• No results found

Financiering en algemene dekkingsmiddelen

In document dverleden Zwolle (pagina 161-166)

Programma 17B Vastgoedmanagement

Programma 19 Financiering en algemene dekkingsmiddelen

Beleidsverantwoording

Algemeen

De algemene dekkingsmiddelen bestaan in hoofdzaak uit de gemeentefondsuitkeringen en de opbrengst uit de onroerende zaakbelasting. Daarnaast worden algemene middelen verkregen via overige belastingen (m.n.

precariobelasting), rente-aftoppingsgelden van reserves en reserveverrekeningen.

De toelichting op de belastingopbrengsten is opgenomen in de verplichte paragraaf lokale heffingen.

Gemeentefondsuitkeringen

De uitkering via het gemeentefonds is in 2016 met € 4 mln. toegenomen tot € 265 mln. De toename is vooral het gevolg van hogere accresramingen, verdeeltechnische aanpassingen en taakmutaties enerzijds en anderzijds een daling van de uitkering betrekking tot het sociaal domein. De hoogte van de decentralisatie-uitkeringen blijft ongeveer op hetzelfde niveau.

Ontwikkeling uitkering gemeentefonds 2014-2016

Onderverdeling gemeentefondsuitkeringen: 2014 2015 2016

Algemene uitkering 111 104 111

Integratie-uitkeringen 11 138 135

Decentralisatie-uitkeringen 18 19 19

Totaal 140 261 265

(bedragen x € 1 mln.) Algemene uitkering:

De algemene uitkering is voor een groot deel afhankelijk van de ontwikkeling van de rijksuitgaven. De autonome groei (accres) van de algemene uitkering is gekoppeld aan een afgebakend deel van de rijksuitgaven. Stijgen de rijksuitgaven dan ontvangen de gemeenten een hogere uitkering en andersom dalen de rijksuitgaven dan ontvangen de gemeenten minder. In 2016 heeft deze koppeling aan de rijksuitgaven tot een hogere bijstelling van de algemene uitkering geleid.

Via de informatienota's over mei- en septembercirculaire hebben wij u daarover geïnformeerd. Evenzo over de andere ontwikkelingen aangaande het gemeentefonds.

Tevens was in 2016 sprake van een voordelige verrekening over 2015 vanwege overschrijding op de rijksuitgaven. De definitieve verrekening van het jaarlijks accres vindt plaats in het jaar na het betreffende begrotingsjaar. De verrekening over 2016 wordt in de meicirculaire 2017 opgenomen.

161

In onderstaand overzicht is het verloop van de onderuitputting op de rijksuitgaven vanaf 2012 opgenomen.

Overzicht accressen en onderuitputting rijksuitgaven

Reëel Accres Prijsontwikkeling Totaal Accres Onderuitputting rijksuitgaven

Risico’s algemene uitkering gemeentefonds

Bijstelling van de accressen is een reëel risico. Elk jaar weer blijkt dat de oorspronkelijk raming van het accres geregeld wordt bijgesteld. Neerwaartse bijstelling van het accres is een reëel risico. In de risicomatrix nemen we 1% als

structureel risico mee. Een ander reëel risico betreft de verdeelsystematiek van de algemene uitkering. De werkelijk ontvangst via de algemene

uitkering is mede afhankelijk van de ontwikkeling van de verdeelmaatstaven bij de andere gemeenten. Ook dit risico stellen wij op 1% van de algemene uitkering.

Integratie- en decentralisatie-uitkeringen:

In 2016 hebben we drie integratie-uitkeringen en 20 uitkeringen ontvangen. Bij de

decentralisatie-uitkeringen zijn er ten opzichte van 2015 vier vervallen en vijf nieuwe bijgekomen. Daarnaast zijn enkele decentralisatie-uitkeringen qua hoogte gewijzigd. De grootste uitkering betreft sociaal domein, deze daalt in 2016 met € 3 mln. vanwege gefaseerde doorvoering bezuinigingen op jeugd en participatie. In de regel worden de gelden voor de betreffende uitkeringen aangewend voor het doel waarvoor ze zijn ontvangen. In 2016 hebben wij de volgende integratie- en decentralisatie-uitkering ontvangen:

2015 2015

Integratie-uitkeringen (bedragen x € 1 mln.)

