR 2011.

165

Dijck, Emotionele belangen en het aansprakelijkheidsrecht, NJB 2015/1787, p. 2530 e.v.. In de rechtsspraak wordt dit soms ook wel erkend. Denk bijvoorbeeld aan de arresten van de Hoge Raad over Baby Kelly, de Taxibus en de DES-dochters.

166

Zie onder andere Dijck, Emotionele belangen en het aansprakelijkheidsrecht, NJB 2015/1787, Lindenbergh 2014, Herstel bij letsel. Over de juridische fundering van verplichtingen in herstel, 2014 en Loth & Stegerhoek, ‘Achter het stuur in de bus’, AV&S 2016/18, p. 1-12.

behoeften van slachtoffers een meer volwaardige plaats innemen. Er wordt dan immers gekeken naar het herstel van mogelijkheden en bekwaamheden. Geld moet niet het doel op zich zijn, maar bestaan om te faciliteren in een menswaardig bestaan.167 Hiermee wordt ook tegemoetgekomen aan het argument van tegenstanders dat geld de enige mogelijk vorm van compensatie is. De vergoeding zal nog steeds met name financieel zijn, maar deze zal belicht worden vanuit een andere hoek.