• No results found

BUITEN KOMEND ONHEIL

3.2 Eigen gebrek in polisvoorwaarden

Afwijkingen van het regelend recht

Bij eigen gebrek kan men onderscheid maken tussen twee schadeoorzaken: eigen gebrek in enge zin en de aard van de zaak. Art. 7:951 BW is als gezegd van regelend recht. Desalniettemin is het in zekere mate ook indirect dwingend recht via art. 7:925 BW, omdat het verzekeren van schade door de aard van de zaak (bijna) nooit zou voldoen aan het onzekerheidsvereiste van art. 7:925 BW. Zoals namelijk reeds in § 2.2.1 van dit onderzoek aan bod kwam, is schade ontstaan door de aard van een zaak namelijk voorzienbaar. Deze voorzienbaarheid zorgt ervoor dat er bij het verzekeren van deze schade niet

voldaan zou zijn aan het onzekerheidsvereiste.82 Dit geldt echter alleen voor de

schade aan de gebrekkige zaak zelf. Bij schade door eigen gebrek (in ruime zin) kan men namelijk onderscheid maken tussen twee soorten schade: schade aan de gebrekkige zaak zelf en gevolgschade. Dit laatste is schade aan andere zaken toegebracht, dóór de gebrekkige zaak. Het komt vaak voor dat eerstgenoemde niet gedekt wordt en laatstgenoemde wel.83 Dit is in lijn met de wet, gezien

enkel de eerstgenoemde is uitgesloten in art. 7:951 BW. Art. 7:951 BW spreekt namelijk enkel over de uitsluiting van schade aan een verzekerde zaak die is veroorzaakt door de aard of een gebrek van die zaak. Wanneer een gebrekkige zaak schade toebrengt aan een andere zaak, is het vanuit het oogpunt van deze beschadigde, andere zaak niet meer veroorzaakt door een eigen gebrek van de zaak zelf. Dit laatstgenoemde is dus doorgaans wél gedekt.

In polisvoorwaarden wordt eigen gebrek over het algemeen op twee verschillende manieren opgenomen. De eerste manier is het opnemen van de regeling als een uitsluitingsbepaling, zoals het in de wet ook het geval is.84 In

dat geval kunnen bijvoorbeeld enkel de woorden ‘een eigen gebrek van de

verzekerde zaak’ onder de dekkingsuitsluitingen te plaatsen, waarbij eventueel

bij de definities nog een uitleg van eigen gebrek wordt gegeven.85 Gebruikelijk

is, in lijn met de wet, dat gevolgschade wel gedekt is.86

Daarnaast is het mogelijk om eigen gebrek onder de dekkingsomschrijving op te nemen. Het gevolg hiervan is dat de bepaling ook dekkingsvereisten zal omvatten, waar dit bij een uitsluitingsbepaling niet het geval is. Omdat schade

82 Zie Blom 2006, p. 98 e.v.

83 Zie bijvoorbeeld polisvoorwaarden ‘Zekerheidspakket Particulieren: Woonhuisverzekering All-in’ (PP 2210-02), Nationale Nederlanden, polisvoorwaarden ‘Inboedelverzekering extra uitgebreid/compleet’(B 03.2.40 G), Delta Lloyd, polisvoorwaarden ‘Goed geregeld pakket: Woonhuisverzekering’(03 301 15-02), REAAL, polisvoorwaarden ‘Goederen-/transportverzekering’(GTV16), REAAL, polisvoorwaarden ‘Goederentransportverzekering’ (ZZP-V1613), Avéro Achmea en polisvoorwaarden ‘Transportgoederenverzekering’ (TE 03.2.05 E), Delta Lloyd.

84 Univé hanteert bijvoorbeeld een uitsluiting die nagenoeg overeenstemt met de wettelijke uitsluitingsbepaling, in de polisvoorwaarden ‘Woonverzekering’ (2043.03/15).

85 Zie bijvoorbeeld ‘Voorwaarden Verzekering Woonhuis’ (VP WH 2015-02), ASR’.

86 Zie bijvoorbeeld polisvoorwaarden ‘Zekerheidspakket Particulieren: Woonhuisverzekering All-in’ (PP 2210-02), Nationale Nederlanden, Polisvoorwaarden ‘Inboedelverzekering extra uitgebreid/compleet’(B 03.2.40 G), Delta Lloyd en Polisvoorwaarden ‘Goed geregeld pakket: Woonhuisverzekering’(03 301 15- 02), REAAL.

aan de gebrekkige zaak zelf bijna nooit verzekerd is87, dient deze

dekkingsbepaling ook direct een uitsluiting voor schade aan de gebrekkige zaak zelf te omvatten. Het resultaat is vervolgens dat alleen de gevolgschade gedekt is. Een voorbeeld van zo’n bepaling is de volgende:

‘[…] een mankement aan uw woning dat plotseling optreedt en dat u niet kon voorzien of verwachten. Een voorbeeld hiervan is lekkage van het dak waardoor waterschade ontstaat. U bent in dit geval alleen verzekerd voor de gevolgen van het mankement (de waterschade), niet voor het mankement zelf (het kapotte dak).’88

