• No results found

Handhaving van overheidswege

5.1 Inleiding

In de voorgaande hoofdstukken is inzicht gegeven in de ontwikkeling en de reikwijdte van de Arbo- en Arbeidstijdenregelgeving en de kritieke arbeidsomstandigheden van de platformwerkers in het wegvervoer. Om er voor te zorgen dat deze wetten worden nageleefd is handhaving van groot belang. Derhalve wordt in dit hoofdstuk aandacht besteedt aan het handhavingsmechanisme van de overheid. Gelet op de focus van dit onderzoek, zal vooral de handhaving op het wegvervoer besproken worden. Tot slot komen de actualiteiten aan bod.

5.2 Handhavingsinstanties

5.2.1 Inspectie SZW

De handhaving van de Arbowet en Arbeidstijdenwet is opgedragen aan de Inspectie SZW.135

Twee afzonderlijke directies houden zich specifiek bezig met het arbeidsomstandighedenbeleid, namelijk de Directie Mensen en Middelen (M&M) en de Directie Toezicht.136 In de vervoerssectoren is de handhaving (gedeeltelijk) opgedragen aan de

Inspectie Leefomgeving en Transport.

De Inspectie SZW heeft bij overtredingen van de arbeidsregels de volgende instrumenten: 137

- (Bestuurlijke) Boete;

- (Preventieve) Stillegging (bij ernstig gevaar voor de veiligheid of gezondheid van personen of als bedrijven herhaaldelijk de arbeidswetgeving overtreden);

- Mondelinge afspraak (niet-ernstige overtredingen);

- Waarschuwing of eis tot naleving van de wet (niet zware of ernstige overtredingen);

- Dwangmaatregelen (als een voorgeschreven maatregel niet is nageleefd, ondanks eerder handhavend optreden van de inspecteur).

135 Zie voor nadere informatie omtrent de totstandkoming van de Arbeidsinspectie Bijlage 1. 136 Staatscourant 2018 nr. 33434.

5.2.2 Inspectie Leefomgeving en Transport

In de vervoerssectoren is de handhaving (deels) opgedragen aan de Inspectie Leefomgeving en

Transport (hierna ILT). De ILT bevordert de naleving van het Arbeidstijdenbesluit vervoer via

vergunningverlening, door middel van handhaving (dienstverlening, toezicht en opsporing) en door het verrichten van onderzoek.138 Tevens richt zij zich in het wegvervoer voor een

belangrijk deel op de naleving van de arbeids- en rusttijden. Dit gebeurt zowel langs de openbare wegen als bij de ondernemingen zelf.139

5.3 Bijzondere aansprakelijkheidsregeling

In art. 8:1 Arbeidstijdenbesluit vervoer staat een bijzondere aansprakelijkheidsregeling. In dit artikel is de aansprakelijkheidsregeling namelijk niet gekoppeld aan een specifiek persoon die een voorgeschreven norm overtreedt maar aan de gedraging van de overtreding. Het regelt dat het niet-naleven van de verplichting een (bestuursrechtelijke) overtreding is. Dit hangt samen met de situatie dat de bestuurder van bijvoorbeeld een taxi zowel een werknemer als een zzp’er (‘eigen rijder’) kan zijn. Wie kan er dan worden aangesproken? Als de bestuurder een werknemer is, dan is de grondslag voor de aansprakelijkheid neergelegd in art. 11:2 Atb. vervoer. In dat geval is de werkgever in principe verantwoordelijk voor de naleving van de wettelijke voorschriften (zie art. 8:1 lid 2 Atb. vervoer). Men spreekt hier ook wel van het zogenoemde ‘fictieve daderschap’.140 Als de werkgever kan aantonen dat hij de nodige bevelen

