• No results found

Binnen het onderwijs heerst consensus over het belang om familie bij het schools gebeuren te betrekken (Meadan, Thompson, Hagiwara, Herold, Hoekstra & Manser, 2009), aangezien er positieve effecten worden aangetoond door diverse studies (Turnbull et al., 2006). In de praktijk worden transitie portfolio’s gebruikt om informatie over het kind over te dragen naar een nieuwe leerkracht (Demchak & Greenfield, 2000). Hoewel ouders tijdens het proces betrokken worden en hun inbreng ondersteund wordt, stelt men vast dat de meeste data in dergelijke portfolio’s voornamelijk gebaseerd wordt op het leerproces binnen de klas (Hanson & Gilkerson, 1999). Zo verzamelen leerkrachten het werk van de leerling om deze vervolgens te delen met toekomstige leerkrachten of met de ouders. Het “Take a Look at Me Portfolio” ontwikkeld door Mary Rugg en collega’s verschuift de focus van de leerkracht naar de familie (Rugg, Alvarado, Stoneman & Butler, 2006; Gregg et al., 2011). Een ander voorbeeld waarbij het portfolio vertrekt vanuit een familiegecentreerde benadering is het “Family Assessment Portfolio” (FAP; Thompson, Meadan, Fansler, Alber & Balogh, 2007). Dit instrument tracht om de samenwerking tussen school en thuis te bevorderen (Thompson, Meadan, Fansler, Alber & Balogh, 2007). Op deze manier wordt er op een empowerende manier gehandeld met gezinnen door hen te betrekken bij het assessmentproces. Bijgevolg creëert de samenwerking opportuniteiten voor de familie om informatie die zij noodzakelijk achten te delen met de school. Toekomstige leerkrachten krijgen daarbij de kans om de leerling al beter te leren kennen. Specifieke sterktes, voorkeuren, interesses, vaardigheden kunnen gedeeld worden, maar ook essentiële behoeften, beperkingen en zaken waaraan het kind een afkeer heeft. Door deze informatie te delen, wordt de waarschijnlijkheid verhoogd dat er tegemoet wordt gekomen aan de meest prominente behoeften (Meadan et al., 2009).

Het gebruik van FAP’s is ontstaan als een informele manier om informatie te delen met praktijkwerkers binnen het regulier onderwijs. Oorspronkelijk werd dit ontwikkeld door ouders die de lokale, reguliere scholen wilden aansporen om inclusie van hun kinderen in de klas te bevorderen. Ouders stelden daarbij een portfolio op over hun kind waarbij de volgende elementen mogelijks in verwerkt werden: foto’s van het kind in diverse settings, beschrijvingen van activiteiten die het kind graag doet, de sterktes en beperkingen van het kind, de huidige vaardigheden etc. Deze elementen kunnen overlappen met de onderdelen die in een typische assessment aan bod komen zoals bijvoorbeeld informatie over hoe het kind communiceert, de

motorische vaardigheden, ondersteuningsmiddelen etc. Wanneer FAP’s gebruikt worden samen met de traditionele assessment, dan wordt er een meer holistisch beeld gepresenteerd van het kind. Bovendien worden deze portfolio’s op een laagdrempelige, gebruiksvriendelijke en persoonlijke manier voorgesteld door de ouders zodat praktijkwerkers hun kind beter zouden begrijpen. Het gebruik van deze portfolio’s leidt vervolgens tot een groter begrip van het kind met een beperking en zijn specifieke ondersteuningsnoden. Daarnaast verhoogt dit ook het engagement van de school om het kind te includeren in de klas. Op deze manier vormt het opstellen van een FAP een meerwaarde bij de assessment en bij het maken van beslissingen tijdens het onderwijstraject (Meadan et al., 2009).

Vervolgens geven Thompson en collega’s (2007) een aantal richtlijnen mee over hoe een portfolio eruit kan zien en welke informatie erin moet staan. Dit kan in de vorm van een “scrapbook”, aan de hand van een webpagina online of door een DVD-film samen te stellen. Een scrapbook bijvoorbeeld bestaat uit diverse onderdelen waarin er op een creatieve en decoratieve manier zowel foto’s als tekst verwerkt worden. Dit wordt bovendien geschreven vanuit de stem van het kind. Een eerste onderdeel gaat over: “Alles wat je over mij moet weten”. Hierin krijgt het kind de mogelijkheid om zichzelf voor te stellen en wordt de essentiële persoonlijke informatie gegeven. Informatie over wat het kind graag heeft en wat niet, de belangrijkste persoonlijkheidstrekken of specifiek gedrag kunnen hier ook aangehaald worden. Daarna worden de belangrijke anderen in het leven van het kind geïntroduceerd zoals familie, vrienden, huisdieren etc. Activiteiten die het gezin graag samen doet kunnen hierin ook een plaats krijgen. In het derde luik wordt expliciet stilgestaan bij de medische conditie, de beperking of bepaalde diagnoses die een impact hebben op het kind. Hierbij kan verwezen worden naar bijkomende informatie en richtlijnen in verband met de medische problemen. Verder is het ook van belang om in te schatten hoe het huidig functioneren eruit ziet met betrekking tot academische en andere vaardigheden: “Wat kan het kind al?”; “Welke therapeutische interventies zijn er in het verleden opgestart?”; “Hoe lang krijgt het kind al deze therapie en welke doelen worden er hieraan gekoppeld?”. Vervolgens wordt er in het vijfde luik een samenvatting gegeven van de meest belangrijke informatie voor de leerkracht. Waar dient men namelijk extra aandacht aan te bieden zodat de veiligheid van het kind verzekerd kan worden. Unieke problemen en gedragingen krijgen hierbij ook een plaats, alsook tips over hoe er het beste omgegaan wordt met het kind. Ten slotte wordt er een representatie gegeven van het kind door de ogen van zijn of haar naasten die het kind liefhebben. Dit deel kan sterk individueel ingevuld worden waarbij de persoonlijke inzichten en reflecties hier neergeschreven kunnen worden. Op deze manier wordt er belangrijke informatie verzameld van het kind en voorgesteld aan de school. Bijgevolg zou dit de communicatie tussen familie en school bevorderen (Thompson et al., 2007). Het onderzoek hierrond is echter erg beperkt. Daarom is verder onderzoek omtrent de effectiviteit van de interventie aanbevolen waarbij de positieve effecten en de uitdagingen bij de implementatie van de FAP belicht worden (Meadan et al., 2009). In de studie van Meadan, en collega’s (2009) heeft men de effectiviteit van de FAP’s geëvalueerd. De ouders geven hierbij aan dat FAP’s bijzonder waardevol zijn bij de transitie naar een nieuwe setting. Daarnaast bevordert het instrument de communicatie en samenwerking met het schoolpersoneel. Daarbovenop draagt het ook bij tot de communicatie met anderen zoals therapeuten en artsen, familieleden of vrienden. Het product wordt over het algemeen door de ouders als bruikbaar en betekenisvol ervaren.