Hier valt op dat eisen als ‘plotseling’ en ‘onvoorzienbaar’ zijn opgenomen in de definitie van eigen gebrek. De reden hiervan is dat het als een dekkingsbepaling geformuleerd is en niet als een uitzonderingsbepaling. Er is dan ook inhoudelijk gezien geen sprake van afwijking van art. 7:951 BW, gezien hier ook de schade aan de gebrekkige zaak zelf wordt uitgesloten. De vereisten die hier worden gesteld (‘plotseling’, ‘onvoorzienbaar’ en ‘niet te verwachten’) hebben betrekking op de gevolgschade, welke niet in art. 7:951 BW is geregeld en zodoende dus ook geen afwijking ervan kan vormen.89 De dekking wijkt ook

niet af van de eerdere behandelde polisvoorwaarden waar eigen gebrek als uitsluiting is geformuleerd; in beide gevallen is schade aan de gebrekkige zaak zelf uitgesloten en is gevolgschade wel gedekt. Over het algemeen wordt dus op dit gebied het regelend recht aangehouden.

Definities

87 Dit kan in veel gevallen zelfs geeneens op grond van art. 7:925 BW voor wat betreft schade aan een zaak veroorzaakt door de aard van de zaak.

88 Polisvoorwaarden ‘Zekerheidspakket Particulieren: Woonhuisverzekering All-in’ (PP 2210-02), Nationale Nederlanden.

89 Zoals uit het hoofdstuk ‘De verzekeringsrechtelijke literatuur betreffende eigen gebrek en van buiten

komend onheil’ reeds gebleken is stellen veel schadeverzekeraars deze eisen aan de dekking, dit zal later in

Er wordt ook regelmatig een definitie geformuleerd in de polisvoorwaarden. Ik zal in deze paragraaf enkele voorbeelden behandelen om zodoende een beeld te krijgen van hoe deze definities eruit zien en in welke mate deze afwijken van de definities zoals geformuleerd in de literatuur.

Allereerst een voorbeeld afkomstig uit een opstalverzekering van ASR, deze luidt als volgt:

‘Met eigen gebrek bedoelen wij een gebrek van het woonhuis zelf, bijvoorbeeld door een natuurlijke eigenschap of slechte kwaliteit.’90

Deze definitie is toegespitst op de specifieke verzekering waarvan sprake is; een woonhuisverzekering. Wanneer men deze veralgemeniseert lijkt dit geen inhoudelijk afwijkende definitie van hoe wij deze bijvoorbeeld in de literatuur terugvinden.91 Het is een definitie van eigen gebrek in ruime zin, wat blijkt uit

de voorbeelden die worden gegeven. Een ‘natuurlijke eigenschap’ doelt op de aard van de zaak en ‘slechte kwaliteit’ doelt op eigen gebrek in enge zin. Een ander voorbeeld is de volgende definitie, gehanteerd door Delta Lloyd:

‘Een ‘eigen gebrek’ is een minderwaardige eigenschap of slechte kwaliteit van het materiaal die het niet behoort te bezitten.’92

Ook dit lijkt een definitie van eigen gebrek in ruime zin, waarbij ‘minderwaardige eigenschap’ doelt op de aard van de zaak en ‘slechte

kwaliteit’ op eigen gebrek in enge zin. Ook al zal met deze omschrijving

waarschijnlijk volstaan worden, naar mijn mening zijn de definities zoals deze gehanteerd worden in de literatuur vollediger. Een voorbeeld van een meer volledige definitie van eigen gebrek in ruime zin zou kunnen zijn:

‘Onder eigen gebrek wordt verstaan een ongunstige eigenschap van de zaak

zelf die zaken van dezelfde soort niet behoren te bezitten of een eigenschap die

90 Polisvoorwaarden ‘Verzekering Woonhuis’ (VP WH 2015-02), ASR’.

91 Zie hiervoor uitgebreid het hoofdstuk ‘De verzekeringsrechtelijke literatuur betreffende eigen gebrek

en van buiten komend onheil’ van dit onderzoek.

normaal is bij zaken van dezelfde soort en zodoende ook te verwachten is bij het sluiten van de verzekering.’93

Een verschil met de genoemde voorbeelden is dat bij deze definitie wel, binnen de definitie, een onderscheid gemaakt wordt tussen eigen gebrek en enge zin en de aard van de zaak. Op deze manier worden beide schadeoorzaken duidelijk omschreven, dit is mijns inziens overzichtelijker en vollediger. Maar men zou ook kunnen betogen dat een onderscheid onnodig of onwenselijk is.94 Daarnaast

lijkt de keuze voor ‘minderwaardig’ door Delta Lloyd mij niet juist wanneer hiermee de aard van de zaak bedoeld wordt, dit is namelijk een normale eigenschap en dus geen minderwaardige.95 Dit is uiteraard anders wanneer het

slechts bedoeld zou zijn als definitie van eigen gebrek in enge zin, wat wel weer minderwaardig genoemd kan worden.