heeft gegeven, de nodige maatregelen heeft getroffen, de nodige middelen heeft verschaft en het redelijkerwijs te vorderen toezicht is gehouden om de naleving te garanderen dan kan hij zich disculperen en wordt de werknemer verantwoordelijk gehouden voor het overtreden van het desbetreffende voorschrift (zie art. 8:1 lid 3 Atb vervoer). Daarbij dient de werkgever het werk zodanig te organiseren dat een werknemer het ATB vervoer niet hoeft te overtreden. Daarnaast is de werknemer zelf verantwoordelijk voor de naleving van twee nader aangegeven normen, namelijk de regelingen over controlemiddelen en dan met name het misbruik ervan (zie art. 2.4:4 Atb vervoer) en internationale verplichtingen (zie art. 2.4:13 Atb vervoer).

138 https://www.ilent.nl/over-ilt/het-werk-van-de-ilt.

139 https://www.ilent.nl/onderwerpen/taxichauffeurs/inspecties. 140 Kamerstukken II 2001–2002, 28 146, nr. 5, p. 1-2.

5.4 Boordcomputer taxi (BCT)

Voor de taxibranche is in hoofdstuk 7 van Wet Personenvervoer 2000 de diverse instanties die toezien op naleving van de taxiwetgeving opgenomen. De belangrijkste toezichthouder is ILT. Een belangrijk instrument om de arbeids- en rusttijden te controleren is de zogenoemde ‘Boordcomputer Taxi’ (BCT). Een aantal voordelen van de boordcomputer is dat de ILT taxibedrijven beter kan controleren. Oneerlijke concurrentie door taxibedrijven die frauderen met gegevens van ritten en arbeids- en rusttijden, krijgt zo minder gelegenheid. Ook kan de inspectie chauffeurs die te lang achter het stuur zitten sneller en efficiënter opsporen, dit komt de veiligheid van het taxivervoer ten goede. Alhoewel de BCT een grote stap in de goede richting is, blijkt uit het eerder dit jaar verschenen evaluatierapport141 dat de BCT nog altijd

niet functioneert zoals gewenst. De inspectie zou te maken hebben met technische moeilijkheden bij het uitlezen en analyseren van de data. Derhalve wordt een nieuwe analysetool ontwikkeld. Er is een wijziging van wetgeving in voorbereiding om het mogelijk te maken dat een BCT-storing ook ter plekke kan worden verholpen.142

Tot slot verdient opmerking dat sinds 2015 nieuwe rij- en rusttijden gelden voor taxichauffeurs.143 Met deze wijziging zijn de regels aanmerkelijk vereenvoudigd en daarnaast

zijn de grootste knelpunten voor zzp’ers (met name problemen bij de toepassing van de Arbeidstijdenwet op zelfstandigen) en werkgevers weggenomen.144 Zo zijn de regels voor

rijtijd geschrapt. Deze regels waren afkomstig uit het zware (internationale) wegvervoer en gericht op een andere vorm van vervoer dan het taxivervoer. Ook zijn de regels voor nachtarbeid versoepeld. Voor een deel van de taxibranche waren ze niet van toepassing (bijv. gehandicaptenvervoer), en voor een ander deel (bijv. de straattaxi in uitgaansgebieden) waren ze onnodig knellend, zeker omdat de Arbeidstijdenwet aan horecaondernemingen veel ruimte biedt in de nacht te kunnen werken. Daarnaast zijn de regels voor de dagelijkse en wekelijkse rusttijd vereenvoudigd.145

141 https://www.rijksoverheid.nl/.../rapporten/.../rapportage...evaluatie.../rapportage-nulm.

142 Kamerbrief van Staatssecretaris Infrastructuur en Waterstaat over ontwikkelingen op de taximarkt, 14 maart

2019, p. 3.

143 Besluit van 8 december 2014 tot wijziging Arbeidstijdenbesluit vervoer in verband met vereenvoudiging regels

taxivervoer, p. 4.