Wmo (oud, hulp bij huishouden) 7,50 8,24

Sociaal domein:

• Wmo (2015) 16,76 16,81

• Wmo (beschermd wonen, centrumgemeente) 58,48 58,34

• Jeugd 32,67 35,11

• Participatie 18,94 19,97

Vergunningen, toezicht en handhaving 0,35 0,35

Totaal 134,70 138,62

Decentralisatie-uitkeringen

Beeldende kunst en vormgeving 0,15 0,15

Bodemsanering 0,81 0,70

Combinatiefuncties Brede school, sport en cultuur 0,46 0,47

Gezond in de stad 0,07 0,07

Homo-emancipatiebeleid (LHBT) 0,02 -

Jeugd 0,21 0,21

Jeugdwerkloosheid 0,10 0,10

Maatschappelijke opvang 9,99 10,18

Versterking peuterspeelzalen 0,21 0,21

Veiligheidshuizen 0,22 0,22

Vrouwenopvang 3,66 3,72

We can Young 0,02 0,02

Beter benutten 0,13 -

Versterking aanpak jihadisme 0,11 -

Voorschoolse voorzieningen peuters 0,07 -

Asielinstroom 1,01 -

Implementatie participatiewet 0,40 0,50

Eigen Kracht 0,03 0,03

Huishoudelijke hulp 1,00 1,00

Bed, bad en brood - 0,16

Pilot nabestaanden - 0,12

Faciliteitenbesluit opvangcentra - 0,04

Herstructurering WSW sector - 0,97

Projectstimuleringsmaatregelen 0,02 0,01

Totaal 18,69 18,88 Financiering

Voor de beleidsmatige verantwoording van de financiering verwijzen wij naar de verplichte paragraaf financiering.

Verbonden partijen

In dit programma wordt de algemene deelneming van de Bank Nederlandse Gemeenten verantwoord. De resultaten van de overige deelnemingen (o.a. Vitens, Enexis en ROVA) worden onder de betreffende programma’s verantwoord. Het totaal overzicht van deelnemingen is te vinden in paragraaf 3: Verbonden Partijen.

De BNG draagt bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor inwoners. Daarmee is de bank essentieel voor de publieke taak. Zwolle is aandeelhouder van de bank vanwege (geringe) invloed op de dienstverlening en tarieven van de bank en het rendement op de aandelen. Over 2016 zijn er geen bijzonderheden te melden. Meer gedetailleerde informatie over deze verbonden partijen en de financiële resultaten over 2016 zijn te vinden in paragraaf 3: Verbonden Partijen.

De uitvoering van de gemeentelijke belastingheffing en -inning en de Wet woz wordt uitgevoerd door de verbonden partij Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus-Tricijn. Zij legt aan de inwoners één aanslag op voor zowel de gemeentelijke belastingen als de belastingen van het Waterschap. Zie voor nadere informatie paragraaf 3: Verbonden Partijen.

Stelposten

Onder de stelposten vallen onder andere de post incidenteel onvoorzien en de stelpost nog functioneel te ramen. De stelposten worden alleen op begrotingsbasis gehanteerd. Zodra een besluit is genomen om de stelpost aan te wenden dan wordt het budget afgeraamd en overgeheveld naar op het desbetreffende programma. Op rekeningbasis worden dan ook geen uitgaven geboekt op de stelposten. Onder onderdeel B van de jaarrekening is de besteding van de post onvoorzien opgenomen.

Gemeentelijke belastingen

Onder deze categorie worden de volgende algemene dekkingsmiddelen verantwoord:

• OZB woningen en niet-woningen

• Precariobelasting

• Baatbelasting

• Toeristenbelasting

• Naheffingsaanslagen fiscalisering parkeerboetes

In de verplichte paragraaf lokale heffingen zijn de ontwikkelingen omtrent de gemeentelijke belastingen toegelicht.

