• No results found

H ERGEBRUIK VAN GERECYCLEERDE PUINFRACTIE

Om te vermijden dat bij hergebruik van afvalstoffen bijkomende milieuvervuiling optreedt heeft de Vlaamse overheid het hergebruik van afvalstoffen aan strikte voorwaarden verbonden. Hoofdstuk 4 van het Vlarea vermeldt welke soorten afvalstoffen in welke toepassingen en onder welke voorwaarden mogen hergebruikt worden.

Gebroken inert afval en gebroken asfaltpuin kunnen zo enkel als bouwstof gebruikt worden. In de praktijk kan men puingranulaten bijvoorbeeld gebruiken als (onder)fundering in de wegenbouw of als component van mager recyclagebeton. Indien een afvalstof voldoet aan deze Vlarea-voorwaarden, bepaald in afdeling 4.2, verliest deze afvalstof het statuut van afvalstof en wordt secundaire grondstof. De secundaire grondstof is geen afval meer en dus niet langer onderworpen aan de milieuwetgeving voor afvalstoffen. De secundaire grondstoffen worden minstens 1 maal per jaar bemonsterd en geanalyseerd op milieuhygiënische parameters door een erkend labo.

I.3.1 Hergebruik van inert puin

Huidige situatie

Inert afval mag enkel als bouwstof hergebruikt worden mits aan volgende voorwaarden van het Vlarea is voldaan:

- het puin moet afkomstig zijn van een Copro-gekeurde recyclage-inrichting. De puinbreker/werf (vaste locatie of bouw- en sloopwerf) moet tevens voldoen aan het milieuvergunningendecreet ;

- voor metselwerkpuin of mengpuin : het puin bevat max. 1 % (in massa) niet-steenachtige materialen zoals gips, rubber, kunststoffen, isolatie, roofing of andere niet-gevaarlijke verontreinigingen;

- voor betonpuin: het betonpuin bevat max. 0,5 % (in massa) niet-steenachtige materialen zoals gips, rubber, kunststoffen, isolatie, roofing of andere niet-gevaarlijke verontreinigingen;

- voor asfaltpuin: het niet-teerhoudend asfaltpuin bevat max. 0,5 % (in massa) niet-steenachtige materialen zoals gips, rubber, kunststoffen, isolatie, roofing of andere niet-gevaarlijke verontreinigingen;

- het puin bevat max. 0,5 % (in massa) organisch materiaal met name hout, plantenresten of andere verontreinigingen;

- het puin bevat geen vrije asbestvezels of asbeststof.

Het puin moet jaarlijks minstens éénmaal geanalyseerd worden door een door de OVAM erkend labo. De voornaamste te analyseren parameters voor inert afval zijn:

- zware metalen;

- polyaromatische koolwaterstoffen (PAK's);

- minerale olie.

Andere voorwaarden waaraan het puin moet voldoen zijn:

- De analyseresultaten moeten voldoen aan de Vlarea-normen voor vormgegeven of voor niet-vormgegeven bouwstof. Men spreekt van een vormgegeven bouwstof wanneer de bouwstof een vaste vorm met een zekere grootte heeft. Concreet is een bouwstof vormgegeven wanneer de bouwstof minimaal zo groot is als een kubus met 4 cm lange zijden en aan een minimale druksterkte kan weerstaan zonder vervorming. Een vormgegeven bouwstof is bijv. beton waarin inerte granulaten verwerkt zijn. Niet-vormgegeven bouwstoffen zijn bijv. granulaten die in losse vorm als onderfundering aangewend worden bij de wegenbouw.

- Gebruik als bouwstof betekent dat het puin enkel in functionele toepassingen gebruikt mag worden. Functionele toepassingen zijn toepassingen waarbij de bouwstof een bouwkundige functie vervult zoals bijv. bij gebruik als funderingslaag. Het gebruik van puin om enkel het reliëf van een terrein te wijzigen wordt door OVAM niet als een functionele toepassing beschouwd. Het Vlarea mag immers niet misbruikt worden om zich op goedkope wijze van afvalstoffen te ontdoen doch moet tot een zo hoogwaardig mogelijk hergebruik van afvalstoffen leiden. De verplichting tot functioneel gebruik volgt trouwens uit de definitie van werk en van bouwstof in art. 4.1.1. van het Vlarea.

Alle bovenvermelde voorwaarden zijn afkomstig uit het Vlaams Reglement betreffende Afvalvoorkoming en -beheer (afgekort als Vlarea).

Uit het bovenstaande mag duidelijk blijken dat de tijd voorbij is dat puin van een of andere sloopactiviteit willekeurig mag hergebruikt worden op een of andere werf. Dergelijke praktijken zijn op dit moment dus illegaal. In praktijk zullen enkel, professioneel uitgebate installaties (mobiel of vast) met COPRO-certificaat voor de recyclage van puin aan de bovenvermelde voorwaarden kunnen voldoen.

Met de uitgebreide wetgeving over het hergebruik van bouw- en sloopafval wenst de overheid de kwaliteit van puingranulaten die op de markt komen aanzienlijk op te waarderen zodat het vertrouwen van aannemers, bouwheren en anderen in deze producten toeneemt.

De toekomst.

Het gebruik van inert puin bij onderfunderingen gebeurt reeds zeer frequent en kan als een succes beschouwd worden. Wel worden hierbij op dit ogenblik zeker nog niet alle wettelijke voorwaarden consequent nageleefd en blijft de handhaving door de overheid achterwege.

Innovatief is het gebruik van puingranulaten in kringloopbeton. In Nederland mag bij constructief kringloopbeton 20 % puingranulaten toegevoegd worden zonder dat extra stijfheidberekeningen vereist zijn. Hoewel er in Nederland een aantal voorbeeldwerven zijn waar puin met goed gevolg in grootschalige betonwerken werd gebruikt, heeft deze toepassing toch nog geen algemene ingang in de bouwwereld gevonden. Op dit gebied kan nog grote vooruitgang geboekt worden door o.m. een betere informatieverstrekking waardoor de terughoudendheid bij de diverse sectoren overwonnen wordt.

In ons land heeft het WTCB het demonstratieproject "recychouse" uitgewerkt.

In dit huis heeft men talrijke recyclagematerialen in diverse toepassingen verwerkt. Zo bevat het structurele beton ca. 50 % metselwerkpuin.

II Van betonpuin tot secundaire grondstof

Bij het slopen van gebouwen komen verschillende soorten afval vrij. Het sloop- en breekproces moet zorgen voor een scheiding tussen deze soorten afval. Na deze scheiding kunnen de verschillende afvalsoorten verbrand, gestort of hergebruikt worden.

Om van het bouw- en sloopafval tot waardige gerecycleerde granulaten met een zekere korrelgrootte te komen moeten ze een bewerkt worden in een brekerinstallatie. Een dergelijke installatie bestaat uit een aantal opeenvolgende onderdelen waaronder de brekers die het puin tot een vast kaliber verkleinen en de wasinstallaties, windzifters, magneten, … die zorgen voor een eliminatie van de verontreinigingen.