144 Zie voor de geldende rij- en rusttijden bijlage 2 van deze scriptie. 145 Kamerstukken II 2013–2014, 31521, nr. 77.

5.5 Bestuurlijke boete

De ILT, de politie en de Koninklijke Marechaussee zijn de toezichthouders voor de Arbeidstijdenwet en het Arbeidstijdenbesluit vervoer. Wanneer sprake is van een overtreding die bestuurlijk beboetbaar is wordt een boeterapport of proces-verbaal gemaakt.146 Het Bureau

Bestuurlijke Boete van de ILT kan daaropvolgend een boete opleggen.

De sancties zijn in de volgende categorieën onderverdeeld:

Kleine inbreuk € 0, - € 199,– (direct beboetbaar vanaf 3e bedrijfsinspectie)

BI = Belangrijke inbreuk € 200, € 549,– (direct beboetbaar vanaf 2e bedrijfsinspectie) HBI = Heel belangrijke inbreuk ≥ € 550,– (direct beboetbaar vanaf 1e bedrijfsinspectie)

De boetes variëren van €100 voor het niet nemen van voldoende dagelijkse rusttijd tot € 4.400,- euro voor het niet gebruiken van de BCT.147

Enkele boetefeiten- en bedragen zijn: Geen vergunning taxivervoer: € 4.300,00.

Geen (geactiveerde/goedgekeurde) BCT: € 4.400,00. Geen gekeurde taxameter: € 900,00.

Inzake de rij- en rusttijden:

Dagelijkse rusttijd minder dan 11 uur: €100

• Dagelijkse rusttijd minder dan 8,5 uur: €550 + €100 per uur te kort.

Genieten van een normale wekelijkse rusttijd in het voertuig van 45 uur of langer: € 1.500,00.

(Opmerkelijke overtreding, dit zou betekenen dat de chauffeur twee dagen in zijn auto rust).148

146 https://www.ilent.nl/onderwerpen/bestuurlijke-boete-transport.

147 Beleidsregel boeteoplegging Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit vervoer (wegvervoer) 2016, Bijlage 1.

Tarieflijst boetenormbedragen bestuurlijke boete wegvervoer (boetecatalogus).

5.5.1 Opinie

Opvallend is dat de boetes van het overtreden van de rij- en rusttijden relatief gezien lager zijn dan de boetes inzake de BCT. Ook zorgen deze lage boetebedragen naar mijn mening niet voor het gewenste schrikeffect. Derhalve is het verstandig om de boetes te verhogen om de naleving van de rij- en rusttijden te bevorderen. De grote vervoersondernemingen schrikken namelijk niet van deze bedragen en de chauffeurs wagen het erop om niet beboet te worden. Alhoewel uit controles blijkt dat de meerderheid van de chauffeurs zich aan de regels houdt, toch is elke chauffeur die de regels overtreedt, één te veel. De taxichauffeurs die namelijk wel in de fout gingen deden dit met name op het gebied van te kort genoten rust.149 De eerder genoemde

dodelijke verkeersincidenten geven maar al te goed weer wat het gevolg kan zijn van het vermoeid rondrijden. Om dit een halt toe te roepen lijkt mij een verzwaring van de sancties noodzakelijk.

5.6 Actualiteit

Op 27 mei jl. is met de aangeboden voorjaarsnota bekend geworden dat de minister van

Infrastructuur en Waterstaat extra geld ter beschikking stelt aan de ILT. 150 Deze investering is

bedoeld voor extra handhavers en voor nieuwe kennis en technologie. De inspectie krijgt stapsgewijs extra geld: in 2019 €10 miljoen, in 2020 €12 miljoen en vanaf 2021 €15 miljoen per jaar structureel. Dit is een stijging van bijna tien procent ten opzichte van de huidige

begroting.151 Hiermee geeft de minister gehoor aan een breed verlangen van de Tweede Kamer.

149 https://www.taxipro.nl/straattaxi/2017/02/22/boetes-en-waarschuwingen-bij-taxicontroles-in-grote-steden/ 150 Kamerstukken II 2018-2019, 35210-A nr. 2