Financiële verantwoording

Financieel overzicht (bedragen x € 1.000) Vastgestelde

begroting 2016

Begroting t/m raad 19-12-2016

Rekening 2016 Te verklaren verschil t.o.v.

begroting 19-12-2016 -= nadeel; += voordeel Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten Saldo Saldo van baten en lasten 5.455 306.536 2.522 310.895 1.990 312.572 532 1.677 2.210

Reservemutaties 3.278 2.713 19.021 11.864 34.254 12.069 -15.233 205 -15.028

Gerealiseerd resultaat 8.732 309.249 21.543 322.760 36.244 324.642 -14.701 1.882 -12.818

Verschillen ten opzichte van de begroting inclusief begrotingswijzigingen (bedragen x € 1.000)

- = nadeel / + = voordeel Lasten Baten Saldo baten en

Uitkering gemeentefonds 937 937 937

Reserve verrekeningen -15.233 205 -15.028

Uitvoering wet W.O.Z. 43 1 44 44

Bel.OZB,precario, toeristenbel 589 589 589

Invordering -297 -297 -297

Overige dekkingmiddelen -165 32 -133 -133

Deelnemingen algemeen 2 2 2

Overige financiering 1 134 135 135

Renteverrekening reserves

Stelposten 565 -17 548 548

Onvoorziene uitgaven inc./str 385 385 385

Geldlening.vm Zandhove-Sophia

Totaal 532 1.677 2.210 -15.233 205 -12.818

163

Analyse afwijkingen > € 50.000 tussen begroting na wijziging en programmarekening 2016

Product afwijking I/D Analyse

Uitkering gemeentefonds 937 I Het verschil heeft vooral betrekking op de actuele gegevens inzake de verdeelsystematiek van het gemeentefonds.

Reserveverrekeningen -15.028 I Dit betreft het voordelige resultaat van de MPV 2017.

Uitvoering wet W.O.Z.

De kosten GBLT laten een klein voordeel zien.

Het grootste gedeelte van dit voordeel bestaat uit OZB (456). Daarnaast laten toeristenbelasting (50) en precario (83) een voordeel zien. Zowel bij precario als bij OZB hebben de voordelen te maken met meerdere jaren. GBLT krijgt steeds beter haar bestanden op orde waardoor de inkomsten positief uitvallen. Bij toeristenbelasting zien we dat de uitbreiding van hotelcapaciteit en verbetering van de bezetting extra inkomsten genereren.

Het gaat hierbij om de oninbare debiteuren van zowel GBLT als Zwolle zelf. Bij GBLT is diepgaander gekeken naar de inbaarheid van oude vorderingen, 2014 en 2015. Ook de voorziening is grondiger bekeken. Dit samen zorgt er voor dat er een veel hoger bedrag oninbaar is gegaan dan begroot. Ook binnen Zwolle zijn enkele grote vorderingen afgeboekt wegens faillissement. We merken, net als de landelijke trend, dat het percentage oninbaar aan het toenemen is. Het tekort voor 2016 is behoorlijk omdat het over meerdere jaren gaat.

Het nadeel betreft met name de verwachte af te dragen vennootschapsbelasting (150)

Overige financiering 142 I Renteresultaten (+142). Dit bestaat uit extra ontvangen rente op korte leningen, lagere externe kosten in verband met de treasuryfunctie en minder rentelasten op de aangetrokken langlopende leningen.

Stelposten 548 I Dit betreft de geraamd vrijval aan middelen uit de reserve stadsuitleg ( 300) en de reserve parkeren ( 250) . In de jaarrekening 2015 s aangegeven dat deze in 216 ten gunste van de algemene middelen gebracht zullen worden.

Onvoorziene uitgaven 385 I Het beroep op de post onvoorzien (begroot 500) is beperkt gebleven tot een bedrag van afgerond 115 (voor een specificatie verwijzen wij naar het afzonderlijk overzicht in paragraaf 3.7).

Bedragen x € 1.000

De genoemde verschillen passen binnen de door de raad vastgestelde beleidskaders.

I = incidenteel verschil, D = verschil met doorwerking naar latere jaren (structureel of meerjarig incidenteel) - = nadeel, + = voordeel

Overzicht restant investeringskredieten:

Project krediet nieuw besteding restant dekking

1-1-2016 krediet 2016 krediet derden res./voorz. expl.rek.

n.v.t.

Financiële structuur lasten en baten bestaand beleid (x € 1.000)

165

In document dverleden Zwolle (pagina 161-166)